Orgaan ter verspreiding der Christelijke Beginselen in Zeeuwseh-Vlaanderen. "TkIulleton. No. 204. Woensdag 24 December 1919. 2e Jaargang. Nieuwjaars- advertentiën Uit de Schrift. Uit liet Buitenland. Uit het Bnnieiiland. a 60 Cent. JAN WAANDERS. Uitgave van de Christelijke Persvereeniging „Zeeuwseh-Vlaanderen" te Ter Neuzen. Alle stukken, de redactie en administratie van dit blad betreffende, moeten worden gezonden aan den redacteur, II. v. HOUTEN, Vlooswjjkstraat 02, Ter Neuzen. Telefoon No. 109. ABONNEMENT: Bij bezorging f 1,15 per drie maanden. Franco per post voor Nederland f 1.25. ADVERTENTIËNVan 1—4 regels 0.40. Elke regel meer ƒ0.10. Abonnementen per contract. Crisistoesiag 15 °/o- Inzending van advertentiën tot 12 uur 's middags op de verschijndagen bij den drukker D. II. LITTOOIJ Az. te Ter Neuzen Telefoon Nr 20 Bij dit nummer behoort een bijvoegsel. Wegens de KERST DAGEN verschijnthet Vrijdagsnummer niet. voor het Ni euw jaarsnummer dat Donderdagmorgen, in plaats van Dinsdag avond zal verschijnen en in dc kom dezer gemeente huis aan huis wordt bezorgd, worden geplaatst Grootere Nieuwjaarswenschen worden extra berekend. De inzendingen kunnen geschieden tot uiterlijk Woensdag 31 dezer, des namid dags 12 ure. IIET LICHT VAN DEN KERSTNACHT. Dit was het waarachtige komende in de wereld. JOH. 1 9. De vleeschwoording des Woords is het mysterie Gods tot heil van zondaren 1 In de geboorte van Jezus Christus breekt liet licht door in de duisternis 't is liet licht van den Kerstnacht. Allereerst voor Israël. Afgehouwen was de tronk van Isai. üo Davids-dynastie ging onder. Hot huis, dat de belofte had een eeuwig huis te zijn was niet meer geacht en geëerd onder Israël. Zijn nakomelingen woonden verspreid in alle deelen des lands, velen in de duisternis der onbekendheid, een voudig en zelfs gering, zoodat een Davids- dochter in de positie van Maria zelfs geen onderdak kan vinden in Bethlehem en eindelijk in een misschien wel on overdekte veestalling een schuilplaats vindt en daar... moeder wordt! Wel was Israels nationale glorie ge taand. Eu het vrome hart kan zich nu nederbuigen ir. zak en asch en nu kan de klacht opklinken Maar ach, mijn God, waar blijkt Uw trouw [nog, waar Uw eer Gij stort en werpt vergramd thans Uw [gezalfde neer. Gij schijnt niet van 't verbond met Uwen [knecht te weten, Zijn kroon ontheiligd, ligt ter aarde neer- [gesmeten. Maar ziet in de diepste vernedering, als een Davidstelg geboren wordt in een veestalling, dan breekt Gods gena door, dan straalt het licht van den Kerstnacht. Want dit lvindeke is de eeuwige Koning voor Israël, als liet Hem aanvaardt de trots, de glorie, de hope en de zaligheid. De zaligheid, ju, want niet slechts, ja niet eens in politiek opzicht komt liet licht, maar wel en vooral in geestelijk opzicht. Want Israel was in duisternis. Voor een groot deel opgegaan in vormendienst, dragend lasten, zwaar om te torsen, in een uitwendige wetsvervulling, in een strenge werkheiligheid. Er was geen liefde meer in, geen warmte, geen be zieling. De dood was er in. En daarom de duisternis. Maar bier in den Kerstnacht glanst 44) Z E L A N D I A. HOOFDSTUK XVI. Neen, het ging niet zooals de liefde het hoopte. De rustkuur in Gelderland had Lien wel een beetje opgeknapt, maar het was het reclitev niet. Moedig had ze haar taak weer aanvaard en veel langer dan raadzaam was, volgehouden. Maar na de geboorte van de kleine Rie, zwak, teer poppetje als haar moeder, werd liet sukkelen. Eu of ze wilde, of niet, ze moést het opgeven. Rust, rust, en nog eens rust, dat was het, wat de dokter voorschreef. Och, wat kon daarvan komen, als ze in haar huis bleef. Best was, dat ze voor een heele poos, zoo 's een half jaar er uit gingeen rustoord opzocht, oordeelde de het