Ocmeii^e Bericlilen.
HEï ONHEIL TE ANTWERPEN.
Een ontzettende ramp heeft de Seheldestad
getroffen.
Eenige minuten vóór twee ure had een ge
weldige ontploffing plaats in het Kardoezenma-
gazijn van den Corvilain, buiten de Eeckersche
poort. 50 millioen Kardoezen, komende uit
Spanje, werden daarin bewaard; en door een
onbekende oorzaak is deze massa ontploft. De
slag bracht heel Antwerpen in opschudding
in de meeste straten werden de ruiten, zelfs
dikke spiegelruiten, verbrijzeld. Van sommige
daken werden schoorsteenen afgerukt, en overal
zag men stofwolken opstijgen, hetgeen het pu
bliek natuurlijk in dwaling bracht over de plaats
en de aard der ramp. De ontzetting op de
Beurs was onbeschrijfelijk al de beursbezoekers
vluchten onder de gaanderijen te midden van
een regen verbrijzeld glas. De schade, in dit
locaal aangericht, is zeergroot. Telegraaf- en
telephoondraden werden bijna alle verbrijzeld. De
telegrafisten, denkende dat de Beurs instortte,
vluchtten allen naar beneden. Op de drukkerij
van het blad Koophandel werden, naar dat
blad schrijft, de vensters stuk geslagen en de
letters uit hun kasten geworpengeen zetter
kon op zijn beenen blijven staan.
Zoodra het publiek hoorde waar het onheil
had plaats gevonden, stroomde men in massa
er heen. Het in de lucht gevlogen gebouw
stond achter het laatste droge dok, in den
polder, nabij de dokken, en wel zoo dichtbij,
dat het schip Le Prince Albert en Belgique
hetwelk slechts weinige meters van daar lag,
zwaar beschadigd werd. In de weiden rondem
het gebouw lagen talrijke lichamen, eenigen
van hun hoofd, anderen van armen en beenen
beroofd sommige waren een afzichtelijke massa
verbrand en verkoold vleesch. Het was een
hartverscheurend schouwspel.
In den omtrek der dokken en langs heel
de werf werden alle huizen zwaar beschadigd;
het is er een volledige verwoesting. Van tal
rijke huizen werd het gansche dak vernield.
Het gebouw, waarin zich de machines der wa-
terdrukking bevinden, werd gedeeltelijk ver
nield en de machines zoo beschadigd, dat ze
niet meer bruikbaar zijn. Ook de woning van
den sluismeester der nieuwe dokken werd deerlijk
gehavend. De schok der ontploffing was daar
zóó groot, dat zijn kinderen werden weggeslingerd
en gewond.
Toen de slag, die heel de stad en den om
trek deed dreunen, gehoord was, spoedden zich
de burgemeester, schepenen, raadsleden, andere
overheden, alsook de politie, ter plaatse waar
weldra de pompiers en de troepen aankwamen
om de orde te handhaven en over te gaan tot
het nemen van maatregelen, teneinde de voort
zetting der ramp tegen te gaan. In de nabijheid
toch bevond zich de groote stapelplaats van
petroleum. Maar niets kon verhinderen, dat
de patronen, die als een regen neervielen, de
vaten in brand staken en de oppervlakte in
een vuurzee herschiepen. De vlammeH sloegen ter
hoogte van 200 meters in de lucht. Vrijdagavond
te 6 ure waren in de drie gasthuizen der stad
85 dooden en 140 gekwetsten binnen gebracht.
In het magazijn waren een twee honderd man
nen en vrouwen werkzaam, die thans onder het
puin begraven liggen. Volgens bericht van
Vrijdagavond werd het aantal dooden op 150 ge
schat de brand woedde toen nog steeds voort
en voortdurend hoorde men nog ontploffingen,
denkelijk afkomstig van pakken patronen, die
bij de groote uitbarsting naar alle kanten wer
den weggeslagen.
Het Antwerpsche Handelsblad deelt omtrent
de ramp de volgende bijzonderheden meê
Het is onmogelijk den verschrikkelijken indruk
te beschrijven, dien het onheil in de stad te
weeg bracht. Duizenden en duizenden menschen
stroomden naar de Werf; vigilanten, open njtui
gen en trams brachten gedurig nieuwsgierigen
aan. Van de Werf stroomde het volk naar
Austruweel, waar de brand zich liet bemerken.
