I
Wat de kiesvereeniging'en te
doen liebben.
Feuilleton.
EEN WARE GESCHIEDENIS.*)
volkeren der Aarde.
Uitslag der verWc»ing te
Schiedam.
(wCHicng'de Kerleliten.
Kolonie
A. v. d. 1
Plaatselijk
van die verzwakte lieden aan te trekken. Waar
zij dit veelal nalaten, pleit er veel voor de tus-
schenkomst der Regeering. In Duitschland heeft
men voor zulke behoeftigen zieken-, pensioen
en weduwenfondsen, die èn aan de industrieëlen
èn aan de arbeiders goed voldoen.
Het thans gereed gemaakt ontwerp bedoelt
voorloopig alleen
Zekere soort van arbeid te verbieden voor
jongelieden beneden de zestien jarende arbeids
uren voor jongelieden beneden de achttien jaren
en voor vrouwen tot zekere hoeveelheid te be
perken, in zoover zij in fabrieken en werkplaatsen
dienst doen; bepaalde rusttijden vast te stellen
voor deze personen
hun den Zondagsarbeid te verbieden,
en aan vrouwen in fabrieken en werkplaatsen
den arbeid te verbieden gedurende vier weken
na hare bevalling.
De een zal oordeelen, dat dit ontwerp iets te
ver gaat, de ander dat het lang niet ver genoeg
gaat; mogelijk ook zullen enkele liberalen uit
partijzucht en afgunst er hun stem aan onthou
den. Ook de heer Domela Nieuwenhuis zal er
denkelijk niet voorstemmen, nu zijn onbekookt
voorstel zulk een slecht onthaal genoot De so
cialisten zijn ook afkeerig van geschikte en ma
tige middelen tot herstel van de maatschappelijke
rustliever gebruiken zij de bestaande ellende
om de arbeidende klasse tot ruw verzet te prik
kelen.
Evenwel vermoeden en hopen wij, dat het
ontwerp zal aangenomen worden, zij het ook
met eenige ondergeschikte wjjzingen, het is zeer
voorzichtig opgesteld; het spreekt niet van rijks
inspecteurs over de fabrieken; de behoeftige tuin
ders en kleine landbouwers worden vrij gelaten
om des zomers zeer jeugdige lHuder-Ou mede naar
den tuin of op het veld te nemen, en ook voor
de schippers en visschers en voor de Israëlieten
op Zondag zijn uitzonderingen toegestaan. De
beschuldiging van te ver gaand zal dus niet volge
houden kunnen worden. En wat in de oogen van
andere Kamerleden er aan ontbreekt kan deels
nu, deels later er aan toegevoegd worden. In
elk geval is het te hopen dat er op dit gebied
spoedig wat meer bij de wet bepaald wordt dan
in het wetje van Houten begrepen is. Wij
komen toch reeds ver achteraan bij anderelan
den. Ongetwijfeld zullen er wel eenige liberalen
mede instemmen. Het is dan ook, als men het
er niet opzettelijk in zoeken wil, volstrekt geen
partijwet, maar een ontwerp gelijkelijk in het
belang van alle partijen.
Men ziet uit dit een en ander, dat de libe
ralen alle zeilen willen blijven bezetten om hun
scheepke in beter haven te krijgen, en het zal
goed zijn dat ook onze partij daar rekening me
de houdt, en naarmate de tegenpartij haar krach
ten inspant, ook zelve de waakzaamheid en werk
zaamheid gaat verdubbelen. Te wanen dat wij,
wij als antiliberalen eventjes in de meerder
heid zijn, reeds de wapens konden neerleggen
en den strijd staken, ware de dwaasheid zelve.
Veeleer moet thans de eigenlijke strijd eerst be
ginnen. Want toen de antiliberalen nog min
derheid waren, poogden de aanhangers der revo-
lutieleer hen veelal dood te zwijgen, en namen
een tergend hooghartige houding aan, als ware
het de moeite niet waard om op hun betoogen
en bezwaren te letteu. Doch thans moeten
zij dit in hun eigen belang wel doen, en daar
om zeggen wij dat de eigenlijke strijd nu eens
recht begint.
