Orgaan ter verspreiding der Christelijke BeginselsjZeeuwsMaederen. No. 230. V/oensdag 31 Maart 1920 3e Jaargang. FEUILLETON. JAN WAANDERS. Uit het Buitenland. Uit het Binnenland. «7ix-cMi.Vl»andcren" te Ter Neuzen. ^.n^D-nrNTTirNv»„ 1-4 reuels ƒ0.60. Elke regel meer ƒ0.15. Abonnementen pei i m fntübe Persvereeniging „Zeeuwsch-Vlaanderen" te Ter Neuzen. Uitgave van de Chris J betreffendei nioeten worden gezonden A'leilfi™VeLcMt,lH.eS. ".'houten, Vlooswiikstraat 62, Ter Keura. Telefoon No. 169. ADVERTENTIËNVa,, 1-4 regel., iSTXÏ rte'rC,cl,iind«geT b!Me»8clr,,kk« II.''ll. LITTOOU 1. te Ter Ne»on. Telefoon Nr. 20. BIJ HET KRUIS. Met de tranen in haar oogen, Stond de moeder neergebogen Bil het kruis, daar Jezus hing, Waar de schrik haar voer dooi t harte, Waar het felle zwaard der smarte Midden door haar ziele ging. Wat al droefheid, wat al rouwe, Prangde de verkoren vrouwe, Wie Gods Een'ge „moeder heet Ach, hoe kreet zij! Ach, hoe leed zij Met wat naamlooze a»gsteI) streeJ ,z|l> Ziende, wat daar d Onschuld leed Voor de zouden van de Zijnen, Ziet zij daar heur Kind verkwijnen, Wreed gcgeeseld en bespot.' Ziet zij Hem die doornen dragen, Stervende aan het hout geslagen En verlaten van Zijn God De strijd om de macht. Nog versch ligt de reuzenworsteling tusschen do grootmachten dezer wereld in 't geheugen. Geen verheven ideaal was inzet van den strijd. 'tGing enkel om macht en gewin. Daarvoor werden millioenen menschen geslacht, werden bloeiende streken ver woest, werden gansche volken in een zee van jammer en ellende onderge dompeld. De uitkomst was voor allen teleur stellend. Zeker, voor de een in meerdere mate dan voor den ander. Maar géén land Japan dan mis schien uitgezonderd heeft bereikt, wat het wenschte. Op sociaal gebied zien we in onze dagen een niet minder groote worsteling ontbranden. Over héél de linie wordt de strijd gevoerd. Geen land, ot ue arbeidersmassa's komen er in beweging om een betere plaats te veroveren aan den disch des levens. Ook in dezen strijd staat er veel op 'tspel, en dreigt er voor beide partijen teleurstelling en verlies. Immers hebben de werklieden zich na moeizamen arbeid in en door hun organi saties een veel betere positie veroverd dan zij voor eenige jaren hadden. En we juichen dat van harte toe. Met behulp der Regeering zijn de onzekerheden en de wisselvalligheden van het arbeidsleven verminderd. De verzekering heeft daartoe het hare om gedragen. En ook hier weer erkennen we, dat de nieuwe tijd beter is dau „de goede oude tijd" van vroeger. Door de macht der landelijke bonden zijn de arbeiders bezig, zich een hooger aandeel te veroveren in de bedrijfsleiding en een billijker deel in de opbrengst van het product. Ook hier is reden tot dank. Maar in de plaats van nu langzaam en met beleid voort te werken, en zich door meerdere ontwikkeling en sterker verantwoordelijkheidsbesef te bekwamen voor de eischen die de nieuwe tijd en de veranderde omstandigheden aan den arbeidersstand stellen, wordt dat alles op het spel gezet, om in één worp alles te verkrijgen, wat men wenscht. Verlokt door op macht beluste volks- leiders, gaat de arbeidersbeweging steeds meer den weg op die onvermijdelijk voert naar het verderf, en die sociale en economische ellende voor heel net volk meebrengt. De Christelijke arbeidersbeweging heelt tegenover dit woelen en werken een moeilijke, maar dure roeping. Zij kan dien weg met opgaan, dien de socialistische arbeiders als den hunne hebben gekozen. Waar ze een ander beginsel, een ander uitgangspunt heeft, moet ze ook een anderen weg volgen. Niet den klassenstrijd mag ze voeren. Maar wel moet ze met wettige en geoorloofde