Licht, komende in de wereld en allereerst voor Zijn volk. Hij zal ze leeren wat het is Gods Wet te doen. Hij zal zelf in leven en in leer de schitterglansen van de heilige wet werpen over hun leven, en Ilij zal bovenal in gehoorzaamheid van leven en van 'den aanbrengen een levei.de gerechtig beid, een bezielen met een warme wel dadige energie, die uit dankbaarheid, die om Hem na te volgen de wet in haar diepte grijpt en te gehoorzamen tracht. In den geestelijken nacht bovenal schijnt nu het licht voor Israel. Och dat liet nu nog een oog ontvange om Zijne stralen op te vangen. Het Licht van den Kerstnacht is ook gekomen voor de wereld. Wie stemt niet toe, dat het daar duisternis is. Misschien weten velen het niet, maar in deze laatste wekeu van liet jaar maakt de wereld een vree selijke crisis door. Er is, hoort ge de menschen, die er mee hekend kunnen zijn, geen perspectief in liet wereldleven. Dus is liet donkerheid rondom. In zeke ren zin is het nu „vrede op -aarde". Maar ach, 't is geen waar. 't Is uitput ting, 't is machteloosheid. Omdat ze, want dat is de grond voor dit alles, geestelijk zoo duister was. Omdat ze Christus, het Licht der wereld niet heeft begrepen en niet heeft aange nomen. Omdat ook, helaas, de Christenen zelf zoo weinig van dat Licht hebben uitgestraald. Onze arme, denkende, worstelende wereld weet geen raad meer. Toch wordt liet weer Kerstfeest. Eu hot Licht van Kerstnacht zal weer ge predikt worden. Dat dan de wereld naar Bethlehem's kribbe ga, om daar in do nederheid en de geringheid, in de armoede en de kleinheid te ontdekken Hem, Die liet' leven is Hom, die ook nu weer tot de wereld komt met Zijn roep der ontfer ming: Komt tot Mij, allen die vermoeid en beladen zijt, en Ik zal u rust geven." Hem, die haar allereerst verlossen wil van zoude en ongerechtigheid, die in de wereld is gekomen om haar te weder baren, haar tot God te brengen. Die daarom op dezen bodem der verzoening weer opbouwen wil gerechtigheid en liefde in de verhouding der volkeren en de maatschappelijke kringen, op het terrein van den arbeid, tot vrijmaking. Hij overstroomt met waarachtig, godde lijk licht uw leven en liefde. Laten dan de Christenen getrouw zijn om in woord en daad de prediking van den Christus te brengen, aan een wereld verloren in zonde en schuld 1 Het Licht van den Kerstnacht ten slotte voor u, lezer en lezeres. Wij hoeren de oude boodschap. Wij kennen haar reeds heel lang, wellicht. Blijft ze voor ons nieuw Zal zé ons hart weer kunnen verwarmen en onze oogen doen lichten van blijde vreugd Dan moeten we eerst onze duisternis kennen. Want het Kindeken in de kribbe is alleen gepast hij armen en nooddruf- tigen, bij nederigen -en geringen. En zulkeu zijn wij niet zoo gemakkelijk. Wij behelpen ons mot ander licht, eigen licht, dwaallicht, kunstlicht, liever dan onze duisternis tc erkennen. Veel hoogs moet vernederd, veel groen moet ver dorren. Veel moet verlaten worden, en gehaat om 'sHeeren wil. Maar dan als we vernederd zijn, dan geneesheer. Een nauwgezet opvolgen van zijn voorschriften kon daar het best ver zekerd zijn. Maar neen, daar kon ze niet aan den ken. En hoe Willem, haar man, er ook toe aanried, al zag hij er ook als tegen een berg tegonop, haar zóó lang te moe ten missen, zij wilde er niet van hooren. „RustMaar hoe zou ik rust hebben, als ik zoo ver van jullie vandaan was"t weerlegde ze. „Ik zou immers altijd me, met je bezig zijn en het zou me meer achter- dan vooruit brengen, als ik maar altijd aan jullie deuken moest en naar je verlangen, en je toch nooit zou zien". Er was, bij haar temperament, niet veel tegen haar bezwaren in te brengen. Dolf vleide zijn .blonde kopje tegen haar knie aan, toen ze, in een gemakkelijben stoel gezeten, met Willen er over sprak, en