Orgaan ter verspreiding der Ghristelijke Beginselen in Zeeuwsch-Ulaanderen.
~F E U I i7l ËTolT
b u i têIlIIF
No. 289.
Woensdag 27 October 1920.
3e Jaargang.
Waarom Christelijk
georganiseerd
JAN WAANDERS.
Uitgave van de Christelijke Persvereeniging „Zeeuwsch-Vlaanderen" te Ter Neuzen.
Alle stukken, de redactie en administratie van dit blad betreffende, moeten worden gezonden
aan den redacteur, J. HOMMES, Lange Kerkstraat 5, Ter Neuzen,
ABONNEMENT: Bij bezorging 1,15 per drie maanden. Franco per post voor Nederland 1.25.
ADVERTENTIËNVan 1—4 regels ƒ0.60. Elke regel meer ƒ0.15. Abonnementen per
contract. Crisistoeslag 15%. Inzending van advertentiën jtot 12 uur 's middags op
de verschijndagen bij den drukker D. H. LITTOOIJ Az. te Ter Neuzen. Telefoon Nr. 20.
Het kan niet anders gezegd, dan dat
er een geweldige groei in de lucht zit,
dat over de wereld, zooals velen het
noemen, „een nieuwe lente en een nieuw
geluid" gaat.
Een nooit gekende stormwind waait
over de velden der aarde en rukt bij
duizenden en nog eens duizenden de bla
deren van de boomen. Doet eeuwenoude
stammen buigen en droef angstig heen
en weer bewegen.
Zal het een wind tot zuivering of tot
vernieling zijn
Daar zijn er sommigen, ja, laten we
maar zeggen, daar zijn er tegenwoordig
velen, die zeggen, dat slechts de verdorde,
tot niets meer nutte bladeren ter aarde
worden geworpen, en dat op hetzelfde
oogenl'lik een krachtige, heerlijke lente
zon, bij duizenden nieuwe kiemen doet
ontspruiten. Ze zien bij iederen ruk van
den stormwind een nieuwe zonnestraal
doorbreken, die een eveneens nieuw leven
tot openbaring doet komen. En juichend,
is hun hart vol sympathie vervuld met
dat komende, dat hun een en al heer
lijkheid schijnt.
Daar zijn er echter ook anderen, die
met een angstig en bevend hart het
kraken en kreunen van het alles oude
aanhoorendie met weemoed de blade
ren door den warrelenden wind zien
wegvagen en niet bij iederen stormruk
een 'zonnestraal zion doorbreken, welke
duizenden nieuwe kiemen tot leven doet
komen. Integendeel, zij zien in dien storm
wind de voorbode van een vreeslijk on
weer en een groot, dreigend kwaad, dat
niet dient om te zuiveren, doch om het
goede te vernietigen en het slechte en
booze den boventoon te geven.
Met welke van deze twee stroorningen
dienen wij nu mee te gaan met de eer
ste, in welke men onwillekeurig het
streven der socialisten en communisten
zal ontdekken of met de tweede, die
hen omvat, die van dat alles nieuwe
niet willen weten en zich liever houden
aan de oude, möar beproefde beginselen
In het bijzonder geldt deze vraag thans
ten opzichte van de verschillende orga
nisaties, de vakvereenigingen, die men
in hoofdzaak in een drietal groepen kan
indeelen de Christelijke (Protestantsche
en Roomsch-Katholieke), de Neutrale en
de Moderne (Socialistische en Syndica
listische).
De neutrale organisaties kunnen we
vrijwel geheel buiten beschouwing laten,
daar in spannende, kritieke momenten,
die toch naar een van beide zijden
en dan schier zonder uitzondering naar
den rooden kant zullen overslaan.
We denken daarbij slechts aan den
Centralen Bond van Post- en Telegraaf
personeel tijdens de poststaking. Van
daar dat wij ons er ook zoo over ver
heugen, dat in onze streek verschillende
postbeambten de noodzakelijkheid van
een Christelijke organisatie hebben inge
zien, en een afdeeling van den Christo-
lijken Bond „Door Plicht tot Recht"
hebben opgericht.
Zij hebben ten volle begrepen, welke
keuze dient plaats te hebben, en gaarne
77) Z E L A N D I A.
En dan Henk van Rensens verdwijning.
