Orgaan ter verspreiding der Christelijke Beginselen in Zeeuwseh-Vlaanderen.
No. 287.
Woensdag 20 October 1920.
3e Jaargang.
BUIT E y L A X B.
Uitgave van de Christelijke Persvereeniging „Zecuwsch-Vlaanderen" te Ter Neuzen.
Alle stukken, de redactie en administratie van dit blad betreffende, moeten worden gezonden
aan den redacteur, J. HOMMES, Lange Kerkstraat 5, Ter Neuzen.
ABONNEMENT Bij bezorging f 1,15 per drie maanden. Franco per post voor Nederland f 1.25.
ADVERTENTIËN: Van 1-4 regels f0.60 Elke regel meer ƒ0.15. Abonnementen per
contract. - Crisistoeslag 15 Inzending van advertentiën tot 12 uur 's middaas on
de verschijndagen bij den drukker D. H. L1TTOOI.J Az. te Ter Neuzen. Telefoon Nr. 20.
V Vóór- en Herhalings
oefeningen.
Het is, mede in verband met een ad
vertentie in dit nummer, dat we in 't
kort eens oven de aandacht willen ves
tigen op de „Voor- en Herhalingsoefe
ningen buiten het Leger".
In een ingezonden schrijven van den
Luitenant-Kolonel Klontje, Commandant
van het Zeeuvvsch Verband van den
Vrijwilligeu Landstorm, dat men dezer
dagen in een onzer nummers heeft kun
nen lezen, werd van die vóóroefeningen
reeds een en ander meegedeeld.
Nadere mededeelingen zullen Woens
dagavond plaats hebben, vandaar dat we
dan nu ook niet in uitvoerige beschou
wingen treden.
Toch willen we, wat die vóóroefenin
gen aangaat, nog even op den voorgrond
stellen, dat dengenen, die het bewijs van
voorgeoefendheid ontvangen, verkorting
van den eersten oefeningstijd (vermoe
delijk vier maanden) zal kunnen worden
verleend.
Van hoe groote beteekenis en van hoe
groot belang dit is, zoowel voor de be
trokken jongelui als voor hun ouders,
behoeven wij, dunkt ons, niet uitvoerig
aan te toonen.
We hopen en vertrouwen dan ook, dat
veel jongelui die in 1920 den 16 jarigen
leeltijd hebben bereikt, of zullen berei
ken, ter vergadering zullen komen, om
nog nadere bijzonderheden over deze voor
hen toch belangrijke kwestie te hooren.
Maar naast hen, verwachten we ook
degenen, die nog niet langer dan één
jaar hun eerste oefening hebben volbracht,
dus zij, die reeds in dienst zijn geweest
en nog niet meer dan een jaar geleden
zijn „afgezwaaid".
In het ingezonden schrijven was van hen
geen sprake, doch ook zij genieten voor
deden, indien ze zich opgeven als buiten
gewoon vrijwilliger bij den landstorm.
Ze worden dan nl. vrijgesteld van de
herhalingsoefeningen in het leger, terwijl
bovendien degenen, die zich binnen drie
maanden na hun diensttijd verbinden,
gedurende 2 jaren vrijgesteld zijn van de
bijwoning der oefeningen van den vrij
willigeu landstorm.
Zaak is het dus, zich zoo spoedig mo
gelijk na het „afzwaaien" te verbinden
bij den Vrijwilligeu Landstorm, daar men
dan de meeste voordeelen geniet.
Ook hierover zullen Woensdagavond
nadere inlichtingen gegeven worden.
Zoodat we dus èn de jongens van 16
jaar èn hen, die nog niet langer dan een
jaar zijn „afgezwaaid" ter vergadering
verwachten.
V Twee uitspraken van
Groen.
Daar wordt wel eens, en niet ten on
rechte geklaagd, dat men tegenwoordig
van onze zijde alleen oog heeft voor de
nieuwere, ja laten we maar zeggen de
nieuwste literatuur.
