BIJVOEGSEL
Geme&nteraaü van Ter Neuzen.
„ZEEUWSCH-VLAANOEREN."
VAN
No 204. Woensdag 24 December 1910 2e Jig.
Zitting op 16 Dec. '19.
(S 1 o t).
Voorzitterde edelachtbare heer J.
Huizinga.
Aanwezigalle leden.
De heer Hamelink zegt, dat nu de afd.
van den Ned. Bond van Onderwijzers
een gratificatie vraagt voor de Zeeuw.
Deze afd. is niet socialistisch. Spr. hoopt,
dat de heereu nu aan het verzoek willen
voldoen, 't Gaat niet om 't betrekkelijk
kleine bedrag, maar om 't recht. Er is
geparasiteerd op het stelsel van volon
tairs. Voorts hebben v. d. Peijl en Geen-
sen wèl een gratificatie gehad, de Zeeuw
niet. Als" de Zeeuw niet gewerkt had,
Jiad de Raad een ander moeten benoe
men. Ook mocht de Zeeuw niet in alle
klassen werken, zooals dit voor een
volontair wensclielijk is, maar hij was
'.--'fsi- udig in ée.j bepaalde klas
werkzaam.
Mevr. Duiker zegt, dat de Zeeuw een
moreel recht heeft op vergoeding. B. en
W. hebben onlangs op spr. vragen ge
antwoord, dat er een leerkracht te kort
was. AJ/elnu het werk van die leerkracht,
is door de Zeeuw verricht. Ook van
Dixhoorn adviseerde wel een gratificatie
te geven.
De heer Nolson Is het waar, dat v. d.
Peijl en Geensen tvèl in dezelfde omstan
digheden een gratificatie gekregen heb
ben
De heer Geensen Over de Zeeuw zal
ik niets zeggen, maai Geensen heeft ook
nog 'niéts onvangen.
De Voorz. weet dat niet.
De heer Geensen Maar ik wel.
De VoOrz.'t Zal onderzocht worden.
Mevr. Duiker: Kon de Zeeuw gemist
worden, óók als mej. v. d. Lubbe op 't
kantoor te Rotterdam gebleven was?
De Voorz. is verbaasd dat Hamelink
niet aan de Zeeuw gezegd heeft, dat deze
de paarden achter den wagen spant. De
Zeeuw bad zich eerst op zijn vakver-
eeniging moeten beroepen als dat niet
hielp, dan pas op den Raad. Nu doet hij
net andersom. Bij overleg tusschen vak-
vereeniging en en W. was de zaak
misschien al lang opgelost geweest. De
Zeeuw heeft geen wettelijk recht, 't Is
nu een zuivere rechtskwestie. De Zeeuw
heeft een gratificatie gehad. In April,
toen hij tijdelijk onderwijzer afweid,
kwam lui als volontair bij v. Dixhoorn
terug. B. en W. wisten daarvan, niets.
Van Dixhoorn nam hem maar terug, om
dat de Zeeuw verklaarde Ik word er
voor betaald Toch was de Zeeuw toen
overbodig. Als de Raad dus gratificatie
geeft aan de Zeeuw, moet ook mej. v.
d. Lubbe er een hebben. De Zeeuw is
eigener beweging weer in school gekomen,
zonder medeweten van B. en W. en in
strijd met het plan van v. Dixhoorn. Er
is dus geen rechtsgrond voor uitkeering.
Mevr. Duiker Als v. Dixhoorn werke
lijk een plan gehad had, zou hij dat door
gezet hebben. De Zeeuw was onbezoldigd
volontair aan school A. Toen vroeg
Waalkes hem, of hij aan school B wilde
helpen. Hij moest dan in één klas. De
Zeeuw wilde dit doen, als hij salaris
kreeg. Waalkes zegde dat toen toe. Toen
werd mej. Jansen ziek. De Zeeuw kreeg
toen de titel tijdelijk onderwijzer, om aan
de wet te voldoen. Zijn werk bleef gelijk.