Aan de dokken werd de menigte tegengehouden
men verwittigde dat er nieuwe ontploffingen
konden plaats hebben en het gevaar dus aller
grootst was. Zoo'n slag, zoo'n vernieling heeft
men in Antwerpen niet beleefd, sedert de boot
Van Speyk, tijdeus de revolutie 1830, in de
lucht vloog.
Een paniek heerscht aan de dokken, zoo als
men er nooit een zag. Weenende vrouwen en
kinderen loopen de rijtuigen achterna, die de
dooden en gekwetsten naar de verschillende
gasthuizen brengen. De schade aan huizen, entre
pots en winkels aangericht, moet millioenen be
dragen. Daken zijn ingestortde muur van
den Pruisischen hangar helt meer dan een voet
overduizenden en duizenden ruiten worden
met volle wagens opgeschept en vele huizen
aan de Werf staan bouwvallig, zoodat de be
woners dezen nacht een ander onderkomen
moeten zoeken. In de O. L. Vrouwenkerk zijn
de groote geschilderde glasramen erg beschadigd.
Personen, die van Stuivenberg komen, melden
ons, dat de dooden en gekwetsten tut in
hondenkarren en op platforms worden aange
bracht. Men ziet er verschrikkelijk verminkten
van een vrouw waren de borsten letterlijk af
gerukt. Al de gekwetsten zijn zwart als kool. Hun
gekerm verscheurt het hart der voorbijgangers.
De rijtuigen, waarin vreemdelingen zitten, wor
den opgeëischt om de gekwetsten te vervoeren
de dienst voor de gekwetsten is goed ingericht
dokters en geestelijken zijn ter plaatse al de
wiegen der gasthuizen zijn daardoch de rij
tuigen zijn niet voldoende om de dooden en
en gewonden te vervoeren. Een aantal personen
zijn gewond door het breken der ruiten, het
vliegen van dakpannen en het vallen van steenen,
en men ziet er ieder oogenblik die aan hoofd
of handen verbonden zijn.
Het reddingswerk werd met de meeste kloek
heid aangetast. Daarbij hielpen de soldaten en
gendarmes. Deze hadden bovendien nog druk
werk om de menigte tegen te houden, die
ten getale van wel honderdduizend in den om
trek bijeen was. Met de treinen worden hon
derden nieuwsgierigen aangevoerd. In St. Nicolaas,
op plm. 4 uren afstands van Antwerpen gelegen,
daverden door de ontploffing de huizen op hun
grondvesten en sloegen de deuren open.
Vrijdagnacht waren in de ziekenhuizen ruim
60 dooden en 100 gekwetstenmen geloofde
dat onder de brandende puinhoopen nog meer
dan honderd lagen doch het zoeken naar hen
was gestaakt wegens de felle hitte. Het droge
dok, waar de Prince Albert in lag, is ook
door de vlammen aangetast. De ontploffing
moet ontstaan zijn in een bergplaats voor bus
kruit, door een steenen muur gescheiden van
het patronenmagazijn.
Nader meldt men
Vooral in het noordelijk deel der stad is de
aangerichte schade zeer groot't meest leed
het naburig dorpje Ausruwel. De meeste huizen
zijn daar ingestort, althans onbewoonbaar ge
worden. Daar werden ook 70 a 80 personen
gekwetst door vallende kogels, steenen cn balkeu.
In Antwerpen zelf is in niet één straat, zelf op
het verst verwijderde punt, waar geen ruiten
zijn gebroken. Bij de ontploffing was de schok
zoo hevig, dat hij tot op zes mijlen afstands
duidelijk werd gevoeld en men zelfs aan een
aardbeving dacht. Te Rozendaal moet men het
zelfs nog gemerkt hebben, en te Bath en Hulst
sprongen de deuren open en rinkelden de ramen.
