Week blad voor de Zuid-Hollandsche en Zeeuwsche Eilanden. Vrijdag 16 Augustus 1889 Vierde Jaargang N°. 181. INHOC SIGNO VINCES i 1 Itdiknst.) W. BOEKHOVEN. Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan den SJit^ever. De Unie-collecte. FEUILLETON. f tit. HET ZWAKTE GALEISCHIP ts fraais, bedrukt) nlleen tig doel ten prijs Ysden. pr dezer (ITÖ.VND Bakkee. 11889. 3,15 uut. 4.,30 |m. 5.30 uur O,— liet de stoom- 1 uur, en van BRBOOT.) 5,uur. uur. 0,30 2,— uur. 3, 3NST. i 4,30 ure. 6, 11.^5 1 2,45 1YMPH ril. [lag 5,30 u 5,30 |nm. 6,u. 6> feu 6 u. later. eu 6 ure. later. ■oom. 8,— 1 gesehieden wis, en zijn ■eren. ienst. ongev. 6,50 0; Woens- vm. 6,30, D; Woensd en 3,30; |80, Wo«B8- d vm. 7. iderb.) DAM; 12.o. I 13.00 3,00 u. 12.00 u. 12,00 u. 2,00 u. 12,00 u. Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag. Abonnementsprijsper drie maanden 50 Cent, franco p. post Afzonderlijke nummers 5 Cent. OT.TGEVEB Advertentiën van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent. Advertentiën driemaal geplaatst worden slechts tweemaal berekend. Advertentiën worden bij den UiTGEVMt ingewacht tot Donderdagmiddag 5 uur zet 30. „w. »t«* -nxxju 'ülccn. CtJ *g«neZtJii. Zaterdagavond had het dochtertje van C. van Dstenhrugge het ongeluk om van den aan- -erkelijken hoogen havendijk te vallen, zoodat j in de haven terecht kwam; gelukkig mocht jhs. Dolk het genoegen smaken haar op het roge te brengen. sim"- 'Tw Grmr- Terstond na de verschijning van dit num mer van ons blad breekt weer de 17e Au gustus, de algemeene collecte-dag voor Ne derland aan. Wij zeggen, de algemeene collecte-dag. Dat beteekent niet, dat alle Nederlanders aan deze collecte deel nemen, want het is een collecte voor de christelijke scholen, en lang niet alle Nederlanders, dit weet men, zijn daar voorstanders van. Was dit wèl het geval, waren alle Neder landers voor een christelijke school, och dan was er misschien geen collecte voor noodig, want dan kon de O verheid wellicht zulke scho len daarstellen en op 's lands kosten onder houden, die allen voldeden. Thans kan dat niet. Vele medeburgers DOOK E.A-GLYPHOS. 23 (Slot.) Op het fort Liefkenshoek was alles voorbe reid de commandant had tijd genoeg gehad, zijne maatregelen te nemen reeds om twee uur had de hopman Jeronimo hem gewekt. ,,Nu, wat is er te doen, Sennor, had de overste ge zegd, en de grijsaard had met schoudersophalen geantwoord„Het moge muiterij op Oallao, of een opstand in Antwerpeu zijn, wie weet het maar in elk geval verzoek ik u op den wal te komen, Sennor." Met ergernis was de comman dant op het Zuidoostelijk bastion van zijn fort verschenen en had lang toegeluisterd Eeu kwartier later had de trom de bezetting eens weder op de wallen geroepen, en een uur later had Jeronimo gezegd„Sennor overste, ik zou de schildwachts den geheelen nacht door laten schieten." Hoe lang duurde nu reeds het kanongebulder Het was geen wonder, dat alles opperbest was voorbereid, om het Zwarte Galeischip te ont vangen Hopman Jeronimo stapte somber gestemd voor zijne compagnie heen en weder, en hoe meer het geschutvuur naderde, des te somberder werd hij, dat was zoo zijne manier. Hij had het spel zoo lang medegespeeld, tot het hem begon te verdrieten neen, niet te verdrieten, tot hij er onverschillig onder geworden was, even als voor het ademhalen. Hij had naar ouder ge woonte de schouders opgehaald, toen een renbode, over land van lort Perle afgezonden, het eerste nadere bericht bracht over het vóór Antwerpen gebeurde. Hoe hidden zijne kameraden zich aan;i?,steldmaar hij, de oude soldaat van Alva, Requ jsens en Panna had den bode den rug toe gekeerd en was weder tot zijne compagnie gegaan. „En dit volk meenen zij nog altijd te kunnen bedwingen had hij gemompeld. „Ja, hertog van Alva, die een volk van ijzer hebt bedwongen, gij hebt niet- gedacht, dat dit volk van boter u en uwen opvolgers van alle kanten door de vingers zou glijden! Hoe lang reeds ligt de bloem van Spanje, de kern zijner kracht in willen helaas van geen Bijbel op de school weten, en onder hen die dit wèl willen is er nog een groot verschil omtrent de wijze waarop die Bijbel zal worden gebruikt. Er moeten dus wel particuliere scholen ge bouwd worden, en de ouders zijn geroepen daarvoor te zorgen. Maar die scholen kosten