Hij stond 8 maanden in die klas. Daarna
werd hij „tijdelijke" af. Hij dacht, dat
toen de vroegere toestand van betaald
volontair weer intrad. Hij hield trouwens
dezelfde klas. Van Dixhoorn nam daar
genoegen mee. Die kon toch ook de laat
ste maand van de cursus geen reorgani
satie invoeren
De Voorzitter zegt: als de Raad aan
de Zeeuw iets geeft, moeten de anderen
dat ook hebben. Dit is niet juist. Het
adres van de Zeeuw was al tegelijk met
Geensen in den Raad. De heer de Bruijne
wees er toen nog op, dat 't vreemd was,
dat de een wel, de ander niet een
gratificatie kreeg. De Zeeuw heeft een
moreel recht op vergoeding, 't Is waar,
dat adressant zich eerst tot de vak-
vereeniging had moeten wenden. Hij is
echter nog een jong vakvereenigingsman,
en erkent zijn ongelijk. Dit is echter
geen motief, om hem de gratificatie te
onthouden.
De Voorzitter: De Zeeuw heeft zich
1 April zelf aangesteld als volontair,
v. Dixhoorn wilde het personeel inkrim
pen.
De heer HamelinkBurg. en weth.
hebben hem nooit opgezegd. Heeft de
Zeeuw een fout begaan, dan burg. en
weth. ook. Bij een procedure zou de
gemeente het pleit verliezen. De bur
gemeester zou als plaatsvervangend
kantonrechter, zoo'n vonnis moeten
wijzen.
De Voorzitterv. Dixhoorn wilde in
krimpen.
De heer HamelinkNiet met April,
met Mei.
De Voorzitter stemt toe, dat het fout
was van burg. en weth. niet aan de
Zeouw te berichten, dat zijn diensten
niet meer noodig waren. Daaruit volgde
echter niet, dat ue Zeeuw kon blijven.
Dit is dus ook geen aanleiding tot een
gratificatie.
De heer D. Scheele is niet overtuigd.
Hij zal voor het voorstel burg. en weth.
stemmen. Dit wordt daarop aangenomen
met 10 tegen 3 stemmen.
11. Stratenplan voor Sluiskil.
Omtrent het adres der woningbouw-
vereeniging „Sluiskil" te Sluiskil, d.d.
18 October 1919, tot goedkeuring van
een stratenplan, voor het daaraan bouwen
van woningen door genoemde vereeniging,
is thans een nader schetsontwerp inge
zonden voor stratenaanleg te Sluiskil.
Blijkens de bijbehoorende beschrijving
is het oorspronkelijk ontwerp zoodanig
gewijzigd, dat thans bij eventueele uit
breiding van Sluiskil aan de ontworpen
straat de noodige dwarsstraten zonder
bezwaar kunnen worden aangelegd.
De eigenaar van den grond waarop de
straat zal worden aangelegd en de wonin
gen zullen worden gebouwd, heeft zich
verbonden ten allen tiijde aan de ver
eeniging, indien zulks noodig blijkt,
meerderen grond te verkoopen, totdat
deze straat aansluit aan den bestaanden
grintweg in den PiersSenspolder.
Verder is het voornemen der vereeni
ging de straat ongeveer 15 M. verder
aan te leggen dan er woningen zullen
worden gebouwd, teneinde de voertuigen
daarop te kunuen doen draaien.
De straat is geprojecteerd op eene
breedte van 8 M., doch met het voor
nemen de woningen 1 M. binnen de
rooilijn te bouwen om daarover de buiten
luiken te kunnen doen draaien, zoodat
de breedte tusschen de voorgevels 10
M. zal bedragen.
Voorts is ingezonden een schrijven van
het bestuur der woningbouwvereeniging
„Sluiskil", dd. 5 Dec. 11., waarin wordt
te kennen gegeven, dat dit gewijzigde
ontwerp wordt ingezonden naar aanlei
ding van met dé commissie van (fabricage)
gehouden besprekingen, met beleefd
verzoek, thans aan het request van 18
October 1). medewerking te willen ver-
leenen.
