i i I |i Een brief aan Hendrik. IJlt «le Tweede Hamer. IJlt de Pers. De volkeren «Ier aar«le. Ocmengd Meuws. Plaatselijk Nieuws, Sommelsdijk. Naar deze gemeente werd he den tot predikant beroepen Ds. H. Bax te Doorn spijk. Oud< Me: Ste Zt 1- n ti te leiden. Maar ach, zooveel wat »kerk" genoemd wordt, en dat kerk behoorde te zijn, is doode- lijk, schier onherstelbaar krank. In plaats dat zij de maatschappij middellijk zoude kunnen red den heeft zij veelal zelve eene helpende hand noodig in huitengewonen zin. Daarbij komt nog, dat de weinige krachten, die haar overgebleven zijn, veelal verloren gaan in een vaak geheel onvruchtbaren partijstrijd. En wat met recht en met eere den naam van »kerk" draagt en zich als zoodanig openbaart, is helaas nog maar al te arm aan invloed. Doch waar zij dus tekort schiet, en wel tekort moet schieten in deze da gen, zoude daar het streven eener christelijke hoogeschool naar hetzelfde doel niet toelachen aan ieder die het wel meent met ons volk (Wordt vervolgd.) Waarde Hendrik! Voor uwen brief aan mij zeg ik u vriende lijk dank. Met uwe opmerkingen kan ik mij zeer goed vereenigen. Gaarne had ik wat nauwkeu riger inlichtingen van u ontvangen, doch wat ge zelf niet weet, kunt ge mij ook niet verteilen. Ik zal u ook wel eens het antwoord op de eene of andere vraag schuldig moeten blijven. Zoo vraagt ge mij of de heeren leden der plaatse lijke scoolcommissie te Middelharnis soms het salaris eener extra-hulponderwijzeres uit eigen zak denken te betalen. Als dit het geval was, dan had het, dunkt mij, wel al in de courant gestaan. Waarschijnlijk acht ik het dus niet, dat de heeren eens in eigen zak zullen tasten. Zooals terecht door u is opgemerkt, zijn de liberalen in zake het onderwijs totaal verwend. Zij vin den het voor hun beurs veel verkieslijker, dat de gemeente allerlei onderwijzers en onderwij zeressen aanstelt. Tegen betaling van een klein schoolgeld, een prikje maar, krijgen ze dan hun kinderen in alles en allerlei onderwezen. Zoo verstaan de z. g. liberalen de kunst om riemen van eens anders leer te snijden. Wie 't dichtst bij 't vuur zit, warmt zich 't best, zegt het spreekwoord. Het zou anders voor rijke lui, die er te Middelharnis zeker ook wel zijn, eene kleinigheid wezen als ze samen voor eigen re kening eene privaat-onderwijzeres aanstelden. Mij dunkt, dat zou eerst recht liberaal zijn, doch je weet het ook wel, Hendrik, we leven tegen woordig in een vreemden tijd. Het schijnt of de woorden hun gewone beteekenis beginnen te ver liezen. Sommige woorden raken hun beteekenis kwijt. Zoo is het ook met het woord liberaal. Volgens de woordenboeken wil het zeggen: vrijgevigvrijzinnigvrijheidsvriend. Vroeger noemde men iemand vrijgevig als hij dit was je gens anderen. Thans is dit anders, Hendrik. Wie tegenwoordig liberaal is, o ja, hij is zeer vrij gevig, maar slechts jegens zichzelf. Hij is een groot vriend van de vrijheid, wel te verstaan om zelf te doen wat hem behaagt hij bemint de vrijheid om aan het volk een on derwijs op te leggen, dat slechts hem zelf vol doet. En allen, die niet goedschiks dit vrijlieidsjuk der liberalen dragen, worden »clericaleu" ge scholden, die 'tvolk dom willen houden om het knollen voor citroenen in de hand te kunnen stop pen En wat willen die zoo verachte clericalen dan? Gij weet het: die willen juist wat de li beralen behoorden te willen. Laat wij eens herhalen wat de antirev. partij in zake het onderwijs wil. Haar ideaal isieder bekostige het onderwijs zijner eigen kinderen, min- en onvermogenden