Islai t teiezinpn.
De Uitslag «Ier laatste
Verkiezingen
Samenwerking- met de „verst
verwijderden'.
Uit «te Pers.
De volkeren «ter aar«Ie.
©remeai^de Berichten.
Plaatselijke Berichten,
De vorige week, Zaterdag, kwamen de Pro
vinciale Staten in alle gewesten onzes lands
bijeen om de leden der „nieuwe" Eerste Kamer
te verkiezen.
't Was een zaak van weinig beteekenis. Want
aangezien bij bet in werking treden der nieuwe
Grondwet de Provinciale staten en dus de kies
colleges voor de Eerste Kamer onveranderd
bleven zitten (ofschoon de Heer Mr. JE. Mackay
te zijner tijd een voorstel deed om die colleges
te ontbinden) kon ieder wel op zijn vingers
uittellen, dat ook de Eerste K auier in ongeveer
gelijke verhouding, dat is overwegend libera
listisch zoude blijven.
Vroeger stond het: 27 liberaal tegenover 12
antiliberaal. En thans werd het 3-5 liberaal
tegenover 15 antiliberaal.
Slechts één, zegge ddn anti-revolutionair heelt
er in de Eerste Kamer zitting tegen 27 in de
Tweede.
Wat een wanverhouding
Maar enfin, dit wisten we. De Eerste Kamer
zal nog lang een bolwerk voor de liberalisten
blijven. Ook al raken de Prov. Staten van Zuid-
Holland, Zeeland en Friesland bij de eerstvol
gende verkiezingen de meerderheid kwijt, toch
moet het nog wel 5 of 8 jaren duren, eer de
Eerste Kamer om kan slaan in ons voordeel.
Nog eens, dit icislen we.
Doch de herstemmingen voor de Tweede Ka
mer, op 20 Maart jl-, zullen menigeen onder
ons tegengevallen zijn. Wèl was het bekend,
dat de liberalisten, geholpen door de vrienden
van Dr. Bronsveld en Ds. Buijtendijk geen
middel onbeproefd zouden laten om onze kie
zers schrik en angst voor Rome aan te jagen.
Maar wij hoopten nog altijd, dat zich niet zoo-
velen door dat loos geroep zouden laten af
brengen van hun plichtsbetrachting, om daardoor
den liberalisten gewonnen spel te neven.
Immers, als de onzen in de districten Breu-
kelen, Schiedam, Dordrecht en Beverwijk trouw
op hun post waren geweest en den Roomschen
candidaat gestemd hadden, had liet niet kunnen
missen of de antiliberalen hadden gezegevierd.
Intusschen, het komt dan zooals het komt,
maar de antiliberale meerderheid in de nieuwe
Tweede Kamer staat zwak. Zij zal daarom met
dubbele omzichtigheid moeten te werk gaan,
en zij heeft veel wijsheid van Boven noodig
om niet spoedig in groote verlegenheid te ge
raken.
Want natuurlijk, de liberalisten, die het slecht
verkroppen kunnen, dat zij het onderspit moesten
delven op 6 Maart jl. en dat zij over heel het
land gerekend slechts twee vijfden van de uit
gebrachte stemmen aan hun kant kregen, staan
op de loer of onze leiders ook soms een foutje
maken, dat lien in moeielijkheid kan brengen
en dat in het nadeel onzer partij kan worden
rondgeklept.
Hoe boos de liberalisten zijn, kan men toch
wel afleiden uit de brutale volharding, waar
mede zij de valsche beschuldiging volhouden,
dat onze partij den socialist Domela Nieuwen-
huis in de Kamer bracht, niettegenstaande zij
zeer goed weten, dat noch het Centraal Comité,
noch de Standaard, noch ook de plaatselijke,
bij het Centraal Comité aangesloten Hoofd-
Kiesvereeniging in Schoterland er part of deel
aan heeft, en voorts uit niets te bewijzen is,
dat juist onze partij D. N. in de Kamer bracht.
Als ze er dus maar een speldeknop tusschen
kunnen krijgen, zullen zij niets ontzien om zich
weer meester te maken van de meerderheid, en
vooral om het bestuur des lauds weer in handen
te krijgen.
Wij mogen ons over den afloop van 6 en 20
Maart verheugen, maar het zij eene verheuging
met beven, liever nog met rusteloos waken!
