Ondergeteekenden bevelen u aan voor de verkiezing
voor de Provinciale Stalen op Dinsdag 14 Mei,
I
WH
van Oud-Beierland,
van Numansdorp.
Wij kennen deze mannen als pr&ctische, klindigedegelijke mannen, die ons vertrou
wen waardig zijn; die berekend zijn voor de zaken, die in het college der Provinciale
staten voorkomendiewat voord thans van gewicht is, medewerken zullen de (Eerste
tKamer om te zetten.
Oud-Beierland.
A. van Gelder
C. Hoogenboom
A. Smit
H. de Vlieger
B. den Buiteen
H. Cramer
Numansdorp.
H. Barendrecht
C. van Beek
A. van der Waal Az.
D. van der Waal
H. van der Linden
3 de Koning Gz
Jok van Beek
Klaaswaal.
J. Kruithof
Strljen.
I. Diepenhorst
G. A. Diepenhorst
H. v d Nadort
A. v d Nadort
R. Simons
Nieuw-Beierland.
A. Bouman
Piersltfl.
A. Rosmolen
J. Bouman
Clouds waard.
J. de Jong
Westmaas.
A. Bouman
W de Zeeuw
L. Schilperoort
UCifnslteerenland.
J. Noppen
J. Appeldoorn
L. de Jong
Putterslioek.
G. Zevenbergen
's Ctravendeel.
F. ten Hoor
F. Bentum
C. Moret
C. Brand Az.
E. Noorlander
Hcinenoord.
Ds. R. J. W. Rudolph
D. Troost
H. Leeuwenburg
A. Kluit
F. Trouw
geldel'ijken band tusschen Kerk en Staat) aan
de opleiding van staatstheologen, en zoo meer.
Ook denke men aan hun verwaarloozen van
de sociale belangen en aan bet tegenhouden
van de uitbreiding van het kiesrecht. Want ja,
het Nieuwsbladpocht er wel op, dat „het
volk in den liberalen staat een groot aandeel
heeft gekregen in de oplossing der maatschap
pelijke quaestiën, maar het is genoeg bekend
hoe de liberalen ten onzent de eenvoudige bur
gers zoolang mogelijk hebben buitengesloten
van het kiesrecht en ten slotte slechts door
vrees voor den socialistischen aandrang er toe
gekomen zijn om ten minste een deel van „het
volk achter de (oude) kiezers" meê toe te laten
bij de stembus.
Neen waarlijk op de liberalistische „vrijheden"
is geen peil te trekken. Daar kan men geen
staat op maken. Vrijheden die zij heden ver-
leeuen, trekken zij morgen, als het hun gevalt,
weder in. Dat komt hieruit voort, zij gaan niet
van vaste beginselen uit, zij eerbiedigen niet
het koninklijk gezag bij de Gratie Godszij
gehoorzamen niet aan de overheid omdat God
het zoo wilmaar alleen uit berekeningomdat
een groot deel des volks het aldus het beste
is. Overigens is hun staatkundige leefregel
het Nieuwsbladzegt het zelf „de Koning
regeert en het volk bestuurt", dat wil zeggen,
zij* verlagen den vorst tot een ambtenaar en
meenen dat hem slechts zooveel macht en heer
schappij toekomt als het volk hem wil toelaten.
De antirevolutionairen daarentegen gehoorza
men uit heilig plichtsbesef zoolang aan de wettige
overheid als hun niets geboden wordt, dat on
tegenzeggelijk in strijd is met Gods Woord,
en voorts zoeken zij vrijheid en gelijkheid voor
de wet aan alle partijen te verschaften. Dat is
heel wat anders.
Wij ontkennen dus niet, dat de roomsche
leer gevaarlijk is voor onze volksvrijheden, maar
wij moeten er tevens nadruk op leggen, dat de
liberalistische praktijk nog veel gevaarlijker is.
Onder den schijn van vrijheid en bescherming
ontnemen de liberalen ons op de verraderlijkste
manier onze rust en onzen welstand.
Bovendien, men bedenke wel, dat de roomsche
j op zichzelven en zonder hulp van andere partgen
niets over ons volk vermogen. Zij kunnen ons
volk niet aan banden leggen, omdat zjj alleen
geen meerderheid in ons land vormen. Voor
zoover de antirevolutionairen dus met hen samen
gaan, hebben zjj hen geheel in hun macht.
Niemand late zich alzoo afschrikken van de
roomschen onze partij werkt slechts zoolang
en in zooverre met hen mede als dit voor ons
volk noodig en nuttig is. En op staatkundig
gtbied mag er samenwerking plaats hebben
met alle burgers en alle partjjen, die hetzelfde
willen als wij, zij het dan ook met andere
oogmerken.
KIEZERS!
JONGEJAN
70S
SNELPERSDRUK. W. BOEKHOVEN. SOMMELSDIJK.