uitgezonderd. Doch van dien voorslag wilden de liberalen niets weten. En daarom hebben ze 't gansche land uitgeroe pen, dat de antirevolutionairen tot het niet den kend deel der natie" behoorden. De zaak is echter, dat zij, die zich zelf libe raal noemen, zeggenalles voor ons, niets voor u. Wie niet denkt als wij liberalen, ontvangt geen penning uit staats- of gemeentekas. En toen zijn de zoogenaamde clericalen gaan zeggenwij begeeren te ontvangen wat gij ook ontvangt. Bij de inning der belastingen weet men ons wel te vinden al zijn we »clericaal"; de schatkist wordt gevuld uit aller beurzen, alle burgers hebben dus evenveel recht op uitkeering. Allen niets of allen evenveel. Neen, zeggen de liberalen, dat is verkeerd ge redeneerd. Ons beginsel is: de belasting voor allen en de schatkist voor ons. Het is intusschfti ergerlijk, dat welgestelde lieden zich uit de ge meentekas laten bedeelen in zake het onderwijs hunner kinderen. Bedeeling moest alleen aan on- en minvermogenden geschieden. De tegen woordige toestanden zijn onhoudbaar. Als mijn welgestelde buurman zijn zoontje of zijn doch tertje vreemde talen wil laten leeren, is het dan billijk, dat anderen en ik in den vorm van be lasting de kosten van dat onderwijs betaal? Zoo ja, dan kan mijn rijke buurman met even veel recht eischen, dat anderen den wijn beta len, welken hij bij zijn middagmaal gebruikt. Nog altijd groot is het getal dergenen, wien de tegenwoordige regeling der schoolzaken, met het oog op eigen beurs, niet ongevallig is. Daarom is het getal kiezers, die zich tegen deze regeling met ernst en volharding verzetten, vaak nog zoo gering. Toch is eriiog liefde voor waarheid en rechteens zal de waarheid over winnen, het recht zegevieren. Als steeds Uw vriend Jacob. Met volle instemming nemen wij het onder staande belangrijke schrijven over uit de »Prot. Noordbrabander". «Iu de 119de vergadering, die de Tweede Kamer Vrijdag 17 Juni liield, kreeg de grondwetsherziening haar beslag, althans hij eerste lezing. Of zij door de nieuwe Kamers, die op 19 September zullen saamkomen, zal aangenomen worden, valt nog niet met zekerheid te zeggen. Nog vóór eenige weken dacht bijna niemand er aan, dat er iets van zou komen, en dat de kansen op aanneming zijn verbeterd ligt, zooals ieder begrijpen zal, aan het nieuwe onderwijsartikel, dat tegen alle verwachting in, in de herziene grondwet werd opgenomen. Of er nu ook verbeteringen zijn aangebracht? We zouden het niet gaarne ontkennen. Als voordeelen mogen zeer zeker wel ge noemd worden: lo. de opruiming van een grondwetsartikel, dat heel partijdig alleen de openbare school als de volksschool erkende; 2o. het begin van eene invoering van de administratieve recht spraak 3o. eene betere technische regeliug van de defensie; 4o. een uitgebreider stemrecht; 5o. het aftreden tegelijk van al de Kamerleden; 6o. een vast getal afgevaardigden. Zouden we ook tegenover die voordeelen de verschillende zaken moeten noemen, die óf onbeslist, óf minder goed geregeld zijn Het mag overbonig geacht worden; omdat de groote grief, dien wij tegen den inhoud van deze herziening hebben, nl. het te veel overlaten aan den gewonen wetgever, bekend is. Maar ook afgescheiden daar van, moet het ieder oprecht Nederlander leed doen, dat de partij, die door allerlei kunstjes eene meerderheid in onze Staten-Generaal wSfen te erlangen, nog altijd van het u recht voor allen" afkeerig schijnt te blijven. We wijzen slechts op de onbillijkheid, om wel het uitzicht te openen*op eene nieuwe Tweede