Nog steeds zijn er eenige vrienden en veel
meer tegenstanders, die maar niet kunnen be
grijpen hoe er samenwerking onzerzijds moge
lijk is met de radicalen.
Gevraagd naar de oorzaak van hun verwon
dering, geven zij slechts ten antwoord, dat de
radicalen toch het verst van ons afstaan.
Dit laatste schijnt wel zoo, maar is het wel
waar? Staan zij inderdaad verder van ons, an
tirevolutionairen af, dan de liberalisten?
Wij gelooven dit niet. En althans niet in de
practijk. Want men moet niet meenen, dat wij
niets met de liberalisten samen willen doen omdat
zij ons lang verongelijkt hebben. Trouwens, dit
bewijzen de stemmingen in de Kamers wel an
ders. Zoodra zjj maar wezenlijk liberale voorstel
len doen, zullen zij bij onze partij steun vin
den. Doch het is liun schuld, dat steeds meer
deren een afkeer van hen krijgen en óns bijvallen.
Wat de grondbeginselen aangaat, staan zij met
de liberalisten gelijk. Zij zijn van éénen huize,
worden door één geest bezield, en openbaren
eenerlei streven, t.w. de onderstbovenkeering
van de instellingen Gods.
Alleen zijn de radicalen wat driftiger en wil
der in het uiten van hun plannen. En dit zou
hoogst bedenkelijk kunnen worden voor onze
maatschappelijke rust, ja tot vreeselijke uitbar
stingen aanleiding geven, als zij namelijk de macht
in handen hadden.
Doch men vergete niet, dat zij bij de stem
bus een minderheid vormen. Een vrij kleine min
derheid zelfs. Geen tiental ledeu zullen zij v oor-
eerst in de Kamer brengen. Ook moet men wel
in aanmerking nemen, dat al blijven hun woord
voerders buiten de Siaten-Generual gesloten,
nochthans hun leer doorwerkt over geheel ons
land, en bij gevolg hun invloed op ous volk er
niet minder om is.
Wij geven dus dadelijk toe, dat de radicalen
ten deele gevaarlijker zijn dan de meer gema
tigde liberalenmaar in andere opzichten staan
zij ons veel nader. En dit eenvoudig omdat zjj
niet veinzen, omdat zij, waar strijden huns in
ziens te pas komt, met open vizier tegen ons
willen strijden en ons het gebruik onzer natuur
lijke kracht gunnen.
In één woord, de radicalen zijn handelbaar.
Zij willen rekenen met anderer gevoelens en ge
moedsbezwaren, en meê op middelen zinnen om
het leven voor elkander dragelijk te maken.
Is dat niet vrij wat beter dan wat de libe
ralisten beoogen, die onder een vloed van schoon
schijnende, zelfs godsdienstige redeneeringen u
feitelijk geheel ter zijde stellen, voor u witten
denken, gevoelen en bovenal voor u willen blij
ven regeeren, omdat zij u voor onmondigen houden V
Om den waren godsdienst geven zij niet, en
toch praten zij vaak vroom. Maar wij denken
hier aan het woord van Jezus tot de Laodicen-
sen: „och of gij heet waart of koud!" Juist die
lauwen, die tusschen-in-lieden die half-vro-
men zijn het gevaarlijkst en het meest ergerlijk.
Nooit was Jezus' woord snijdender dan wanneer
Hij sprak tot de farizeën en schriftgeleerden,
die wel erg godsdienstig wilden heetenmaar er
niet naar leefden. Ja, die hun eigen inzettingen
in de plaats schoven van GodsWoord. Zelfs de
hoeren en tollenaren zouden hun voorgaan in
Gods Koninkrijk.
Nam de Heiland hiermede dan de ondeugd,
de ruwste uitingen der zonde eenigermate in
bescherming
Ieder christen weet beter.
Maar er ligt dan toch in, dat die grove zon
daren, aan 's menschen zijde beschouwd, beter
redbaar waren dan zij die zich op godsdienst
vormen beroemden.
En evenzoo is het nu op staatkundig gebied
met de radicalen. Met hen is nog iets aan te
vangen, doch met de bedachtzame „brave" li
beralisten in den regel niets.
