i
i
I
|i
Een brief aan Hendrik.
IJlt «le Tweede Hamer.
IJlt de Pers.
De volkeren «Ier aar«le.
Ocmengd Meuws.
Plaatselijk Nieuws,
Sommelsdijk. Naar deze gemeente werd he
den tot predikant beroepen Ds. H. Bax te Doorn
spijk.
Oud<
Me:
Ste
Zt
1-
n
ti
te leiden. Maar ach, zooveel wat »kerk" genoemd
wordt, en dat kerk behoorde te zijn, is doode-
lijk, schier onherstelbaar krank. In plaats dat zij
de maatschappij middellijk zoude kunnen red
den heeft zij veelal zelve eene helpende hand
noodig in huitengewonen zin. Daarbij komt nog,
dat de weinige krachten, die haar overgebleven
zijn, veelal verloren gaan in een vaak geheel
onvruchtbaren partijstrijd. En wat met recht en
met eere den naam van »kerk" draagt en zich
als zoodanig openbaart, is helaas nog maar al
te arm aan invloed. Doch waar zij dus tekort
schiet, en wel tekort moet schieten in deze da
gen, zoude daar het streven eener christelijke
hoogeschool naar hetzelfde doel niet toelachen
aan ieder die het wel meent met ons volk
(Wordt vervolgd.)
Waarde Hendrik!
Voor uwen brief aan mij zeg ik u vriende
lijk dank. Met uwe opmerkingen kan ik mij zeer
goed vereenigen. Gaarne had ik wat nauwkeu
riger inlichtingen van u ontvangen, doch wat ge
zelf niet weet, kunt ge mij ook niet verteilen.
Ik zal u ook wel eens het antwoord op de eene
of andere vraag schuldig moeten blijven. Zoo
vraagt ge mij of de heeren leden der plaatse
lijke scoolcommissie te Middelharnis soms het
salaris eener extra-hulponderwijzeres uit eigen
zak denken te betalen. Als dit het geval was,
dan had het, dunkt mij, wel al in de courant
gestaan.
Waarschijnlijk acht ik het dus niet, dat de
heeren eens in eigen zak zullen tasten. Zooals
terecht door u is opgemerkt, zijn de liberalen
in zake het onderwijs totaal verwend. Zij vin
den het voor hun beurs veel verkieslijker, dat
de gemeente allerlei onderwijzers en onderwij
zeressen aanstelt. Tegen betaling van een klein
schoolgeld, een prikje maar, krijgen ze dan hun
kinderen in alles en allerlei onderwezen.
Zoo verstaan de z. g. liberalen de kunst om
riemen van eens anders leer te snijden. Wie
't dichtst bij 't vuur zit, warmt zich 't best, zegt
het spreekwoord. Het zou anders voor rijke lui,
die er te Middelharnis zeker ook wel zijn, eene
kleinigheid wezen als ze samen voor eigen re
kening eene privaat-onderwijzeres aanstelden. Mij
dunkt, dat zou eerst recht liberaal zijn, doch
je weet het ook wel, Hendrik, we leven tegen
woordig in een vreemden tijd. Het schijnt of de
woorden hun gewone beteekenis beginnen te ver
liezen. Sommige woorden raken hun beteekenis
kwijt. Zoo is het ook met het woord liberaal.
Volgens de woordenboeken wil het zeggen:
vrijgevigvrijzinnigvrijheidsvriend. Vroeger
noemde men iemand vrijgevig als hij dit was je
gens anderen. Thans is dit anders, Hendrik. Wie
tegenwoordig liberaal is, o ja, hij is zeer vrij
gevig, maar slechts jegens zichzelf.
Hij is een groot vriend van de vrijheid, wel
te verstaan om zelf te doen wat hem behaagt
hij bemint de vrijheid om aan het volk een on
derwijs op te leggen, dat slechts hem zelf vol
doet.
En allen, die niet goedschiks dit vrijlieidsjuk
der liberalen dragen, worden »clericaleu" ge
scholden, die 'tvolk dom willen houden om het
knollen voor citroenen in de hand te kunnen stop
pen En wat willen die zoo verachte clericalen
dan? Gij weet het: die willen juist wat de li
beralen behoorden te willen.
