Week blad voor de Zuid-Hollandsche en Zeeuwsche Eilanden. Vrijdag 2 Augustus 1889. Vierde Jaargang N°. 179. IN HOC SIGNO VINCES W. BOEKHOVEN. Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan den Uitgever. Twee partijen. FEUILLETON. HET ZWARTE GALEISCHIP J 'xi. o,uur. o,uur. 0,30 2,uur. 3,~ en nra. 6,— u. I Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag. Abonnementsprijs per drie maanden 50 Cent, franco p. post Afzonderlijke nummers 5 Cent. uitgkvell SORltlKUSRÏJIi. Advertentiën van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent. Advertentiën driemaal geplaatst worden slechts tweemaal berekend. Advertentiën worden bij den Uitgever ingewacht tot Donderdagmiddag 5 uur Men spreekt op staatkundig gebied van vele partijen, en ofschoon daardoor de on derscheiding lastig en de politeke woorden wisseling soms verduisterd wordt, daar is nu eenmaal niets aan te doen. De verschil lende partijbenamingen treden in het leven op, en men dient er dus wel rekening mede te houden. Zoo gewaagt men van een liberale, een socialistische, een volkspartij, een radicale partijvoorts van antirevolutionairen van de droite en van de gauche; van conservatie ven en nationalen, van roomschen en ul- tramontanen. Maar toch, hoeveel partijbenamingen men ook moge uitdenken en in omloop brengen, naar de eerste beginselen geoordeeld zijn er toch altijd maar twee politieke partijen en meer niet. Dat zeggen de liberalen ook, maar zij bedoelen het in een geheel anderen zin. Want zij verbeelden zich dat zij alleen de echte politiek beoefenen, en van den be ginne aan droeg het liberalisme ten onzent twee onderdeden in zijn schoot, t.w. een partij van vooruitgang en een partij van be houd, een partij van verzet en een partij van toegeving, of nog anders gezegd, een partij van kloeke, rondborstige, soms ruwe libe ralen en een partij van bedeesde, bedaarde, bedekte, deftige liberalen, lieden die bij de eerstgenoemden steeds een goed eind ten achteren komen. En nu zijn het deze twee partijen, welke de liberalen bedoelen als zij van de twee partijen spreken. dooe E. A-GLYPHOS. Geluidloos glijdt het Zwarte galeischip met zijn schaduwgevolg over de heillooze plaats heen. „Hond de wachtHoud goed de wacht weerklinkt het geroep van de schansen San Pedro en Santa Barbara. De lichten van Predikerhol, van fort Maria, van fort Ferdinand, eeue klok doet dof en plechtig in de duisternis haar slagen hooren, de klok van de Lieve-vrouweukerk te Antwerpen. Het is twee uur Op zijnen post staat de kapitein van het Zwarte galeischip, met het ontblootte zwaard in de hand; maar een ander bestuurt in dezen nacht het schip en zijne bemanning. Viel maar een enkele licht straal op het gelaat van dezen leidsman, gij zoudt verschrikken over dit gezicht. Jan Norris, de verloofde van My ga, die daar gevangen zit in de kajuit der Andreas Doria Jan Norris, de watergeus, die zijne verloofde in de handen zijner doodvijanden moest achter laten Jan Norris, die niet verdronken is, toen hij van het Genueesche galjoen over boord sprong, Jan Norris bestuurt in dezen nacht het Zwarte galeischipJan Norris' oog ziet in den nacht, het doorboort de duisternis evenals den helder- sten dag. Redding Wraak Neem u in acht, Leone della Rota, deze nacht broeit onheil. Pas op, Leone della Rotahet is nu geen rijd, om zich te bedwelmen in vrou- Doch neen, zoo meenen wij het niet, als wij van twee partijen spreken. Want de daar zoo even aangehaalde twee partijen zijn goed bezien slechts ééne partij. Het zou dan ook juister zijn als men ze aanduidde als groepen of fracties van dezelfde partij. Tus- schen haar is toch slechts een verschil van graad en niet van beginsel. Zij staan op ver schillende trappen, dat is waar, maar de sporten waarop zij zich bewegen, behooren toch tot éénzelfde ladder. En immers, er zijn nog meer sporten van diezelfde ladder te noemen, gelijk uit het bovenstaande reeds blijkt. De conservatieven, de liberalen, de radicalen, de socialisten, zij alle bewegen zich in één spoor, maar wat de consequen- tiën, wat de praktijk betreft, isertusschen die revolutionaire fractiën nog een groot ver schil. Zóó groot zelfs, dat velen de overeen komst in beginsel niet zien, en dan ook ge regeld boos