I Wat de kiesvereeniging'en te doen liebben. Feuilleton. EEN WARE GESCHIEDENIS.*) volkeren der Aarde. Uitslag der verWc»ing te Schiedam. (wCHicng'de Kerleliten. Kolonie A. v. d. 1 Plaatselijk van die verzwakte lieden aan te trekken. Waar zij dit veelal nalaten, pleit er veel voor de tus- schenkomst der Regeering. In Duitschland heeft men voor zulke behoeftigen zieken-, pensioen en weduwenfondsen, die èn aan de industrieëlen èn aan de arbeiders goed voldoen. Het thans gereed gemaakt ontwerp bedoelt voorloopig alleen Zekere soort van arbeid te verbieden voor jongelieden beneden de zestien jarende arbeids uren voor jongelieden beneden de achttien jaren en voor vrouwen tot zekere hoeveelheid te be perken, in zoover zij in fabrieken en werkplaatsen dienst doen; bepaalde rusttijden vast te stellen voor deze personen hun den Zondagsarbeid te verbieden, en aan vrouwen in fabrieken en werkplaatsen den arbeid te verbieden gedurende vier weken na hare bevalling. De een zal oordeelen, dat dit ontwerp iets te ver gaat, de ander dat het lang niet ver genoeg gaat; mogelijk ook zullen enkele liberalen uit partijzucht en afgunst er hun stem aan onthou den. Ook de heer Domela Nieuwenhuis zal er denkelijk niet voorstemmen, nu zijn onbekookt voorstel zulk een slecht onthaal genoot De so cialisten zijn ook afkeerig van geschikte en ma tige middelen tot herstel van de maatschappelijke rustliever gebruiken zij de bestaande ellende om de arbeidende klasse tot ruw verzet te prik kelen. Evenwel vermoeden en hopen wij, dat het ontwerp zal aangenomen worden, zij het ook met eenige ondergeschikte wjjzingen, het is zeer voorzichtig opgesteld; het spreekt niet van rijks inspecteurs over de fabrieken; de behoeftige tuin ders en kleine landbouwers worden vrij gelaten om des zomers zeer jeugdige lHuder-Ou mede naar den tuin of op het veld te nemen, en ook voor de schippers en visschers en voor de Israëlieten op Zondag zijn uitzonderingen toegestaan. De beschuldiging van te ver gaand zal dus niet volge houden kunnen worden. En wat in de oogen van andere Kamerleden er aan ontbreekt kan deels nu, deels later er aan toegevoegd worden. In elk geval is het te hopen dat er op dit gebied spoedig wat meer bij de wet bepaald wordt dan in het wetje van Houten begrepen is. Wij komen toch reeds ver achteraan bij anderelan den. Ongetwijfeld zullen er wel eenige liberalen mede instemmen. Het is dan ook, als men het er niet opzettelijk in zoeken wil, volstrekt geen partijwet, maar een ontwerp gelijkelijk in het belang van alle partijen. Men ziet uit dit een en ander, dat de libe ralen alle zeilen willen blijven bezetten om hun scheepke in beter haven te krijgen, en het zal goed zijn dat ook onze partij daar rekening me de houdt, en naarmate de tegenpartij haar krach ten inspant, ook zelve de waakzaamheid en werk zaamheid gaat verdubbelen. Te wanen dat wij, wij als antiliberalen eventjes in de meerder heid zijn, reeds de wapens konden neerleggen en den strijd staken, ware de dwaasheid zelve. Veeleer moet thans de eigenlijke strijd eerst be ginnen. Want toen de antiliberalen nog min derheid waren, poogden de aanhangers der revo- lutieleer hen veelal dood te zwijgen, en namen een tergend hooghartige houding aan, als ware het de moeite niet waard om op hun betoogen en bezwaren te letteu. Doch thans moeten zij dit in hun eigen belang wel doen, en daar om zeggen wij dat de eigenlijke strijd nu eens recht begint. Wij spraken daar even van twijfelachtige dis tricten. Welnu, het district Zierikzee, waar dit blad veel gelezen wordt, hoort onder die twij felachtige districten. Nog wonnen de libralisten er in Maart jl. den slag. Maar slechts een paar honderd liberale kiezers behoeven met goed ge volg te worden voorgelicht om het blaadje te doen omslaan. De invloed van het gesproken woord is daatoe het grootst. Daarom, nu de