Laat wij eens herhalen wat de antirev. partij
in zake het onderwijs wil. Haar ideaal isieder
bekostige het onderwijs zijner eigen kinderen,
min- en onvermogenden uitgezonderd. Doch van
dien voorslag wilden de liberalen niets weten.
En daarom hebben ze 't gansche land uitgeroe
pen, dat de antirevolutionairen tot het niet den
kend deel der natie" behoorden.
De zaak is echter, dat zij, die zich zelf libe
raal noemen, zeggenalles voor ons, niets voor u.
Wie niet denkt als wij liberalen, ontvangt geen
penning uit staats- of gemeentekas.
En toen zijn de zoogenaamde clericalen gaan
zeggenwij begeeren te ontvangen wat gij ook
ontvangt. Bij de inning der belastingen weet
men ons wel te vinden al zijn we »clericaal";
de schatkist wordt gevuld uit aller beurzen, alle
burgers hebben dus evenveel recht op uitkeering.
Allen niets of allen evenveel.
Neen, zeggen de liberalen, dat is verkeerd ge
redeneerd. Ons beginsel is: de belasting voor
allen en de schatkist voor ons. Het is intusschfti
ergerlijk, dat welgestelde lieden zich uit de ge
meentekas laten bedeelen in zake het onderwijs
hunner kinderen. Bedeeling moest alleen aan
on- en minvermogenden geschieden. De tegen
woordige toestanden zijn onhoudbaar. Als mijn
welgestelde buurman zijn zoontje of zijn doch
tertje vreemde talen wil laten leeren, is het dan
billijk, dat anderen en ik in den vorm van be
lasting de kosten van dat onderwijs betaal?
Zoo ja, dan kan mijn rijke buurman met even
veel recht eischen, dat anderen den wijn beta
len, welken hij bij zijn middagmaal gebruikt.
Nog altijd groot is het getal dergenen, wien
de tegenwoordige regeling der schoolzaken, met
het oog op eigen beurs, niet ongevallig is.
Daarom is het getal kiezers, die zich tegen
deze regeling met ernst en volharding verzetten,
vaak nog zoo gering. Toch is eriiog liefde voor
waarheid en rechteens zal de waarheid over
winnen, het recht zegevieren.
Als steeds Uw vriend Jacob.
Met volle instemming nemen wij het onder
staande belangrijke schrijven over uit de »Prot.
Noordbrabander".
«Iu de 119de vergadering, die de Tweede Kamer Vrijdag 17 Juni
liield, kreeg de grondwetsherziening haar beslag, althans hij eerste
lezing. Of zij door de nieuwe Kamers, die op 19 September zullen
saamkomen, zal aangenomen worden, valt nog niet met zekerheid te
zeggen. Nog vóór eenige weken dacht bijna niemand er aan, dat er
iets van zou komen, en dat de kansen op aanneming zijn verbeterd
ligt, zooals ieder begrijpen zal, aan het nieuwe onderwijsartikel, dat
tegen alle verwachting in, in de herziene grondwet werd opgenomen.
Of er nu ook verbeteringen zijn aangebracht? We zouden het
niet gaarne ontkennen. Als voordeelen mogen zeer zeker wel ge
noemd worden:
lo. de opruiming van een grondwetsartikel, dat heel partijdig
alleen de openbare school als de volksschool erkende;
2o. het begin van eene invoering van de administratieve recht
spraak
3o. eene betere technische regeliug van de defensie;
4o. een uitgebreider stemrecht;
5o. het aftreden tegelijk van al de Kamerleden;
6o. een vast getal afgevaardigden.