Wij spraken daar even van twijfelachtige dis
tricten. Welnu, het district Zierikzee, waar dit
blad veel gelezen wordt, hoort onder die twij
felachtige districten. Nog wonnen de libralisten
er in Maart jl. den slag. Maar slechts een paar
honderd liberale kiezers behoeven met goed ge
volg te worden voorgelicht om het blaadje te
doen omslaan. De invloed van het gesproken
woord is daatoe het grootst. Daarom, nu de win
ter en daarmede de geschikste vergadertijd weer
aanbreekt, gebruike men die nuttig en legge in
tal van bijeenkomsten bloot wat ons land on
der het liberale wanbeheer geworden if en wat
het met 's Heeren hulpe onder de tegenwoordi
ge Regeering worden kan, ja hoe ook reeds van
stonde aan de gezegende vruchten van de om
wending in het Staatsbestuur gezien worden.
Kort geleden heeft de Nieuwe Rotterdamsche
Courant haar lezers nog eens zoeken op te wek
ken, toch niet te verflauwen in ijver voor de
politieke belangen, al is het ook dat de libera
le partij niet langer het staatsroer in handen heeft.
„Moed verloren is alles verloren" denkt de
redactie zeker, en daarom schetst zij de toekomst
der liberalen zoo rooskleurig als het slechts even
kan. De zegepraal der antiliberalen was niet zóó
schitterend, zegt zij, de kansen kunnen keeren;
en de tegenpartij zal wel fouten maken
Evenwel ziet zij levendig in, dat de liberalen
om het verloren terrein te herwinnen, beter
moeten werken onder de kiezers, want dat zij
anders minderheid zullen blijven.
En wat raadt zij nu daarom aan haar lezer
aan? Hetzelfde wat zij hun reeds herhaaldelijk
voorhield: een betere organisatie van haar par
tij, meer deelneming aan het publieke leven, het
oprichten van meer publieke vereenigiugen, het
dikmaals bijeenkomen van die vereenigiugen om
met de kiezers over de gewichtige staatkundi
ge vraagstukken te spreken, en vooral ook het
uitbreiden van de kleine pers.
Inzonderheid zal haar partij deze middelen
hebben aan te wenden, zoo meent zij, in twij
felachtige districten, of daar waar haar meerder
heid slechts gering is.
Die in de schuilplaats des Allerhoogsten
is gezeten, die zal vernachten in de scha
duw des Almaehtigen. Pb. 91 L
Voor eenige jaren woonde er in het stadje
Eeen rijk heer, wiens inkomen ge
durig vermeerderde door de winst eener groote
spinnerij en weverij, waar vele mensehen hun
brood verdienden. Het was nog in den tijd, toen
de machinerie en de stoomkracht weinig of niet
althans niet in die streken, bekend was. Alle
werkzaamheden moesten nog door handenar
beid worden verricht en, duurde het wc-rk wat
langer dan tegenwoordig, de goederen waren so
lieder, omdat de kracht uit de grondstoffen niet
was weggenomen door de werking der machi
nes. Ook liepen er niet zoovele menschen zon
der werk, omdat nog geen enkele machine het
werk deed, waardoor vele menschen hun brood
verdienden. Doch zoo over die machine schrij
vende,, zouden wij ze als de oorzaak der lieer
schende malaise op alle gebied en eiken tak van
handel en nijverheid gaan aanwijzen en daardoor
feitelijk van onze geschiedenis afdwalen.
Dié rijke heer dan in het stedeke E. had ve
le menschen op zijne spinnerij en weverij. Hij
was eeri goddelooze man die met al wat heilig
is den spot dreef.' Hij vroeg er niet naar of het
Zondag of werkdag was; ztjn wil was wet en
ids hij het geboo'd, moesten zijne werklieden
des Zondags werken. Nu had hij onder zijne
arbeider» er éen, die zeer arm, maar ook zeer god
vruchtig waa. Die „fijne kwezelaar", zooals hij
Ov.irjrcuojneu uit e$e iG.c^cnbode.