De bewaarplaatsen van petroleum branden nog,
maar men ducht het vuur niet meer. Volgens
opgave ten beurze zijn 56,000 vaten petroleum
verbrand, terwijl een groote voorraad bovendien
uit de Tanks is weggevloeid. Men heeft den gloed
van het brandende vocht te Bergen-op-Zoom
kunnen zien
Ooggetuigen van de ramp zijn er maar weinige.
Twee werklieden, die op nog al verwijderden
afstand stonden, verhalen dat de uitbarsting in
zulk een ondeelbaar oogenblik plaats had, dat
zij er zich nauwelijks rekenschap van konden
geven. Plotseling, nog vóór zij den vreeselijken
slag hoorden, zagen zij het gebouw als in een
vuurspuwenden krater herschapen, waaruit, be
halve vuurscbichteu en dikke rookwolken, allerlei
brokken en stukken omhoog geslingerd werden,
die zoowel deelen van het gebouw als van
menschen waren. Onmiddellijk daarna stond het
geheele gebouw in brand, en in weinige oogen-
blikken was dit gelijk met den grond. Al wie
in de nabijheid was werd natuurlijk gedood of
zwaar gewondslechts moeten twee meisjes,
die niet ver van het gebouw speelden, op won
derdadige wijze gered zijnbeiden werden op
honderd en meer meter afstands weggeslingerd.
Het eene bleef desniettemin geheel ongedeerd,
terwijl het andere slechts een arm heeft ge
broken.
Wat tot de ontploffing aanleiding gaf weet
men niet, en 't zal ook niet gemakkelijk zijn
na te gaan. Men vermoedt, dat het ongeluk is
ontstaan door het vuurvatten van het kruit,
dat uit de Spaansche patronen was verwijderd.
Deze waren, als reeds gemeld werd, opgekocht
door den heer Corvilain, omdat zij van te groot
kaliber waren voor de hedendaagsche geweren,
't Doel van den kooper was, het kruit uit de
patronen te halen en de koperen hulzen te ver-
koopen. Een zeer gevaarlijk werk dus. Elke
patroon bevatte 5 gram kruit, zoodat de 50
millioen niet minder dan 250,000 KG. kruit
inhielden. Door een onvoorzichtigheid nu, naar
men meent, is het kruit met vuur in aanraking
gekomen en vloog alles de lucht in. Verwon
derlijk is dat door de millioenen neervallende
patronen niet meer menschen zijn gekwetst ge
worden. Wel w aren de dekken der schepen aan
de Scheldekado op sommige plaatsen als bezaaid
met kardoezen de eerste stuurman aan boord
der Red Star line kreeg o.a. een kogel in de
wang eu in de hand.
Op 800 meters werd een soldaat gedood.
De bewoners eener andere herberg zijn won
derlijk bewaard. De binnenmuren en zolder zijn
ingestort. Alles is gebarsten of onder steenen
begraven, en langs den buitenkant met honderden
kogels doorschoten. Zelfs de keldermuur stortte
achter den rug der vrouw in, en niet een der
zes personen des huizes bekwam het minste
leed.
Wij hebben ook twee kinderlijkjes gezien,
een van een jaar en een van drie dagen. Hunne
moeder was onder de puinhoopen van haar in
stortende huis begravenzij is erg gekwetst.
Men heeft er ook een man en een vrouw inge
bracht, die deerlijk gewond van schrik zinneloos
zijn geworden.
In 't gasthuis wordt ge door een reuk van
verkoolde Ij ken in de keel gegrepen. In een
afzonderlijke zaal ligt eene heele hoop lichaams-
deelen, die men niet kan herkennen.
Een metselaar herkeude met wanhoop het lijk
zijner dochter, die juist voor het eerst in de
labriek aan het werk was. Een vrouw, die langs
den overkant van het dok kwam, werd getroffen
door een kogel, die tot in de longen doordrong.
Een m >eder werkte juist den eersten dag met
hare drie dochters in de fabriek. Alle vier bleven
op den slag dood, en de man, die op zee vaart
kwam juist aan land om vier lijken te ontvangen.
Drie kindertjes, zoekende naar hun vader en
moeder, hebben in 't gasthuis hunne lijken ge
vonden. Werklieden, die een Duitsch schip aan
het lossen waren, werden in de Schelde ge
slingerdde meesten verdronken.