Zouden we ook tegenover die voordeelen de verschillende zaken
moeten noemen, die óf onbeslist, óf minder goed geregeld zijn Het
mag overbonig geacht worden; omdat de groote grief, dien wij tegen
den inhoud van deze herziening hebben, nl. het te veel overlaten
aan den gewonen wetgever, bekend is. Maar ook afgescheiden daar
van, moet het ieder oprecht Nederlander leed doen, dat de partij,
die door allerlei kunstjes eene meerderheid in onze Staten-Generaal
wSfen te erlangen, nog altijd van het u recht voor allen" afkeerig
schijnt te blijven. We wijzen slechts op de onbillijkheid, om wel het
uitzicht te openen*op eene nieuwe Tweede Kamer, maar de Eerste
Kamer met hare partijverhoudingen te laten voortsukkelen. Zoolang
toch de Provinciale Staten niet aftreden en door liet nieuwe kie
zerspersoneel worden gekozen, blijft de oppermacht der liberalen in
de Eerste Kamer, en voor een gedeelte ook in den invloed op de
regeering, oppermachtig. Dat stelsel van onrecht en onbillijkheid,
waarmede de liberale partij zich nu jaren achtereen heeft staande
gehouden, kwam ook voor den dag bij de stemming over artikel 194.
Slechts 7 van de 47 liberalen gaven aan den drang van de rechterzijde
gehoor om recht te verleenen.
Maar het meest stuitend kwam de partijdigheid der liberalen in
de laatste zitting over de Grondwetsherziening uit. Laten we evenwel
alvorens dit te bespreken, kortelijk nagaan, hoe de discussies over
de additioneele artikelen zijn geloopen.
Reeds voor jaren is er door verschillende mannen van de onder
scheidene partijen opgewezen, dat grondwettige regeling van het
kiesrecht onhoudbaar was. Die bepaling, dat alleen zij die 20 tot
160 gulden belasting betalen, naar gelang de plaatselijke gesteldheid,
mist iederen redelijken grondslag. Noch geschiktheid en bekwaamheid,
noch belangstelling en genegenheid voor het vaderland kon bij die
regeling van de zijde der kiezers altijd verwacht worden.
Thans is daarin eene verandering gebracht. Men kent het nieuwe
kiesrechtartikel 80eu nu de achter de Grondwet gevoegde artikelen
ook zijn aangenomen, zal de Tweede Kamer, zoodra de Grondwets
herziening haar beslag zal hebben verkregen, door een tamelijk uit
gebreid kiezerpersoneel gekozen worden. Het had heel wat voeten
in de aarde eer dit vastgesteld was. De regeering had op een be
trekkelijk onpartijdige wijze het kiesrecht in het voorloopig kiesregle
ment vastgesteld. Geen der partijen kon met eenig recht over groote
onbillijkheden klagen; hoewel het niet onduidelijk was, dat opliet
belang der liberale partij eenigszins was gerekend.
Wat deden nu echter de liberalen? Toonden zij vertrouwen te
stellen in het Nederlandsclie volk door zich neer te leggen bij eene
uitbreiding van het kiesrecli, die het platte land zoowel als de ste
den aan het woord zoude doen komen? Waren zij er gerust op, dat
de wijze, waarop zij nu jaren achtereen land, provincies en gemeen
ten bestuurt hebben, door de nieuwe kiezers met een votum van
goedkeuring zou begroet worden?
De discussies van het begin dezer maand tot den 17en hebben het wel
anders bewezen. O, zeker; zij deden het voorkomen alsof rechten
billijkheid gebiedend eischten eene groote uitbreiding van het kiesrecht
maar bij het in het leven roepen van nieuwe kiezers, hield de libe
rale partij in de allereerste plaats rekening met de kansen, welke
die uitbreiding voor haar aanbood. De beoefening van recht en
billijkheid, ze is ook voor de liberalen eene sclioone deugd, maar
wanneer zij het onderspit er mede moet delven, dan past die deugd
niet in haar kader. De liberale partij schijnt volgens har® aanhan
gers meer waard te zijn dan alle deugden van rechtvaardigheid en
billijkheid te zamen. Wat beteekend recht, zoo ongeveer schijnen
zij te redeneeren, wanneer hun partij de weldaden van het liberalisme
niet over land en volk kan uitstorten; en welke waarde heeft bil
lijkheid, als zij gevaar loopen niet oppermachtig te blijven'en de
baantjes en postjes ook voor niet-liberalen zouden openkoraen. Dan
immers zou het land onder het bestuur van de woordvoerders van
het niet-denkeud deel der natie er onder moeten?