win ter en daarmede de geschikste vergadertijd weer aanbreekt, gebruike men die nuttig en legge in tal van bijeenkomsten bloot wat ons land on der het liberale wanbeheer geworden if en wat het met 's Heeren hulpe onder de tegenwoordi ge Regeering worden kan, ja hoe ook reeds van stonde aan de gezegende vruchten van de om wending in het Staatsbestuur gezien worden. Kort geleden heeft de Nieuwe Rotterdamsche Courant haar lezers nog eens zoeken op te wek ken, toch niet te verflauwen in ijver voor de politieke belangen, al is het ook dat de libera le partij niet langer het staatsroer in handen heeft. „Moed verloren is alles verloren" denkt de redactie zeker, en daarom schetst zij de toekomst der liberalen zoo rooskleurig als het slechts even kan. De zegepraal der antiliberalen was niet zóó schitterend, zegt zij, de kansen kunnen keeren; en de tegenpartij zal wel fouten maken Evenwel ziet zij levendig in, dat de liberalen om het verloren terrein te herwinnen, beter moeten werken onder de kiezers, want dat zij anders minderheid zullen blijven. En wat raadt zij nu daarom aan haar lezer aan? Hetzelfde wat zij hun reeds herhaaldelijk voorhield: een betere organisatie van haar par tij, meer deelneming aan het publieke leven, het oprichten van meer publieke vereenigiugen, het dikmaals bijeenkomen van die vereenigiugen om met de kiezers over de gewichtige staatkundi ge vraagstukken te spreken, en vooral ook het uitbreiden van de kleine pers. Inzonderheid zal haar partij deze middelen hebben aan te wenden, zoo meent zij, in twij felachtige districten, of daar waar haar meerder heid slechts gering is. Die in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de scha duw des Almaehtigen. Pb. 91 L Voor eenige jaren woonde er in het stadje Eeen rijk heer, wiens inkomen ge durig vermeerderde door de winst eener groote spinnerij en weverij, waar vele mensehen hun brood verdienden. Het was nog in den tijd, toen de machinerie en de stoomkracht weinig of niet althans niet in die streken, bekend was. Alle werkzaamheden moesten nog door handenar beid worden verricht en, duurde het wc-rk wat langer dan tegenwoordig, de goederen waren so lieder, omdat de kracht uit de grondstoffen niet was weggenomen door de werking der machi nes. Ook liepen er niet zoovele menschen zon der werk, omdat nog geen enkele machine het werk deed, waardoor vele menschen hun brood verdienden. Doch zoo over die machine schrij vende,, zouden wij ze als de oorzaak der lieer schende malaise op alle gebied en eiken tak van handel en nijverheid gaan aanwijzen en daardoor feitelijk van onze geschiedenis afdwalen. Dié rijke heer dan in het stedeke E. had ve le menschen op zijne spinnerij en weverij. Hij was eeri goddelooze man die met al wat heilig is den spot dreef.' Hij vroeg er niet naar of het Zondag of werkdag was; ztjn wil was wet en ids hij het geboo'd, moesten zijne werklieden des Zondags werken. Nu had hij onder zijne arbeider» er éen, die zeer arm, maar ook zeer god vruchtig waa. Die „fijne kwezelaar", zooals hij Ov.irjrcuojneu uit e$e iG.c^cnbode. De Duitsche Keizer is een man, die zijn ge voelens niet verbergt: Z. M. bracht dezer dagen een bezoek aan Breslau. Allereerst ontving hij daar een afgezantschap uit de werklieden, aan hetwelk hij zijn dank betuigde voor de hein ge brachte hulde eu voor de betuigiug vau trouw aan 't koninklijk huis. De Keizer zeide, dat die hulde hem dubbel verblijdde, omdat zij kwam van werklieden van beider gezindte. Verder zeide de Keizer: „het welzijn der arbeidende klasse gaat mij steeds na ter harte. De werklieden van Breslau waren de eersten, die dit erkenden en hun gevoelens van trouw verkondigden, en ik hoop dat de werklieden der geheele monarchie dit voorbeeld mogen volgen". Ieder der afge vaardigden reikte de Keizer daarna de hand. Aan den opperburgemeester betuigde de Keizer