Ds. Gispen doet het in 't jongste Bazuimi\im-
mer voorkomen alsof onze antirevolutionaire
leiders het oog zouden hebben op een >heer-
schende staatskerk of een publieke volkskerk''
en alsof zij geen hooger verlangen zouden ken
nen dan om de gereformeerde kerk weder alg
van ouds tot die publieke macht op te voeren.
Hij schrijft er van:
»De geleerdste en scherpzinnigste Calvinisten houden vast liet
begrip van eene publieke gereformeerde kerk, die over alle gedooptea
herderlijk opzicht raoct uitoefenen."
Naar het ous wil voorkomen, speelt de anti
pathie van Dr. G. tegen de doleerende broeders
hem in deze quaestie parten. Er is een groot
verschil tusschen den eisch, dat de Gereformeer
de kerk weer de heerschende zal worden, èn den
eisch, dat de Overheid de aanhangers der Gere
formeerde religie zal erkennen als de historische
Gereformeerde kerk van Nederland. In de Stan
daard van denzelfden dag (1G Maart) wordt dan
ook vlak het tegendeel van Dr. G's. somber
vermoeden opnieuw verhaald. Wij lezen daar:
»Ook de Calvinisten van onze dagen *ij„ niet meer behebt met
de vooroordeelen van een vroegere eeuw. Ook zij hebbeu niet voor
niet geleefd. Ook zij danken aan de worsteling der geesten in de
drie jongste eeuwen een schat van keunis eu inzicht, die voor onze
yadereu verborgeu was; en zij hebbeu juist uit hun beginsel
allengs een staatsrecht ontwikkeld, dat geheel beantwoordt aan de
eischen, die in de 19de eeuw moeten gesteld worden."
»A1 wat men gelasterd en gebazeld heeft van een booze repris
tin a t i e (herstelling van oude en verouderde toestanden), die we
j op het oog haddenvan een druk dien we andersdenkenden hadden
willen aandoen; van een Gereformeerde staatskerk, die we weer
willen oprichten, het zullen altemaal spookgestalten en schrik
beelden blijken, die verdwijnen voor het licht der werkelijkheid.
»Neen, het eenige wat wij Calvinisten wenschen, is, dat de Over
heid van het land niet langer haar macht misbruike, om het gif
van het ongeloof stelselmatig in de aderen van ous volksleven te
druppelen'"
En wat ons op het hart ligt, is, om als de overheid zal hebben
opgehouden den ziele herder te spelen, op heel andere wijze
dan de liberalisten het deden, die Overheid te laten zorgen voor da
stoffel ij ke belangen van het volk!
Zie, dit is heel wat anders dan de bewering
van Dr. G. »dat zoovelen hun geest verzwak
ken en hunne fantasie prikkelen en laten prik
kelen door het denkbeeld van de herstelling
der dingen die geweest zijn." Het is, meenen
wij, onwaar, dat het met onze idealen en met
ons streven »nog altijd zoo staat" als in de eeuw
van Willem den Zwijger. Wij begeeren slechts
vrijheid voor onze Kerk en onze scholen, en
geen dwang over anderen. De geestelijke wor
steling moet met geestelijke wapenen worden
beslecht
De Oostersche kaleidoskoop geraakt weder in
onheilspellende beweging. 1 >e schok die de eene
figuur doet trillen, laat ook de andere niet met
rust.
De Porte geraakt in een moeilijken toestand.
Aan de eene zijde vindt zij Rusland, Duitsch-
land en Frankrijk min of meer tot saamgaan
in het Oostersch vraagstuk geneigd, tot maat
regelen die een wijziging in de Bulgaarsche toe
standen brengen. Anderzijds staan Oostenrijk,
Italië en Engeland, die zeggen: stoot niet aan
den heksenketelhij mocht overkoken.
De sultan schijnt te gelooven dat Duitschland
niet onvoorwaardelijk de Russische staatkunde
zal steunen wat ook juist kan zijn, vandaar
dat hij thans weer meer overhelt tot de zienswijs
der straks 't laatstgenoemde mogendhedendie
trouwens ook voor Turkije 't gemakkelijkst en
veiligst is. Op hun raad moet het ook zijn,
dat Bulgarije op de Turksche nota het zwijgen
bewaart, terwijl het eerst wilde antwoorden, dat
als de toestand in Bulgarije onbevredigend is,
de schuld ligt bij Ruslands kuiperijen. Wel is
opmerkelijk, dat men juist thans verneemt hoe
Rusland vooreerst er niet meer op aandringen
zal dat Turkije den Coburgschen prins verdrijft.