De Duitsche Keizer is een man, die zijn ge
voelens niet verbergt: Z. M. bracht dezer dagen
een bezoek aan Breslau. Allereerst ontving hij
daar een afgezantschap uit de werklieden, aan
hetwelk hij zijn dank betuigde voor de hein ge
brachte hulde eu voor de betuigiug vau trouw
aan 't koninklijk huis. De Keizer zeide, dat die
hulde hem dubbel verblijdde, omdat zij kwam
van werklieden van beider gezindte. Verder zeide
de Keizer: „het welzijn der arbeidende klasse
gaat mij steeds na ter harte. De werklieden van
Breslau waren de eersten, die dit erkenden en
hun gevoelens van trouw verkondigden, en ik
hoop dat de werklieden der geheele monarchie
dit voorbeeld mogen volgen". Ieder der afge
vaardigden reikte de Keizer daarna de hand.
Aan den opperburgemeester betuigde de Keizer
zijn bijzondere vreugde over den uitslag der ver
kiezing te Breslau, waar men een nationaal-
liberaal, een vrij-conservatief en een conserva-
tief(antirev.) koos. Anders werden in Breslau
steeds drie Duitsch-vrijzinnigen gekozen
In het Engelsche Lagerhuis werd het wets
ontwerp behandeld, waarbij 5 millioen wordt
gevraagd voor den aankoop van pachthoeven
in Ierland Gladstone verdedigde zijn amandement,
dat de voordeelen der Landwet van 1887 ook
tot Ierland wil uitstrekken, opdat de gerechts
hoven in de gelegenheid worden gesteld achter
stallige pachten te verminderen of kwijt te schel
den. Door zijn partijgenooten en de aanhangers
van Parnell werd Gladstone's rede herhaaldelijk
toegejuicht. De bespreking van het wetsontwerp
der regeering en het wetsontwerpGladstone
wordt nog voortgezet.
Rusland doet door zijn handelingeu zien, dat
wij in een tijd van ge wapenden vrede leven.
Twee divisiën infanterie uit Kasan en den Kau-
kasus zijn naar de westelijke grenzen verplaatst
het besluit daartoe is reeds door Keizer Alexan
der onderteekend. Wel schrijft men uit Peters
burg, dat er aan geen oorlogszuchtige plannen
wordt gedachtdat de legerverplaatsing zoo goed
als niet te beduiden heeftmaar te Berlijn en
te Weenen is men daar niet gerust op.
Zelfs wordt beweerd, dat de Keizer van Oos
tenrijk geweigerd heeft met Czaar Alexander
gelijktijdig te Berlijn te komen om Keizer Wil
helm te bezoeken, indien de Czaar niet enkele
troepen van de Oostenrijksche grenzen terugroept.
Met het oog op het sluiten van een nieuwe
leening door Rusland, zoowel als de verplaatsing
van troepen, meent men, dat het goed is een oog
in 't zeil te houden. Ook de Berlrjnsche bladen
zien wolken oprijzen. De Post ziet zelfs van 't
Oosten en van 't Westen beide gevaar en wijst
op do legerversterkingen zoowel in Frankrijk als
in Rusland. Dergelijke dingen klinken vreemd,
nu pas de vriendschap weer volkomeu hersteld
en beklonken scheen tusschen de Wester- en
Noorderburen. Nog vóór enkele dagen sprak men
van een samenkomst der drie keizers, waar nu
niets van komt, gelijk de ongerusten beweren.
De regeering van Italië verlangt van de kamer
60 millioen lire buitengewoon krediet voor het
leger en 10 millioen voor de vloot. In Oostenrijk-
Ilongarije wordt thans een legerwet behandeld,
welke nieuwe oSers van het volk zal vragen.