Wij anti-revolutionairen hebben* uit onzen bijbel geleerd dat recht
steeds voorop moet gaan; en daarom vragen wij niet; wat geeft
ons voordeel, maar wie heeft aanspraak op het kiesrecht. En dan
gaau wij na, dat een staat uit de verschillende huisgezinnen is sa
mengesteld, dat dus die huisgezinnen belang hebben in de regeering
van ons land en bij gevolg dat de hoofden van die huisgezinnen
recht hebben op kiesrecht Zeker, ook aan zoo'n stelsel kunnen ge
breken kleven wat is hier ook volmaakt? maar het heeft de
deugd, dat het een stelsel is, dat er niet mede kan geknutseld
worden.
En nu, is het wel anders dan geknutsel geweest, tusschen de
minister Heemskerk en de liberalen over de uitbreiding van het
kiesrecht? Men vroeg niet naar een stelsel, maar het gekibbel om
een paar gulden had niets anders op het oog dan voordeelen te ge
ven aan de liberale partij boven de rechterzijde. Die partij ging van
deze drie onuitgesproken stellingen uit:
1. In de groote steden zijn er meer liberalen dan op het platte
land
2. De groote meerderheid der alleen wonende personen is liberaal
3. Liberaal zijn ook voor het meerendeel zij, die op de staatsin
stellingen voor het onderwijs opgeleid, met goed gevolg een rijks-
examen hebben afgelegd.
En nu, met deze drie punten moest wel degelijk rekening gehou
den worden. En van daar de amendementen, die voorgesteld wer
den. 10 gulden voor de gezamenlijke belastingdan heeft men alvast
de groote steden, wier bewoners inmers bijna allen alleen aan
patent 10 gulden betalen. Niet alleen de huurders van huizenook
de bewoners van kamers moest kiesrecht gegeven worden. En bo
venal de capaciteiten mochten niet over 't hoofd gezien worden;
tal van openbare onderwijzers, en wie al niet, konden immers de
liberale partij versterken.
Gelukkig, dit geknutsel is niet geheel gelukt. De regeering wilde
niet veel toegeven, en de voortreffelijke redevoeringen van den heer
Godin de Beaufort deden maar al te duidelijk licht opgaan over de
bedoelingen der rechtvaardige liberalen.
De amendementen werden grootendeels verworpen, en het slot is
dat in plaats van 125 duizend voortaan aan 300 duizend personen
het kiesrecht zal verleend worden. In dat voorrecht zullen zich ver
heugen
le. zij, die in de personeele belasting ten volle zijn aangeslagen,
en deze belasting hebben betaald;
2e. zij, die voor de grondbelasting tot een bedrag van 10 zijn
aangeslagen, en aan dezen aanslag voldaan hebben;
3e. zij, die kamers in huur hebben, waarvan de jaarlijksche huur
waarde liet bedrag bereikt, waarvoor de plaatselijk volle personeele
belasting verschuldigd is, in pereeelen die voor minstens het dubbele
van dit bedrag zijn aangeslagen.
Men ziet, het is den liberalen nog gelukt de Kamerbewoners te
behouden. Overigens naar eene voorloopige kiesregeling, ziet zij er
wel uit ofschoon wij er natuurlijk niet mede dweepen. Aan den ge
zeten werkman, waarvoor de liberalen in dagen van onrust zoo
ijverden, is al heel weiuig gedacht en wij gelooven dan ook, dat de
voorstanders van algemeen stemrecht nog luider dan te voren over
onrecht zullen klagen.
Wanneer de verslagen van de Kamer-zittingen van af 1848 wer
den ingezien, dan zou men van verscheidene zittingen kunnen ge
tuigen, dat zij niet pleiten voor de eerlijkheid en onpartijdigheid der
liberale partij. Een dier zittingen is ongetwijfeld die van 17 Juni
j.l., zij zal een vlek blijven op het karakter dier partij, en niet min
der op mannen, van wie men beter mocht verwachten. Men ga slechts
na.
Reeds sedert eenige jaren is er in Europa een streven geweest om
te breken met het onrechtvaardige stelsel, waarin aan enkele kiezers
het recht gegeven werd twee tot 7 afgevaardigden te kiezen, terwijl
anderen maar op één afgevaardigde hun stem mochten uitbrengen.