Kamer, maar de Eerste Kamer met hare partijverhoudingen te laten voortsukkelen. Zoolang toch de Provinciale Staten niet aftreden en door liet nieuwe kie zerspersoneel worden gekozen, blijft de oppermacht der liberalen in de Eerste Kamer, en voor een gedeelte ook in den invloed op de regeering, oppermachtig. Dat stelsel van onrecht en onbillijkheid, waarmede de liberale partij zich nu jaren achtereen heeft staande gehouden, kwam ook voor den dag bij de stemming over artikel 194. Slechts 7 van de 47 liberalen gaven aan den drang van de rechterzijde gehoor om recht te verleenen. Maar het meest stuitend kwam de partijdigheid der liberalen in de laatste zitting over de Grondwetsherziening uit. Laten we evenwel alvorens dit te bespreken, kortelijk nagaan, hoe de discussies over de additioneele artikelen zijn geloopen. Reeds voor jaren is er door verschillende mannen van de onder scheidene partijen opgewezen, dat grondwettige regeling van het kiesrecht onhoudbaar was. Die bepaling, dat alleen zij die 20 tot 160 gulden belasting betalen, naar gelang de plaatselijke gesteldheid, mist iederen redelijken grondslag. Noch geschiktheid en bekwaamheid, noch belangstelling en genegenheid voor het vaderland kon bij die regeling van de zijde der kiezers altijd verwacht worden. Thans is daarin eene verandering gebracht. Men kent het nieuwe kiesrechtartikel 80eu nu de achter de Grondwet gevoegde artikelen ook zijn aangenomen, zal de Tweede Kamer, zoodra de Grondwets herziening haar beslag zal hebben verkregen, door een tamelijk uit gebreid kiezerpersoneel gekozen worden. Het had heel wat voeten in de aarde eer dit vastgesteld was. De regeering had op een be trekkelijk onpartijdige wijze het kiesrecht in het voorloopig kiesregle ment vastgesteld. Geen der partijen kon met eenig recht over groote onbillijkheden klagen; hoewel het niet onduidelijk was, dat opliet belang der liberale partij eenigszins was gerekend. Wat deden nu echter de liberalen? Toonden zij vertrouwen te stellen in het Nederlandsclie volk door zich neer te leggen bij eene uitbreiding van het kiesrecli, die het platte land zoowel als de ste den aan het woord zoude doen komen? Waren zij er gerust op, dat de wijze, waarop zij nu jaren achtereen land, provincies en gemeen ten bestuurt hebben, door de nieuwe kiezers met een votum van goedkeuring zou begroet worden? De discussies van het begin dezer maand tot den 17en hebben het wel anders bewezen. O, zeker; zij deden het voorkomen alsof rechten billijkheid gebiedend eischten eene groote uitbreiding van het kiesrecht maar bij het in het leven roepen van nieuwe kiezers, hield de libe rale partij in de allereerste plaats rekening met de kansen, welke die uitbreiding voor haar aanbood. De beoefening van recht en billijkheid, ze is ook voor de liberalen eene sclioone deugd, maar wanneer zij het onderspit er mede moet delven, dan past die deugd niet in haar kader. De liberale partij schijnt volgens har® aanhan gers meer waard te zijn dan alle deugden van rechtvaardigheid en billijkheid te zamen. Wat beteekend recht, zoo ongeveer schijnen zij te redeneeren, wanneer hun partij de weldaden van het liberalisme niet over land en volk kan uitstorten; en welke waarde heeft bil lijkheid, als zij gevaar loopen niet oppermachtig te blijven'en de baantjes en postjes ook voor niet-liberalen zouden openkoraen. Dan immers zou het land onder het bestuur van de woordvoerders van het niet-denkeud deel der natie er onder moeten? Wij anti-revolutionairen hebben* uit onzen bijbel geleerd dat recht