Het doel van de nieuwe wet is, dat de 800
duizend manschappen, van Oostenrijk-Hongarije,
op voet van oorlog moet tellen, in tijd van nood
werkelijk te vinden zijn.
Uit Nancy is een telegram te Parijs aange
komen, waarin gemeld wordt, dat een nieuw
voorval bij de Duitsche grens heeft plaats gehad.
Een Franschman, die als beambte aan het station
Avricourt werkzaam was, is op Duitsch grond
gebied in hechtenis genomen.
De Fransche ministerraad heeft langen tijd
beraadslaagd over het ontwerp betreffende het
algemeen stemrecht. De ministers besloten een
stemmig den grondslag zoo ruim mogelijk te
nemen, om aan den wensch der Kamer te vol
doen.
Op uitnoodiging van Engeland en Duitschland
zal thans ook Portugal deelnemen aan de blok
kade der kust van Zanzibar. Het gerucht gaat,
dat ook de Porte niet ongenegen is aan het
blokkeeren der kust deel te nemen.
De Times verneemt, dat de geheele oostkust
van Afrika in opstand blijft. Een opgestaan Ne
gerhoofd aan de Zambesi verhindert den Gou
verneur van Mozambique terug te keeren.
Ook in het Noordoosten van Afrika is nog
zeer onrustig. Soeakim wordt nog steeds belegerd.
Frankrijk zal geen deel nemen aan de blok
kade van Zanzibars kust. Het heeft slechts één
oorlogsschip van de vloot in den Indischen Oceaan
afgezonderd om den mogelijken slavenhandel on
der Fransche vlag te beletten.
In de Afrikaansshe aangelegenheden zal
Duitschland het krachtigst optreden. Wanneer
eerstdaags de laatste kruisers van Kiel zijn ver
trokken, zal het eskader voor Zanzibar zes schepen
sterk zijn, met 1300 man aan boord en 56 zware
stukken geschut. Met deze strijdmacht zullen de
belangen van Duitschland aan Afrika's kust ver
dedigd worden.
De berichten over verplaatsingen van Russi
sche troepen gaven menigmaal aanleiding tot vrees,
doch telkens dreef de bni weer af. Er zijn er
dan ook, die gelooven, dat al die ongerustheid
eigenlijk dienen moest om in Oostenrijk en in
Duitschland de nieuwe wetten en kredieten, de
landsverdiging betreffend, vaardiger te doen aan
nemen.
De studenten van Madrid (Spanje) hadden eene
groote betooging tegen de conservatieven (Cauo-
vas) zoorbereid. Die betooging zal echter niet
plaats hebben. De rector der hoogeschool en
de liberale bladen hebben de studenten weten
te overtuigen, dat zij verstandiger doen als zij
geen aanleiding tot verstoring der rust geven
Tegen de aautijging der conservatieven alsof' hun
uitingen revolutionaire bedoelingen tot grond
slag hadden zijn zij met verontwaardiging op
gekomen in een adres aan de KoninginRe
gentes.
hem noemde, was hem een ergernis en aanstoot.
Hij was echter een goed werkman, geen dag
dief en stipt eerlijk. Nu, dat behoort bij gods
vrucht oneerlijke, luie, vuile en slechte arbei
ders moeten, indien ze op een godvruchtig leven
gesteld zijn, vooral zorgen, dat hun wandel voor
de menschen door hun gedrag niet wordt be
vlekt. „Een goed Christeu," zegt toch het spreek
woord, „is een goed burger".