Wel zal Rusland de Panslavistische beweging in
't land blijven voeden.
Intusschen is de sultan niet uit de moeite.
Vooreerst poogt Frankrijk Turkije over te halen
een commissaris naar Bulgarije te zenden, om
met een Russischen saam te werken. Daarbij
ontstaat meer beweging in Griekenland, dat meent
te moeten aandringen op een nieuwe wijziging
der grenzen, als aan Bulgarije nog meer wordt
toegegeven. Zoo het heet wordt Griekenland ge
steund door Frankrijk, dat der Porte eene schik
king aanraadt. De Turken echter meenendat
Rusland en Frankrijk er thans Griekenland voor-
schuiven, om zoo drang te oefenen. Alvast is de
Turksche gezant te Berlijn naar Konstantinopel
geroepen om volledige inlichtingen te geven over
I Duitschlands houding in zake het Oosten. Men
wil blijkbaar weten uit wat hoek de wind waait.
Gunstig staat het in alle geval niet.
Zij 't ook zeker dat Duitschland niet „door
dik en dun" met Rusland zou gaan, verkoeling
bestaat tusschen beide rijken volstrekt niet. Nog
pas is er van officiëuse zijde op gewezen hoe
de betrekkingen zelfs verbeterd zijn. Overigens
is het een waar woord „dat de oostersche ver
warring thans ten toppunt is, en dat zich weer
ernstige bezorgdheid doet gevoelen." Hoe
lang nog?
De zaak van generaal Boulanger heeft thans
dezen loop genomen, dat deze zooveel opzien
barende generaal ten slotte op pensioen ia ge
steld. Deze beslissing viel in den krijgsraad, voor
welken hij was verschenen. Even te voren had
de generaal in het departement de l'Aisne een
zoo hoog stemmencijfer behaald, dat hij in her
stemming komt. Hij zou zoolang hij in krijgs
dienst was geen zitting kunnen nemen. De be
slissing van den krijgsraad maakt hem dit nu
mogelijk, al is daarmee volstrekt niet gezegd
dat Boulanger over die uitspraak zeer gesticht
is. Immers hij is soldaat in zijn hart. Als poli
tiek man in de kamer is er weinig kans dat hij
ooit een grootheid wordt, en 't zou zeer wel
kunnen zijn dat het meest bewegingwekkende
deel zijns lev ens met het nu gebeurde is gesloten.
De Duitsche keizer blijft zijn regeeringsplieh-
ten vervullen. Hij heeft zich echter voor zoo
ver noodig de hulp zijn zoons toegevoegd. Er
moet met het oog op de kwaal des keizers van
een nieuwe kunstbewerking sprake zijn. H.
Amersfoort. Mr. JE. Baron Mackay, A. 1443
M. H. J. H. van Boetzelaer van
Oosterhout, L. 821
Gekozen Mr. y!J. Baron Mackay.
Bij de verkiezing op 6 Maart verkreeg de
candidaat der Anti-revolutionairen en Roomschen
Jhr. Mr. T. A. J. van Asch van Wijck, 1624,
de heer van Boetzelaer, liberaal, 821 stemmen.
Rotterdam. J. M. Voorhoeve, A. 924
L. W. Jansen, R. 945
G. A. Hintzen, L. 8261
Gekozen G. A. Hintzen.
Bij de verkiezing van 6 Maart verkreeg de
heer Voorhoeve 1671 stemmen. Het hoogste
aantal stemmen dat een Roomsche candidaat
toen verkreeg, was 1648het hoogste op een
Liberaal uitgebracht was 3535 stemmen.
In de vergaderingen der staten van de
verschillende provinciën zijn tot leden voor de
Eerste Kamer der Staten Generaal gekozen
35 liberalen, 10 Katholieken, 3 Conservatieven,
een Anti-liberaal en een Anti-revolutionair.