En al den last van onderzoeken en in
lichtingen geven, door hèm, die in alles,
wat rond hem plaats greep, niet het
minste belang stelde. Die huichelaar
ja, hèm bad hij al jaren doorzien, den
schijnheilige, maar voor zoo iets had hij
hem niet in staat geacht. Maar, wat
scheelde het hem ook! Dat men'hem
nu met rust lietdat men hem liet bij
zijn kind, bij Jlerm
En Truus' begrafenis Neen, hij
had niet mee willen gaan naar het kerk
hof; hij wou er niet over hooren hij
wou geen droefheid huichelen waar en
kel verachting, ja afschuw in zijn hart
woonde. Maar moeder had toch aange-
diongen; hij moest zijn eer voor de
menschen toch ophouden dat kón hij
immers niet nalatenwat zou daarover
gesproken wordenwat zouden hij en
de heeie familie over de tong rijden
wekken wij dan ook een ieder op, deze
nog zoo jonge afdeeling volle sympathie
en waardeering te geven.
Wij dwalen een weinig van ons onder
werp af, en zullen daarom allereerst de
vraag beantwoordenWaarheen sturen
de socialisten en communisten de geor
ganiseerde vakvereenigingsmenschcn
Karl Marx heeft dit zeer kort aange
geven, door te zeggen, dat moest worden
aangestreefd op de revolutionaire dicta
tuur van het proletariaat, de onteigening
der onteigenaars en de socialisatie van
de productiemiddelen.
Om met het laatste te beginnen, daar
van hebben de heeren de mond tegen
woordig zeer vol. Zelfs hebben ze er een
ljjvig rapport over uitgebrachtrnaar aan
leiding waarvan de kopstukken elkaar
thans echter voortdurend in het haar
zitten.
Met proefnemingen wil men hier en
daar reeds beginnen om aan te toonen,
hoe prachtig een en ander toch zal
werken.
De heeren doen mij dan echter steeds
denken aan dien voerman, die zijn paard
het eten wilde afleeren en het beest
daartoe eiken dag iets minder gaf. Toen
het rantsoen echter zoo klein mogelijk
was geworden, ging het dier dood.
Jammer, zei de man. Jammer, want
als het beest het nog één dag had vol
gehouden, dan zou de proef gelukt zijn.
Zoo nu is het ook met de tegenwoor
dige moderne leiders. Zij houden van
proefnemingen en als straks de wereld
ondergaat in ramp en ellende, door hun
experimenten, zeggen zijJammer toch,
nog één oogenblikje, en wij waren er
geweest.
Laten wij daarom op onze hoede zijn
en zorgen, dat wij niet eenmaal onder
het beklag van den proefnemer komen.
Want dan zou het met ons wel eens zoo
kunnen worden als met het paard, dat
ook dood ging door de proeven.
Het groote verschil tusschen de soci
alisten en ons is dan ook, dat wij geen
onwettige middelen willen gebruiken
dit ten opzichte van de onteigening der
onteigenaars en de revolutionaire dicta
tuur van het proletariaat om tot be
reiking van ons doel te komen. Hier
staan tegenover elkander de ware demo
cratie, die erkenning van het gezag in
den staat naast waarborg voor de vrij
heid van liet volk vraagt, en de valsche
democratie, die zegt „De mensch is
autonoom", en van geen gezag boven zich
wil weten; die inderdaad beteekentde
macht aan de arbeidersleiders; die, wat
in hoogheid is gezeten, naar beneden wil
stooten en wat eertijds in de laagte
stond, ten troon wil verheffen.
Tegenover de valsche democratie dus
de ware, van de belijders van den Chris
tus, ook in ons vereenigingsleven.
Wel vinden ook wij de toestanden
verre van volmaakt, doch wij hebben de
oplossing in een geheel andere richting
te zoeken.
Guizot heeft eens zoo terecht opge
merkt „Als het socialisme en het com
munisme de overhand verkrijgen, dan is
dat, omdat het Christelijk geloof ver
dwijnt. Het een is roet het ander niet
te vereenigen".
en v er was nu immers niets meer aan
te veranderen hij moest er nu toch in
berusten zeker hij moest gaan.
En hij was gegaan. Hij had Truus'
vader en moeder ontmoet, die klaagde
en lamenteerde, die hem aanklampte
met haar luidruchtigen rouw en haar
milde tranenmaarhij had zich
ruw afgewend en een woord, een hard
woord had hem op de lippen gezweefd
maar hij had 't weerhouden 't was toch
immers haar dochter.
Hij was meegegaan. Maar die gang
was wreede pijniging geweest voor hem
een marteling.
En onbewogen had hij er bij gestaan,
toen de kist gedaald was in de gapende
diepte. Neen, onbewogen niet, want
mochten geen zachtere gevoelens zijn
wakker geroepen wrok en haat sloe
gen hun laaiende vlammen uit in zijn
hart.