Engeland en Duitschland werden dan ook in enkelvoudige districten
gesplitst en ook in ons land deed de stem, die het twee en meer
voudig stelsel van kiesdistricten veroordeelde, zich luide liooren, Dat
Amsterdam 7 en Sneek 3 afgevaardigde b. v. kozen, en Hilversum
en Zevenbergen maar 1, werd meer en meer afgekeurd.
Ook de regeering scheen daarvan iets te gevoelenmaar in plaats
van aan het geopenbaard verlangen te voldoen, stelden zij in het
voorloopig kiesreglement wel enkelvoudige districten voor, maar de
vijf groote steden: Amsterdam, Rotterdam, den Haag, Utrecht en
Groningen werden niet gesplitst. In de afdeelingen werd daarover
geklaagd, en de groote meerderheid verklaarde zich tegen dat ge
mengde stelsel. Wel deed de Commissie van rapporteurs het anders
voorkomen; maar i/De Oranjevaan", blijkbaar goed ingelicht, bracht
het Nederlandsclie volk op de hoogte. In de Kamer werd er over
gesproken, de regeering verklaarde zich zelfs bereid aan de verdee
ling der groote steden mede te werken, en liberalen als Sanders, Ver
niers van der Loeff en van Houten verklaarden zich openlijk voor
enkelvoudige districten, ook voor de groote steden.
Men was dus algemeen er van overtuigd, dat ook de groote ste
den bij de herziening wel gesplitst zouden worden. Maar zie, dat
gebeurde nu juist niet, De liberale drijvers, die bij art. 194 het
onderspit gedolven hadden, zouden nu eene schadeloosstelling zoeken.
De vijf groote steden, die natuurlijk liberalen afvaardigden, zouden
nu ongesplitst blijven; niettegenstaande de meesten hunner er zich
vóór verklaard hadden. Kan het stuitender en partijdiger?
Donderdag's te voren scheen het nog alsof de splitsing een feit
zou worden; maar drijvers als Viruly Verbrugge riepen ijlings eene
partij vergadering bijeen, en toen werd besloten de groote steden voor
(U. lljjeraleu te behouden, kost wat kost, zelfs tot prijs van eer en
Waardigheid. De heer Verniers van der Loeff, die er zich vroeger
nog al voor verklaard had, zou evenals bij art. 168 de zaak wel
goed praten. Hij stelde het voor, dat de liberalen, aan het einde der
herziening gekomen, geen strijd met de regeering wilde, en nu be
sloten had de voorgestelde regeliug zonder wijziging aan te nemen.
En wat dit beteekent, ziet men hieruit. Volgens het aangenomen
voorstel der regeering, is jie regeling aldus:
Enkele kiesdistricten79 leden.
Amsterdam als kiesdistrict9
Rotterdam 5
s' Hage 3
Utrecht 2
Groningen 2
Te zamen 100 leden.
Bij die 100 zetels zijn' de liberalen nu al vast zeker van 19. In
ieder geval hebben zich de anti-liberalen nu te reppen om hen voor
uit te zijn, wat trouwens nu bijna onmogelijk wordt.
Heel listig gingen de liberalen te werk. Lang dachten zij, dat de
groote steden wel gesplitst zouden wordenzij hadden daarom hunne
maatregelen genomen. De schaar werd gehanteerd, en enkele districten
zoo verknipt, dat er onmogelijk anti-liberalen uit de stembus zoudeu
kunnen komen. Op die wijze zouden zij zich wel schadeloosstellen.
Toch -schijnt liun dit niet al te gemakkelijk afgegaan te zijn. Mis
schien waren zij wel bevreesd voor de publieke opinie, die reeds
meermalen zich op alles behalve malsche wijze over die knoeierijen
met de schaar had uitgelaten. Althans zij schenen in hunne club-
vergadering eensklaps besloten te zijn, de schaar ongebruikt te laten
maar de steden niet te splitsen. In ieder*geval, dit was uitgemaakt,
zij moesten een voordeeltje hebben. De heer Verniers vau der Loeff
zeide dan ook in de Kamer, dat alle amendementen op de wijziging
van districten zouden ingetrokken worden. Een van beide dus. Of
de groote liberale steden, of de schaaf. De «N. Rotterd. Cour." schreef,
toen art. 194 was aangenomen, dat het vaandel der liberale partij
in flarden was gescheurd; thans spreekt ze daarover niet. Als de
partij recht doet, dan verloochent zij haar beginselenmaar als zij
onrecht doet dan houdt ze haar vaandel in eere. Fraaie banier, waar
onder zich de liberalen scharen, ook mannen als Farncombe Sanders.