Men weet wel wat deze of die „nieuw
lichter" schrijft, doch van de oudere
schrijvers heeft men op z'n best zoo ter
loops eens gehoord.
Iets er van gelezen te hebbon behoort
echter geheel en al tot de uitzonderingen.
Dat nu is ten zeerste te betreuren.
En met name nog niet zoozeer voor
de letterkundige werken als wel voor de
politieke.
In 't bijzonder hebben we daarbij het
oog op de geschriften van Groen van
Prinsterer, die zoo kostelijke lessen geven,
ook voor onzen tegenwoordigen tijd van
opstand en revolutie.
Men kent nog wel algemeen het ge
vleugelde woord van hem „Tegen de
revolutie, het Evangelie", doch waar is
verdere kennis van zijn werken?
Op een tweetal andere uitspraken van
hem wenschen we daarom thans eens
de aandacht te vestigen.
I)e eerste, uit zijn „Ongeloof en Revo
lutie" is als volgt
„Als wij (dit) alles bedenken, dan blijkt
het, dat er redenen voor ongerustheid
bestaan, dan doet zich de mogelijkheid,
de waarschijnlijkheid, de onvermijdelijk
heid van nieuwe uitbarstingen aan ons
voor dan ontwaren wij, dat ofschoon
de verwezenlijking der idealen van den
godverloochenenden mensch onoverkome
lijke beletselen in de natuur zelve der
dingen ontmoet de vernieuwing der
pi oei alweder met verdubbelde hevigheid
en op uitgestrekter schaal naar alle soort
van schrikbewind en despotisme zou
kunnen brengen. Dan is de vrees zoo
ongerijmd niet voor tooneelen van ver
warring, plundering en moord, bij wier
tragischen afloop de geschiedenis der
Fransche revolutie bijkans als een liefe
lijke idylle, zal worden beschouwd".
Do tweede uitspraak, in zijn „Grond
wetsherziening en Eensgezindheid", is:
„Regt, zedelijkheid en geloof zijn voor-
oordeelen, waardoor de vrije loop der
algemeene volmaakbaarheid gestremd
wordt. Het meest opmerkelijke dezer
leerstellingen, en tevens het meest ge
duchte, is zoodra men op de bron van
het algemeen aangenomen Revolutiebe
ginsel gelieft te letten, niet haar dwaas
heid, maar haar onbetwistbare juistheid.
Waar geen geloof is aan den levenden
God, hebben socialisten, communisten en
atheïsten, hebben de voorstanders der
Republiek met de bloedkleur gelijk. Al
leen wanneer men deze revolutionaire
regtmatigheid in het oog houdt, wordt
het fanatisme verklaarbaar dat het ver
wezenlijken dezer leer als do edelite
taak, het bestrijden als het strafwaar
digste misdrijf beschouwt".
Zijn ze niet merkwaardig deze uitspra
ken, en hadden we geep gelijk door ze
kostelijko lessen te noemen voor onzen
tegenwoordigen tijd van opstand en
revolutie
Want wie denkt bij het lezen van het
eerste citaat niet dadelijk aan Rusland
met zijn bolsjewistischen heilstaat
Groen heeft geschreven vau de moge
lijkheid, de waarschijnlijkheid, ja zelfs
de onvermijdelijkheid van een revolutie,
nog ernstiger en dubbel heviger dan die
van zijn dagen.
Is het niet alsof God hem in een visioen
onzen tijd heeft laten aanschouwen
En ook het tweede citaat is niet min
der treffend.
Kan men schier een schooner les vin
den in het wezen der revolutie?
De menschen beginnen met het ver
werpen van het recht, de zedelijkheid
en het geloof; zij noemen dat recht een
klasse justitie, zijn aanhangers van de
vrije liefde en willen geen godsdienst
meer.
En zijn de menschen eenmaal zoo ge
worden, dan binden zij ook tegen het
recht, de zedelijkheid en het geloof met
alle kracht den strijd aan.
Het is dan ook zoo zeer geen dwaas
heid, geen oogenblikkelijke opwelling,
die hen leidt, als wel de aanvaarding
van het heillooze beginsel, dat met het
bestaande gebroken dient te worden.