Een goed werkman, geen dagdief en stipt
eerlijk dit waren drie zaken in den werkman,
die den eigenaar der weverij goed aanstonden
en alleen daarom, hoe hij hem ook laakte en
bespotte om zijn godsdienstige begrippen, hield
hij hem in zijn werk, want aan degelijke werk
lieden is altijd behoefte. Daarbij komt, dat zulke
menschen winsrgevend zjjn voor hunne patroons,
't Was dus eigenbelang, dat hem in dezen goed
gunstig deed zijn. Dat die „fijne femelaar" des
Zondags niet wilde werken, was inzonderheid
den patroon eene ergernis en een doorn in het
oog. Sinds lang zon hij op een middel om hem
daartoe toch eens te bewegen. Hij wist, dat de
man arm was. Wel had hij een degelijke huis
vrouw, net en zuinig, maar ook een groote huis
houding met kinderenen is het waar, dat „kin
deren zijn een zegen des Heeren, toch houden
zij den ouders de noppen van de kleeren". "Veel
ziekte en ongemak maakte daarbij nog, dat de
arme man niets van zijn zuurverdiende pennin
gen kon overhouden. Voor zijn geestelijk leven
waren die drukwegen uitnemend, want dagelijks
leerden ze hem, dat hij den Heere noodig had
om ook door den tijd te komen.
Op zekeren Vrijdag komt de patroon op de
weverij en gelast den meesterknecht den man
Aantal kiezers 2673 Uitgebrachte geldige
stemmen 2398
Mr A P 11 O Baron Van der Borch
van Verwolde, A 1265
Jhr Mr W Six, L 1129
Gekozen Mr A P R O Baron VAN DER
BORCH VAN VERWOLDE
Bij de verkiezing op 6 Maart werden uitge
bracht 2432 stemmen, op den heer J. CFabius
625, op den heer L W Jansen, R 699 en op
Mr J G Patijn, L 1099
Bij de herstemming op 20 Maart werden uit
gebracht 2431 stemmen Daarvan verkreeg de
heer L W Jansen, R en A 1103 en Mr J G
Patijn, L 1328 stemmen
De Kamer staat dus thans
55 Anti-Liberaal
44 Liberaal
1 Sociaal
Onlangs werd een fourier van de cavalerie
te Leiden gedegradeerd, naar de meening van
een zijner kameraden ten onrechte. Deze ka
meraad heeft Zaterdagavond in opgewonden
toestand in de kazerne een revolverschot gelost
in de richting van het vermoedelijk verblijf van
eeu wachtmeester, aan wien hij een en ander
meende te wijten. Gelukkig werd er niemand
getroffen, hoewel er een vrouw en onderschei
dene kinderen in de nabijheid waren. (L, C.)
Te Maassluis was een matroos met eenige
zijner gezellen uitgeweest en, dronken aan boord
willende gaan, raakte hij te water. De anderen,
eveneens dronken, haalden hem er uit, doch
behandelden hem zoo onhandig, dat hij spoedig
een lijk was. Een weduwe met 7 kinderen staan
daardoor hulpeloos.
In den nacht van Zaterdag op Zondag
ontstond te Rotterdam in een tapperij in het
Achterklooster een hevig gevecht. Een der
vechtende personen gaf zijn tegenstander een
steek onder de korte ribben, en een ander bracht
hij eenige sneden aan het hoofd toe.
De persoon, die onder de ribben werd ge
stoken, is naar het ziekenhuis overgebracht
en verkeert in bedenkelijkeu toestand. De dader
is bekend.
Zondag 11. is een schuif van den reeder
M. boven Egmond aan Zee op een paal ge
zeild, met het treurige gevolg, dat de schuit
vergaan is en 7 der opvarenden zijn verdronken.
De schipper laat een vrouw met 8 kinderen na.
De heer J. Lorette te Utrecht viert Don
derdag zijn 102den verjaardag. Hij beweegt
zich gaarne en gemakkelijk, wandelt bij goed
weer de straat nog geregeld op en neer, en
voor eukele dagen heeft hij in het tuintje ach
ter zijn woning de boompjes nog weer gesnoeid.
Dinsdagavond trad in de vereeniging Mul-
tatuli de heer F. Domela Nieuwenhuis op, om
te spreken over: „De voortstuwende kracht der
dwazen."
De heer Nieuwenhuis schetste eerst den in
druk, dien het optreden van Jezus maakte in de
Jeruzalemsche wereld van „officieele wetenschap1'
en „officieele goede zeden."