middelen streven naar ver heffing van het levenspeil ran den werk- man. f Geen reactie, geen achteruitgang ot stilstand. Evenmin revolutie, omverwerping van al het bestaande. Maar een gezonde Christelijke demo- cratische koers zij de hare. Boven het Excelsior schrijve de Chris telijke arbeidersbeweging het „ProKege voor Christus den Koning in haar banier 56) ZELANDI A. „Moe, ben u 'goed bij kas. Ik zou wel eens een aanval op uw portemonuaie moeten doen", begint hij, met een mis lukte poging om het op lossen, schert senden toon te zeggen. Mama kijkt hem aan. Is het dat? Een trek van ergernis schuift over haar ge zicht. Maar onmiddellijk neemt haar ge laat weer de gewone, vriendelijke uit drukking aan. „Nou, dat schikt wel. Scheelt er iets aan Een oogenbhk zwijgt Jan. Dan, ineens, zonder het te willen en bijna oogenblik- kelijk ook weer spijt voelend, dat hij het heeft gezegd, barst hij los „Iets? Iets? Er scheelt heel wat aan; heel watzoowat alles Dan, plotseling, houdt hjj zich iu. Nee, dat moest hij maar liever niet doen laat hij het maar vóór zich houden 't is nog tot zijn eigen schande bovendien. „Wat scheelt er aan, Jan Toe, zeg Een verklaring der Ver. Staten. De „Deutsche Allg. Ztg. meldtDe heer Dressel, die als vertegenwoordiger der Vereen. Staten te Berlijn verto(;ft' heeft Woensdag den Rijksminister Muller de volgende verklaring zijner regeering overhandigd De regeering der Vereen. Staten neemt met sympathie kennis van de bestrijding der gewelddaden van de militaire reactie door de Üuitsche regeering. De regeering der VTereen. Staten lieelt tot baar tevredenheid kunnen constatee- ren dat hut Duitsche volk de regeering in dien strijd heeft ondersteund en hoopt, dat de inspanning, om de democratie te handhaven en rust en orde tegen de duistere antidemocratische elementen, wier overwinning Duitscliland aan de anarchie en den chaos zou prijsgeven, te beschermen, goed resultaat mag hebben. De Jregeeriiig der Vereen. Staten ver trouwt op eeu door het gezond verstand voorgeschreven hervatting van den arbeid en den handel in Duitscliland. Naar Russisch voorbeeld. Volgens een betrouwbaar bericht uit Hagen, (Duitscliland) hebben daar de vrouwelijke leden van het zoogenaamde arbeiders-Samaritanencorps met den band van het roode kruis om, schandelijke misbruiken gepleegd. Deze vrouwen heb ben aan het afmaken van de batterij van kapitein Hasenclever te W etter een zeer groot aandeel gehad. Hoewel zij banden met het roode kruis droegen, spoorden zij de mannen aan, om de bloedhonden (zooals zij de soldaten noemden) neer te vellen, en zij schoten zei ven, naar Russisch voorbeeld, weer- looze, Jop den grond liggende gewonde soldaten dood. Toen het eerste trans port gewonden in het algemeene ge meentelijke ziekenhuis aankwam, spuw- het me maar. Misschien", aarzelt ze „misschien kan ik je helpen Het moederhart proeft zijn onuitge sproken leed, dat ze allang" veel meer dan vermoed heeft. Jan heeft zich hersteld. „Och, nee, wat geeft het ook, om u er lastig mee te vallen. Er is toch niets aan te veranderen. Ik zit 'n beetje moei lijk met mijn geld. Eb als u me nou es helpen kon. Met 'n paar maanden denk ik, 't wel terug te kunnen geven". Hij ziet zijn moeder terzij onderzoe kend aan. Een duister vermoeden komt haar py- nigen. Ze weet, dat Truus een vrouw is, met „'n gat in d'r hand"; dat heeft ze al dadelijk gezien, de eerste weken na hun trouwen. Zou Jan nee, dat zal toch niet zijn maar wie weet Ze kijkt hem aan. Nee, als dat toch maar niet waar is. Wat ziet hij er vermoeid uit. Is dat haar Jan van voor eenige jaren Dat huwelijk met Truus heeft hem geen goed gedaan. Hij