En juist daarom is de revolutie zoo
gevaarlijk. Aan het drijven van harts
tochten komt wel eens een eind, maar-
het willen doorzetten van een beginsel
houdt slechts dan op, als men dit be
ginsel als een leugen leert inzien.
Daarom hebben wij dan ook Groen's
uitspraak geheel tot de onze te maken
„Tegen de revolutie het Evangelie".
Hebben wij te strijden niet in eigen
kracht, doch in die onzes Gods.
Hebben wij steeds te wijzen op den
eisch Zoekt eerst het Koninkrijk Gods
en zijn gerechtigheid en alle andere din
gen zullen U toegeworpen worden.
V Een tiental voordeelen.
In zijn rubriek „Zoó in 't Voorbijgaan"
vestigde „Opmerker" dezer dagen de
aandacht op propaganda lectuur over de
V rij willige Ouderdomsverzekering.
Een van die geschriften bevat een tien-
lal voordeelen van de vrijwillige ouder
domsverzekering, welke we hier gaarne
even onder de aandacht onzer lezers
brengen.
Ze zijn de volgende
1. liet Rijk waarborgt zonder voor
behoud alle uitkeeringen.
2.- Het Rijk betaalt alle administratie
kosten, incassokosten, enz.
3. Daar zij, die boven 35 jaar oud en
niet verzekeringsplichtig zijn, slechts de
premie voor een 34 jarige verschuldigd
zijn, betaalt het Rijk voor hen bovendien
een aanzienlijk deel dor nette kosten.
4. Bij overlijden, mits niet binnen drie
jaar na ingang der verzekering, wordt
een bedrag van f 100.uitgekeerd aan
de nabestaanden.
5. Indien men invalide wordt, is men,
mits de verzekering dan minstens drie
jaar heeft bestaan, ontheven van verdere
premiebetaling, terwijl het recht op rente
en uitkeering bij overlijden toch onver
minderd in stand blijft.
6. Indien men tijdelijk niet in staat
is de premiën te betaien, kan tot 10
weken uitstel worden verleend, terwijl
de verzekering onveranderd van kracht
blijft.
7. Blijft men buiten staat de premie
te voldoen, dan zijn de betaalde, premiën
niet verloren, ma; r wordt zonder verdere
premiebetaling een verminderde rente
toegekend afhankelijk van liet aantal
betaalde premiën.
8. Ten allen tijde kan men do oor
spronkelijke verzekering weer herstellen
door bijbetaling van de achterstallige
premiën met eenige rente.
9. De rente is onvervreemdbaar cn
niet vatbaar voor beslag, dus blijft altijd
ieders onbetwistbaar eigendom.
10. De verzekering blijft van kracht,
ook al stijgt het inkomen boven f 2000.
of al wordt men later in de vermogens
belasting aangeslagen.
Verder wordt in dit geschriftje er nog
op gewezen, dat nergens zooveel zeker
heid, zoo groote voordeelen en zoogoed-
koope premiën gebojkn worden, terwijl
er aan herinnerd wórdt, dat elk jaar
wachtens de premie hooger doet worden.
We raden dan ook gaarne een ieder
van onze lozers aan, van bovenstaande
eens goed kennis te nemen.
Het is een zaak, die wel terdege over
weging verdient.
Op het ©ogenblik is de kwestie tus-
schen Polen en Litauen nog wel een
der belangrijkste, hoewel de Engelsche
mijnwerkersstaking waarover straks
nader spoedig misschien nog wel meer
spanning kan brengen.
Doch zoo ver is het thans nog niet en
vandaar dat we daarom eerst maar even
den blik naar de Poolsch-Litausche kwes
tie richten.
Zooals men weet, zijn de Litauers zeer
verontwaardigd, omdat, de Polen, ten
minste de Poolsche generaal Zeligowski,
de stad Wilna hebben ingenomen.