Ilct perceel waarop de straten zullen
worden aangelegd, is kadastraal bekend
sectie G no. 1601, en gelegen in den
Pierssenspolder. De diepte der bouw
terreinen zal pl.m. 26 M. bedragen, de
breedte der dwarsstraten 10 M., terwijl
de huizen 1 M. binnen de rooilijn zullen
worden gebouwd en de vrije ruimte
tusschen de huizen dus 12 M. zal be
dragen.
De uitloop der rioleu zal na filtreering
in de rijkswaterleiding geschieden.
Burg. en weth. stellen voor, het inge
diende stratenplan goed te keuren.
De heer NolsonWie betaalt straten
en riolen
De heer v. HasseltDe Vereeniging.
De Voorz.De Vereeniging vraagt een
voorschot voor woningen en stratenplan.
De heer Scheele In Ter Neuzen was
er goedkoope grond, met riolen enz. Dit
zal heel wat duurder worden, maar 't is
absoluut noodig. Hoe komt het met ver
lof en vergunning Spr. zou er geen
herbergen willen hebben.
De Voorz.: Daar kunnen we straks
over spreken.
De heer Colsen De uitwatering komt
in orde. Als 't niet op 't kanaal kan, dan
op dezelfde sloot als nu. Spr. is verkoo-
per van den grond, en verkoopt zoo, dat
cr geen café's komen.
Het plan wordt goedgekeurd.
12. Aan de Nationale Bank wordt
toegestaan een luifel en koekoek boven
gemeentegrond te bouwen.
13. De pensioensgrondslagen der ge
meente-ambtenaren worden vastgesteld.
14. Tot leider der handelsherhalings
school wordt benoemd C. F. Köhler,
hoofd van school A.
15. Tot onbezoldigde ambtenaren van
den Burgerlijke Stand worden benoemd,
B. I. Zonnevijlle en B. F. S. von Brücken
Fock.
16. Benoeming leden Burgeilijk Arm
bestuur.
De heer Cojsen zegt, dat de Katholie
ken niet achteruit gezet mogen worden.
Voor Sluiskil worden echter 2 protestan
ten aanbevolen. Voorts wil spr. geen
pastoors, domino's of godsdienstonder
wijzers er iir hebben. De menschen die
't drukst naar de kerk loopen krijgen
dan misschien 't meeste. De heeren be
grijpen het zoo wel.
De VoorzitterEr staat een katholiek
op, al woont die nu niet juist te Sluis
kil. Maar de heeren zijn ook vrij om te
kiezen wie zo willen.
De heer Ilamelink zegt, dat het af
tredend Armbestuur bij het opstellen
van de voordracht niet met spr. groep
heeft gerekend. De S. D. A. P. is echter
meer dan 1/6 der bevolking zooals de
katholieken. Spr. beveelt de Pauw en
mevr. Duiker aan.
Mevr. Duiker is het hier mee eens.
Menschen boven de 60 jaar, die steeds
lid der jvakvereeniging zijn geweest,
kunnen niet van de werkloozenverzeke-
ring profiteeren en komen noodgedwon
gen, als ze geen werk hebben bij het
Armbestuur terecht. Daarom moét dit
democratisch zijn samengesteld.
De heer de Riddc* is er voor, dat er
ook een S. D. A. P.er in komt.
De heer Colsen zou graag twee leden
op Sluiskil willen hebben. Die konden
dan samen handelend optreden. De
menschen moeten nu naar Neuzen.
De heer de Ridder is hier tegen. Dan
kunnen alle buurten wel komen.
De Voorz. zegt, dat ook anderen dan
arbeiders kunnen zorgen voor de armen.
Nu is armenzorg echter geen speciaal
belang voor de' S. D. A. P.
Een arrpenraad kan niet. De diaconien
zouden er dan een moeten instellen. In
1913 heeft spr. dat geprobeerd, 'tls
echter mislukt.
Verkiezing Vacature van Sprang.
Deze wordt|mei|ll stemmen herkozen.
Op Millenaar zifn 2 stemmen uitgebracht.
Vacature R. Scheele.
Gekozen wordt M. Rietnens met 7
stemmen. Op A. de Pauw zijn 4, op,
mevr. Duiker 3 stemmen uitgebracht.
