L A Uit «Ie Pers. demeisg'd Meiaws. Plaatselijk lieuwg. JBoekaankondig ingr. rustig afgeloopen, maar de groote vraag blijft hoe te voorzien in den dringenden nood van duizenden werklieden? Daarbij komt, dat het Iersche vraagstuk weer een orgunstigen loop neemt. De Ieren zijn misnoegd, wijl de regeering aan de politie opgaven heeft gevraagd omtrent niet betalende pachters, leden van Parnell's bond, enz. en ten tweede, wijl Hamilton, de zeer beminde secretaris der onderkoningen, voor stander van liome-rulezijn post moet verlaten. Voor 't overige kunnen we kort zijn, wat niemand behoeft te betreuren, bedenkende dat „geen tijding goede tijding" op dit gebied vaak maar al te waar blijkt. De Oostersche vraagstukken blijven nog onopgelost, en 't staat te vreezen, dat het nog jaren duren kan eer ze voor goed een einde nemen. Ze zijn trou wens om de langzaamheid der oplossing bekend. H. Prof. J. H. Gunning tegenover de gereformeerde belijders. VIII. Een andere beschuldiging laadt Prof. G. op de gereformeerden te Amsterdam, als hij (blz. 13) zegt, dat de Kerkeraad aldaar „de nog bestaande hoogere collegiën eenvoudig niet erkent Al weder een naar ons inzien verkeerde beschuldi ging. Immers heeft de '&.tx)sera.a.A-bestuurder tot op dezen dag de „hoogere collegiën". wel terdege er kend. Daarom getroostten zich de 75 geschorste leden de onrechtvaardige tuchtoefening, en de vijf leeraren onder hen trachtten niet te prediken in de kerkgebouwen. Ook ligt in het herhaaldelijk instellen van hooger beroep die erkenning onweder- sprekelijk opgesloten. Niemand toch gaat bescher ming vragen ter plaatse waar hij weet dat gansche- lijk geene macht zetelt. Maar bij het maken van het befaamde artikel 41 trad de Kerkeraad op als beheerder en in die hoedanigheid had hij met geen enkel college iets te maken. Als zoodanig was hij alleen afhankelijk van zijn last- geefster, de gemeente; en dat hij zich nu niet alleen voor die gemeente tegen haar belagers, maar te gelijkertijd ook tegen die lastgeefster zelve wilde wapenen, is een onderstelling, die Prof. G. Vel durft te maken, maar die in zichzelve te tastbaar ongerijmd is dan dat ze nog veel tegenspraak zoude eischen. Wat toch zouden de beheerders met het kerkgoed doen, wanneer de gemeente met de hoogere kerkbesturen te zamen goedvonden, om een geheel anderen kant uit te gaan dan de beheerders raadzaam of oirbaar achtten. Zouden die beheerders zich dan aanstellen als bezitters en het goed in beslag nemen voor hun particulier gebruik? Of zouden zij, door de consciëntie daartoe gedron gen, het goed afgeven aan de wettige eigenares (de gemeente)? Ons dunkt, wie hen niet met neiging tot diefstal wil bezwaren, moet wel alleen het laatste aannemelijk achten. En dan valt hiermede de geheele redeneering op blz. 14 weg. Maar de quaestie is zoo eenvoudig niet, voert Prof. G. ons te gemoet; dat weten de leiders als goede historiekenners ook wel. Het is dus „mis leiding", en niet verschoonbaar, als deze de absolute beschouwingen der eenvoudigen openlijk goedkeu ren en er hun partijmacht op bouwen. Dit argument schijnt steekhoudend, althans ge deeltelijk waardeering te verdienen. Doch meer dan schijn is dit ook al niet. Voorzeker, als men let op al den omhaal bij de kerkregeering, waarmede men nu zeventig jaren lang de belijders des Heeren hier te lande heeft bedroefd en geërgerd, dan zoude men meenen, dat de quaestie al heel diepzinnig en haast niet uit te maken was. Jaar op jaar