Te Rotterdam hebben de Roomschen voor
de verkiezing, die morgen plaats heeft, den heer
L. W. Jansen candidaat gesteld.
Wij wezen Zaterdag op de beminnelijke nai-
viteit, die spreekt van de in dezen strijd eerlijk
gebleven liberalen
Op die liberale eerlijkheid, op der heeren gren-
zelooze „vrijzinnigheid" dient met nadruk, ook
voor de toekomst gewezen, en daarom deelen
we iets mede uit een schrijven, dat uit Bever
wijk aan het Centrum gezonden werd enaldusluidt:
„Broodsbedreiging werd in de laatste dagen
bijna overal uitgeoefend, vooral te IJmuiden en
te Bloemendaal, waar de bazen met opzegging
van het werk op de buitenplaatsen werden be
dreigd een er van (Protestant) antwoordde fier
„zoo ik nog ooit iets goeds van de liberalen
had gedacht, dan was ik nu door dezen dwang
overtuigd van het tegendeel". Landbouwers wer
den nog daags vóór de verkiezing bij hun land
heer ontboden, en voor de vraag gesteld, öfden
liberaal stemmen, óf thuis blijvenZij kozen het
laatste. Dat noemt men nu vrije stemming
Min, ja verachtelijk noemen we het volgende.
Er verscheen dezer dagen een klein vlugschrift,
getiteld: Waarom „afvalligen", door „een pre
dikant", die daarin in naa m van het Protestan
tisme waarschuwt tegen Dr. Kuypei en het ver
oordeelt, dat de antirevolutionairen hulp gaven
aan en aannamen van de radicalen: ten slotte
pleit hij voor de Utrechtsche nationale verecniging.
We zullen den man hier ni t antwoorden
Meent hij te moeten spreken, dat is zijn recht.
Maar wat niet mag is dit:
Den 17 Maart, dus vlak voor de herstemmin
gen, ontving een onzer lezers in de provincie
Groningen woonachtig, zulk een boekske aan
zijn adres. Op den omslag nu stond gedrukt:
„Gereformeerde Zondagsschool Vereeniging
Jachin". UitgeverA. Gezelle Meerburg te Heus-
den.
Zoo wordt dus een vereeniging, die part noch
deel aan de zaak heeft, gebruikt om als valsche
vlag de lading te dekken. Voelde men misschien,
dat ze anders kwalijk was binnen te smokkelen
(Stand.)
Door de dooi zijn de rivieren hoog ge
wassen en lijden de omliggende landen veel
van het overtollige water. In de Bommelerwaard
staan vele wei- en hooilanden bijna een halven
meter onder water, terwijl met het bebouwen
van het land nog niet kon worden begonnen.
En nog dagelijks komt er 3 cM. water bij. Wel
is waar is de Maas vallende, maar zij moet nog
bijna een meter dalen, eer de Machines met
de schepraderen kunnen werken. Het zou voor
dezen polder een ramp worden, indien het water
nog lang blijft heerschenhet winterkoren zou
verloren zijn. De omsteken der stad Roermond
staan blank van waterde gemeenschap met
de gehuchten is verbroken.
Ook in Friesland zijn vele landen overstroomd.
In de meren is nog veel ijs en zoo groote toe
vloed van water, dat aan de vallaten nacht en
dag wordt gestroomd.
Dezer dagen gaf de heer W. te Haarlem aan
zijn huishoudster een bankbiljet van 30ü om
daarvan eenige betalingen te doen. Eenige oogen-
blikken daarna was het, bij het opruimen van
andere papieren, in de brandende kachel ver
dwenen.
Door de locomotief van den sneltrein, die
Vrijdagavond van Venloo vei trok, is een lijn-
wachter in de nabijheid van het station Kem
pen aangegrepen en overreden. De stukken van
het verminkte lijk zijn eergisteren bijeengeraapt.
In bijna alle landen van Europa heeft men
thans last van 't hooge water. Vooral aan de
oevers der Elbe en Weichsel lijden de bewoners
ontzettend. Tengevolge van eene groote dijkbreuk
staan in het Mecklenburgsehe uitgestrekte landen
onder water. Ongeveer vjjftig dorpen zijn daar
tot de hoogte van de schoorsteenen overstroomd.
Het verlies aan menschen en vee is nog zelfs
niet te schatten. In een der dorpen brak gedu
rende den wassenden vloed ook nog brand uit.