En onder dit alles loopen er nog ellendigen
rond, die de lijken bestelen. In de puinen van
een herbergje hebben eenige kerels den toog
gevonden en uit de gebersten tooglade een som
van vijftig francs gestolen de vrouw des huizes
had ook haar man en twee zonen door den ramp
verloren.
Vrijdagavond meende men een hoop verbrande
lompen en vodden weg te vegen en men had
een hoop menschenvleesch voorhanden.
Vele lijken van werklieden uit de fabriek
dragen geen spoor van kwetsuren.
Wij troffen onder anderen een vrouw aan, die
haar man, zoon, broeder en dochter vermist.
Zondagmorgen nog heeft men in een der
hangaars twee onthoofde lichamen gevonden.
Het eene lijk hield een dissel in de hand ge
klemd en beide droegen dezelfde soort van voor
schoot, waaruit is afgeleid dat beiden kuipers
waren. Een werkman die toevallig op dezelfde
plaats was, lag nevens die twee hoofden op den
grond geslagen, en toen hij weer tot bezinning
kwam, vond hij aan zijn eene zijde die twee
hoofden, terwijl er aan de anderen kant een
vrouwenbil lag met den kouseband er nog aan.
Onder de weinigen in het petroleummagazijn,
die aan de ramp ontsnapten, is de heer Rieth,
zijn klerk en een knecht.
De heer R. werd van voor zijn lessenaar ge
worpen. Zonder nog te weten wat er was ge
beurd, kroop hij onder zijn lessenaar, waarvan
hij later uitkwam met slechts eenige verwon
dingen aan het gelaat. Er waren twee heeren
op het kantoor. Hij heeft hen niet weder gezien.
De heer v. d. Vliet was naar huis gevlucht
zeer ontsteld doch weinig gedeerd. Zijn jachthond
die bij hem op het kantoor lag, had ook de
vlucht genomen. Toen hij thuis kwam, vond hij
het dier achter in zijn hok weggekropen.
De knecht was des morgens van huis gereden
om ledige petroleumvaten te laden. Tusschen
de dokken lagen hooge stapels ledige vaten,
waarvan hij zijn lading moest nemen. Eensklaps
werd de voerman van zijn wagen geworpen. Hij
krabbelde weder op, maakte zijn paard los, dat
ook op den grond geworpen was en reed er
mede weg te midden van den kogelregen. Of
schoon gekwetst, kwam hij behouden thuis.
Een jongeling die met vijf zijner makkers
naar, de petroleumhangars gegaan was om werk
te zoeken, beweert dat hij de eenige is, die
levend is teruggekeerd. Drie zijner makkers
gingen hem voorop, hij en een ander liepen ra
het midden: de zesde kwain achteraan. Eensklaps
greep de ontploffing plaats. De makker aan zijn
zijde keerde om alsof hij op zijn hielen draaide;
de drie voorsten waren verdwenen en de achterste
was ook weg. Hij zelf liep hard voort en kwam
gansch versuft thuis.
Een ooggetuige schrijft er van
Ik zag tooneelen die de haren ten berge deden
rijzen. Vrouwen met van angst vertrokken ge
zichten en loshangende haren vochten met de
soldaten, om door het cordon heen te breken.
Het gejammer, dat op verschillende punten van
het terrein opsteeg, was vreeselijk. Sommige
personen hadden tot in de nabijheid van het ge
bouw weten door te dringen en zochten thans
als radeloozen naar hunne betrekkingen, die in
de fabriek tegenwoordig waren geweest en dus
mede het slachtoffer van de ontploffing geworden
moesten zijn. Hier en daar hadden herkenningen
plaatsik zag eene vrouw, die een afgerukt
hoofd tusschen hare handen hield en het meer
dan vijf minuten achtereen opmerkzaam be
schouwde. Toen slaakte zij een vreeselijken gil,
die mij tot in merg en been drong, wierp het
hoofd weg en barstte daarop uit in een scha
terlach de ongelukkige had haar man herkend
en was krankzinnig geworden.
Zondagmorgen 11 uur werd een vrouw van
onder de puinen gehaald, die, wonder genoeg
geen brandwonden bekomen had.