kwam de „Synode'' ver scheidene weken achtereen samen, om te overleggen in welk vat of zij het toch gieten zoude, om alle partijen tot zwijgen te brengen. En als die weken dan om waren, hadden zij, die nog regard sloegen op al dat monnikenwerk de meeste leden der kerk keken er ganschelijk niet naar om den in druk, dat die vele geleerde en hoogeerwaarde heeren met al hun inspanning geen stroospiertje gevorderd waren. Daarnaar afgemeten moet het vraagstuk dus wel ondoorgrondelijk diep en hunnebed-achtig zwaar om aan te vatten zijn. Maar als wij er nu al die onnoodige strikken en lissen eens afstroopen en we herleiden het ge heele geschil eens tot zijn eenvoudigste, natuurlijke proportiën, moet Prof. G. dan ook niet toegeven, dat al het twisten en woelen in het Herv. Kerk genootschap eeniglijk en alleen daarom gaat, of de kerk een samenbinding zal zijn van een allegaartje, van menschen met alsoortige geloofsbegrippen, dan wel, of een kerk is een vereeniging van begenadigde zondaren, die onvoorwaardelijk bui gen voor Gods Woord en die dat Woord op dezelfde wijze verstaan. Men kan toch en men mag toch de leden der kerk niet vermoeien met eindelooze philosophic, waar de eenvoudigen gansch geen hart en gevoel voor hebben, en die dus voor hen geen vrucht heeft. Dat is niet alleen onziel kundig, maar het is ook onbijbelsch en onchriste lijk. Nergens stellen Jezus of Zijne Apostelen de eischen des persoonlijken of des kerkelijken levens zoo dik omzwachteld voor. Was het niet de regel van Christus, onzen Heere, dat hij, indien zij hem quaesties voorhielden, tot de grotiden der zaak door drong En Paulus roemt er zelfs in, dat zijne woor den niet van bewegelijken aard waren. Nu kan Prof. G. wel zeggen: laat dan het vulgus maar liever btiiten den strijd en laat die zoo hoogst moeielijke kamp ter beslechting over aan de ge leerden. Doch daarmede zoude hij een nieuwen onbijbelschen raad geven en van hevig clericalisme niet zijn vrij te pleiten. Op die manier zouden de lieden der wetenschap maar willekeurig over de ongeletterden beschikken, het zou geen dienen van de ambtsdragers zijn, maar heerschentyranniseeren slechts met het noodlottig gevolg, dat zij al hun eer en invloed kwijt raakten. Neen, waarlijk, er is ook een ambt aller geloovigen, en als de apostelen hun lessen en regelen aan de kerk geven, dan richten zij zich tot al de leden. De kerkelijke aan gelegenheden moeten dus wel ongetwijfeld in zulk een eenvoudigen vorm behandeld worden, dat hij grijpbaar is voor de geringen in ontwikkeling. En als dit nu den „diepen weerzin" van Prof. G. gaande maakt, dan vatten wij niet, hoe dit met zijn christe lijke nederigheid is overeen te brengen. Dat er wel niet eens te veel gesmaald wordt, ook in vleeschelijken ijver, op de Synodale be sturen, zullen wij niet ontkennen, maar in elk geval zijn de leden, welke in die besturen zitting nemen, schuldig, dat zij zich een ongerechtig gezag aan matigen en dat zij alzoo den wanstand van het Genootschap van 1816 werkdadig bestendigen. Wordt vervolgd.) Liberale liefde tot den werkman. Allen weten hoe de liberalen zich, om daar mede onnadenkenden te misleiden, gewoonlijk uitgeven voor echte werkmansvrienden, die niets liever zouden zien, dan dat het den minderen man zoo veel mogelijk naar den vleesche ging. Wij zeggen, dat zij dit doen, om onnaden kenden te misleiden, want ieder, die een oogen- blik nadenkt, ziet in hoe de liefde, die de liberalen voor den werkman heeten