Enkele landstadjes, bijv. Doemitz met 3000
inwoners, zijn van elk verkeer afgesneden. Met
levensgevaar is de volgende dépêche door eenige
personen in een schuitje naar het eerst bereik
bare telegraafstation gebracht. „De nood is zeer
groot. Alle inwoners zijn in twee eenigszins hoo
ger gelegen straten gevlucht. Te ontkomen is
onmogelijk. Aller leven is in gevaar als het water
nog meer wast. Rondom storten de huizen in.
Onmiddellijke hulp noodzakelijk".
Twee dagen zijn er noodig geweest, voor dat
deze dépêche door het overstroomde gebied heen
aan een telegraafbureau opgegeven kon worden,
zoodat toen zij ontvangen werd, reeds eenige
afdeelingen genietroepen met pontons ter redding
afgezonden waren. Deze zijn in het reeds ver
loren gewaande Doemitz aangekomen, en heb
ben eergisteren gedurende den dag en den vol
genden nacht alle bedreigde inwoners gered en
levensmiddelen aan de hongerigen verschaft. On
gelukkigerwijze zijn er ló manschappen bij het
reddingswerk omgekomen.
Even ongunstig luiden de berichten uit de
laag gelegen landen van de Weichsel en de Nogat.
Reusachtige ijsverschuivingen in de nabijheid
der mondingen veroorzaakten over een uitge
strektheid van mijlen overstroomingen, waarvan
vele menschen de slachtoffers werden. Zij die
niet in het water omkwamen, nauien de vlucht
in den toren van de kerk. Achttien schoolkin
deren bevroren in een sneeuwstormandere kwa
men bij eene plotselinge dijkbreuk om.
Om den nood te lenigen worden er openbare
inzamelingen gehouden.
In Hongarije blijft de toestand ook zeer treurig.
De geheele streek tusschen Siege din en Gross-
wardein heeft veel geleden, en de steden Csaba
en Bekes zijn grootendeels verwoest. Het gevaar,
dat deze plaatsen met den geheelen ondergang
bedreigde, werd echter afgewend, omdat de in
woners een der dijken doorstaken, waardoor het
water een uitweg kreeg. Daardoor werden ech
ter meer dan 60,000 bunders land onder water
gezet en verwoest.
Het spoorwegverkeer is grootendeels gestremd,
maar toch loopen de treinen zoover zij kunnen,
teneinde de slachtoffers der overstrooming te
vervoeren. In alle opzichten wordt overigens voor
hen gezorgd. Vieer dan 1000 soldaten zijn op
verschillende plaatsen aan het werk, om de in
woners te helpeu, bedreigde dijken te verster
ken en breuken te stoppen.
De Szarnos heeft de stad Fehergyamat geheel
vernield en tevens 4U dorpen in het Comitaat
Szathmar onder water gezet. Ook de Raab is
op vele plaatsen buiten de oevers getreden en
richtte vooraan in het Comitaat Oedenburg bij
Pest groote verwoesting aan. De Theiss wast
ook op onrustbarende wijze.
Volgens de jongste opgave zijn bij den
schouwburgbrand te Oporto niet minder dan
120 menschen omgekomen.
Soaimelsdijk. Heden Vrijdag vertrekken
van hier weder 17 personen per Nederlandsche
Amerik. stoomvaartmaatschappij naar Amerika.
Ooltgensplaat. Werd nog kort geleden
melding gemaakt van de alhier onder vele be-
hoeftigen plaats gehad hebbende extra geld
en broodbedeelingthans is in de laatste dagen
door vriendelijke gevers een aanzienlijk getal
mudden kleine aardappelen, alsmede een partij
beste erwten aan vele armen uitgedeeld.
Het laat zich goed begrijpen b j de werke
loosheid gedurende den langen winter, dat deze
ter goeder ure ontvaugene gaven hoogst dank
baar werden aanvaard.
Zaterdagmiddag jl. reed
Korte weg met paard en rijtui
af; ongelukkig brak de kinij
liet paard hollend vooruitsk
het eind der straat met zij
lantaarnpaal tot op den gron
door tot staan werd gebracht
Ongelukken zijn verder ge!
ireuren, in weerwil dat eeni
onmiddellijke nabijheid op
rich vermaakten; de voerma
den schrik vrij.