Bitter gestemd was hij weer huiswaarts
gereden, naar Herm, zijn kind Truus'
vader en moeder kwamen hem 's ande
rendaags bezoeken hij had ze amper te
woord gestaan en het als een verlich
ting gevoeld, toen ze weer vertrokken.
Ze lieten af en toe vragen naar Herm,
toch ook hun kleinkind, maar hij voelde
Inderdaad, zoo is het. Daarom hebben
wij ons dan ook af te wenden van het
„nieuwe geluid", dat zoo menigeen lokt
en verleidt. Hebben wij eveneens ons
af te scheiden van het neutrale in de
organisaties, omdat z i ïeestal afdrijven
in roode richting, en zelfs op hun best,
toch in ieder geval met de Christelijke
beginselen geen rekening houden.
Slechts in de Christelijke organisaties
kunnen wij de uitkomst in den levens
nood allereerst zoeken op geestelijk ge
bied onze nooden en behoeften brengen
voor den Troon van Hein, Die eenmaal
zoo vertroostend en vol liefde heeft ge
sproken „Komt herwaarts tot Mij, allen
die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u
rust geven".
Dat moet ons eerste zijn. „Zoekt eerst
het Koninkrijk Gods". Ën dat is in een
neutrale of roode vakvereeniging niet
mogelijk.
Voorop dus het geestelijke. Daarna in
de tweede plaats eerst hebben wij het
pleit te voeren, niet voor de macht van
den arbeider, of van wien ook, maar voor
rechtshandhaving, voor het besef van
verantwoordelijkheid aan God. Hebben
wij te pleiten voor het recht op het ter
rein der maatschappij, voor organisatie
van den arbeid, bedrijfsorganisatie en
een goed geregeld collectief arbeidscon
tract.
En laten wij dan niet vertragen, noch
in het bidden, noch in het werken, opdat
we zoodoende onder Gods kracht den
strijd kunnen strijden en ons wapenen
tegen de valsche waandenkbeelden van
socialisten en communisten.
Geve God, dat we daartoe allen onze
roeping mogen verstaan, ook op het ge
bied van het vereenigingsleven.
En schenke Hij ons bovenal getrouw
heid
Daar is allereerst de Engelsche mijn
werkersstaking, die nog steeds veler ge
moederen in beroering houdt.
De een ziet den toestand heel ernstig
in een ander hoopt en verwacht, dat
alles nog wel heel spoedig weer terecht
zal komen.
Een oogonblik schenen de feiten de
eersten in het gelijk te stellen, want
naast de mijnwerkers dreigden ook de
spoorwegmannen tot staking over te
gaan.
Geen loonstakiug, doch een uit sym
pathie.
De besturen van de mijnwerkers en
spoorwegarbeidersverbonden hebben
daarover toen samen vergaderd. Van
die vergadering werd het volgende mee
gedeeld
De mijnwerkers dankten de spoorweg
arbeiders voor de voorgenomen sympa-
thiestaking, doch deelden tevens mee,
dat Lloyd George hun bestuur tot een
nieuwe bespreking had uitgenoodigd, wat
zij hadden aanvaard, weshalve zij ver
zochten de staking op te schorten, om
niet op de onderhandelingen vooruit te
loopen.
Wat zouden de spoorwegmannen daar
op antwoorden
Ziedaar de vraag, die in Engeland de
menschen in groote spanning bracht.
Totdat dan 't antwoord kwamhet
volgende
den band tusschen de Breedvelds en
hem doorgesneden. Hij had niets ge
zegd omtrent Truushij wou ze niet
noodeloos meer kwetsener was nu
immers niets meer aan te veranderen 1
Maar geen oogenblik langer wilde hij
zich ook meer met de familie inlaten.
Eén gedachte legde nu op alles be
slag, op al zijn peinzen en denken.
Herm 1 Als hij hèm toch maar mocht
behouden zijn jongen 1 Ach, hij durfde
bij kans niet meer hopen. Zienderoogen
ging het kind achteruit.. En als lamge
slagen zat hij daar neer dag en nacht.
Met geen mogelijkheid kon zijn moeder
hem wegkrijgen al haar aandringen om
toch rust te siemeu, al was het maar
voor enkele uren naar bed te gaan, het
was al vergeefs. Hij kon en wou niet
weg van zijn kind. Van zijn kantoor
had hij, na de hem dubbel pijnlijke uren
van onderzoek in de zaak der ontvreem
ding door Henk van Rensen, veertien
dagen verlof aangevraagd. Het was
hem vergund in deze moeilijke omstan
digheden. En hij begroef zich in zijn
verdriet.
Bijna geen woord werd gesproken.