te gevoelen, geveinsd is. Wat is bijv. gedurende de laatste vijftig jaren, waarin de liberalen ons land hebben geregeerd, voor den werkman gedaan? Zoo goed als niets. Wat deed de man, die zich bij de stembus gaarne als een volksvriend voordoet, de heer Goeman Borgesius, liberaal afgevaardigde van Winschoten? Toen de commissie, die een onderzoek zou instellen naar den toestand van het fabrieksvolk hier te lande, dien heer niet tot haren voor zitter koos, wilde hij hare vergaderingen niet bijwonen, en was het met zijne liefde voor den werkman en zijne belangstelling in diens lot uit. En hoe wordt het wetsontwerp, dat, men moge er overigens over denken zoo men wil, in hoofdzaak de goede bedoeling heeft, om den werkman een rustigen Zondag te verzekeren, door de liberalen ontvangen? Erkennen zij, dat het een schande is, dat menschen, die de gansehe week ingespannen werkten, door hebzuchtige en gewetenlooze patroons gedwongen worden ook op Zondag te arbeiden, en juichen zij het toe, dat men poogt daaraan een einde te maken Keuren zij het af, dat spoorwegbeambten, tram conducteurs, kelners, brievenbestellers enz., die de gansehe week een zeer vermoeiende taak hebben verricht, bij dit ontwerp geen vrije Zon dag wordt verzekerd, hoewel dat toch zeer goed zou kunnen? Geenzins, de liberale couranten hebben van af den dag, dat dit wetsontwerp werd ingediend, niets anders gedaan, dan er op schimpen en den voorsteller, den minister van Justitie, als een „reactionair", een „clericaal"of met andere, bij hen gebruikelijke scheldnamen aanduiden, en de Arnhemsche Courant heeft reeds aangekondigd, dat, werd dit ontwerp wet, men het niet gehoorzamen moest. Waarlijk net is niet te veel gezegd: Het libera lisme is enkel leugen, veinzerij en bedrog. Omliliënvelden. OoS- u weer, even als in de Billitonquaestie, heeft de heer Keuchenius zich jegens het va derland verdienstelijk gemaakt, door met zeld zame zaakkennis, ongemeene veerkracht en niets-sparenden moed op te komen tegen de autoritaire manier, waarop ons Gouvernement zoo hier als in Indië de gewichtigste koloniale belangen in de waagschaal stelt. Keuchenius wil publiciteit, wil vaste regel maat, wil waakzaamheid tegen het opofferen van algemeene belangen aan particuliere schraap zucht; terwijl hiertegenover onze regeering tel kens den schijn op zich laadt, van liever achter de hand, naar gril en inval, en meer naar de particuliere energie dringt, zulke uitnemend ge wichtige onderwerpen af te doen. Vooral in zake koloniën ware het zoo wen- schelijk, dat heel de rechterzijde beter zedelijken steun aan Keuchenius' woord bood. In Indië zelf is men, schier onder alle par tijen, steeds hoog met Keuchenius' koloniale adviezen ingenomen. En nu gaat het toch, dunkt ons, niet aan, dat de Rechterzijde, die niet één andere Indische specialiteit heeft aan te wijzen, zoo weinig hart voor onze Koloniën toont, dat ze, ter oorzake van zekere excentriciteit in andere materieën, aan de tegenpartij de eere laat, om Keuchenius' bewonderingswaardig rijke koloniale adviezen te waardeeren naar eisch. (Stand.) Twee gratis plaatsen op de Normaal school aangeboden. Met een enkel woord vestig ik nogmaals de aandacht op het bericht, in het vorig nummer van de Bode opgenomen. Toen de wet van '78 de verplichting oplegde, eerst de acte voor hoofdonderwijzeres te verkrijgen, "eer men zich voor de taaiexamens kon aanmelden, werd er een beurzenfonds opgericht, om haar, die zich voor het