Nu willen echter de Litauers om Wil
na vechten, en Zeligowski antwoordt
hierop met een ultimatum aan hen, om
hun troepen uit de buurt terug te trek
ken. De Poolsche regeering is bereid
om den generaal te verloochenen, maar
blijft het gebied van Centraal Litauen
(dat is de naam waarmee Zeligowski
het veroverde gebied gedoopt heeft) voor
Polen opeischen, dat wil zeggen zij wil wel
een volksstemming, maar aangezien, vol
gens haar eigen statistiek, in Wilna en
omliggende districten de Polen sterk in
de meerderheid zijn (te Wilna b.v. wo
nen 74,000 Polen, 2700 Litauers en
48,000 joden) kan de uitslag ervan niet
twijfelachtig zijn. Het laatste bericht
is, dat ook de commissie van de gealli
eerden overhelt tot het denkbeeld van
de volksstemming, zoodat er kans is, dat
de Polen hun zin krijgen.
Daar we nu toch over het Oosten
van Europa bezig zijn, ook nog iets over
de toestanden in Rusland.
Herhaaldelijk duiken berichten op over
opstanden tegen de bolsjewiki, die soms
met de grootste moeite in bloed gesmoord
worden.
Zoo werd bijv. een dezer laatste da
gen uit Helsingfors liet volgende gemeld
„De garnizoenen te Yjazanj, Spask, en
Poronia zijn tegen de bolsjewisten opge
staan. De beweging is door de commu
nistische regimenten onderdrukt. Een
rood bataljon in Viazma weigerde naar
het front te vertrekken. Hut bataljon
werd door .Chineezen omsingeld, een
deel der soldaten van het bataljon werd
gedood en de rest naar Siberië gezonden.
De roode garnizoenen te Tamlow en
Kossow zijn in opstand."
Door de allerwreedste middelen weet
men dus deze'opstanden te smoren.
En alleen daardoor kan zich ook nog
het bolsjewisme staande honden, deze
partij van moord en doodslag.
We noemden reeds even de Engel
sche mynwerkersstaking.
Herhaaldelijk zijn er onderhandelingen
gevoerd tusschen de regeering en de
mijnwerkers, maar ze zijn alle mislukt.
In vele mijnen, is dan ook reeds Za
terdag het werk gestaakt en op het
oogenblik, dat we dit schrijven is do
staking vrij algemeen.
Noch de regeering noch de mijnwer
kers hebben opnieuw gepoogd om de
onderhandelingen te hervatten, en er is
nog steeds geen aanwijzing omtrent een
tusschenkomst van het drievoudig ver
bond. Meer dan een millioen mijnwer
kers zijn bij do staking betrokken, en
er zijn reeds aanwijzingen, dat er dui
zenden fabrieksarbeiders werkeloos zul
len worden. Zoo zijn er Zaterdag 20,000
metaalbewerkers in Yorkshire werkeloos
geworden, omdat ongeveer alle groote
metaalfabrieken zijn gesloten.
De militaire verloven te Portsmouth
zijn ingetrokken. Alle officieren en
manschappen, die met verlof waren zijn
teruggeroepen.
Lloyd George, de Engelsche minister-
jiresident heeft een boodschap aan het
Engelsche volk verspreid, waarin hij
zegt, dat de regeering alle mogelijke
moeite gedaan heeft om het onheil der
kolenstaking te vermijden, maar de mijn
werkers dorsten naar hun winst en gin
gen met kracht tegen het advies der lei
ders in, De natie zal dezen aanval met
allo macht weerstaan en daarin onge
twijfeld slagen. De eerste minister wekt
op tot zuinigheid en dringt er bij de
fabrikanten op aan, dat zij zullen zorgen
werkloosheid in hun bedrijven te vermij
den zoolang zulks mogelijk is.
't Is te hopen, dat aan deze oproep
van Lloyd George gehoor gegeven wordt
en regeering en volk krachtig mogen
staan tegenover het steeds meer revolu
tionaire drijven van de mijnwerkers.