Vacature Mo,es.
Gekozen wordt bij 2de vrije stemming
P. Dieleman met 7 stemmen. Op de
Pauw zijn weer 4, op mevr. Duiker 2
stemmen uitgebracht.
Vacature Kooman.
Gekozen wordt A. van Aerde met 7
stemmen. Op L. Dek zijn 4, op J. Nijssen
1 en op mevr. Duiker 1 stem uitgebracht.
Vacature de Clerck.
Gekozen wordt mevr. Duiker met 6
stemmen. Op,.P. Gallo zijn 4, op P. de
Bakker 1 stem uitgebracht. Voorts 1
blanco en 1 vtn onwaarde.
Vacature Mtj^gré.
Gekozen P. .ran Cadsand met 7 stem
mer Op P. alle zijn 5 en op G. de
Ridder 1 stem uitgebracht.
17. Benoeming Raadscommissie inzake
geneeskundige aangelegenheden-te Sluis
kil, overeenkomstig het genomen Raads
besluit.
Bij eerste stemming worden gekozen
Colsen met 11 en Nolsou met 9 stemmen.
Bij herstemming van Cadsand met 6
stemmen. Mevr. Duiker had 5 stemmen.
De vergadering wordt geschorst tot
2 uur.
Na heropening
zegt de Voorzitter, dat Geensen inderdaad
nog niet betaald is. Dat komt nu in
orde. Ook voor de Zeeuw kan iets
gedaan worden. Als de Raad wil ver
klaren, dat hij ook na 1 April tijdelijk
onderwijzer was, dan kan hem van het
rijk het volle salaris als tijdelijke leer
kracht worden gegeven.
De heer Scheele begrijpt hier niets
vah. Hebben burg. en weth. vergaderd
Komen ze met voorstellen, om alles wat
van morgen besloten is, weer in te
trekken
De heer v. d. Ouden uit eveneens zijn
verbazing.
De Voorzitter: De Zeeuw had geen
aanstelling. Daarom ook geen salaris.
Als we nu zeggen, dat hij tijdelijk ouder
wijzer was, dan betaalt' liet Rijk hem.
De heer Scheele Dat wist u toch van
morgen ook
Do heer de Jager: Dat is geen serieus
werken.
Mevr. Duiker juicht het toe, dat. de
Zeeuw iets krijgt.
De heer Nolson zal voorstemmen. Er
schuilt Lij burg. en weth. een fout. Zij
erkennen dat nu.
De heer van Cadsand De Voorzitter
heeft vanmorgen krachtig gepleit voor
niet toestaan van een 'vergoeding. De
Raad ging er mee accoord. Dat was om
11 uur. Nu is 't twee uur, en nu zijn
burg. en weth. al geheel gedraaid.
De Voorzitter: Het Rijk betaalt het.
De Zeeuw heeft toch ook diensten gedaan.
De heer ScheeleOngevraagde, opge
drongen diensten heeft u vanmorgen
gezegd. Nu het Rijk maar laten opdokken,
vindt spreker geen verhouding.
Mevr. Duiker B. en W. geven nu toe,
dat er een kracht te kort was. Dat de
Zeeuw dus recht heeft op vergoeding
Spr. vindt 't eigenaardig, dat toen de
gemeente het betalen moest, B. en W.
verklaarden, dat de Zeeuw geen rechts
grond kon doen gelden, terwijl nu 't Rijk
betalen moet, dat recht er in eens wel
is. De Zeeuw krijgt nu echter vergoeding.
Daar gaat 't om. De nu werkzaam zijn-
den, kunnen 't dus óók krijgen.
Het voorstel van B. en W. wordt aan
genomen met 9 tegen 3 stemmen. Tegen
de Jager, Scheele en v. d. Ouden. De
Meijer verwijdert zich en wil niet mee
stemmen.
18. Middeustandswoningen.
De heer Scheele is voor 't bouwen van
werkmanswoningen. Daar is groot gebrek
aan. Als 't de gemeente niet zooveel
kostte, {had spr. ook niets tegen het
bouwen van middonstaiidswoningen. |l)it
is feitelijk een toeslag op woninghuur
voor inkomens tot 3500 gld. Daar heeft
spr. geen. 15.000 gld. voor over.