Mogen wij aan Ds. W. Diemer te Dokkum
onzen dank betuigen voor zijn hartelijk, uitvoe
rig, pittig en puntig schrijven in het Noorden
van Vrijdag 3 Junijl., betreffende de wijze van
aaneensluiting der verschillende gereformeerde
kerken in ons vaderland.
Een enkele opmerking voegen wij hierbij.
Naar het ons voorkomt willen de doleerenden wel
een bondgenootschappelijke samenwerking tusschen
al die kerken of gemeenten, maar zonder dat
dit confederatief verband bij de kennisgeving
aan de Regeering dadelijk in het oog springt.
En dit ziet op het beheer. In het bestuur wil
men wel één zijnmaar de overheid moet die
éénheid nergens anders uit kunnen afleiden dan
uit de aangenomen kerkorde zelve. Zij voor zich
moet niet met een verband, maar alleen met
plaatselijkekerken te maken hebben. Dat is al
tijd veel beter voor de latere handhaving van
rechten op de plaatselijk bijeengebrachte goede
ren. Zoodra het kerkverband het wezen der
plaatselijke kerken door verkeerde bestuursmaat
regelen dreigt te vervalschen, moeten deze ker
ken het verband kunnen afsnijden en dan toch
ten aanzien van de overheid als een geheel lichaam
met eigen goederen en rechten blijven be
staan. Er moet dan niet eens quaestie kunnen
vallen, of de goederen ook soms aan de veree-
nigde kerken te samen behooren, en daartoe is
het noodig, dat elke gemeente afzonderlijk zich
bij de Regeering bekend maakt en steeds afzon
derlijk met haar handelt, waar dit noodig is.
Zoo blijft de rechtsbeschouwing zuiverder. Want
wel geven wij toe, dat de plaatselijke Chr. Geref.
gemeenten, zooals die van Amsterdam Heerde,
Rijsen en Nieuw-Amsterdam, tot dusverre als
er conflict ontstond, plaatselijk erkend en ge
handhaafd zijn; maar naar wij veronderstellen,
wil Dr. Kuyper waarborgen voor de toekomst
eischen, dat de rechterlijke macht straks, als
aaneensluiting al inniger en inniger wordt in
het uitwendige, nogtans niet den minsten grond
heeft om van beschouwing en praktijk te ver
anderen, en de goederen weer aan de landskevk
in haar geheel toe te wijzen.
Een zeer lezenswaardig opstel over het»Re
glement van '69" is door Ds. H. Beuker in de
Vrije Kerk" (Juninr.) geplaatst. Ofschoon dat
Reglement niets kwaads bedoelde en ook nog
geen kwaad effect had, voor zooveel de goederen
betrof, wil Ds. B. toch gaarne wat verbeterd
hebben in den vorm en de redactie, en geeft
hij daartoe de noodige wenken. Wij hopen dat men
aan weerszijden zich die wenken ten nutte zal
maken.
De vrees, <lie wij een vorige maal uitspraken,
is reeds bewaarheid. Het feest te Londen behoort
alweder tot de geschiedenis, maar het oostersehe
vraagstuk is nog altijd aan de orde en zelfs meer
dan ooit
Het feest is schitterend geweest. Daar waren
koningen en groeten der aarde uit oost en west,
uit alk land en volk, om de koningin van Enge
land. de keizerin van Iudië hun hulde te bieden.
Men betaalde in de kerk Gode dank en boel het
volk vierde feest en vereerde zijn vorstin prach
tige geschenken. Met voldoening kan de 68-jarige
Koningin op haar 50 jaien reg* erens terugzien,
even als op den Gestdag, die gelukkig ook de
vrees voor aanslagen beschaamde. Er viel niets bij
zonders voor.