klaagt wel nietnee, hij houdt zich grootmaar och, ze weet het wel. Al door geld gebrek zou hij „Jan", begint ze. Maar het wil haar niet over de lippen. Jan begrijpt haar aarzeling niet. Zou den deze hyena's den soldaten, die zware pijn verduurden, \h het gezicht en uitten haar vreugde in hoonend gelach. Deze vrouwen trokken ook door de straten en verrichtten spionnediensten. Alle goedgekleede mannen op straat werden door deze woestschreeuwende vrouwen omsingeld Zij riepen „Gaar heb je een spior.; siaat hem dood Een regeeringssoldaat, die verleden Dinsdag met verlof te Hagen was, werd door de Spartaciërs en deze vrouwen met een band om den aim afgemaakt, Woorden van waarschuwing. De bekende Engelsche pacifist Rev. dr. F. B. Meier ook ten onzent geen vreemde heeft te Londen bij de ope ning van den nationalen raad der vrije kerken merkwaardige woorden gesproken „Heel de wereld", zeide hij, „schijnt bezeten door een passie voor winst. De omhoogschietende prijzen, de eindelooze stakingen om hooger loon, de vampyr- achtige „O.W'ers", die het levensbloed der natie uitzuigen, en du uitgelatenheid der nieuwe rijken dit. alles is een teeken der materialistische verruw iug. Versteld staan wij over geweldsmisdaden, waarschijnlijk een gevolg der abnormale prikkeling van den oorlog. „Zorgvuldig bijgehouden statistieken geven een .voortdurende beperking aan van het gez'iusleven, welke doet denken aan verwording van het ras. De toene mende brutaliteit van den vuistwedstrijd de schaamteloosheid der mode, de zinne lijkheid van den dans, het in de plaats treden van het spiritisme voor den gods dienst, de verzotheid op uitspanning. de opzichtige uitgelatenheid van den OW'er, zij moeten ieder, die nadenkt, zorg baren. gebedsverhooring. Dit is uit het Jaarboekje der geref. kerk van 's-Gravenliage. De kerk heeft ook Waar stads-evange- lisatie, die op allerlei wijze arbeidt, o.a. ook door de straat prediking. Hiervan wordt dit verhaald Op zekeren Zaterdag was de straat prediker des avonds op de markt ten zeerste gehinderd door do „commu nisten", waardoor „relletjes" ontstonden, tengevolge waarvan de politie zeven van deze bceren moest opbergen. Wat een droef gevolg had Do marktmeester, overigens den straat prediker niet ongezind, zag zich thans misschien tengevolge van een wenk uit hoogere regionen genoodzaakt de straatprediking te verbieden, Nog één keer slechts mochtwi ze 't probeeren. Dan zou dit werk moeten ophouden... Dien Zaterdag vóór de arbeid aanving kwamen do broeders en zusters, die de zen tak van evangelisatie verzorgden, te zamen om hun gewonen bidstond te hou- den. Ze zaten rondom de tafel, de psalm boekjes deelden enkelen uit en één der broeders stelde voor te zingen het laat ste vers van plalm 89. Gedenk den smaad, dien elk van Uwe [knechten lijdt, Maarmee elk machtig volk mijn bang [gemoed doorsnijdt, Den smaad, o Heer, waarmee Uw haters i [ons beladen, Waarmede zij de gang van Uw Gezalf- [den smaden. Eu toen, in geloovig vertrouwen Gij immers wilt of zult nooit onze hoop [beschamen Den Heer zij eeuwig lof! en elk zegg' [Amen, Amen Toen knielden zij neer voor hun stoel. Eén hunner ging voor 111 gebed Hij bekende zonde en onmacht, hij pleitte op de beloften des Vaders, hij vroeg een verbeurden zegen „Heiland, 't geldt Uw zaak, tis voor de eere van Uw Naam, Gij hebt alle macht iu hemel en op aarde en Gij hebt beloofd met Uw volk te zijn tot de vol einding der wereldverlaat dan niet wat Uw band begon. O Levensbron, wil bijstand zenden". Daarna begon de arbeid En 't is ep dienzelfden Zaterdagavond zóó rustig en stil bij den straatprediker dat de markmeester zijn verbod intrekt