steeds voorop moet gaan; en daarom vragen wij niet; wat geeft ons voordeel, maar wie heeft aanspraak op het kiesrecht. En dan gaau wij na, dat een staat uit de verschillende huisgezinnen is sa mengesteld, dat dus die huisgezinnen belang hebben in de regeering van ons land en bij gevolg dat de hoofden van die huisgezinnen recht hebben op kiesrecht Zeker, ook aan zoo'n stelsel kunnen ge breken kleven wat is hier ook volmaakt? maar het heeft de deugd, dat het een stelsel is, dat er niet mede kan geknutseld worden. En nu, is het wel anders dan geknutsel geweest, tusschen de minister Heemskerk en de liberalen over de uitbreiding van het kiesrecht? Men vroeg niet naar een stelsel, maar het gekibbel om een paar gulden had niets anders op het oog dan voordeelen te ge ven aan de liberale partij boven de rechterzijde. Die partij ging van deze drie onuitgesproken stellingen uit: 1. In de groote steden zijn er meer liberalen dan op het platte land 2. De groote meerderheid der alleen wonende personen is liberaal 3. Liberaal zijn ook voor het meerendeel zij, die op de staatsin stellingen voor het onderwijs opgeleid, met goed gevolg een rijks- examen hebben afgelegd. En nu, met deze drie punten moest wel degelijk rekening gehou den worden. En van daar de amendementen, die voorgesteld wer den. 10 gulden voor de gezamenlijke belastingdan heeft men alvast de groote steden, wier bewoners inmers bijna allen alleen aan patent 10 gulden betalen. Niet alleen de huurders van huizenook de bewoners van kamers moest kiesrecht gegeven worden. En bo venal de capaciteiten mochten niet over 't hoofd gezien worden; tal van openbare onderwijzers, en wie al niet, konden immers de liberale partij versterken. Gelukkig, dit geknutsel is niet geheel gelukt. De regeering wilde niet veel toegeven, en de voortreffelijke redevoeringen van den heer Godin de Beaufort deden maar al te duidelijk licht opgaan over de bedoelingen der rechtvaardige liberalen. De amendementen werden grootendeels verworpen, en het slot is dat in plaats van 125 duizend voortaan aan 300 duizend personen het kiesrecht zal verleend worden. In dat voorrecht zullen zich ver heugen le. zij, die in de personeele belasting ten volle zijn aangeslagen, en deze belasting hebben betaald; 2e. zij, die voor de grondbelasting tot een bedrag van 10 zijn aangeslagen, en aan dezen aanslag voldaan hebben; 3e. zij, die kamers in huur hebben, waarvan de jaarlijksche huur waarde liet bedrag bereikt, waarvoor de plaatselijk volle personeele belasting verschuldigd is, in pereeelen die voor minstens het dubbele van dit bedrag zijn aangeslagen. Men ziet, het is den liberalen nog gelukt de Kamerbewoners te behouden. Overigens naar eene voorloopige kiesregeling, ziet zij er wel uit ofschoon wij er natuurlijk niet mede dweepen. Aan den ge zeten werkman, waarvoor de liberalen in dagen van onrust zoo ijverden, is al heel weiuig gedacht en wij gelooven dan ook, dat de voorstanders van algemeen stemrecht nog luider dan te voren over onrecht zullen klagen. Wanneer de verslagen van de Kamer-zittingen van af 1848 wer den ingezien, dan zou men van verscheidene zittingen kunnen ge tuigen, dat zij niet pleiten voor de eerlijkheid en onpartijdigheid der liberale partij. Een dier zittingen is ongetwijfeld die van 17 Juni j.l., zij zal een vlek blijven op het karakter dier partij, en niet min der op mannen, van wie men beter mocht verwachten. Men ga slechts na. Reeds sedert eenige jaren is er in Europa een streven geweest om te breken met het onrechtvaardige