De eigenaar der kruitfabriek, Corvilain, is
Zondag den ganschen dag in verhoor geweest.
Al zijn handelsboeken zijn in beslag- genomen.
Hij is in staat van beschuldiging gesteld wegens
manslag door onvoorzichtigheid.
Volgens de wet moest hij maar 306 kilo
kruit in zijn fabriek hebben.
Wetsontduiking en diefstal dus, op zeer groote
schaal, en dat bij een der notabelsten van België.
Een meisje dat vroeger reeds in de fabriek
Corvilain had gewerkt, was er dienzelfden Maan
dag weer gaan werken. Zij had twist gekregen
met een vriendin, en was toen dien middag weg
gebleven. Dit was haar behoud.
Er moet nog een aanzienlijke voorraad kruit
onder den grond zijn. Indien het vuur zich daar
verspreidt, zijn er nieuwe ontploffingen te vreezen.
JACK THE RIPPER.
Jack the Ripper heeft zijn bloedig werk
in Whitechapel hervat. De politie heeft gister
morgen onder den boog van een spoorbrug bij
Cable-Street, een der meeste beruchte straten
van Londen, het gruwelijk verminkte lijk van
een vrouw gevonden, die blijkbaar tot de klasse
der lichtekooien behoort. Het hoofd en de twee
armen waren van de romp gescheiden, die van
onderen geheel opengesueleu was.
De misdaad is met buitengewone brutaalheid
volvoerd. De politiedienaar, die met de nacht
waker in dat deel der stad was belast, passeerde
elk kwartier uurs de plaats waar de moord werd
gepleegd. Doch hij heeft niets gehoord en niets
gezien; niettemin moet de verminking van het
lichaam minstens drie kwartier uurs geduurd
hebben. Totdusver heeft men nog geen spoor
van den moordenaar gevonden. De opschudding
in Whitechapel is groot; de verontwaardiging
o.er de onmacht dor politie algemeen.
Een later bericht meldt, dat volgens onder
zoek gebleken is hoe het slachtoffer van Jack
the Ripper niet is vermoord op de plek waar
het gevonden werd. De misdaad moet .op een
besloten plaats reeds vóór twee dagen zijn ge
schied; en vandaar is het verminkte lichaam
naar de brug gebracht.
Door de slag, dien Vrijdag de ontploffing
te Antwerpen veroorzaakte, dreunden te Bath,
waar men, «venals andere gemeenten in Zuid-
Beveland, duidelijk kon hooren, de ramen dei-
woningen, terwijl te Hulst eveneens de dreuning
werd gevoeld, waardoor op verschillende plaat
sen deuren werden geopend en ramen rinkelden,
zoodat velen verschrikt op straat kwamen. Ook
in de omgeving van Middelburg beweren enkele
een slag te hebben gehoord. »M. C.»
-Een kleine jongen, in een gezin in de
Piet-IIeinstraat te Utrecht, heeft zijn tweejarig
zusje, bij vergissing, loog in plaats van melk
doen drinken. Ofschoon dadelijk geneeskundige
hulp werd ingeroepen, en het kind een braak
middel werd toegediend, is het aan de gevol
gen overleden. (tU. D.>)
Te Luxemburg is de kermis afgebrand.
De brand is ontstaan in een kraam van houten
keukengereedschappen en nam in een oogenblik
groote afmetingen aan, aangewakkerd door een
hevigeu wind, die het vuur van de eene kraam
naar de andere dreef, zoodat in weinig tijds
schiettenten, marionettenspellen, met poffertjes
kramen incluis, in rook opgingen.
Plaatselijke Berichten.
Sornmelsdijk, 7 Sept. Toen de landbou
wersknecht J. Visser, heden morgen de paarden
uit de weide had gehaald, had hij het ongeluk,
dat eeu zijner paarden schrok en plotseling staan
bleef, waardoor de halster, die met een slag om
zijn hand zat, hem een vinger afkneep en de
overige vingers geheel ontvelde.