zijn bijzondere vreugde over den uitslag der ver kiezing te Breslau, waar men een nationaal- liberaal, een vrij-conservatief en een conserva- tief(antirev.) koos. Anders werden in Breslau steeds drie Duitsch-vrijzinnigen gekozen In het Engelsche Lagerhuis werd het wets ontwerp behandeld, waarbij 5 millioen wordt gevraagd voor den aankoop van pachthoeven in Ierland Gladstone verdedigde zijn amandement, dat de voordeelen der Landwet van 1887 ook tot Ierland wil uitstrekken, opdat de gerechts hoven in de gelegenheid worden gesteld achter stallige pachten te verminderen of kwijt te schel den. Door zijn partijgenooten en de aanhangers van Parnell werd Gladstone's rede herhaaldelijk toegejuicht. De bespreking van het wetsontwerp der regeering en het wetsontwerpGladstone wordt nog voortgezet. Rusland doet door zijn handelingeu zien, dat wij in een tijd van ge wapenden vrede leven. Twee divisiën infanterie uit Kasan en den Kau- kasus zijn naar de westelijke grenzen verplaatst het besluit daartoe is reeds door Keizer Alexan der onderteekend. Wel schrijft men uit Peters burg, dat er aan geen oorlogszuchtige plannen wordt gedachtdat de legerverplaatsing zoo goed als niet te beduiden heeftmaar te Berlijn en te Weenen is men daar niet gerust op. Zelfs wordt beweerd, dat de Keizer van Oos tenrijk geweigerd heeft met Czaar Alexander gelijktijdig te Berlijn te komen om Keizer Wil helm te bezoeken, indien de Czaar niet enkele troepen van de Oostenrijksche grenzen terugroept. Met het oog op het sluiten van een nieuwe leening door Rusland, zoowel als de verplaatsing van troepen, meent men, dat het goed is een oog in 't zeil te houden. Ook de Berlrjnsche bladen zien wolken oprijzen. De Post ziet zelfs van 't Oosten en van 't Westen beide gevaar en wijst op do legerversterkingen zoowel in Frankrijk als in Rusland. Dergelijke dingen klinken vreemd, nu pas de vriendschap weer volkomeu hersteld en beklonken scheen tusschen de Wester- en Noorderburen. Nog vóór enkele dagen sprak men van een samenkomst der drie keizers, waar nu niets van komt, gelijk de ongerusten beweren. De regeering van Italië verlangt van de kamer 60 millioen lire buitengewoon krediet voor het leger en 10 millioen voor de vloot. In Oostenrijk- Ilongarije wordt thans een legerwet behandeld, welke nieuwe oSers van het volk zal vragen. Het doel van de nieuwe wet is, dat de 800 duizend manschappen, van Oostenrijk-Hongarije, op voet van oorlog moet tellen, in tijd van nood werkelijk te vinden zijn. Uit Nancy is een telegram te Parijs aange komen, waarin gemeld wordt, dat een nieuw voorval bij de Duitsche grens heeft plaats gehad. Een Franschman, die als beambte aan het station Avricourt werkzaam was, is op Duitsch grond gebied in hechtenis genomen. De Fransche ministerraad heeft langen tijd beraadslaagd over het ontwerp betreffende het algemeen stemrecht. De ministers besloten een stemmig den grondslag zoo ruim mogelijk te nemen, om aan den wensch der Kamer te vol doen. Op uitnoodiging van Engeland en Duitschland zal thans ook Portugal deelnemen aan de blok kade der kust van Zanzibar. Het gerucht gaat, dat ook de Porte niet ongenegen is aan het blokkeeren der kust deel te nemen. De Times verneemt, dat de geheele oostkust van Afrika in opstand blijft. Een opgestaan Ne gerhoofd aan de Zambesi verhindert den Gou verneur van Mozambique terug te keeren. Ook in het Noordoosten van Afrika is nog zeer onrustig. Soeakim wordt nog steeds belegerd. Frankrijk zal geen deel nemen aan de blok kade van Zanzibars kust. Het heeft slechts één oorlogsschip van de vloot in den Indischen Oceaan afgezonderd om den mogelijken slavenhandel on der Fransche vlag te beletten. In de Afrikaansshe aangelegenheden zal Duitschland het krachtigst optreden. Wanneer eerstdaags de laatste kruisers van Kiel zijn ver trokken, zal het eskader voor Zanzibar zes