hoofdonderwijzeresexamen wenschen te bekwamen, daartoe den noodigen steun te geven. De bepaling in de wet is sedert opgeheven, maar velen hebben hunne contributie niet geheel ingetrokken, waardoor het Bestuur in staat is gesteld tegen Januari 1887 twee plaatsen beschik baar te stellen zonder betaling. Het examen tot het verkrijgen van een dezer plaatsen is bepaald op 28 December 1886 en de voorwaarden daartoe zijn te verkrijgen bij Mej. J. J. Weijland, directrice der Normaalschool. Er zal niet alleen onderzoek gedaan worden naar de kundigheden der kandidate, maar ook infor matie genomen worden naar hare Christelijke gezindheid, hare familieomstandigheden en hare gezondheid. Aan Christelijke dag- en weekbladen wordt verzocht deze medededeeling in hunne kolommen op te nemen, met vermelding van den titel van ons blad. H. PIERSON, Directeur. (Uit den Bode der Heldring-Gestichten"). Omtrent den te Mierloo plaats gehad hebbenden kindermoord worden afgrijselijke bijzonderheden medegedeeld. Zoo zou de ongehuwde moeder bekend hebben, dat het kind, waarvan zij be vallen is, heeft geleefd, dat zij het vooraf met zorg het doopsel heeft toegediend en toen in een linnen lap gewonden, dezen daarna met petroleum heeft begoten en vervolgens aan haren meester, die volgens haar de vader van het kind is, heeft overgegeven, en dat hij het daarna, met haar medeweten, in den bakoven heeft verbrand. De vermoedelijke vader van het kind blijft echter elke medeplichtigheid aan de gepleegde misdaad ontkennen. Het is in- tusschen bewezen, dat de oven op den dag van den moord zoo hard was gestookt, dat het ge heele baksel verbrand is. Verschillende brooden zijn in beslag genomen, ten einde als overtui gingsstukken dienst te doende moeder bevindt zich thans te Roermond in hechtenis. In het noorden van Limburg op hoogen grond heeft men dit jaar proeven genomen met het gebruik van turfstrooiselmest, hetgeen uitstekend heeft voldaan en betere uitkomsten dan gewone stroo- en. plaggenmest opgeleverd. De lagere prijs van het turfstrooisel, het mindere gewicht dat men noodig heeft om de stallen droog en het vee zindelijk te houden, het veel sterker opslorpend vermogen enz. zijn voordeelen, welke het turfstrooisel bijzonder aanbevelens waardig maken. In het „Maandblad der Maat schappij van Landbouw in Limburg" wordt dan ook met nadruk de aandacht van den land bouwer op die meststof gevestigd. Men schrijft ons uit Oudenbosch Schrik en ontsteltenis heerscht thans in onze zoo stille gemeente. De talrijke branden dei- laatste dagen doen algemeen gelooven, dat er kwaadwilligheid in het spel is. En geen wonder. Zelden had er in deze gemeente brand plaafs, doch thans zijn er in deze streken reeds zeven branden voorgekomen. Hoewel de nachtwacht verdubbeld is en de politie scherp toeziet, heeft men tot heden nog niet het minste spoor dei- daders ontdekt. Naar men ons mededeelt, is een jongen die aan verstandsverbijstering lijdt, naar Breda over gebracht. Hij was bij eiken brand gezien, en men vermoedt dat hij aan die branden niet onschuldig moet zijn. Zaterdagavond had te Wormerveer een treurig ongeval plaats. Een jongeling van 23 jaar was voor zijn genoegen met een schipper van Driehuizen meegevaren. Door het uitschieten van zijn boom viel hij in het water en zonk weg in de diepte. Nadat hij was opgehaald, werden alle pogingen gedaan om de levens geesten weer op te wekken, doch te vergeefs, de jonkman was reeds overleden. Sedert Vrijdag