Alle tegenwoordige wereldhervormers worden
nog evenzoo outvangen. Yan oudsher heeft men
zulke mannen aangezien voor idealistische plan
nenmakers. In vroeger tijd Socrates, Coperni
cus, Columbus en later St. Simon, Fourier, Ro
bert Owen, allen zijn door hun tijdgenooteu „dwa
zen" genoemd.
Ten onzent heette een dwaas de man die zich
„Maltatuli" noemde. Of hij eeu dwaas w.is, oor-
deele men aan zijn dichtstuk de Vorstenschool.
(Spreker las daaruit een fragment voor.)
Als er dwaasheid bij hem werd gevonden dan
was het zeker deze, dat hij, om verkeerdheden
te doen ophouden, het voldoende achtte, die aan
de machthebbenden bekend te maken. Multatul's
kracht, evenals die van alle „dwazen," was dat
een groote partij werk te geven, dat Zaterdag
avond af moet. Met den besten wil was dit
echter onmogelijk. Toch moest het, want als 't
niet klaar was, dan, zoo dreigde de patroon,
zou hij geen weekgeld ontvangen.
De wever toog aan het werkhij gunde zich
geen tijd om te eten, want zoo hij eens geen
weekgeld ontving, waarvan moesten zij des
Zondags dan eten? Hij werkt en zwoegt zoo
hard hij kan, maar
Op den middag van Zaterdag vertelt hij de
zaak aan zijne vrouw en bereid haar voor door
te zeggen, dat zij dezen avond maar op geen
weekgeld moet rekenen. „Maar, man!" zeide zij,
„wat moet ik dan beginnen? Wat moetik aan
onze jkinderen te eten geven?" „De Heere
zal wel zorgen, moeder!1' was zijn antwoord.
„Hij zorgt als 't leed genaakt!" Hiermede
verliet hij zijne echtgenoote en ging naar de
weverij met de bede in de ziel, dat, wijl de
Heere alles wist, het Hem behagen mocht, het
alte doen uitloopen tot zijne eer. Hij smeekte
daarbij om genade, om in deze Gode te mogen
zwijgen.
De Zaterdagavond komt, maar het werk
is niet klaar. De meesterknecht betaalde als naar
gewoonte ieders weekgeld uitonzen wever ech
ter mocht hij niets geven. Zijn werk was niet
af. Hij kende den toestand van den armen man,
riep de heer der weverij en zeide hem, dat het
toch ook heusck te veel was; dat de man ge
trouw en hard had gewerkt en dat men toch
het onmogelijk niet vergen kon. De heer ging
zelf naar het kantoor en zeide op barschen toon
„Je hebt je werk niet af, hé?" „Neen, mijn
heer het was mij niet mogelijk". „Nu, dan
hij een beginsel had, dat 1
dat begins^, dat inspireert
bfl die vele boog leeraren,
Rauweiihoff's die de gebreke
erkennen, maar niets dot
te doen ophouden
pwazen eindigde spr
ilzijn onze voorgangers, onze
V ginsel, hun inspiratie is onz
Zie vervolg niewwstijd
Te Srikatoen bij de grens
October jl. een oproertje ge
Indische bladen heel wat w
Een vermogend inlander vt
stand, Iinan Lempserno gel
om zich verzameld en na h
van amfioen (opium) opgew
gaf hij zich met hen naar
gralian (wachthuis) van Mal
familiegraftomben daar bew
o verden dit huis. Iman was
stoel gezeten, met zijnvolf
gehurkt. Zes vrouwen en 1
de bende, die 's morgens g
in hare rust gestoord were
sche troepen uit Soerakart
opengebroken. In de binnei
want de muiters hielden z:
kamers aan weerszijden.