7 Sept. Nadat gisteren B. Kamp, laatstelijk
te Ooltgensplaat gewoond hebbende, per „On
derneming alhier te vergeefs arriveerde, kwam
hij heden morgen weder terug, nu vergezeld
van zijn broeder, om, naar men zegt, zijn doch
tertje van zijn vrouw op te eischeu. Vroegtijdig
werd echter de belanghebbende van zijn komst
ingelicht en waren alle pogingen voor hem tever
geefs.
Dat de toeloop van het volk groot was, is
te begrijpen. Van alle kanten stroomde men toe,
en kwam er gisting, zoo zelfs, dat de uitingen
„slait de vent doowd en „zou je zoo'n vent niet
vermoore" enz. enz. werd gehoord, het duurde
dan ook niet lang of van woorden kwamen da
den naar men verneemt, en moesten zij onder
een hagelbui van steenen, vuistslagen en trap
pen zoo hard zij loopen konden zien om de
boot te bereiken, achtervolgd door de steeds
grooter wordende menigte.
Of dit van het publiek „fair" is te noemen,
om een weerlooze, die geen aanstoot gaf, met
overmacht zoo te beliaji telen. We zullen dit niet
beantwoorden, wat echter zeker niet netjes was,
is de houding van verschillende getrouwde man
nen, om schreeuwende en tierende terug te ko
men al zingende„Leve Willem III" zeker
overtuigd van een heldendaad verrieht te hebben.
Het was beter die man met een oog van me
delijden aan te zien, gedachtig aan het schoone
woord van Ten Cate.
Die meent te staan, zie biddend toe,
Eer overmoed hem vallen doe.
Het is echter zeker dat deze kennismaking
hen lang in het geheugen zal blijven, en een
uitstapje naar Sornmelsdijk niet zoo vlug meer
door hen zal worden ondernomen.
Naar men later verneemt is van het gebeurde
direct door de betrokkenen aangifte gedaan bii
de justitie.
10 Sept. Zaterdagavond verspreidde zich het
gerucht dat onze Burgemeester weer opnieuw
was benoemd.
Maandag bleek dit werkelijkheid te zijn, want
verschillende woningen werden de vlaggen uit
gestoken.
Een „Leve de Burgemeester" en „Hulde aan
den Burgemeester" werd aan schier iederen boom
op de Voorstraat geplakt, gilanders en eerebo-
gen aan het huis van Z.E.Achtb. aangebracht.
Omstreeks 4 uur reed een wagen naar de boot,
met groen en bloemen versierd en stond de
Schietvereeniging „Prinses Wilhelmina, bij de
grens den wagen af te wachten.
Onder eene groote menigte ging het stapvoets
door het dorp waarna de schietvereeniging voor
het huis van Z.E.Achtb. halt hield, excerceerde,
en door het dorp een ronde deed.
Zoo nu en dan kwam een vuurpijl al sissende
verkondigen, dat ook hij aanwezig was.
Op den avond werden nog teertonnen met
een stroopop er in, midden in het water der
kaai verbrand, (of dit nog een figuurlijke be-
teekenis had, wordt niet gemeld).
Omstreeks negen uur arriveerde het muziek
gezelschap „Amicitia" van Dirksland, welke den
herbenoemde een serenade brachten en vele
stukken ten beste gaven.
Op een gezelschap als deze mag Dirksland
voorwaar trots zijnkeurige stukken voerde ze
uit.
Tot liat in den nacht duurde het gejubel,
en menig uurtje slapens is dan ook door velen
opgeofferd.
GEMEENTERAADSVERGADERING OP 2 SEPTEMBER.
Tegenwoordig wnren de lieer A. J. de Graft li', Voorzitter en alle
overige leden vau den Raad.
I. Alvorens door de nieuwbenoemde leden, de heeren jb. Bree-
snee en K. de Graalf wordt zitting genomen, wordt door hen in
banden van den Voorzitter de eed van zuivering, voorgeschreveu in
art. 83 der Grondwet eu de eed voorgescbreveu in art. 39 der Ge
meentewet, afgelegd.
II. Wordt overgegaan tot bet lezen der N- tulen van de vorige
vergadering, welke onveranderd worden goedgekeurd en gctcekend.