barstte in tranen uit. „Moetjo mag niet weg!" riep hij. „Moetje moet hier blijvenEn als om zijn pleit te ver sterken, klonk uit de wieg net schreien van Rie. als wij in het donker zijn, als het nacht is, grimmige, onheilspellende nacht, dan breekt nu weer het Licht door. En wij staan bij de kribbe. Eerst met ver wondering over zooveel liefde voor zon daren. Daarna ovejeggende al deze dingen in ons 1-ar daarmee het Licht indrinkend, opzuigend tot onze zaligheid. En eindelijk uitbrekend in den jubel Daar is uit 's wereld duistre wolken, Een Licht der lichten opgegaan. Komt tot Zijn schijnsel, alle volken! En (jij, mijn zielebidt Het aan. Het komt de schaduwen beschijnen, De zwarte schaduw van den dood De nacht der zonde zal verdwijnen, Genade spreidt haar morgenrood Heemstede; Dec. 1919. Brouwer. Zijn toekomst lag in hel water. Een Engelsch diplomaat heeft een boek met herinneringen geschreven en vertelt hoe in 1880 de vrouw van den Engelschen gezant te Berlijn aan 't varen was in een klein bootje te Potsdam. Zij noodigde den toenmaligen kroon prins uit tot een roeitochtje, maar ver zocht hem voorzichtig in te stappen, daar het vaartuigje zeer licht en rank was. De Kroonprins was niet gewend om raadgevingen aan te nemen en sprong pardoes in de boot, met liet gevolg dat deze omsloeg en heiden te water geraak ten. Ilij kon niet zwemmende dame gelukkig wel en zij redde den lateren keizer. Zijn toekomst lag in 't water en daar ligt zij weer. Het „latid van belofte." In 1914 kostte te Moskon het brood 2,5 kopeken per pond thans220 kopeken. In 1914 koste 'n pond boter er 53 thans14000. 'n Pond rundvleesch kostte 22 kope ken in 1919 betaalt men er 2750 voor, terwijl tenslotte de suiker steeg van 12 op 10.000 kopeken wie lust heeft mag uitrekeneu met hoeveel procent deze waar dus wel gestegen was. Dc cijfers zijn uit „De Socialist", 'n onafhankelijk social, blad, dat de boïsje- wiki gunstig gezind is en 'tis de com munist Winkeischein, die de cijfers gaf, aldus Loopuit in den Amsterdamschen Raad. Nog heel wat erger dus dan hij ons. Duitsche hulp aan Oostenrijk. Zaterdagavond zijn te VVeenen de eer ste 18 wagons Duitseh meel aangekomen. Tot Maandagavond steeg de hoeveelheid Duitseh meel tot meer dan 6000 ton. De in Berlijtische lycea voor meisjes en in de gemeentescholen voor het hon gerlijdende Weenen ingezamelde pak ketten worden nog deze week per extra, trein naar VVeenen gezonden. Uit Zuid-Duitschland wordt gemeld, dat breedopgezette organisaties ongeveer 4000 Weeusclie kinderen willen onder brengen. De Tijger. Ondanks zijn 78 jaren staat Cleraenceau iederen dag om vijf uur 's morgens op en leest tot 8 uur staatsstukken door. Ilij leeft alleen op een verdieping van drie kamers, gebruikt zijn maaltijden alleen en gaat nooit de deur uit om in Willem Vlietstra zag in, dat 'n rust kuur onder déze omstandigheden inder daad geen rustkuur zou kunnen zijn. Maar wat dan Rust moest Lien hebben. Dc achterkamer, die op den tuin uitzag, kon voor ziekenvertrek ingericht worden. Daar zou ze heel gemakkelijk en rustig kunnen liggen maar'dan was er iemand noodig, die al de beslommeringen van het kleine gezin, die de zorg voor de kinderen zoo goed als geheel over nam, op dat zij waarlijk rusten kon en de aanwijzingen van den dokter nauw keurig opvolgen. Kon zulk een hulp een betaalde, een gehuurde wezen Willem en Lien keken elkaar aan en lazen in eikaars oogen dezelfde gedachte JoMaar hoe zouden ze zulk een zware taak van haar kunnen vergen neen, dat duifden ze niet, hoezeer ze ook haar belangeloosheid en zelfopoffering kenden en waardeerden. Een pleegzus ter Ze keken elkaar aan. Het was een droef oog-ontmoeten. Ach, waarom wer- een restaurant te lunchen of te dinee- jen. Gedurende den oorlog kwam het dik wijls