stelsel, waarin aan enkele kiezers het recht gegeven werd twee tot 7 afgevaardigden te kiezen, terwijl anderen maar op één afgevaardigde hun stem mochten uitbrengen. Engeland en Duitschland werden dan ook in enkelvoudige districten gesplitst en ook in ons land deed de stem, die het twee en meer voudig stelsel van kiesdistricten veroordeelde, zich luide liooren, Dat Amsterdam 7 en Sneek 3 afgevaardigde b. v. kozen, en Hilversum en Zevenbergen maar 1, werd meer en meer afgekeurd. Ook de regeering scheen daarvan iets te gevoelenmaar in plaats van aan het geopenbaard verlangen te voldoen, stelden zij in het voorloopig kiesreglement wel enkelvoudige districten voor, maar de vijf groote steden: Amsterdam, Rotterdam, den Haag, Utrecht en Groningen werden niet gesplitst. In de afdeelingen werd daarover geklaagd, en de groote meerderheid verklaarde zich tegen dat ge mengde stelsel. Wel deed de Commissie van rapporteurs het anders voorkomen; maar i/De Oranjevaan", blijkbaar goed ingelicht, bracht het Nederlandsclie volk op de hoogte. In de Kamer werd er over gesproken, de regeering verklaarde zich zelfs bereid aan de verdee ling der groote steden mede te werken, en liberalen als Sanders, Ver niers van der Loeff en van Houten verklaarden zich openlijk voor enkelvoudige districten, ook voor de groote steden. Men was dus algemeen er van overtuigd, dat ook de groote ste den bij de herziening wel gesplitst zouden worden. Maar zie, dat gebeurde nu juist niet, De liberale drijvers, die bij art. 194 het onderspit gedolven hadden, zouden nu eene schadeloosstelling zoeken. De vijf groote steden, die natuurlijk liberalen afvaardigden, zouden nu ongesplitst blijven; niettegenstaande de meesten hunner er zich vóór verklaard hadden. Kan het stuitender en partijdiger? Donderdag's te voren scheen het nog alsof de splitsing een feit zou worden; maar drijvers als Viruly Verbrugge riepen ijlings eene partij vergadering bijeen, en toen werd besloten de groote steden voor (U. lljjeraleu te behouden, kost wat kost, zelfs tot prijs van eer en Waardigheid. De heer Verniers van der Loeff, die er zich vroeger nog al voor verklaard had, zou evenals bij art. 168 de zaak wel goed praten. Hij stelde het voor, dat de liberalen, aan het einde der herziening gekomen, geen strijd met de regeering wilde, en nu be sloten had de voorgestelde regeliug zonder wijziging aan te nemen. En wat dit beteekent, ziet men hieruit. Volgens het aangenomen voorstel der regeering, is jie regeling aldus: Enkele kiesdistricten79 leden. Amsterdam als kiesdistrict9 Rotterdam 5 s' Hage 3 Utrecht 2 Groningen 2 Te zamen 100 leden. Bij die 100 zetels zijn' de liberalen nu al vast zeker van 19. In ieder geval hebben zich de anti-liberalen nu te reppen om hen voor uit te zijn, wat trouwens nu bijna onmogelijk wordt. Heel listig gingen de liberalen te werk. Lang dachten zij, dat de groote steden wel gesplitst zouden wordenzij hadden daarom hunne maatregelen genomen. De schaar werd gehanteerd, en enkele districten zoo verknipt, dat er onmogelijk anti-liberalen uit de stembus zoudeu kunnen komen. Op die wijze zouden zij zich wel schadeloosstellen. Toch -schijnt liun dit niet al te gemakkelijk afgegaan te zijn. Mis schien waren zij wel bevreesd voor de publieke opinie, die reeds meermalen zich op alles behalve malsche wijze over die knoeierijen met de schaar had uitgelaten. Althans zij schenen in hunne club- vergadering eensklaps besloten te zijn, de schaar ongebruikt te laten maar de steden niet te splitsen. In ieder*geval, dit was uitgemaakt, zij