Hij kropte zijn leed op. Hij zat daar
maarsoms minuten lang onafgebroken
De spoorwegstaking is voor oubepaal-
den tijd uitgesteld met het oog op de
onderhandelingen tusschen de regeering
en de mijnwerkers.
Een gevolg hiervan was een algemeene
verademing. Niet alleen in handels- en
industrieële kringen, maar ook onder de
groote menigte. Ja, zelfs onder vele
spoorwegarbeiders en mijnwerkers ook.
Laten we hopen, dat er spoedig alge-
lieele verademing moge komen, door de
mededeelmg, dat ook de mijnwerkers-
staking is opgeheven.
Zoo nu en dan komt er nog eens
iets los over de veepest in België.
Een telegram van een dezer laatste
dagen meldde er nl. het volgende van
Niettegenstaande de menigvuldige ge
ruststellende verklaringen, welke door
den minister van landbouw worden af
gelegd, is alle gevaar voor verdere uit
breiding van de veepest nog niet geheel
geweken. Blijkens een officieele mede-
deeling, bestonden er in de eerste helft
van October nog 19 haarden van be
smetting en moesten 219 stuks vee wor
den afgemaakt. Sedert dien deden zich
nieuwe gevallen voor, vooral in do om
streken van Gent en in Walenland. Nu
hoopt men, dat, dank zij de heerschende
koude' het kwaad spoedig zal afnemen.
De Poolsche Landdag -heeft het
ontwerp besproken tot ratificatie vau het
verdrag nopens den wapenstilstand en
de vredespreliminairen. De maarschalk
van den Landdag, de voorzitter van den
ministerraad en de hoofden der verschil
lende partijen drukten om strijd hun
voldoening uit over de onderteekening
der vredespreliminairen, en voegden er
aan toe, dat die vrede een vrede van
eensgezindheid en rechtvaardigheid is.
Sommige redenaars spraken hun leed
wezen er over uit, dat er nog 1% mil-
lioen Polen geenzijds van de grens wonen,
die bij de vredespreliminairen is vast
gesteld.
Mooie woorden, zooals men ziet.
Doch wij vragen ons nog steeds af, of
de Polen zich niet hebben laten beet
nemen door de gladde bolsjewiki.
Terecht heeft een onzer groote bladen
dezer dagen opgemerkt, dat de bolsje
wiki alleen uit tactische overwegingen
zooveel aan de Polen lubben toegegeven.
Ze kunnen nu al hun krachten op Ge
neraal Wrangel conceutreeren, en mocht
het hun soms gelukken, dien te ver-laan,
dan zouden ze opnieuw tegen de Polen
kunnen optrekken.
't Is niet te hopen, dat het ooit zoover
komt, doch wij vreezen er nog wel eens
voor.
Tusschen Engeland en Frankrijk
is 't ook weer niet heelemaal in orde.
Verschillende Fransche bladen uiten
nl. hun ontstemming over het rekken
van de besprekingen tusschen Londen
en Parijs over de Duitsche vergoeding.
De Homme Libre gelooft, dat de Engel-
schen dit opzettelijk doen en betoogt,
dat het Frankrijk's belang is daarmee
haast te maken. Wat de Engelschen
openlijk of bedekt willen is schrapping,
ten behoeve hunner Duitsche bescher
melingen, van verdragsbepalingen, die
Duitschland te eYg binden. Lloyd George
heeft Keynes' meening enkel verworpen
om ze in handiger vorm later te doen
starend naar dat vermagerd gezichtje
angstig luisterend naar het jachtig adem
halen. Dan weer verborg hij het gelaat
in de handen wat zag hij dan, in het
donker vau zijn smart
Avond was het nu.
Zwaarder nog leek het verdriet te
drukken de straatgeruchten van over
dag waren verstorven in deze stille bui
tenwijk over de tafel kringde het ge
temperde lichtbuiten dien kring hing
het schuchtere halfduister. Stil was het,
heel stilalleen het klokgetik werd ver
nomen, eentonig, eentonig. Even een
kraken van een stoel, als een dar twee,
moeder of zoon, zich bewogen even een
gedempt geruisch, als moeder Waanders
iets had gereed te maken of te verschik
ken maar dan weer do stilte de lichte
stilte, maar die drukken ging als een
looden last, gelijk de enkele waterdrop,
gedurig vallend op de kruin van den
veroordeelde, mokerzware kracht krijgt.