worden, als men hun voorhoudt, dat de liberalen tot dezelfde familie behoo ren als de socialisten. Aan zulk een verwant schap kunnen zij niet gelooven, omdat zij nog zulk een groot verschil opmerken in het leeren en streven van die tweefractiën. Noch tans is het geen overdrijving, want de libe ralen zoowel als de socialisten verwerpen op staatkundig gebied de souvereiniteit Gods en het gezag van Zijn Woord. Beiden vin den de hoogste wet in zichzelf. En dat er nu nog zulk een groot verschil is tusschen de revolutionaire partijen, dat komt omdat zij zonder een vast richtsnoer en zon der een vast uitgangspunt zijn. Zij bedoelen, dit nemen wij gaarne aan, allen het alge meen belang. Maar wat is het algemeen be- wenliefde en Siciliaanschen wijnGeef acht op uw schip, bescherm uw schip, Leone della Rota, neem u in acht, neem u in acht voor het Zwarte galeischip Aan boord der Andreas Doria waren alle be velen gegeven en ten uitvoer gebracht. Nog drie uren en het Genueesche schip zou onder zeil gaan, om zich met de vier vooruitgezeilde galjoenen bij Biervliet te vereenigen om jacht te maken op het zwarte galeischip. De beman ning besteedde de weinige uren, die nog beschik baar waren, om te slapen, zelfs de wacht op het dek sliep en de lont van den matroos op de loopplank was uitgebluscht, evenals alle an dere lonten aan boord. Lag het schip dan niet veilig genoïg onder de muren der stad en de wallen der citadel De scheepslantaarn aan den hoofdmast werpt een rusteloos, flikkerend licht over het dek. Uit de raampjes der kajuit valt een zwak, twijfelachtig schijnsel op de don kere golven der Schelde, die langs het schip heenvloeien. In de kajuit richt zich de luitenant Leone della Rota, die bij de legerstede van Antonio Valani gezeten is, op, en zegt„Het is voorbij Hij is dood, hoort gij het, bolla Flamminga, hij is dood en kapitein aan boord van dit schip is Leone della Rota! Hoort gij, o schoonste ik aanvaard mijne erfenis. Ook gij zijt mijn met den laatsten snik van mijn vriend zijt gij de mijne geworden." Op nieuw vulde Spinola's luitenant den beker met fonkelenden wijn. „Wat wendt gij u af en huivert, schoone Myga Hij is dood, zijn hart heeft uitgeslagen. Maar het mijne slaat nog wild en hoog. Wel was hij mijn vriend, maar in de liefde tot u wreek ik immers zijnen dood Hij nam den lang? Daarover loopt juist de strijd, en nu zijn alle revolutionaire partijen het hierin eens, dat zij slechts naar haar eigen gevoel en inzicht te bepalen hebben wat het alge meen belang vordert. Voor den modernen staat, hetzij hij gema tigd liberaal of wreedaardig socialistisch in gericht worde, is dus het eigenbelang het hoogste beginsel, waarnaar alle wetten zich moeten regelen. Dit nu is m'efalzoobij de antirevolutionaire partij. Deze houdt de souvereiniteit Gods vast op staatkundig gebied en heeft daar door een betrouwbaar meetsnoer voor hare daden. Niet alsof de antirevolutionairen altijd al leen goede dingen hadden tot stand gebracht en de revolutionaire altijd verkeerde. Neen, de antirevolutionairen zijn ook zondige men- schen. Zij weken ook wel eens van nun be ginselen af. En omgekeerd zijn er onder de liberalen, dit ontkennen wij volstrekt niet, zeer brave menschen, die zich soms zoo no bel gedragen, dat zij menig antirev. be schaamd maken. Maar dit bewijst nog niets in het voordeel der liberale partijWcAfm$t of van haar beginselen, want er zijn ook overge nomen, afgekekenwerktuigelijk aangeleerde werkzaamheden, die een persoon of een partij verrichten kan, zonder dat er op te rekenen valt, dewijl zij niet uit het beginsel van zijn of haar leven voortvloeien. Zoolang de liberalen op den bodem der revolutie staan, gaat al wat zij goeds ver richten, buiten hun beginsel om; terwijl daar entegen het goede dat de antirevolutionaren beker op en ledigde hem. „U ter eere, arme Antonio, in volle zee zult gij een edel zee mansgraf hebben. Niet aan land zullen zij u begraven; onder de vroolijke golven zult gij sluimeren, zooals het eenen zoon van Genua toekomt. In de armen der zeemeerminnen zult gij slapen." „Erbarming, heilige God, zend mij den dood, red mij, red mij!" kermde de wanhopige Myga maar de dronken Leone lachtte woest en schel. „Zie mij niet