geld, zeer veel geld. Geld bij het bouwen, geld voor het onderhouden, geld ook voor uitbreiding. Want, bedenk het wel lezer, er zijn nu ja 480 christelijke scholen met bijna tachtig duizend kinderen, die er onderwijs ontvan gen. Maar dat is nog lang niet genoeg. Nog wel vijlmaal zooveel christenkinderen zijn zonder christelijk onderwijs. Alleen door toenemende offervaardigheid, kan in dien nood worden voorzien. De Unie-collecte herinnert ons aan dien nood, en wil ons opwekken om in deze onzen plicht te betrachten. Lezer, zult ook gij dien thans volbrengen? Wij moeten u dit vragen, want met den bloei van het christelijk onderwijs hangt o zooveel saam. Middelijk en naar den menschgesproken, dezen bodem bedolven Wee u, wee u, mijn arm, arm vaderlandHet kanongebulder van de Kruisschans had bem in deze overdenking ge stoord. In den morgennevel begon het te sneeuwen, men kon geen tien pas voor zich uit zien. „Ja, ja," bromde de oude soldaat, „vuurt maar toe en luistert daar klinkt reeds weder die godvervlmelodie, dat graflied van Spanje's macht en eer paf, pafspaart toch .uw kruit, gij vernielt er niets mode ja, ja, schiet maar toe, het lied klinkt deste helderderDiavolo, men heeft het ten slotte al van buiten geleerd." Onder het bulderen der kartouwen en het schetteren dor trompetten op de naderende sche pen, bromde de hopmau Jeronimo binnens monds: „Een prinse van Orangiën Ben ick, vrij, onverveert Den coninek van Hispaengiën Heb ick altijt gheëert. Voor Godes woort ghepresen Heb ick, vrij, onversaecht, Als een helt sonder vresen Mijn edel bloet ghewaecht. Nauwelijks had hij het laatste woord opge- neuried, toen hij met ecnige zijner manschappen zwaar gewond ter aarde stortte. Deze kogel kwam van het Genueesche galjoen. Jan Norris opende het vuur van de Andreas Doria in het voorbijvaren op lort Liefkenshoek. Van het fort werd op de krachtigste wijze geantwoord, zonder evenwel den geuzen belangrijke schade toe te brengen. Op het dek der Andreas Doria stond Myga naast haren geliefde. Hunne oogen schitterden wat bekommerden zij zich om de kogels dei- Spanjaarden boven hunne hoofden wapperde zegevierend de geuzenhanier, de afgerukte vlag van Spinola lag onder hunne voeten. „Nog eene volle laag, jongens 1 Geeft vuurter eere van Myga, mijne verloofde 1" riep Jan Norris, met den hoed zwaaiend. „Daar gaat de bram- zeilstaug over boord, het geeft niet? Hoera, Myga, vrij water, vrij water Hoor, hoe ze vau 't Zwarte Galeischip op fort Lillo losbranden! Hoera, liever Turksch dan Baapsch Vrij water! 0 goede, lieve Myga. „0 Jan, Jan, op zulk eene trotsche wijze is nog nooit eene veiloofde veroverd geworden Wat hebt gij om mij gedaan „Kom, kom, wat beteekent dat nu?" lachte komt onze natie alleen met de christelijke school er weer bovenop, maar geraakt zij zonder die school in steeds dieper ellende. Hoe kan het ook anders Een school zonder Bijbel kweekt een ge slacht dat vervreemd is van de kennisse Gods, en wat toekomst zdu zulk een nakroost hebben? De school is dus de spil, waar geheel het volksleven om draait. Houd de volksschool „neutraal" en het volk wordt „liberaal". Maar maak de school christelijk en de natie zal straks de verderfelijke strekking van de leer der liberalen doorzien en haar invloed ontvlieden. Maak de school christelijk. Dat beteekent niet, dat de .Staatsschool christelijk moet gemaakt. Wij zeiden het reeds, dat kan niet, en dat mag onder de bestaande omstandig heden niet. Neen, de ouders hebben voor christelijke scholen te zorgen. Gods Woord gebiedt hun de kinderen op te voeden in de leer en vermaning des Heeren. Zij kunnen dit niet doen, als zij hun kinderen naar de openbare school zenden. De nood is ons dus opgelegd. Jan Norris. „Een Italiaanschen luitenant heb ik neergesabeld, het lijk van een Italiaanschen kapitein over boord geworpen. Het Zwarte Ga leischip heeft u en mij gered. Vivat het Zwarte Galeischip Hoezee Hoezee 1" En de geheele bemanning stemde mede in dezen juich toon. Van het Zwarte Galeischip werd deze groete mot kanongebulder beantwoord, terwijl het onder de muren van het fort Lillo heenstreek. „Doet deze moeite niet," zeide de hopman Jeronimo tot zijne kameraden, die hem van den wal naar beneden willen dragen, „laat mij in de open lucht sterven, het zal mij gemakkelijker