De N. R. Ct. die er van verhaalt, hoeft het over de „eigenaardige menta liteit" dezer christenen laten wij met hen spreken ovor de verhooring van het gebed, die God in Zijn Woord heeft toe gezegd. U,tk«k- OFFERS VOOR DE BIOSCOOP. Wereld en zonde zijn harde meesters Telkens blijkt de waarheid hiervan °PVoor een Duitsche filmmaatschappij, die films vervaardigd, welke in de bios copen worden afgedraaid, was een ge zelschap naar de Alpen gegaan. Op schier ontoegankelijke hoogten moesten opnamen gedaan worden, die een beeld geven van 't gevaar dat 111 bergstreken den reizigers bedreigd. Op 9750 voet hoogte werd het gezel schap overvallen door een sneeuwstorm weldra gevolgd door 't neerstorten van groote brokken sneeuw en ys. Elf per- sonen werden bedolven en verscheidene gewond. Gelukkig konden de meesten nog worden gered. Alleen de leidster kwam om. Men zoekt nog haar lijk... En in de bioscopen „geniet" het op sensatie beluste publiek ze per K.M. betaald worden, dagen ma ken van 15 tot 40 gld. Buiten de fooien dan Of zoo'n chauffeur óók niet beter een fooi kan geven, dan menigeen van z n passagiers Maar niet alleen de chauffeurs zyn zoo „gelukkig." Een groote bankinstelling te Amster dam vraagt een m oester indere c h- ten als intellectueel kantoorbediende, en biedt hem een salaris van.... 1200 gld. 'sjaars. D i e z elfde bank huurt een schoon maakster, alleen voor de avon- d e n, die óók 1200 gld. per jaar daar voor krijgt' Het goeie mensch is boven dien nog stadssc.lioonmaakst.er, en geniet ais zoodanig een bezoldiging van f 1560. Misschien echter zal zij den armen advocaat af en toe wel eens iets toe stoppen Maar hadden we ongelijk, J°en wp onzen tijd een wonderlijkeu tijd noem- den 't Woord van een oude schoolmeester, die eens met 'toog op 't groote aantal jongens en meisjes dat „iets meer moest leeron, zei„er zal nog eens gebrek aan domme menschen komen" is 'bezig in vervulling te gaan. Of 't echter in 't voordeel van de maat schappij is DE WAARDE VAN HERSENEN EN HANDEN. 't Is toch een gekke tijd die we be- leven. Alle verhoudingen worden verbroken en omgekeerd. Gaf men vroeger, als men een ritje gemaakt had, den koetsier of chaffeur een fooi, in Duitscliland is dat nu geheel I veranderd. 1 Een dokter te Keulen moest een chauf feur 34 mark betalen. (Men bedenke, dat in Duitscliland een mark nog steeds „een mark is".) Hij gaf 35 mark. De man had echter; geen biljet van een mark terug en reikte doen den verblut- ten dokter een tweemarkbiljet over met de woorden: „Drink voor die mark maar een glas bier!" Ook in ons land gaat het dien weg op. Nog dezer dagen werd gemeld, dat autobestuurders te Amsterdam, doordat TWEEDE KAMER. De Duurtewet is dus gekelderd. Tegïni stemden de geheele linkerzijde, de R. K. Swane, Bomans, Reijnen en Juten, do C. II. do Savorniu Lobman, van esn, Schokking en de Geer en de Chr.-sociaal v. d. Laar. Het w.o. tot verhooging der pensioenen is goedgekeurd met 70 tegen 3 stemmen (Ravesteijn, Wijnkoop en Krurjt). Daarop was aan de orde „afbouw kruisers Java en Sumatra" en de marine- begrooting; beide zaken werden aange nomen, de eerste met 51—32, de tweede met 57—27 stemmen. De Kamer is tot 13 April met vacantie gegaan. Men krijgt dan eerst algemeene be schouwingen over de L. O.-wet, dan Wetboek van Strafvordering en daarna de artikelen der L. O.