Heel het volk zeiden we, doch voor de Ieren
dient een uitzondeiing gemaakt. Die toch namen
de gelegenheid waar om hun haat tegen Enge
land te luchten door rouwbetoon enz Zelfs heesch
een parlementslidde Fenians-vlag op zijn jacht Ten
deele vindt zeker die verbittering baar vei klaring
in de uitleidingen uit de pachthoeven, die ook dit
jaar weer vele zij ook de landmisduden houden
aan. Intusschen is de lersche wei zoo goed als afge
daan. De lersche h den bleven bij de behandeling
weg. Een pauselijk afgevaardigd die naar Ierland
zon gaan, cm daar de toestand te zien, is voor
loopig niet vertrokken. De ontvangst die den prin
sen van Walis nog vóór een paar dagen bij hun
aankomst te Dublin van een deel ces volks tebeurt
viel, bewijst, evenals de houding van den gemeente
raad, hoe fe| men staat tegenover al watEngelsch is.
Het Egyptisch vraagstuk is intusschen in nog
slechter staat gekomen. De sultan schijnt de
berichten zij i vee van volkomen betrouwbaar
deerlijk in het nauw te zitten. Frankrijken Rus
land, het lan.ste nog meer d in 't eeiste, willen dat
de Porte de overeenkomst met Engeland niet be-
krachtige. Engeland blijft bij het bepaalde. Zoo
wordt verklaarbaar, dat de sultan, bevreesd en ten
einde raad, alvast uitstel heeft gevraagd, weilicht
op afstel hopend.
liet slot van de zaak zal wellicht zijn, dat er
van heel de zaak niets komt. Engeland verliest
daar niets bij, vijl het dan eenvoudig in Egypte
kan bljjvcn en nog dezelfde is. Met dit al houdt
dit vraagstuk Eur pa steeds in spanning, gelijk
het Bulgaarsche, dat nog even ver is als voren."
Het Afgi.aansche vraagstuk laat in de jongste
dagen minder van zich hooren, de opstand schijnt
te minderen. Met het oog op de moei ijk heden
meer westvvaarte is dit een heugelijk feit.
In den laatstee tijd liepen herhaaldelijk geruch
ten over een te wachten verzoening tusschen de
lialiaansclie regêering en het Vaticaan, alsmee
over 't hersiel der betrekkingen tusschen'tlaatste
en Engeland. Uit het eerste is echter weinig na
ders vernomen; omtrent het laatste blijkt officiéél
dat geen stappen zijn gedaan, althans niet door
de rechtstreeks betrokkenen.
Kan ons overzicht ditmaal kort zijn, skort en
goed" zouden we het daarom nog niet durven
lieeten. Er hanger, nog steeds grauwe wolken in
't oosten, en vaak komt juist daar een storm op. H.
Een Katwijker, die zijn vangst te Scheve-
ningen aan wal had getracht, liet bij 't vertrek
de besomming, 70, in zee vallen, na veel moeite
heeft men er ƒ15 van terug kunnen vinden.
Te Nieuwaal had gisteren een droevig voor
val plaats. Een man, die uit eene nabij zijnde
woning liggende sloot een klompje wilde opvis-
sclien, raakte met zijne hark verward in de klee
deren van een kind, dat op |den bodem der sloot
verdronken lag. Toen hij het lijkje opgehaald
had, bemerkte hij tot zijn hevigen schrik, dat
het zijn 6-jarig dochtertje was. Het kind had
huiten toezicht nabij de sloot gespeeld en was
zoo jammerlijk te water (geraakt en verdronken.
Door Zeeuwsehe veehouders uit Noordgou-
we en Iterkwerve is aan d» regeering een adres
gezonden, instemming betuigende met het verzoek
van den heer Oppenheimer van Rotterdam, om
bij de Engelsche regeering aan te dringen op
vrijen invoer van Nederlandsch vee en sluiting
der grenzen voorDuitsch vee tot doorvoer bestemd.
Bij Doorwerth hebben twee schippers in den
Rijn een hert gevangen, da> zwemmende den oever
trachtte te bereiken, liet werd door hen afgemaakt
en medegenomen. Naar de slroopers wordt ge
zocht.