kwamen te Scheveningen weder een viertal schuiten met volle lading. Men is thans begonnen met het omhoogtrekken van de schuiten die de haring visscherij hebben geëindigd. In de beetwortel-suikerfabriek aan den Groenendijk (N. B.) heeft in de gaskamer eene ontploffing plaats gehad, waardoor de werkman E. van Dijk belangrijke brandwonden heeft gekregen en naar het gasthuis is overgebracht. Tusschen Tholen en Gorislioek is weder een groot tjalkschip gezonken; het was met pulp geladen van de firma Withouck te Bergen op Zoom. Tot dusver heeft de Haagsche politie nog geen termen gevonden om den persoon H„ die, onder verdenking van doodslag op zijn vrouw, in arrest werd genomen, uit de voorloopige gevangenzetting te ontslaan. Sommelsdijk, 16 Nov. 1886. Door Heeren Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland is bij besluit van 9 Nov. j.l. besloten, den legger der wegen en voetpaden dezer Gemeente ambtshalve te wijzigen, voor zooveel betreft den weg onder volgn. 7 (zijnde de Kraaijesteinsche dijk) daarop voorkomende. Alle belanghebbenden, vroeger opgekomen of niet, zijn bevoegd binnen vier weken bij den Koning in hooger beroep te komen. 23 Nov. 1886. Heden is er weer een ge val van besmettelijke ziekte (typhus en febris typhoïdea) bijgekomen. Het hoofd van het huisge zin, dat zich in het ziekenhuis alhier bevindt, Jacob van de Polder, is door die ziekte aangetast, zoodat er thans in dit huisgezin 6 lijders aan die ziekte zijn. 23 Nov. 1886. Door Burgemeester en Wethouders dezer Gemeente is bepaald, dat op Vrijdag 26 November a. s. de straten binnen deze Gemeente moeten worden geschuurd, zul lende deze werkzaamheden vóór des middags 12 ure moeten zijn afgeloopen. Zondag, 21 dezer, hield de Eerw. Heer v. d. Steen, predikant te Charlois, in de Zondagsschool alhier, twee godsdienstoefeningen, 's Morgens naar aanleiding van: Hand. 10:29 en 30 en 's avonds van Lucas 15 410. Beide keeren was het gebouw te klein, om de opgekomenen te bevatten, waardoor velen teleurgesteld terugkeer den. Moge genoemde predikant dezen winter nog maals optreden! Wij zijn verzekerd, dat zijne komst met blijdschap zal worden tegemoet gezien. Melissant, 22 Nov. Door stemgerechtigde manslidmaten der Hervormde Gemeente alhier, is in de plaats van den heer C. de Bruijne tot Notabele benoemd de heer A. van der Werf. Stellendam. Op twee hofsteden onder deze Gemeente zijn in den laatsten tijd verscheidene kippen gestolen. Het is te wenschen, dat men de daders spoedig op het spoor mag zijn. Goedereede. Naar men verneemt, zal de heer Corten te Maastricht worden uitgenoodigd, om voor de afdeeling Goedereede en omstreken van de Maatschappij van landbouw een lezing te houden. De heer K. J. Lette, arts alhierheeft zijn ontslag genomen als lid van den Gemeenteraad. Strijen. Voor het herhalingsonderwijs in deze Gemeente hebben zich aangemeld: voor de eerste openbare school 26, voor de tweede school 14, voor de derde school 17 en voor de vierde school geen leerlingendit getal mag voor deze Gemeente al zeer min genoemd worden. Eenige onderwijzers getroosten zich zelfs de moeite, de ouders persoonlijk op te wekken om hunne kinderen er gebruik van te laten maken 't hielp niets men laat ze liever des avonds langs de straat slenteren. Bij de plaats gehad hebbende verkiezing ter benoeming van drip Notabelen in het bestuur der Ned. Herv. gemeente alhier, zijn met groote meerderheid van stemmen herkozen de heeren J. Troost en H. van de Nadort, terwijl herstem ming moet plaats hebben tusschen de heeren Jb. Herweijer en C. Broere. 