Mevr. Duiker juicht het plan toe. 't
Kost wel iets, maar er moeten midden-
standswoningen komen.
De heer de Jager: In het bestuur der
Woningbouwvereeniging is het besproken.
De nood dwingt echter. Al keurt spr.
persoonlijk het geven van toeslag op
woninghuur voor menschen met 3 a 4000
gld inkomen af, als armenzorg aan beter
gesitueerden. De minister dringt aan op
't eischen van volle huur, ook van arbei
ders. De eerste jaren moet daarvan ont
heffing worden verleend. Voorziening is
echter noodig.
De lieer Nolson: Er moeten midden
standswoningen komen, 't Is niets erg,
dat de gemeente helpt. Dat is geen
armenzorg, zooals Scheele heeft gezegd.
De heer ScheeleDat heb ik niet
gezegd.
De heer Nolson Vroeger is er oppo
sitie geweest tegen 't bouwen van ar
beiderswoningen, dat heeft de gemeente
een paar ton gekost. Zoo gaat't nu weer,
als we niet aanpakken.
te aan»
De heer Hamelink dringt er op aan,
dat bij het opmaken van het bestek
gelet wordt op goede arbeidsvoorwaarden
Er wordt misbruik gemaakt van onge
schoolde krachten. Als in 't bestek goede
arbeidsvoorwaarden zijn opgenomen is
dat zoowel in 't voordeel van werkne
mers als werkgevers. Deze laatste heb
ben dan geen oneerlijke conpurrentie te
vreezen van buitenstaanders. Bij ver
zuimen wegens regen enz. moet niet
het loon worden ingehouden.
De Voorz.: Moet u straks voorstellen.
De heer IlamelinkU had het over
het opmaken van het bestek.
De Voorz.Ja, dat is waar. Nu, de
Vereeniging zal wel met uw wenk willen
rekenen, 't Gaat thans om 't principe
van al of niet steunen. Als particulieren
een der huizen koopen, komt de subsidie
terug. De Vereeniging zal woningen
ter beschikking stellen voor leeraren
R. II. B. S., Ambachtsschool, Belastingen
enz. Daarvoor wordt geen gemeentetoe-
slag betaald. Het bedrag zal dus mee
vallen. 't Wordt geen. 15000 gld. Na 15
jaar ziju de huizen eigendom der Ver
eeniging, in casu der gemeente. De rijks
subsidie is dns dan aan de gemeente
ten goede gekomen.
B. en W. bevelen het ten zeerste aanj
Eveneens het bouwen van nog
beiderswoningen.
19. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om aan de vereeniging
„Voorzorg" een subsidie te verleenen.
Naar aanleiding van het ingekomen
verzoek van de vereeniging „Voorzorg",
welke zich onder meer ten doel stelt de
leden tegen werkloosheid te verzekeren,
geven Burgemeester mi Wethouders het
volgende te kennen
Een en andermaal werd door of namens
ons college de verzorging der werkloozen
behandeld, tot dat, naar wij oordeelden,
het juiste middel was gevonden, n.l. dat
de werkloozen door hunne vereenigingen
konden worden gesteund.
Helaas, een deel der werkloozen bleef
onverzorgd.
Overeenkomstig liet bepaalde bij cir
culaire 212 van 21 October 1919, is een
regeling ontworpen en hadden wij goede
verwachting, dat degenen, die niet
vereenigd waren, verzorgd zouden kun
nen worden door de vereeniging „Voor
zorg".
De statuten der genoemde vereenigiug
werden ter goedkeuring ingezonden en
de aanvraag om toegelaten te worden
overeenkomstig het „Werkloozenbesluit
1917", werd ingediend.
Daarna ontvingen wij een circulaire
218 van 3 November 1919 van den Minis
ter, met de mededeeling, dat werkloozen
die niet konden worden geholpen door
een organisatie, voorloopig dienden te
worden geholpen overeenkomstig de re
gelen van het plaatselijk steuncomité.