moesten een voordeeltje hebben. De heer Verniers vau der Loeff zeide dan ook in de Kamer, dat alle amendementen op de wijziging van districten zouden ingetrokken worden. Een van beide dus. Of de groote liberale steden, of de schaaf. De «N. Rotterd. Cour." schreef, toen art. 194 was aangenomen, dat het vaandel der liberale partij in flarden was gescheurd; thans spreekt ze daarover niet. Als de partij recht doet, dan verloochent zij haar beginselenmaar als zij onrecht doet dan houdt ze haar vaandel in eere. Fraaie banier, waar onder zich de liberalen scharen, ook mannen als Farncombe Sanders. Mogen wij aan Ds. W. Diemer te Dokkum onzen dank betuigen voor zijn hartelijk, uitvoe rig, pittig en puntig schrijven in het Noorden van Vrijdag 3 Junijl., betreffende de wijze van aaneensluiting der verschillende gereformeerde kerken in ons vaderland. Een enkele opmerking voegen wij hierbij. Naar het ons voorkomt willen de doleerenden wel een bondgenootschappelijke samenwerking tusschen al die kerken of gemeenten, maar zonder dat dit confederatief verband bij de kennisgeving aan de Regeering dadelijk in het oog springt. En dit ziet op het beheer. In het bestuur wil men wel één zijnmaar de overheid moet die éénheid nergens anders uit kunnen afleiden dan uit de aangenomen kerkorde zelve. Zij voor zich moet niet met een verband, maar alleen met plaatselijkekerken te maken hebben. Dat is al tijd veel beter voor de latere handhaving van rechten op de plaatselijk bijeengebrachte goede ren. Zoodra het kerkverband het wezen der plaatselijke kerken door verkeerde bestuursmaat regelen dreigt te vervalschen, moeten deze ker ken het verband kunnen afsnijden en dan toch ten aanzien van de overheid als een geheel lichaam met eigen goederen en rechten blijven be staan. Er moet dan niet eens quaestie kunnen vallen, of de goederen ook soms aan de veree- nigde kerken te samen behooren, en daartoe is het noodig, dat elke gemeente afzonderlijk zich bij de Regeering bekend maakt en steeds afzon derlijk met haar handelt, waar dit noodig is. Zoo blijft de rechtsbeschouwing zuiverder. Want wel geven wij toe, dat de plaatselijke Chr. Geref. gemeenten, zooals die van Amsterdam Heerde, Rijsen en Nieuw-Amsterdam, tot dusverre als er conflict ontstond, plaatselijk erkend en ge handhaafd zijn; maar naar wij veronderstellen, wil Dr. Kuyper waarborgen voor de toekomst eischen, dat de rechterlijke macht straks, als aaneensluiting al inniger en inniger wordt in het uitwendige, nogtans niet den minsten grond heeft om van beschouwing en praktijk te ver anderen, en de goederen weer aan de landskevk in haar geheel toe te wijzen. Een zeer lezenswaardig opstel over het»Re glement van '69" is door Ds. H. Beuker in de Vrije Kerk" (Juninr.) geplaatst. Ofschoon dat Reglement niets kwaads bedoelde en ook nog geen kwaad effect had, voor zooveel de goederen betrof, wil Ds. B. toch gaarne wat verbeterd hebben in den vorm en de redactie, en geeft hij daartoe de noodige wenken. Wij hopen dat men aan weerszijden zich die wenken ten nutte zal maken. De vrees, <lie wij een vorige maal uitspraken, is reeds bewaarheid. Het feest te Londen behoort alweder tot de geschiedenis, maar het oostersehe vraagstuk is nog altijd aan de orde en zelfs meer dan ooit Het feest is schitterend geweest. Daar waren koningen en groeten der aarde uit oost en west, uit alk land en volk, om de koningin van Enge land. de keizerin van Iudië hun hulde te bieden. Men betaalde in de kerk Gode dank en boel het volk vierde feest en vereerde zijn