schepen sterk zijn, met 1300 man aan boord en 56 zware stukken geschut. Met deze strijdmacht zullen de belangen van Duitschland aan Afrika's kust ver dedigd worden. De berichten over verplaatsingen van Russi sche troepen gaven menigmaal aanleiding tot vrees, doch telkens dreef de bni weer af. Er zijn er dan ook, die gelooven, dat al die ongerustheid eigenlijk dienen moest om in Oostenrijk en in Duitschland de nieuwe wetten en kredieten, de landsverdiging betreffend, vaardiger te doen aan nemen. De studenten van Madrid (Spanje) hadden eene groote betooging tegen de conservatieven (Cauo- vas) zoorbereid. Die betooging zal echter niet plaats hebben. De rector der hoogeschool en de liberale bladen hebben de studenten weten te overtuigen, dat zij verstandiger doen als zij geen aanleiding tot verstoring der rust geven Tegen de aautijging der conservatieven alsof' hun uitingen revolutionaire bedoelingen tot grond slag hadden zijn zij met verontwaardiging op gekomen in een adres aan de KoninginRe gentes. hem noemde, was hem een ergernis en aanstoot. Hij was echter een goed werkman, geen dag dief en stipt eerlijk. Nu, dat behoort bij gods vrucht oneerlijke, luie, vuile en slechte arbei ders moeten, indien ze op een godvruchtig leven gesteld zijn, vooral zorgen, dat hun wandel voor de menschen door hun gedrag niet wordt be vlekt. „Een goed Christeu," zegt toch het spreek woord, „is een goed burger". Een goed werkman, geen dagdief en stipt eerlijk dit waren drie zaken in den werkman, die den eigenaar der weverij goed aanstonden en alleen daarom, hoe hij hem ook laakte en bespotte om zijn godsdienstige begrippen, hield hij hem in zijn werk, want aan degelijke werk lieden is altijd behoefte. Daarbij komt, dat zulke menschen winsrgevend zjjn voor hunne patroons, 't Was dus eigenbelang, dat hem in dezen goed gunstig deed zijn. Dat die „fijne femelaar" des Zondags niet wilde werken, was inzonderheid den patroon eene ergernis en een doorn in het oog. Sinds lang zon hij op een middel om hem daartoe toch eens te bewegen. Hij wist, dat de man arm was. Wel had hij een degelijke huis vrouw, net en zuinig, maar ook een groote huis houding met kinderenen is het waar, dat „kin deren zijn een zegen des Heeren, toch houden zij den ouders de noppen van de kleeren". "Veel ziekte en ongemak maakte daarbij nog, dat de arme man niets van zijn zuurverdiende pennin gen kon overhouden. Voor zijn geestelijk leven waren die drukwegen uitnemend, want dagelijks leerden ze hem, dat hij den Heere noodig had om ook door den tijd te komen. Op zekeren Vrijdag komt de patroon op de weverij en gelast den meesterknecht den man Aantal kiezers 2673 Uitgebrachte geldige stemmen 2398 Mr A P 11 O Baron Van der Borch van Verwolde, A 1265 Jhr Mr W Six, L 1129 Gekozen Mr A P R O Baron VAN DER BORCH VAN VERWOLDE Bij de verkiezing op 6 Maart werden uitge bracht 2432 stemmen, op den heer J. CFabius 625, op den heer L W Jansen, R 699 en op Mr J G Patijn, L 1099 Bij de herstemming op 20 Maart werden uit gebracht 2431 stemmen Daarvan verkreeg de heer L W Jansen, R en A 1103 en Mr J G Patijn, L 1328 stemmen De Kamer staat dus thans 55 Anti-Liberaal 44 Liberaal 1 Sociaal Onlangs werd een fourier van de cavalerie te Leiden gedegradeerd, naar de meening van een zijner kameraden ten onrechte. Deze ka meraad heeft Zaterdagavond in opgewonden toestand in de kazerne een revolverschot gelost in de richting van het vermoedelijk verblijf van eeu wachtmeester, aan wien hij een en ander meende te wijten. Gelukkig werd er niemand getroffen, hoewel er een vrouw en onderschei dene kinderen in de nabijheid waren. (L, C.) Te Maassluis was een matroos met eenige zijner gezellen uitgeweest en, dronken aan boord willende gaan, raakte hij te water. De anderen, eveneens dronken, haalden hem er uit, doch behandelden hem zoo onhandig, dat hij spoedig