III. Komt als iugekomeu stuk voor; Eene missive van Heere»
Gedeputeerde Stlten. cld. 27/20 Aug
G. S. no. 24, houdende terugzendn
dezer gemeente over den dienst 1
aangenomen.
IV. Is ingekomen een schrijven vs
te Oude-Tonge, naar aanleiding vi
volgende vergadering.
V. Is aan de orde de benoeming
periodieke aftreding als raadslid van
7 uitgebrachte stemmen, blijkt dat oj
blanco is ingeleverd, zoodat de heer
benoemd. Deze verklaart onder dan
stelde vertrouwen, deze betrekking oj
VI. Daarna wordt overgegaan tot
naar van den Burgerlijken Standd:
uitgebrachtzes op den heer Bre
Breesnee ook hiertoe benoemd, vei
nemen.
VII. Deelt de Voorzitter mede d
hen aangemeld voor de betrekking vi
B. en W. den Raad goedkeuring vrag
ter kennismaking met hen t<> d<
de schoolcommissie en den schoolopz
digd tegeuwoordig te zijn. Hiertoe v
besloten.
Vni. Zegt de Voorzitter dat hij
vergadering sprake was, heeft doen c:
dat die groot genoeg zijn voor de g
ten waarin die uitwateren voor de 1
laten.
Ka nog eenige discussie hierover/
der begrooting, hkrop nog eens ne
gelegde teekening geen kosten van
Daarna wordt na eerst nog eeni,
e hebben, de vergadering gesloten.
Door den heer J. J. A
aan de gemeenteraden vr
melsdijk, Dirksland, Mei
dereede en Ouddorp conc
aanleg en de exploitatie
in genoemde gemeenten.
Middelharnis. De 1
genwoordiger der Nederk
te Utrecht, zal Donderd;
half zeven uur een re
Ger. kerk alhier, om 1
van de Militaire „te hui
Den. Bommel. De7(
E. Reinhoud, die gedure
deze betiekking waarnam
wegens gevorderden leef
Werd hij door den h
taald, thans zijn solliciti
opgeroepen, waaruit ee
die van 's Rijkswege woi
Niet minder dan 7 sc
aangemeld.
Door het schelle ge
der vertrekkende stoomt
een mestwagen gespannc
bouwer P. Luijendijk en
kaai verloren zij het a
holden met 't voorstel
eenige rijtuigen stondei
den geraakt. Weldra ve
stel en renden met het
voort tot ruim een hal
Gelukkig zijn er geene
Ooltgensplaat. Jl.
Geref. kerk alhier de cc
houden en bracht de s
en vijf cents op.
MeUssant. Degen
te beginnen met het vo
centen op de personee
deren van 90 op 40, t
minder te ontvangen bc
slag zal worden verhoo
Zuidland. Meldden
door 22 ingezetenen,
aan den raad dezer ger
ren (meisjes) welke d
kosteloos onderwijs te
school voor vrouwelijk
de kinderen welke de
Op Dinsdag 3 Sept. w
volgende antwoord on
Zr
UEd. ontvangen do
dat door den Gemeente
op Uw verzoek van
kinderen meisjes van
bare school niet bezo
gratis onderwijs te do
lijke handwerken.
Burgemeester en V
(get.) DE
(get.) P. L
Wanneer men nu we
vrouwelijke handwerke
in een gebouw buiten
de gemeente gesticht en
apart bezoldigd, moet
mensch vragenWat
of die kinderen misdaa
recht verstoken worder
kinderen der gemeent
vrouwelijke handwerke:
een gemeenteraad, wel
de belangen der gemi
zullen behartigen, er t
van de Kinderen der
van een voorrecht het'
gemeente financieel w
zoude het vermoeden
liberale gemeenteraden
dat andersdenkenden
worden, om hen zooi
hooggeloofde liberale 1
Ons dunkt dat de 1
onzer gemeente in de
daartoe dienstbaar te i
ook moge kunnen ge<
dezen recht is gedaan,
deze afwijzing van voo
zal afkeuren.
Oud-Beierland. 1
naar de Christel. Gere
Ds. R. Loham, te Hei
's-Gravendeel, 3
deelt hoopt Ds. Van 1