Tallooze malen hadden de kippen van den
Arnliemschen stationschef de spoortreinen zien
vertrekken, en nooit had men eenig ldijk van
bijzondere belangstelling van hare zijde waarge
nomen. Onlangs echter schijnt o; eens het plan
bij baar gerijpt te zijn om te onderzoeken, waar
heen die logge gevaarten toch h -engingen die,
zij dagelijks zagen verschijnenj en verdwijnen,
Vier kippen en zes kuilo-ns nemen ongemerkt
plaats op een der rimstangen vao den trein, die
te 9 uur 15m. van Arnhem vertrok. Vrijdagmor
gen werden zij gemist in het hok, waarin zij
gesloten zijnmen begon haar te zoeken, toen
uit Amsterdam in een telegram de vraag werd
gedaan»mist men bij u ook kippen?"
De dieren waren daar behouden aangekomen,
en in de duisternis had men ze niet ontdekt.
Wij staan, zegt de Arnh. Crt., voor de waar-
beid van het verhaal in.
De boekhouder in een groot magazijn te
's Hage, d'zer dagen uit die betrekking ontsiagen,
is thans voortvluchtig. Na zijn vertrek moeten
zijn patroons tot de ontdekking zijn gekomen dat
hij een belangrijke verdui-ternis tveft gepleegd.
De politie houdt zich met hqt onderzoek der zaak
bezig.
Ook te Vhiardingm werd inzake de refor
matie der kerk naar het ambt der geloovigen
gehandeld en is het juk der Synode door de ge-
heele gemeente afgevvoipen. De benoemde kerke-
raadsleden werden Zondag 26 Juni door den
c'onsulent, den WelEerw. lieer Veder, in hun
ambt bevestigd.
Een droevig voorval had Zaterdagmorgen te
Oostdam plaats. De gemeente-veldwachter, op ver
kenning zijnde met een rijksveldwachter van Zaan
dam, ontmoette in de onir iddellijke nabijheid van
het dorp een 72rjarig« ingezetene, bezig zijn le
met visschen in verboden vischwater. Toen de
veldwachter in de boot van den overtreder sprong
om het vischtuig in beslag te nemen, werd hij
door dezen dadelijk aangegrepen en op den grond
geworpen; daarop zette hij zijn knie op de borst
van den veldwachter en greep hem met beide
handen bij de keel. In zijnen angst haalde de veld
wachter zijn revolver te voorschijn en schoot zijn
tegenstander dood. De justitie, vergezeld van twee
d ictoren, wis reeds 's middags ter plaatse aan
wezig, om de zaak nader te onderzoeken.
Op een dezer dagen ingediend verzoek om
grafie voor F. Domela Nieuwehuis, is, naar het
D. v. N. meldt een afwijzende beschikking ont
vangen.
Nadat de croup zich in deze gemeente in
langen tijd niet meer had voorgedaan en men
dus dacht er weder van bevrijd te zijn, zijn deze
week twee kinderen door die ziekte aangetast en
geopereerd.
28 Juni. Het paard van den korenmole
naar Dijkmans kreeg het heden in den zin op den
oostelijken achterweg op den loop te gaan terwijl de
knecht met meel naar zijne clienten wasalhoe
wel er veel menschen en kinderen op de been
waren Rep het ongeval zonder ongelukken af. en
zingen
en gewi
hen op
Juli a.
en eers
nog te
burgers
terugkcl
gers S
eenige
wel sp<
schouwj
wijze v
port o]
digen
in ons
tenis.
Iiedc
handel»
buitens
werd
anderei
vete te
onder
je in
die dei
gat op
Beg
zoude
terwijl
nahijhf
Yan
de poli
(N
17 vis
gen tc
dering
Moerk
in de
opgeb
is bep
benoe
G
heer
geva:
de vl
Vang
werpt
Heest
van
ken,
waarl
stand
Bajer
Tinte
nieuv
te b<
de h,
diake
wijl
in ïu
Nieu
kerkt
ook
houw
te b<
Z
de k
genu
en ii
reke
ƒ14
ten
Voo:
als
adre
prov
voor
stan
lege
die
Dor\
erla:
de