voor dat hij in auto's siiep, die 40 mijl per uur reden. Hij kent geen ver moeienis, en toen een Èngelsch officier hem eens aanraadde van de lift in hel gebouw van dept. van Oorlog gebruik te maken, antwoordde hij „Dank n, liften zijn goed voor ouwe menschen." Na den oorlog. Naar uit Rome aan de „Rheinisch- Westfalische Zeitung" van 12 dezer wordt bericht, zal in de naaste toekomst de eerste trein met behoeftige Weensche kinderen naar Italië vertrekken. Het initiatief voor deze liuipaktie gaat uit van de gemeenteraden van Milaan, Bo logna, Reggio di Emila en Allessandria en is door de Italiaansche regeering zeer gunstig opgenomen. Zij heeft gratis ver voer op de Italiaansche spoorwegen aan geboden Weensche onderwijzeressen zullen de kinderen vergezellen, die tij dens hun verblijf in Italië dat vier maan den zal duren, van hun eigen onderwij zeressen les zullen ontvangen. De boeren worden eigenaars. Een der gevolgen van den oorlog in Frankrijk en trouwens ook in andere landen is de versterking van den boerenstand. De duurte van het leven is voor de boeren veeleer een bron van welvaart dan van zorgen geweest. Velen hunner hebben een aardige duit opge spaard en koopen liet land, dat zij tot nu toe slechts als pachter bewerkt hadden. Volgens do „Matin" zouden er in het laatste jaar honderdduizenden Fransche Boeren eigenaar geworden zijn. De som der rechten, welke aan den Staat bij elke overdracht van eigendom toekomen 7was in 1913, 183, millioen, en dit jaar reeds 538 millioen. Volgens deskundigen mag slechts het kleinste gedeelte van die enorme vermeerdering aan de verhoogde prijzen toegeschreven worden. De „Matin" noemt dit een vreedzame revolutie, welke zich op liet Fransche platteland voltrektde groote Fransche revolutie aldus liet blad heeft liet eigendom bevrijd de groote oorlog heeft de weldaden van liet vrije eigendom op groote schaal verbreid. Vrees voor politiek. De onthoudingen aan de stembus zijn hij de laatste verkiezingen in Frankrijk schrikbarend in getal geweest; hij de stemmingen voor de gemeenteraden nog erger dan hij die voor de Kamers. In liet departement der Hautes-Alpes bleef precies de helft der kiezers thnis en gelijke verhouding deed zich nog in andere districten voor. Te Parijs bleven hier en daar zelfs veel meer dan de helft achterwege, en te Marseille was 't liet allerergst. En toch waren deze verkiezingen bui tengewoon gewichtig daar de vrede en de orde er bij op 't spel stonden. De „Croix" constateert, dat velen een stelselmatlgen afkeer van de politiek hebben gekregen, wat in een land als Frankrijk niet te verwonderen valt, doch ten slotte neerkomt op de valsclie rede neering. dat alle politiek verkeerd is, omdat die van sommigen niet deugt. Het ongeluk is, dat de aan den Staat en het volk vijandige machten niet thuis blijven. Nog altijd blijft waar liet woord van Veuilot„Als wij niet aan de politiek doen, dan doet de politiek aan ons." den ze ook in zulk een beproevingswTeg geleidwaarom zoo'n tegenslag, zoo'n bittere teleurstellingLiens hand zocht haar oogen, om dc tranen te ver- hergen, die begonnen te vloeien. Waarom was ze niet sterk als anderen Waarom zond God zooveel tegenspoed En haar toch niet te verhelen droef heid, maakte ook Willems hart nog weeker. Er was geheldin hun bedruktheid hadden ze er amper op gelet. De deur werd geopend Jo trad binnen. Ze groette, merkte dadelijk, dat hier troost noodig was. Vertrouwelijk zette ze zich naast Lien neerhaaide met zachten drang haar de hand van voor de oogen. „Kom," suste ze, „niet schreien hoor Als je gauw beter wilt worden, mag je niet verdrietig zijn. Wat jij, DolfKom jij eens op tantes schoot en kus moetje die tranen eens weg „Moetje niet huilen," vleide Dolf, zijn moedertje omhelzende. De mijnwerkersstaking