De Voorzitter van ons college heeft
daarop een onderhoud gehad met den
lieer directeur der werkloozenverzekering
den heer Folmer, om met dezenjte over
wegen, wat in ons geval gedaan moet
worden.
Bij dit onderhoud is het volgende
vastgesteld
1. Do minister meende vast te moeten
houden aan den eisch, dat alleen ver
eenigingen met koninklijk goedgekeurde
statuten voor toelating in aanmerking
kunnen komen en men daarvan 26 wekeD
lid moet zijn, alvorens eene uitkeering
kan volgen
2. dat de werkloozen die op geenerlei
wijze geholpen kunnen worden door eene
werkloozen uitkeering, gesteund kunnen
worden overeenkomstig het bepaalde in
circulaire 218, waarvoor door het rijk
zoo noodig eene bijdrage wordt ver
leend van 75 o/0.
3. Er is geen bezwaar dat de vereeni
ging „Voorzorg" wordt aangewezen om
deze steunregeling ter hand te nemen,
waarbij de leden hunne contributie be
talen, opdat zij in staat worden gesteld
hunne volle rechten te doen gelden na
1 Mei 1920, en nu reeds worden opge
voed lot behoorlijke behartiging van
hunne eigen belangen.
In verband met dit rapport door onzen
voorzitter uitgebracht, hebben burge
meester en wethouders geen bezwaar
om eene steunregeling in te voeren.
Maar daarmede is dan tevens vastge
steld, dat het verzoek van de vereeni
ging „Voorzorg", zooals dit in het aan
gehaald adres luidt, moet worden afge
wezen.
Wat evenwel de zakelijke kwestie
aangaat, is ons College van oordeel, dat
toch moet worden voorzien in den nood
welke in de gezinnen der werkeloozen
bestaat.
In verband hiermede stellen burg. en
weth. voor
a. De vereeniging „Voorzorg" uit te
noodigen, de leiding op zich te nemen
van de steunverleening aan werkloozen,
die niet met eene werkloozenuitkeering
worden gesteund, wanneer het rijk daar
voor eene bijdrage toekent van 75
der uitkeering
b. de norm der uitkeering te bepalen
op den voet van de uitkeering van
1918/19
c. eene bijdrage aan de vereeniging
„Voorzorg" te geven tot een maximum
van f 1500 voor 1919 en idem van f 2000
voor de drie eerste maanden van 1920.
De uitkeering over de maand November
bedroeg f 1200, waarvan, naar wij denken
de gemeente f 100 zal moeten bijdragen.
Wij nemen aan, dat voor de maand
December f2400 zal noodig zijn, waarvan
het aandeel der gemeente f800 zal be
dragen, waardoor slechts f 1200 noodig is.
Door den raad is vroeger f600 toege
staan hetgeen in mindering komt van de
gevraagde f1500.
De lieer Hamelink: Voldoet „Voor
zorg" aan de verplichtingen van een
Werkloozenkas Spr. gelooft liet niet.
Tenminste worden er ouderen dan 60
jaar geholpen door „Voorzorg." Het op
treden van „Voorzorg" houdt de men
schen uit de organisaties. Dat werkt
verkeerd. Kan nu straks „Voorzorg"
niet meer fungeeren, dan moeten die
menschen weer een wachttijd van 26
weken doormaken. Ze moeten opgevoed
voor organisatie. Er moet scherpe con
trole wezen. En kan iedere vakveree-
niging geen steun krijgen, om de eigen
leden boven de 60 jaar te helpen.
De heer de JagerDe ongeorgani
seerden krijgen nu een voorsprong boven
de georganiseerden. Dat is verkeerd.
Bovendien moet de gemeente het al weer
doen. De 75 zullen we wel niet terug
krijgen.
De Voorzitter zegt, dat „Voorzorg"
slechts tijdelijk voor dit doel moet dienen,
't Is feitelijk een organisatie voor onge
organiseerden. Bovendien tijdelijk een
toevlucht voor onbehuisden, n.l. voor
leden van vereenigingen, die nog geen
eigen werkloosheidsverzekering hadden.