vorstin prach tige geschenken. Met voldoening kan de 68-jarige Koningin op haar 50 jaien reg* erens terugzien, even als op den Gestdag, die gelukkig ook de vrees voor aanslagen beschaamde. Er viel niets bij zonders voor. Heel het volk zeiden we, doch voor de Ieren dient een uitzondeiing gemaakt. Die toch namen de gelegenheid waar om hun haat tegen Enge land te luchten door rouwbetoon enz Zelfs heesch een parlementslidde Fenians-vlag op zijn jacht Ten deele vindt zeker die verbittering baar vei klaring in de uitleidingen uit de pachthoeven, die ook dit jaar weer vele zij ook de landmisduden houden aan. Intusschen is de lersche wei zoo goed als afge daan. De lersche h den bleven bij de behandeling weg. Een pauselijk afgevaardigd die naar Ierland zon gaan, cm daar de toestand te zien, is voor loopig niet vertrokken. De ontvangst die den prin sen van Walis nog vóór een paar dagen bij hun aankomst te Dublin van een deel ces volks tebeurt viel, bewijst, evenals de houding van den gemeente raad, hoe fe| men staat tegenover al watEngelsch is. Het Egyptisch vraagstuk is intusschen in nog slechter staat gekomen. De sultan schijnt de berichten zij i vee van volkomen betrouwbaar deerlijk in het nauw te zitten. Frankrijken Rus land, het lan.ste nog meer d in 't eeiste, willen dat de Porte de overeenkomst met Engeland niet be- krachtige. Engeland blijft bij het bepaalde. Zoo wordt verklaarbaar, dat de sultan, bevreesd en ten einde raad, alvast uitstel heeft gevraagd, weilicht op afstel hopend. liet slot van de zaak zal wellicht zijn, dat er van heel de zaak niets komt. Engeland verliest daar niets bij, vijl het dan eenvoudig in Egypte kan bljjvcn en nog dezelfde is. Met dit al houdt dit vraagstuk Eur pa steeds in spanning, gelijk het Bulgaarsche, dat nog even ver is als voren." Het Afgi.aansche vraagstuk laat in de jongste dagen minder van zich hooren, de opstand schijnt te minderen. Met het oog op de moei ijk heden meer westvvaarte is dit een heugelijk feit. In den laatstee tijd liepen herhaaldelijk geruch ten over een te wachten verzoening tusschen de lialiaansclie regêering en het Vaticaan, alsmee over 't hersiel der betrekkingen tusschen'tlaatste en Engeland. Uit het eerste is echter weinig na ders vernomen; omtrent het laatste blijkt officiéél dat geen stappen zijn gedaan, althans niet door de rechtstreeks betrokkenen. Kan ons overzicht ditmaal kort zijn, skort en goed" zouden we het daarom nog niet durven lieeten. Er hanger, nog steeds grauwe wolken in 't oosten, en vaak komt juist daar een storm op. H. Een Katwijker, die zijn vangst te Scheve- ningen aan wal had getracht, liet bij 't vertrek de besomming, 70, in zee vallen, na veel moeite heeft men er ƒ15 van terug kunnen vinden. Te Nieuwaal had gisteren een droevig voor val plaats. Een man, die uit eene nabij zijnde woning liggende sloot een klompje wilde opvis- sclien, raakte met zijne hark verward in de klee deren van een kind, dat op |den bodem der sloot verdronken lag. Toen hij het lijkje opgehaald had, bemerkte hij tot zijn hevigen schrik, dat het zijn 6-jarig dochtertje was. Het kind had huiten toezicht nabij de sloot gespeeld en was zoo jammerlijk te water (geraakt en verdronken. Door Zeeuwsehe veehouders uit Noordgou- we en Iterkwerve is aan d» regeering een adres gezonden, instemming betuigende met het verzoek van den heer Oppenheimer van Rotterdam, om bij de Engelsche regeering aan te dringen op vrijen invoer van Nederlandsch vee en sluiting der grenzen voorDuitsch vee tot doorvoer bestemd. Bij Doorwerth