's Gravendeel. Blijkens ontvangen kennisge ving van den Adj. Inspecteur van het Genees kundig Staatstoezicht hebben de mazelen alhier opgehouden epidemisch te heerschen. Door Heeren Gedeputeerde Staten is het raadsbesluit goedgekeurd, houdende vaststelling der jaarwedde eener onderwijzeres aan school No. 2 op 500, vroeger was die wedde 650. Ridderkerk. Volgens het verslag der Spaar bank van het Departement Overmaassche dorpen der Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen, was de toestand op den 30 Juni jl. als volgt: Getal inleggers 922. Gezamenlijke inlegƒ89,860,44. Reserve kapitaal15,862,84. Kapitaal der bank105,723,23. Bedrag der rente 3 percent. Getal Commissarissen 13, woonachtig in ver schillende gemeenten van het eiland. Op den 27 dezer maand zal voor het gerechts hof te 's Hage behandeld worden de zaak van den schippersknecht W. B. alhier, thans in hechtenis, beschuldigd van diefstal en brandstichting op den 1 Augustus dezes jaars. Sedert een paar weken zijn in de wijken Bolnes en Slikkerveer voorgekomen enkele ge vallen van typhustot heden echter nog zonder doodelijken afloop. Goes, 20 Nov. Door het roekeloos spelen van eenige jongens op een in beweging zijnden wa gen werd het zoontje van den heer R. er afge worpen. Een wiel reed hem over de hand, zoodat een lid van een zijner vingers moest worden afgezet. Bruinissc. Ds. W. Groeneveld maakte Zon dag 11. zijne Gemeente bekend, dat hij de op hem uitgebrachte roeping naar Willegom met alle vrijmoedigheid heeft aangenomen. Ruim 12 jaren was ZEerw. haar herder en leeraar. Hoe moet men kleine kinderen opvoeden? Een raadgever voor ouders, opvoeders en kindermeis jes, door C. H. Zeiler. Uit het Duitsch. Uitgegeven bij G. M. Klemkerk, te Goes. Met nadruk bevelen wij het lezen van dit hoogst nuttig werkje aan. Het verdient een plaats in alle gezinnen, waar men prijsstelt op een deugdelijke opvoeding der kinderen, naar lichaam, ziel en geest. Het is practisch inge deeld, goed vertaald en netjes uitgevoerd. Tij dschrift van het Nederlandsch Aardrijkskundig Genootschap, ge vestigd te Amsterdamonder re dactie van Prof. C. M. Kan en J. M. C. A. Timmerman, Vice- president en Secretaris v. h. G. De uitgever van dit tijdschrift, de heer C. L. Brinkman, te Amsterdam, zond ons ter inzage afl. 1 en 2 van deel II. Het verschijnt maandelijks in stukken van 6 a 8 vel. Prijs per jaargang 11.90. Zulk een werk heeft bijna uitsluitend waarde voor het zeer ontwikkeld publiek en voor hen, die speciale studie van de aardrijkskunde ma ken. Voor „uitspanningslectuur" behoeft men het niet te ontbieden. Niettemin gelooven wij gaarne, dat het degelijk wordt geredigeerd, dat het vele belangrijke zaken aan het licht brengt, ook met betrekking tot den handel in de co- lonisatie, en dat het onder de mannen van het vak zijn nut doet. De schrijvers staan als zeer bekwaam bekend. De Oude Zeeschuimerof de vloek des Heeren is in het huis des goddeloozen, door W. Jonker Jr. Uitgegeven bij E. Zwiers Jzn., Hoogeveen. Een korte, treffende, treurige geschiedenis, gelijk de titel reeds aanwijst. Een menigte taal fouten ontsieren deze weinige bladzijden, maar het verhaal zelf kan menigeen tot waarschuwing verstrek hoeden geringst! verzakei Ook heeft z Hoe he en hoe Zich b aansclro De zal zekel is dit bi der ges

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1886 | | pagina 2