zoo aan, koningin, heden mij, morgen een ander, dat is de oorlog, dat is het leven. Meent gij, dat ik zou jammeren en gebeden prevelen als een monnik bij het lijk mijns vriends Ha, waren wij aan het strand der Ligurische zee, dan zouden wij ons met rozen en mirten de haren bekransen, om dezen schoonen nacht te vieren In den naam der wraak, in den naam der overwinning, kom in mijn' arm, wilde geuzin en wees de mijue, o schoone ketterin." Met eenen doordringenden, hartversclieurenden kreet klemde Myga van Bergen zich aan de posten van het ledikant, waarop het bleeke, bloedige lichaam van Yalani uitgestrekt lag als wilde zij bij den doode nog bescherming zoeken. Met een woest gelach rukte Leone della Rota de ongelukkige los, hief haar omhoog en nam haar in zjjne armen. Daar hoorde hij eens klaps een doffen val boven zijn hoofd, zoodat de lamp aan het dek daarvau trilde. Een kreet! een worsteling een tweede val stampen en trappelen van vele voeten een woest ge schreeuw de doordringende knal van eene handbuks de ontzettende, onheilverkondi- gende kreet„De geuzen De geuzen De geu zen aan boord Verraad 1 VerraadAll' arme 1 All' arme L" uitrichten uit hun beginselen voort en dus meer duurzaam en betrouwbaar is. Als de antirevolutionair b.v. ijvert voor verbetering van het lot van den werkman, of voor verheffing van belastingdruk voor de mindere standen, of voor invoering van den persoonlijken dienstplicht, of voor uit breiding van het kiesrecht, dan geschiedt dat alles uit kracht van zijn beginselen, om dat hij let op het Woord van God, hetwelk hem leert dat de ondergeschikten met bil lijkheid en zachtmoedigheid moeten beje gend, het lot der armen moet verzacht wor den en dat een eenvoudig huisvader even bevoegd is om met zijn belangen voor den troon des Konings te naderen als de rijkere burgers. Wanneer echter de liberalen hetzelfde tot op zekere hoogte voorstaan, dan is dat al leen omdat zij dit in onze dagen nog het ge- schikst vinden, of althans sommige hunner, want zij zijn het er lang niet over eens. Daar om hebben zij ook van de werklieden nog schier niets gedaan, hebben de belastingen schrikbarend opgedreven (vooral ook door hooge sommen uit te geven voor vele sier lijke openbare werken), hebben in 1873 on der het Ministerie Geertsema het wetsvoor stel van den Minister van Limburg Stirum om de plaatsvervanging af te schaffen, niet aangenomen en gingen eerst tot uitbreiding van het kiesrecht over, toen deze maatregel door den aandrang der radicalen en so cialisten schier niet langer tegen te houden was. Het is waar, nu zijn nog eenige liberalen zeer begeerig om door wettelijke regeling „Wat is dat diavolo riep de luitenant, het meisje vrijlatend en naar het zwaard grijpend. Van de bloedige legerstede verhief zich nog eenmaal het bloedige lichaam van Antonio Va lani, nog eens openden zich zijne oogen wijd en strak en waren met een onbeschrijfelijke uitdrukking van verwijting en verachting op den luitenant gevestigd „Bescherm het schip ver rader laag hartige ver reen golf zwart bloed vloeide uit den stamelenden mond Antonio Va lani zonk in zijne kussens terug. De dood had zich van zijne prooi meester gemaakt. Op het dek werd nu den val van den eersten wacht het dooreenwoelend gewemel voortdurend algemeener en luiderhet slaapdronken, ver warde, verraste scheepsvolk snelde naar boven met het eerste het beste wapen in de hand. „Te wapen Verraad De geuzen Gevloek gekerm geroep 0111 pardon. Myga van Bergen zonk weder op de knieën, terwijl de luitenant, het zwaard uit de scheede rukkend, de kajuitstrap opsnelde. Op het dek strompelde zijn voet reeds over lijken en neer gevelde gewonden. Onbeschrijfelijk woest ging het daar toe de triomfkreet der Nederlanders en de schrikwekkende geuzenspreuk„Liever Turksch dan Paapschbegonnen reeds het te-wapen-geroep der Genueezen te overstemmen. En altijd nog klauterden er geuzen als katten tegen den romp der Andreas Doria omhoog. Ook de nabijliggende koopvaardijschepen en kleinere oorlogsvaartuigen schenen overvallen te zijn want ook daar weerklonk het krijgs geschreeuw, vielen schoten en verspreidden fak kels hun roodachtigen gloed. Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1889 | | pagina 1