hebben twee schippers in den Rijn een hert gevangen, da> zwemmende den oever trachtte te bereiken, liet werd door hen afgemaakt en medegenomen. Naar de slroopers wordt ge zocht. Tallooze malen hadden de kippen van den Arnliemschen stationschef de spoortreinen zien vertrekken, en nooit had men eenig ldijk van bijzondere belangstelling van hare zijde waarge nomen. Onlangs echter schijnt o; eens het plan bij baar gerijpt te zijn om te onderzoeken, waar heen die logge gevaarten toch h -engingen die, zij dagelijks zagen verschijnenj en verdwijnen, Vier kippen en zes kuilo-ns nemen ongemerkt plaats op een der rimstangen vao den trein, die te 9 uur 15m. van Arnhem vertrok. Vrijdagmor gen werden zij gemist in het hok, waarin zij gesloten zijnmen begon haar te zoeken, toen uit Amsterdam in een telegram de vraag werd gedaan»mist men bij u ook kippen?" De dieren waren daar behouden aangekomen, en in de duisternis had men ze niet ontdekt. Wij staan, zegt de Arnh. Crt., voor de waar- beid van het verhaal in. De boekhouder in een groot magazijn te 's Hage, d'zer dagen uit die betrekking ontsiagen, is thans voortvluchtig. Na zijn vertrek moeten zijn patroons tot de ontdekking zijn gekomen dat hij een belangrijke verdui-ternis tveft gepleegd. De politie houdt zich met hqt onderzoek der zaak bezig. Ook te Vhiardingm werd inzake de refor matie der kerk naar het ambt der geloovigen gehandeld en is het juk der Synode door de ge- heele gemeente afgevvoipen. De benoemde kerke- raadsleden werden Zondag 26 Juni door den c'onsulent, den WelEerw. lieer Veder, in hun ambt bevestigd. Een droevig voorval had Zaterdagmorgen te Oostdam plaats. De gemeente-veldwachter, op ver kenning zijnde met een rijksveldwachter van Zaan dam, ontmoette in de onir iddellijke nabijheid van het dorp een 72rjarig« ingezetene, bezig zijn le met visschen in verboden vischwater. Toen de veldwachter in de boot van den overtreder sprong om het vischtuig in beslag te nemen, werd hij door dezen dadelijk aangegrepen en op den grond geworpen; daarop zette hij zijn knie op de borst van den veldwachter en greep hem met beide handen bij de keel. In zijnen angst haalde de veld wachter zijn revolver te voorschijn en schoot zijn tegenstander dood. De justitie, vergezeld van twee d ictoren, wis reeds 's middags ter plaatse aan wezig, om de zaak nader te onderzoeken. Op een dezer dagen ingediend verzoek om grafie voor F. Domela Nieuwehuis, is, naar het D. v. N. meldt een afwijzende beschikking ont vangen. Nadat de croup zich in deze gemeente in langen tijd niet meer had voorgedaan en men dus dacht er weder van bevrijd te zijn, zijn deze week twee kinderen door die ziekte aangetast en geopereerd. 28 Juni. Het paard van den korenmole naar Dijkmans kreeg het heden in den zin op den oostelijken achterweg op den loop te gaan terwijl de knecht met meel naar zijne clienten wasalhoe wel er veel menschen en kinderen op de been waren Rep het ongeval zonder ongelukken af. en zingen en gewi hen op Juli a. en eers nog te burgers terugkcl gers S eenige wel sp< schouwj wijze v port o] digen in ons tenis. Iiedc handel» buitens werd anderei vete te onder je in die dei gat op Beg zoude terwijl nahijhf Yan de poli (N 17 vis gen tc dering Moerk in de opgeb is bep benoe G heer geva: de vl Vang werpt Heest van ken, waarl stand Bajer Tinte nieuv te b< de h, diake wijl in ïu Nieu kerkt ook houw te b< Z de k genu en ii reke ƒ14 ten Voo: als adre prov voor stan lege die Dor\ erla: de

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1887 | | pagina 2