Over revolutionair drijven gespro
ken, dat is met name in de laatste da
gen ook uitgekomen bij de Duilsche
onafhankelijken, die men het beste kan
vergelijken met Wijnkoop, Ds. Kruyt c.s.
Deze heeren hebben een congres ge
houden, waarop besproken werd de
kwestieAl of niet aansluiting bij de
derde Internationale te Moskou, de bol-
sjewieksche Internationale dus.
Een groote groep de linkscbe-onaf-
tunkelijken waren voor aansluiting,
doch een ander gedeelte, de zgn. recht-
sclie onafhankelijken waren er tegen.
Marton, een Russische mensjewiek,
een tegenstander dus van de bolsjewis
ten, voerde o.a. op het congres ook het
woord en zei daar
Het schrikbewind in Rusland kent
geen grenzen. Indien de leden der com
munistische partij het wagen de houding
der leiders met een enkel woord af te
keuren, worden zij naar het front ge
stuurd. De Derde Internationale eischt
en bevordert dit terrorisme. Niets keu-
schetst de toestanden in Rusland beter
dan het feit, dat men mij hier in Duitsch-
land de vraag heeft gesteld, wat er van
mij in Rusland zou geworden zijn, in
dien ik het gewaagd bad aldaar tegen
de Sowjet-regeering zoo op te treden.
Men denkt daarbij ook aan het lijden
van honderden mijner partijgenooten in
debolsjewistische gevangenissen.
Aan het einde van zijn betoog werd
Marton door de rechterzijde luid toege
juicht. De linkerzijde protesteerde. Het
kabaal duurde voort totdat Losowsky
aan het woord kwam. Deze viel eerst
Marton en dan Dittman aan. Dit duldde
de rechterzijde van het congres echter
niet. Zij bestormde het spreekgestoelte
en belette Losowsky verder te gaan.
Opnieuw ontstond helsch kabaal, alles
riep door elkaar. Een groep congresleden
maakte van de gelegenheid gebruik om
de Internationale te zingen in de hoop
aldus het lawaai tot bedaren te brengen.
Het congres zong ook inderdaad mee,
maar zoodra het lied ten einde was, be
gon de herrie opnieuw. Dc linkerzijde
wilde Losowsky beschermen. De rech
terzijde verdedigde haar terrein. Er werd
gevochten. Dc voorzitter sloot eerst voor-
loopig en toen dit niet hielp definitief
de zitting.
Den volgenden dag werd de zitting
heropend en werd tenslotte met 207
tegen 156 stemmen besloten tot aanslui
ting bij de derde Internationale.
De rechtsche onafhankelijken verlieten
hierop het congres, zoodat vermoedelijk
deze linksch-roode partij in twee groepen
zal uiteenvallen.
De moord op de Csaren familie.
Te Parijs is thans, naar de „Matin"
meldt, een boek verschenen, getiteld „La
dernière Tsarine", door Charles en Henri
Omessa, die zich tijdens de omwenteling
in Rusland bevonden.
Van een geheimen koerier der Czarina,
Alexis Dobrowitz geheeten, hebben zij
daar mededeelingen ontvangen over een
samenzwering, welke ten doel had de
keizerlijke familie uit de handen der
bolsjewiki te bevrijden.
Dobrowitz, die er in geslaagd was,
ouder een valschen naam luitenant van
de roode garde te Ekaterinenburg te
worden, kwam te laat om zijn souverei-
nen te redden en moest bij den schrikkel-
lijken moord machteloos toezien.
Hij deelde mede, dat do terdoodbren
ging van de czaritsa, den czarewitsj en
de groothertoginncn slechts enkele oo-
genbiikken na die van den czaar ge
schiedde. Zij bevonden zich voor het
perron, omringd door bolsjewiki. De
czaritsa omaimde haar zoon en zeide
met een stem, die hoewel smeekende
alle waardigheid wist te behouden Ge
kunt mij dooden, maar mijn zoon is
onschuldig aan alle misdaden, waarvan
ge mij beschuldigt! Waarom wijt ge
hem dooden? Welke fout heeft hij be
gaan In naam van de rechtvaardigheid
en het' medelijden spaart dit arme
kind, spaart deze vrouwen, die me om
ringen en nooit vijandig tegen u geweest
zijn. YV ilt ge een hoofd, neemt dan het
mijne, na dat vau den czaartwee go-
kroonde hoofden, is dat niet genoeg
De sovjets hebben u ter dood veroor
deeld, u en uw gezin, antwoordde Yako-
wief, de aanvoerder der bolsjewiki, wij
moeten het besluit, dat zij genomen
hebben, ten uitvoer brengen.