een lijk was. Een weduwe met 7 kinderen staan daardoor hulpeloos. In den nacht van Zaterdag op Zondag ontstond te Rotterdam in een tapperij in het Achterklooster een hevig gevecht. Een der vechtende personen gaf zijn tegenstander een steek onder de korte ribben, en een ander bracht hij eenige sneden aan het hoofd toe. De persoon, die onder de ribben werd ge stoken, is naar het ziekenhuis overgebracht en verkeert in bedenkelijkeu toestand. De dader is bekend. Zondag 11. is een schuif van den reeder M. boven Egmond aan Zee op een paal ge zeild, met het treurige gevolg, dat de schuit vergaan is en 7 der opvarenden zijn verdronken. De schipper laat een vrouw met 8 kinderen na. De heer J. Lorette te Utrecht viert Don derdag zijn 102den verjaardag. Hij beweegt zich gaarne en gemakkelijk, wandelt bij goed weer de straat nog geregeld op en neer, en voor eukele dagen heeft hij in het tuintje ach ter zijn woning de boompjes nog weer gesnoeid. Dinsdagavond trad in de vereeniging Mul- tatuli de heer F. Domela Nieuwenhuis op, om te spreken over: „De voortstuwende kracht der dwazen." De heer Nieuwenhuis schetste eerst den in druk, dien het optreden van Jezus maakte in de Jeruzalemsche wereld van „officieele wetenschap1' en „officieele goede zeden." Alle tegenwoordige wereldhervormers worden nog evenzoo outvangen. Yan oudsher heeft men zulke mannen aangezien voor idealistische plan nenmakers. In vroeger tijd Socrates, Coperni cus, Columbus en later St. Simon, Fourier, Ro bert Owen, allen zijn door hun tijdgenooteu „dwa zen" genoemd. Ten onzent heette een dwaas de man die zich „Maltatuli" noemde. Of hij eeu dwaas w.is, oor- deele men aan zijn dichtstuk de Vorstenschool. (Spreker las daaruit een fragment voor.) Als er dwaasheid bij hem werd gevonden dan was het zeker deze, dat hij, om verkeerdheden te doen ophouden, het voldoende achtte, die aan de machthebbenden bekend te maken. Multatul's kracht, evenals die van alle „dwazen," was dat een groote partij werk te geven, dat Zaterdag avond af moet. Met den besten wil was dit echter onmogelijk. Toch moest het, want als 't niet klaar was, dan, zoo dreigde de patroon, zou hij geen weekgeld ontvangen. De wever toog aan het werkhij gunde zich geen tijd om te eten, want zoo hij eens geen weekgeld ontving, waarvan moesten zij des Zondags dan eten? Hij werkt en zwoegt zoo hard hij kan, maar Op den middag van Zaterdag vertelt hij de zaak aan zijne vrouw en bereid haar voor door te zeggen, dat zij dezen avond maar op geen weekgeld moet rekenen. „Maar, man!" zeide zij, „wat moet ik dan beginnen? Wat moetik aan onze jkinderen te eten geven?" „De Heere zal wel zorgen, moeder!1' was zijn antwoord. „Hij zorgt als 't leed genaakt!" Hiermede verliet hij zijne echtgenoote en ging naar de weverij met de bede in de ziel, dat, wijl de Heere alles wist, het Hem behagen mocht, het alte doen uitloopen tot zijne eer. Hij smeekte daarbij om genade, om in deze Gode te mogen zwijgen. De Zaterdagavond komt, maar het werk is niet klaar. De meesterknecht betaalde als naar gewoonte ieders weekgeld uitonzen wever ech ter mocht hij niets geven. Zijn werk was niet af. Hij kende den toestand van den armen man, riep de heer der weverij en zeide hem, dat het toch ook heusck te veel was; dat de man ge trouw en hard had gewerkt en dat men toch het onmogelijk niet vergen kon. De heer ging zelf naar het kantoor en zeide op barschen toon „Je hebt je werk niet af, hé?" „Neen, mijn heer het was mij niet mogelijk". „Nu, dan hij een beginsel had, dat 1 dat begins^, dat inspireert bfl die vele boog leeraren, Rauweiihoff's die de gebreke erkennen, maar niets dot te doen ophouden pwazen eindigde spr ilzijn onze voorgangers, onze V ginsel, hun inspiratie is onz Zie vervolg niewwstijd Te Srikatoen bij de grens October jl. een oproertje ge Indische bladen heel wat w Een vermogend