-wet. Dr. VAN RAVESTEYN PESSIMIS TISCH GESTEMD. Men meldt uit Leiden In een gehouden openbare vergadering van de Communistische Partij, waarin dr. Van Ravesteyn als spreker optrad, heeft deze zich over den toestand in Duitscliland woordelijk als volgt uitge laten In Tliuringen en Rijnland Westfalen hebben de arbeiders nog de macht in handen; de strijd is nog altijd onbeslist. Ik durf geen voorspelling doen hoe het in Duitscliland zal loopen. Ik voor mij geloof echter niet dat de arbeiders er nog in zullen slagen de macht in handen te krijgen. De positie der arbeiders in Rijn land-Westfalen is zwak, want zij hebben geen levensmiddelen. Wel kun nen wij dit zeggen, dat als zij er nu niet in slagen de macht in handen te nemen, voor de arbeiders de toestand in Duitscli land nog slechter zal worden. er zwarigheid ziju „Als u niet kunt", oppert liij, „dau zal ik me wel zien te redden „Nee Jan, nee, ik kan je wel helpen jongen, maar och Jan, je moet het 'me niet kwalijk nemen, maar ik maak me wel es ongerust over je. Jan, je zit zoo dikwijls in verlegenheid, je hebt zoo dikwijls geld noodig, Jan, jongen, je zal toch nooitnee, nee, dat zal je nooit doen Jan begrijpt er niets van. Wat heeft moeder toch. Wat doet ze vreemd! „Maar wat denkt u dan toch van me „Och, Janje neemt, het je moeder niet kwalijk hé Jan, je hebt zoo'n ver antwoordelijke positie als je zoo in de narigheid zitde verleiding is dan zoo grootje er uit te redden, ik bedoel, je zou er wel toe kunnen komen, om „Moeder!" roept Jan, begrijpend. Er ligt verontwaardiging in zijn toon. Driftig springt hij op. Acht moeder hem voor zoo iets laags in staat Ze legt kalmeerend de hand op zijn arm. Gelukkig, haar onrust is overbodig geweest. Hij is weer gaan zitten. „Ben je er boos om, Jan Ik bedoelde 't niet als een beleediging. Gelukkig, dat ik me noodeloos bezorgd maakte. Kom, vergeet maar, dat ik me daarover ver ontrustte. Nee, dat zou je nooit, nóóit doen, dat begrijp ik wel. Ik had zoo iets niet mogen denken vau je. Vergeef het me maar". Ze slaat haar arm om lietn heen. Het verteede'rt hem. Nee, hij mocht het moeder niet kwalijk nemen het was haar bezorgdheid voor hem, die haar zoo iets had doen onderstellen. En was die onderstelling nu zoo geheel on gerijmd? Nee, nog nooit had hij zoo iets gedaanmaar was niet wel eens, een enkel oogenblik, heel even, die gedachte opgekomen Maar hij zal zich niet geraakt toonen. Hij voelt iu haar spreken de warmte van haar liefde. „Daar praten we niet meer over, moe. Daar hoeft u nooit ougerust over te zijn. Een dief zal ik nooit worden", zegt hij, met een blos. „Nee, maar ik had het niet mogen denken dat kon ik toch wel beter weten. Ik had wel meer vertrouwen in je mogen toonen. Kom, ik wil je helpen, Janen als je iu moeite zit, klop dan maar gerust bij me aan". Ze helpt hem aan hooger bedrag, dan hij heeft durven vragen. Het moutert hem weer wat op. Ze merkt het met blijdschap. Er komt weer wat glans iu zijn oogen hij is opgewekter dan zoo even. Het moet ook naar zijn, die druk van geldzorgen. Ze praten nog wat saam. Dan staat hij op, om te vertrekken. ,,'t Is al laatik stap op. Truus zit ook maar alleen" ;i „Wacht je niet, tot pa thuis komt?" „Och, dat is misschien wel half nacht. Nee, dat kan niet. Groet u pa van me". Hij vertrekt. Maar als hij buiten is, verdwijnt de opgewektheid weer. Ilij voelt zijn leed weer zwaarder druk ken. Hij heeft geld. De schuld kau be taald. 'Maar er zullen immers weer nieuwe gemaakt worden Eu hoe dan de gaten te dichten. Truus wil geen reden verstaan. Ze wil nietjuist ze wil niet. Dat maakt hem verdrietigdat, wekt zijn ergernis. En dan altijd maar bij moeder aankloppen En als Truus merkt, dat dat helpt? Zal het haar juist niet aanzetten, nog minder zich te bekrimpen Te bekrimpen Ha Zijn heele, mooie salaris gaat er elke maand schoon aan en nog immer te kort (Wordt vervolgd). DOOK T

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1920 | | pagina 1