„Voorzorg" voldoet aan de verplichtingen,
alsa. statuten zijn goedgekeurd, b. de
vereeniging is toegelaten volgens besluit
'17, c. de contributie verhoogd is.
Zoodra de vereeniging is goedgekeurd
moet de contributie omhoog. Het regle
ment moet dan herzien worden. Spr.
kon dit niet voorzien. De minister heeft
de 75 °/0 toegezegd. Die krijgen we dus.
Van „Recht en Plicht" vinden er 14
ouderen dan 60 jaar onderdak bij „Voor
zorg". Die zouden anders naar 't Arm
bestuur moeten. Ook ongeorganiseerden.
Die wennen nu echter aan contributie-
betalen, Spr. wil moe opvoeden tot
organisatie. „Voorzorg" likwideert niet
met 1 Mei, als er nog leden zijn.
De heer ScheeleNeen Voorzorg"
blijlt bestaan. De menschen moeten toch
geholpen.
Het voorstel van B. en W. wordt
aangenomen.
Rondvraag.
De heer Hamelink zegt, dat er op
Sluiskil geen bevroren vleesch is te krij
gen. Hoe komt dat Is 't stop gezet
De VoorzitterMorgen is er weer.
We hebben het de slagers laten ver
koopen. Er kwam echter gekibbel over
de prijs. Toen 3 prijsverhoogingeu. De
gemeente verkoopt het nu tegen den
ouden prijs.
De heer Colsen De voorlaatste keer
kreeg ik een half beest, van 174 K.G.
Er is nu nog 30 K.G. van over. Dus is
er geen belangstelling voor Hamelink
kan gerust komen kijken. Spr. eet heele
dagen bevroren vleesch, om 't toch maar
op te krijgen.
De lieer Hamelink vraagt, wanneer het
politiecorps nu wordt uitgebreid. Anders
hebben de agenten alleen een goede re
geling op papier.
De Voorz.De oproeping komt spoedig.
De heer Colsen verzoekt zijn medele
den eens eeu kijkje te nemen in den
Spierssenspolder. Die weg is erg slecht.
Ze mogen wel waterlaarzen aantrekken.
De heer Hamelink Per auto.
De lieer Colsen Het bestuur van de
polder wil het onderhoud overgeven aan
de gemeente. Iugrijpen is noodig. Anders
doet spr. een beroep op de Gezondheids
commissie. Het polderbestuur wil een
som per jaar geven. Kunnen B. en W.
niet eens overleggen met het polderbe
stuur
De Voorz.De Commissie van Bijstand
kan dat doen.
De lieer Nolson Het polderbestuur
moet de weg goed onderhouden. We
kunnen niet het onderhoud overnemen
van jwegen, die door de eigenaars wor
den verwaarloosd.
De heer Scheele't Komt door de af
watering, niet door slecht onderhoud van
den weg. Er moet rioleering komen.
De heer Colsen heeft gezien dat in
sommige nieuwe woningen op Java
winkel wordt gehouden. Spr. vindt dat
niet goed. Dat is een concurrentie voor
den middenstand in woningen, waarop
de gemeente huurtoeslag geeft.
De Voorz.'t Geschiedt met toestem
ming van het bestuur der Vereeniging.
't Zijn twee gevallen. Een weduwe en
een door zijn patroon ontslagen werkman.
Daar is toch niets tegen, 't Is ook geeli
gevaar voor den middenstand.
De lieer Colsen zegt, dat de werkloozen
van Sluiskil eiken dag naar Ter Neuzen
moeten ter controleering. Er zijn oude
menschen bij van om en bij de 60 jaar.
Kan dat niet bij iemand op Sluiskil, b.v.
bij den veldwachter
De Voorz.Als 't kan zullen B. en W.
er rekening mee houden. Scherpe con
trole- is noodig.
De heer de Ridder vraagt, wanneer
de directeur van de Arbeidsbeurs be
noemd wordt.
De Voorz. zegt, dat B. en W. die be
noemen. De Raad stelt de instructie vast.
Daarna wordt de vergadering gesloten