inlander vt stand, Iinan Lempserno gel om zich verzameld en na h van amfioen (opium) opgew gaf hij zich met hen naar gralian (wachthuis) van Mal familiegraftomben daar bew o verden dit huis. Iman was stoel gezeten, met zijnvolf gehurkt. Zes vrouwen en 1 de bende, die 's morgens g in hare rust gestoord were sche troepen uit Soerakart opengebroken. In de binnei want de muiters hielden z: kamers aan weerszijden. In het Javaansch werf hun geen leed zou geschie de binnengalerij kwamen i Uit drie der vier kamei tigtal mannen, vrouwen schijn. Die uit de vierde 1 ter te komen, en verzettei den daarom neergeschote vrouw, die met een piek zich tegenover den troep! dooden bedraagt tienooi- is gesneuveld. Uit het vel blijkt, dat zij geheel ondel waren geweest, en eigenlij!; zij oproer gemaakt haddei Een Atjeher kwam mandant van Lampenerc I passen voor lieden, die b ten te komen. Hij gaf zij aan de bezetting eu nam naar de kampong terug i Zoo deed hij ook onla: Doch in plaats van, zc heen te gaan, molesteer en gaf hem een steek mandant nam daarop het wacht, en stak den Atjeh zoodat hij haar niet kon De Atjeher bleef dood ren daags begraven. De kwam kort daarop in he den commadant of haar ze antwoordde bevestig dankbaarheid drie eiere: haar het graf van hare: ook drie eieren Op Atjeh woedt ooit: die vreeselijke zii smettingsmiddelen, al wi ke groote hoeveelheden den worden de zieken op volledig herstel, wan betrekkelijk zelden, gehi lijder nooit, zij het oo jaren aan haar bestaan 1 krijgt gij ook geen geld, of je moet morgen werken en als je het dan af hebt, krijgt ge het dadelijk". „Mijnheer!" autwoorde de wever, „Morgen is het de dag des Heeren en dan mag ik niet werkenu weet dat wel, nooit zal ik eenigen dienst weigeren, maar werken op Zon dag daarvoor beware mij de Heere Ik mag dat niet doen." „Ha, halachte de eigenaar. „Zijt gij zoo rijk, dat ge zelf buiten je week geld kunt?" „Dat niet, mijnheer!" antwoordde de wever, „want ik weet heusck niet, wat ik, als ik geen geld krijg, aan mijne kinderen te eten moet geven Misschien heeft mijne vrouw zelfs geen olie in de lamp, doch hoe dit ook zij morgen is het Zondag en op den dag des Heeren mag-ik niet werken, er kome van, wat kome." „Houd maar op met je gekwezel! voegde de heer hem toe. „Ga heenmaar geld krijgt ge vau avond niet; je werk is niet af". De man ging Nog hoort hij zijn patroon spottend zeggen: „Denkt gij, dat de raven het je thuis zullen brengen? Neen, man! die tijd is lang voorbijdat gebeurt niet meerKalm echter antwoordt de wever: „Mijnheer, de God van Elia leeft nog en Hij is almachtig." „Ga heen, kerel! ik kan je gezanik niet langer dulden"! De barmhartigheden der goddeloozen zijn wreed; hunne baktanden zijn messen," zegt Gods Woord De wever gaat naar huis Het is in zijne wo ning nog duister Zijne vrouw had weinig olie en de gedachte, dit haar man wellicht geen geld meê zou brengen, had haar met het ont steken van licht doen wachten. Vervolg en Slot in het Tweede Blad. In antwoord aan verse Spijkenisse berichten wn ten Uwent onzen agent I Bij bestellingen van of drukwerk, gelieve u to Alzoo voorkomt men Sommelsdijk, 20 van Stad aan 't Haring geluk bij het zwenken te slaan. Gelukkig slaa een roeiboot te redden kuiêéiflF1 Tfêule' een Het ongeval had niet was afgesloten lijk verminkt, nog en was schier onmid giers waren algeme nalatigheid van de om niet behoorlijk aan de overwegen heeft nog zeven slu sloten Tusschen de Scheveningsche wa wrak opgekomen, d: H waar te nemen valt, van een scheepje m jaren is gestrand. Deskundigen heb! niet lastig of gevaa; de vloot, bijaldien en naar zee mocht Door den min: voortaan geen milit; neeluitvoeringen mo vrage daartoe door i aan de korpsen woi Wanneer mej naar ons Land ve 100,50 centimen a krijgt hier 447,62

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1888 | | pagina 2