Moeder Waanders lichtte het zorgver-
groefde gelaat op van haar handwerkje,
dat haar onledig gehouden had. Weer
zag zij haar zoon zitten, voorover, de
handen om het hoofd. Wat was hij
vermagerd, de laatste jaren, maar zeer
sterk de laatste dagenwat was er een
zegevieren. Hij meent, dat de Fransche
openbare meening niet met zoo leede
oogen de concessies heeft gezien, door
Millerand als premier onder Engelschen
druk toegestaan, omdat Millerand nu
president der republiek is. Sindsdien
kwam de Fransche regeering echter tot
Clemenceau's politiek terug. Het blad
ziet niet in hoe de onderhandelingen
kunnen eindigen. Bovendien spelen de
Engelschen hun binuenlandsehe moeilijk
heden alsmede de onvastheid van de
Belgische en de Italiaansche regeoring
uit om een beslissende bespreking uit te
stellen, in de hoop aldus Mei te berei
ken, wanneer Duitsehland voorstellen
moet indienen, die men dan als de eenige
oplossing, ondanks Frankrijk, zal aanne
men. Dit nu mag niet.
De Echo de Paris geeft schamper af
op de commissie voor de vergoedingen,
die even weinig macht heeft als de Vol
kenbond en l'Oeuvre zegt: De Engel
schen trachten den Franscher de nood
zaak aan te toonen om voor de van
Duitschland geëischte vergoedingen een
bepaald bedrag vast te stellen. Ze zou
den 12 milliard pond goud, dat is 300
milliard frank goud, hebben voorgesteld,
in 40 of 42 jaar af te doen. Het Fran
sche aandeel zou 156 milliard frank goud
zijn. Engeland acht dit een groote con-
sessie aan Frankrijk, maar zou het niet
het recht toekennen militaire sancties
uit te oefenen en nieuwe gebiedspanden
te nemen.
Onnoodige schrik.
Terwijl er een dikke mist hing, wer
den de bewoners van Dover opgeschrikt
door het gebulder van scheepsgeschut.
Velen haastten zich naar de kaden, om
te zien wat er aan de hand was. Het
vuur bleek een saluut te zijn van den
Nederlandschen kruiser Zeeland, die de
haven binnenkwam om een zieken matroos
aan wal te brengen. Deze werd in het
hospitaal van Dover opgenomen.
De kosten van cle conferentie te Spa.
Het is bekend, dat deze conferentie
twee weken heeft geduurd. De kosten
bedragen tezamen ongeveer 700,000 fr.
In dit bedrag zijn begrepen de huur
van de hotels en villa's en de verblijf
kosten. Het bedrag dat aan sigaren be
steed is, is ongeveer 5000 frank.
Geen Fransch in Duitsche scholen.
De Deutsche Allgemeine Zeitung
schrijft dat de pogingen vau Fransche
zijde om op de scholen in bezette gebie
den de Fransche taal in te voeren, mis
lukt zijn. Verscheidene particuliere scho
len die het Franseh hadden ingevoerd,
moeten wegens gebrek aan belangstel
ling het onderwijs staken.
De toestand van koning Alexander
zeer ernstig.
De „Times" verneemt uit Athene
De toestand van den koning verergerde.
Het vergif in zijn lichaam tast zijn her
senen aan. Ingevolge deze verslechtering
van zijn toestand, waarschuwde de artsen
Venezelos, dat, bijaldien een nieuwe cri
sis mocht ontstaan, het zwakke gestel
van den koning geen weerstand zal kun
nen bieden. Venizelos riep daarop een
kabinetsraad bijeen, die besloot de alge
meene verkiezingen in Griekenland 7—10
akelig, angstaanjagend staren in de in
gezonken oogen welk een trek van diep
gevoeld leed had zich geteekend op dat
gezicht. Wat ging er om in dat hoofd,
in dat hart Ze kon niet zwijgen, nu
moest ze spreken.
„Jan 1" zei ze zacht.
Hij keek haar aan, met die moedeloo-
ze, hoopelooze uitdrukking in de oogen,
die haar zoo onzegbaar wee deed.
„Jan." herhaalde ze, en ze kwam naast
hem zitten en lei haar Irand streelend
op zijn schouder, „liet moet je wel zwaar
vallen, al je verdriet alléén te dragen."
Ze wachtte even, zou hij antwoorden,
of, als gewoonlijk, alleen maar het hoofd
schudden
„En u blijft zoo trouw bij me, dag en
nacht, nee moeder
„Maar ik kan toch je verdriet niet
helpen dragen; jij blijft het toch even
zwaar voelen."
Een pauze.
„Ja, even zwaar", verzuchtte hij toen
„even* zwaar maar het is van U eigen
lijk te veel gevergd, hier altijd maar te
wezen."
(Wordt vervolgd).
DOOR
ft
ft