Nieuwe Tonge, 27 Maa:
had de arbeider A. van Vliet
bouwwoning van den landboi
i liet ongeluk terwijl hij bezig'
geven door de tilbalken heen
fe vallen, hij werd bewustelo
ommiddelijk moest geneeskun
ingeroepen. Hoewel het geva;
i rnstig was, bestaat er nu
herstel.
Heden middag is demeesti
■gebracht in 5 perceelen, enj
opgebracht 1740.
Dirkslanci. Binnenkort
weder twee huisgezinnen naa
cm hun geluk aldaar te be
zcoals men verneemt, een
verleden jaar derwaarts is I
alhier terug verwacht worde:
GEMEENTERAADSZITTING If
van 22 Maart j'
Voori itter de l.eer J. Zaaijer Pz.
Tegen wood üi<j de heeren K. Kwak, L
man, J. Jlossehieter en M. Buijs. Afwezi
on L. van Beek.
De notulen der vorige vergadering wore
1. Deelt de voorz. mede th eenigst|
Ier oude o \derwijzerswoning is geweest,
ie heer M. Rooij, voor een huurprijs vj
de huur is gegund.
Daarna worden gelezen de ingekomen
a. Eene n issive van H.II. Gedep. S
wordt, net i~ uggezonden suppletoir ko
omslag over 1887.
b. Een dito daarbij kennisgevend dat
van voorschot in de kosten van het lage
- worden uitgekeerd 960 zijnde 30 perc|
meente begrootii.g voor 1888 nitgetrokk<
ilerwijzers.
c. Eene circulaire van den heer comra
nededeeling wordt gedaan van de ver
grafische kaarten.
d. Verslag van din toestand der genl
itukken worden aangei omen voor kenui;
e. Een verzoek van den beer C. vai
school alhier, om verguLuing tot het
teneinde des Zondagsmorgv us aan dej
wenschen gebruik te maken, onderwij.'
geschiedenis en het kerkgezai-g. Dit ver
stemmen toegestaan.
2. Wordt in behandeling gei omen lie
houders opgemaakt kohier van den hoo
ten bedrage van f 2057,51. N i daaroJ
wordt het kohier met algemeene stemme
Tevens wordt bepaald dat de anslagi
in vier gelijke termijnen, en wel op dei
den Mei, Juui, Juli en Augustus dezes
Niets meer te behandelen zijnde word
Stellendam. Voor de li
voor de Nationale Militie
schappen worden geleverd.
Goedereede. Aan het st:
zijn losse bokking en zout
welke vermoedelijk afkomstj]
Ooster gestrande Noordschi
De Heer W. van Vliet, rij
is met 1 April a. s. als zocj
vuaar Hellevoetsluis.
Het aandeel der door i
de lichting der Nationale
manschappen bedraagt 4.
Zuidland. Verleden V
hield de Jongedochters-veree
armen ontfermt, leent den
school alhier haar eerste jaa£
gen was Ps. 661 en 2 e
raar Ds. Bajema de vergadi
pend en het 15e hoofdstuk
lezen had, richtte Z.Ew. zie
en riep de saamgekomenen
toe. Z.WelEw. zette in he
en gewichtige werk uiteen,
ters in deze gemeente op z:
om een suppletiefonds me
waaruit aan kinderen van hr
gelegenheid werd gegeven
te kunnen bezoeken. Uit hi
stuk bleek toch, dat de kir
ten, omdat de Heere hen g
haddat Hij hun geroep
gehoord. Evenzoo met onzi
mochten den Heere danker
op ons genadig heeft wille
lost heeft van het slaafse
hiërarchie en ons een Chr.
schenken, waarop onze k'
onderwezen worden overee
baar Woord. Ook dat er
naar Gods Woord begon i
halve verblijd konden zijn,
geachte spreker, dat niet all
ook een Mirjam in ons ho
der vrouwen den Heere loflit
dit in verhand met de we
de jongedochters in deze
en ruimschoots gelukt wai
den Heere lofliederen konc
Daarna werd door de
verslag uitgebracht, 1. c
vereeniging van het supph
ontstane Jongedochtersveri
den telde en tot zinspreuk 1
19: 17a, en 2. over het
wekelijksche bijdragen een
ten, 2. kennis te verkrijg
en 3. de dag des Heeren
werkzaamheid nog
Christ, boeken.
Tevens deelde de secrei
het suppl.fonds van het v