vallen. Vaartwel, kameraden, vaart allen wel en houdt n goed. Ik zie louter, jonge, jeugdige gezichten om mij heen, kameraden, ik wenseh u meer geluk, dan de oude armee ten deel gevallen is. Wij hebben onzen plicht gedaan graaft maar na op het veld hij Jem- mingen, op de Mookerheide, bij Gemblours en voor Antwerpen, het is niet onze schuld, dat wij nog op de oude plek staan 1 In het rijk van Karei V ging de zon nooit onder, door de schuld zijner opvolgers daalt Spanje's gloriezon ter kimme, om voor Nederland op te gaan, en al moet dit volk ook nog vijftig jaren strijden, in Oost en West eeu gebied te bestralen, waarin zij nooit ondergaat. Vaart wel kauie raden, de oude armee daalt ten grave 1 Vaartwel Spanje leve, Spanje Hopman Jeronimo was dood sprakeloos stond de bezetting van Liefkenshoek, officieren en manschappen om zijn lijk. Zijne voorspelling gaf hun veel te denken. liet kanongebulder werd langzamerhand min der en verstomde eindelijk geheel en al. Ge lukkig waren de Nederlandsche schepen met hunnen glorierijken buit tusschen de Spaanscho forten heengevaren maar nog altijd hoorde men in de verte de wegstervende tonen van het lied uit het jaar waarin de reuzenstrijd met Spanje en Rome begon „Voor Godt wil ick belijden End' sijner grooter macht, Dat ick tot gheencn tijden Den couinck heb veracht Dan dat ick Godt den Heere, Der hoogster Majesteit, Heb moeten obediëren In der gherechtigheyt." Het gaat om het behoud van ons nage slacht. Het gaat om de toekomst onzer natie. Het gaat bovenal 0111 de uitbreiding van Gods Koninkrijk. Zoo is dan de onderwijsstrijd in Nederland een heilige strijd, die niet mag opgegeven, zoolang niet overal in den lande gelegenheid is om den kinderen onzes volks christelijk on derwijs te verschaffen. Het gebed en de geldoflers zijn de eerste wapens die in dezen strijd voortdurend moe ten gebruikt worden. Welaan, lezer, onttrek gij u niet aan dezen heiligen plicht; maar bid, werk, dien, ofter, verzamel zooveel als in uw vermogen is. Zij de 17e Augustus 1889 een blijde dag voor Nederland. Geve ieder naar vermogen, met blijmoedigheid, zonder omzien, zonder voorwendsels te zoeken. Wij vragen geen geld van de ongeloovi- gen. Maar zij allen, die bij Gods Woord wen- schen te leven; tot welk kerkgenootschap zij overigens ook behooren; die allen moeten op 17 Augustus elkaar de handen sterken. Niemand is ook gebonden aan een bepaalde Nu het gevaar voorbij was, begaven Jan en Myga zich in de kajuit, om daar op hunne knieën den God huns levens, den Vader der weezen, in een hartroerend dankgebed te prijzen voor hunne redding, voor het welslagen der grootsche onderneming. En de geest des gebeds werd vaardig over Myga, en tranen van dank baarheid stortend, bad zij luide aan de zijde van haren Jan: „Heb dank, o Heere, Gij hebt LJwe belofte waar gemaakt, Uwe goedertierenheid is niet van ons geweken, De stricken des doodts hadden mij omvaen Ick was beladen met angsten der hellen Ick was in noodt, in suchten en in quellen, Doch ick riep des Heeren naem also aen 0 Heer' verlos mijn ziel uyt desen noodt En ick hevondt, dat hij was seer weldadigh, Zeer vriendelyck en ook seere genadigh Die wel behoedt d' eenvoudige seer bloot. Want als ik ter neder lagh onder voet Geholpen heeft my onsen Godt almachtigh. Dies weest tevreden, 0 mijn ziele klaghtigh, Na dien dat de Heer u dees' weldaet doet, Gliij hebt, Heer, mijn ziel bevrijt van den doodt, Mijn oogen van tranen, mijn voet voor vallen, Dies wil ik wandelen mijn dagen allen Vrotneljjck voor u, o mijn Godt seer groot En Jan Norris, de watergeus voegde er bij „Een schoon en heerlijck werk, Door sijnen arm seer sterek, Heeft gedaen Godt almachtigh Hij heeft de stoute quaet, En hares herten raet Tot niet gemaekt seer krachtigh. Die stout zijn in hooghmoet, Vol van eer en van goet, Heeft Godt neder gedreven En die arm zijn en kleyn, Heeft sijn goetheyh alleyn Seer heerlijck nu verheven Daarop snelde hij weder naar boven, om op zijnen post te zijn. Het trotsche geuzeneskader zeilde in den opkomenden sneeuwstorm met zijnen buit en zijnen roem zonder hindernissen te ontmoeten de W estersohelde al en binnen weinige dagen bracht Jan Norris zijne verloofde welbehouüen te Amsterdam. isi.-'.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1889 | | pagina 1