In het Javaansch werf
hun geen leed zou geschie
de binnengalerij kwamen i
Uit drie der vier kamei
tigtal mannen, vrouwen
schijn. Die uit de vierde 1
ter te komen, en verzettei
den daarom neergeschote
vrouw, die met een piek
zich tegenover den troep!
dooden bedraagt tienooi-
is gesneuveld. Uit het vel
blijkt, dat zij geheel ondel
waren geweest, en eigenlij!;
zij oproer gemaakt haddei
Een Atjeher kwam
mandant van Lampenerc I
passen voor lieden, die b
ten te komen. Hij gaf zij
aan de bezetting eu nam
naar de kampong terug i
Zoo deed hij ook onla:
Doch in plaats van, zc
heen te gaan, molesteer
en gaf hem een steek
mandant nam daarop het
wacht, en stak den Atjeh
zoodat hij haar niet kon
De Atjeher bleef dood
ren daags begraven. De
kwam kort daarop in he
den commadant of haar
ze antwoordde bevestig
dankbaarheid drie eiere:
haar het graf van hare:
ook drie eieren
Op Atjeh woedt
ooit: die vreeselijke zii
smettingsmiddelen, al wi
ke groote hoeveelheden
den worden de zieken
op volledig herstel, wan
betrekkelijk zelden, gehi
lijder nooit, zij het oo
jaren aan haar bestaan 1
krijgt gij ook geen geld, of je moet morgen
werken en als je het dan af hebt, krijgt ge het
dadelijk". „Mijnheer!" autwoorde de wever,
„Morgen is het de dag des Heeren en dan mag
ik niet werkenu weet dat wel, nooit zal ik
eenigen dienst weigeren, maar werken op Zon
dag daarvoor beware mij de Heere Ik mag
dat niet doen." „Ha, halachte de eigenaar.
„Zijt gij zoo rijk, dat ge zelf buiten je week
geld kunt?" „Dat niet, mijnheer!" antwoordde
de wever, „want ik weet heusck niet, wat ik,
als ik geen geld krijg, aan mijne kinderen te
eten moet geven Misschien heeft mijne vrouw
zelfs geen olie in de lamp, doch hoe dit ook
zij morgen is het Zondag en op den dag des
Heeren mag-ik niet werken, er kome van, wat
kome." „Houd maar op met je gekwezel!
voegde de heer hem toe. „Ga heenmaar geld
krijgt ge vau avond niet; je werk is niet af".
De man ging Nog hoort hij zijn patroon
spottend zeggen: „Denkt gij, dat de raven het
je thuis zullen brengen? Neen, man! die tijd is
lang voorbijdat gebeurt niet meerKalm
echter antwoordt de wever: „Mijnheer, de God
van Elia leeft nog en Hij is almachtig."
„Ga heen, kerel! ik kan je gezanik niet langer
dulden"!
De barmhartigheden der goddeloozen zijn
wreed; hunne baktanden zijn messen," zegt
Gods Woord
De wever gaat naar huis Het is in zijne wo
ning nog duister Zijne vrouw had weinig olie
en de gedachte, dit haar man wellicht geen
geld meê zou brengen, had haar met het ont
steken van licht doen wachten.
Vervolg en Slot in het Tweede Blad.
In antwoord aan verse
Spijkenisse berichten wn
ten Uwent onzen agent I
Bij bestellingen van
of drukwerk, gelieve u to
Alzoo voorkomt men
Sommelsdijk, 20
van Stad aan 't Haring
geluk bij het zwenken
te slaan. Gelukkig slaa
een roeiboot te redden
kuiêéiflF1 Tfêule' een
Het ongeval had
niet was afgesloten
lijk verminkt, nog
en was schier onmid
giers waren algeme
nalatigheid van de
om niet behoorlijk
aan de overwegen
heeft nog zeven slu
sloten
Tusschen de
Scheveningsche wa
wrak opgekomen, d: H
waar te nemen valt,
van een scheepje m
jaren is gestrand.
Deskundigen heb!
niet lastig of gevaa;
de vloot, bijaldien
en naar zee mocht
Door den min:
voortaan geen milit;
neeluitvoeringen mo
vrage daartoe door i
aan de korpsen woi
Wanneer mej
naar ons Land ve
100,50 centimen a
krijgt hier 447,62