Volgens Dobrowitz werd de czaritsa,
de czarewitsj en de grootvorstinnen toen
door de moordenaars naar een nabij
gelegen bosch gebracht, waar een brand
stapel werd gemaakt en aangestoken.
Daarop volgde een afgrijselijk tooneel.
Soldaten, matrozen en de menigte, waar
onder ook vrouwen, duwden de ramp
zalige slachtoffers in de vlammen. Tel
kens wanneer dezen terugdeinsden, wer
den zij met bajonetten vooruitgedreven.
Grootvorstin Tatiana trachtte driemaal
den brandstapel te ontvluchten en zonk
eindelijk doodelijk gewond voor de voeten
van haar beulen ineen.
De czarina, die den czarewitsj tegen
zich aan gedrukt hield, ging met vasten
stap, bijna automatisch naar den
brandstapel en verdween met haar kind
in vlammen en rook.
Ik sloot de oogen vertelde Dobro
witz maar de lucht van brandende
lichamen verstikte mij, en ik viel op de
knieën, ten prooi aan onuitsprekelijke
wanhoop.
De aanslag op Hindenburg.
De man, die eenige weken geleden in
het huis van Hindenburg in Hannover
binnendrong en een paar revolverschoten
op den veldmaarschalk loste, is door de
rechtbank van Hannover tot twee jaar
en 6 maanden gevangenisstraf veroor
deeld. Hindenburg en zijn zoon waren
als getuigen bij het proces verschenen
en de veldmaarschalk gaf een uitvoerig
verhaal van zijn gevecht met den in
breker.
In Ierland.
Een afdeeling gewapende mannen heeft
dezer dagen een gepantserde auto aan
gevallen, die voor een bank te Dublin
stil stond, waar de wekelijksche soldij
voor de troepen gehaald móest worden.
Eer; soldaat werd gewond. Een van de
aanvallers werd gedood, de anderen
vluchtten.
Eon andere gepantserde auto werd
aangevallen op een drukken verkeersweg
in liet hart van de stad. Een officier-
werd gedood, een onderofficier en een
politieagent gewond. Twee voorbijgan
gers werden gedood, vier andere burgers
gewond.
Bijna onschuldig gedood.
In Augustus van verleden jaar werd
te Gelsenkirchcn de vrouw van den
kantoorbediende Röttgen vermoord door
een inbreker, die zich na de misdaad
verscheidene voorwerpen van waarde
toeeigende en ze in een groen valies
medenarn. Als vermoedelijke dader werd
kort daarna de smid Malkus, dien eenige
getuigen, naar zij beweerden, met het
bewuste valies uit het huis hadden zien
komen, gevangen genomen. De krijgs
raad te Essen veroordeelde den ver
dachte. dié hardnekkig hleef ontkennen,
op 24 Oct. ter dood en de commandant-
generaal bekrachtigde dit vonnis.
De verdediger, die overtuigd was van
de onschuld van den veroordeelde, ver
zocht uitstel vau de voltrekking en be
werkte, na vruchteloos het recht van
den commandant-generaal tot bekrachti
ging van het vonnis te hebben betwist,
met veel moeite een herziening van het
geding. Terwijl de zaak opnieuw in
behandeling was, vond de politie, die
wegens den ander geval huiszoeking deed
bij den handelsreiziger Grabowski te
Haspe, het bewuste groene valies en de
bij Röttgen gestolen voorwerpen. Het
racasr--gga8yaafy a
JKssssfxaaaes