in België. Over liet ongemak dat h e t o p li e f- fen van verscheidene treinen vanwege de mijnwerkersstaking oplevert, schrijft Het Laatste Nieuws: De eerste dag van de schorsing der treinen en Wu staa». reed:- VOOrCöri t(Te- stand erger dan na den wapenstilstand. Even een kijkje in het Noordstation te Brussel. De trein van 4 u. 27 staat klaar. W aar plaats is voor tien reizigers, zitten, staan en hangen er dertig. En honder den ioopen wanhopig langs de rijtuigen om ook nóg mee te kunnen. Treinwach ters en gendarmen halen reizigers van de buffers, de laddertjes, uit de remliok- jes. Men scheldt, tiert en vloekt. Hier wordt men weggejaagd, elders springt men weer op. Het personeel krijgt een stortvloed van klachten, soldaten moeten de orde hel pen handhaven. Eindelijk vertrekt de trein. Een dichte massa staart hem droefgeestig na. Eonigen springen nog op de buffers. Pleizierig reizen En voor een trein van anderhalf uur later staan al velen te wachten. Om de paarden. BERLIJN. In de laatste dagen zijn verschillende Berlijnscho koetsiers, die vrachtjes hadden voor buiten de stad, vermoord. Men vond gewoonlijk het lijk van den koetsier in liet verlaten rij tuig terug de paarden waren gestolen. LONDEN. Op French, den onderko ning van Ierland is een moordaanslag gepleegd. Hij werd niet gewond, een burger uit zijn gevolg werd gedood door een geworpen handgranaat. Ook een der aanvallers werd gedood. De haat dei- Ieren tegen de Engelschen wordt weer bijzonder hitter zooals uit de herhaalde móórden der laatste dagen blijkt. NEW YORK. Een ontzettende orkaan, zooals er in de laatste 47 jaar niet ge weest is, heeft op den Atlantisclien Oceaan gewoed. Vele groote schepen zijn geheel ontredderd enkele dagen te laat aangekomen. Ook liet Nederlandsclie schip „Rotterdam". Do „Lancastrian" verkeerd ingrooten nood. Schepen zijn ter hulp uitgevaren. De nood te Weenen. Volgens statistische gegevens is het aantal sterfgevallen te Weenen in de eerste tien maanden van dit jaar 52.010 grooter geweest dan in 1913, het laatste jaar voor den oorlog, en is het aantal levend geborenen met 69.202 teruggegaan zoodat er een totale achteruitgang is van 121.308. DE f 100,000 VOOR WEENEN. Het Handelsblad meldt: Ged. Staten van Noord-Holland hebben aau liet gemeentebestuur van Amsterdam medegedeeld, dat zij bezwaar hebben tegen de uitgifte van f 100,000 volgens liet voorstel-Wijnkoop, tot ondersteuning der Weensche kinderen, en dat zij dit besluit als in strijd met de wet en het algemeen belang ter vernietiging zullen voordragen hij de Kroon. In strijd met de wet is het besluit in de eerste plaats, daar artikel 14 der Armenwet ondersteuning van andere dan burgerlijke instellingen van weldadigheid uit. gemeentefondsen verbiedt, anders dan in zeer bijzondere gevallen en bij een Maar moetje huilde nog meer. Haar hart was te vol. Jo merkte het wel en liet haar togen zich aangeleund, stilletjes uitschreien. „En nou moeten jullie me ès vertel len, wat er aan scheelt, hoor!" zei ze, zoo opgeruimd mogelijk op haar har te- lijken toon. Willem vertelde van de zwarigheid. Weg wou Li en nieten thuis blijven, dat kón haast niet, want... Eu al spoe dig wist Jo het, waar de schoen wrong. „En is dat nou alles zei Jo, op mon teren toon. „En zitten jullie daaower nou zoo diep in den put? Da's gauw opgelost. Ik kom zoolang bij je als je 't goedvindt natuurlijk en'als je denkt, dat ik 't zal kunnen reeën. Maar je moet 'n beetje geduld met me hebben 1" Door haar tranen keek Lien haar aan, met. dat lichten van blije hoop in haar mooie groote oogen. ..Moetje lacht weer", juichte Dolf „Moetje lacht weer, moetje is weer beter.'- (Wordt vervolgd) ZEEUWSCH-VLAANDEREN DOOR t

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1919 | | pagina 1