l it het Binnenland. Uit de Pers. Uit de Provincie. Van Heinde en Verre. Gemeenteraad van Ter Neuzen. Wel weet men dat Nederland er niet voor is, maar dat land zou wel eens voor de keuze gesteld kunnen worden van aanvaarding van het verbond of verlies van zijn koloniën, waar de toe stand met den dag bedenkelijker wordt getuige dat het plan van een reis der koningin naar Indië opgegeven is op grond van de onbetrouwbaarheid der in- landsche bevolking. Goecle berichten over Wilson. NEW-York, 1 Nov. De geneesheeren van den president hebben heden het volgende bulletin uitgegeven De verbetering in den toestand, waar van reeds melding is gemaakt, houdt aan. De algemeene toestand van den president blijft zeer gunstig. Het Belgische koningspaar op de terugreis. Konir.g Albert verliet Vrijdagmiddag met de „George Washington" Amerika op den terugweg naar België. Lansing en Daniels deden de koninklijke familie uitgeleide tot aan boord van het schip. Rattenbestrijding. Do Engelsche rattenweek is afgeloo- penhet is een oud-Engelsche jacht partij geweest, me^ fretten en terriers, ook vergif schijnt niet gespaard te zijn. Men kan natuurlijk ook in plaats van zoo'n radicale schoonmaak noodig te laten worden, er geregeld wat de hand aan houden, door huis en pakhuis er op in te richten. Zoo kent San Francisco een hotel met een automatischen voort* durenden ratten-afvoer door een inge bouwde rattenleiding. Die leiding is van buizen, die wijd genoeg zijn om een rat gemakkelijk door te laten en van kleppen voorzien, die naar één kant zich openen. In elk vertrek, op elke gang en provisiekast en keuken zorgt men voor rattengatten die naar ratten- smaak geplaatst zijn en een gemakke- lijken toegang tot die leiding geven. Vlak achter het gat zit de eerste klep. Soms legt men lokaas in liet gat en anders vlucht de opgeschrikte rat er vanzelf vroeg of laat wel eens in. Een maal in de leiding komt hij vanzelf in de hoofdafvoerpijp, ontmoet daar kame raden van de andere verdiepingen en belandt met hen in.een centraal reser voir. De laatste klep werkt als tourni- guet met telwerk. Zoodra het de moeite loont opent men even de gaskraan, die in het rattenreservoir uitkomt. Na hun zachten dood ruimt men de ratten op. Het is de rationeele toepassing van de welbekende Hollandsche manier de ge jaagde rat te vangen in een donkeren stoof, waar hij vanzelf in vlucht. DE ACHT UREN DAG. De Eerste Kamer heeft z. h. st. het wetsontwerp aangenomen, houdende be palingen tot beperking van den arbeids duur in het algemeen en tot het tegen gaan van gevaarlijken arbeid. IVALIDITEITSWET VRIJWILLIGE OUDERDOMSVERZEKERING. De Eerste Kamer heeft de wetsont werpen tot wijziging der Invalideitswet en tot regeling der vrijwillige ouderdoms- verzekering z. h. st. aangenomen. EEN „GROVE FOOI" VAN EEN KAMERLID. Het eerste deel is verschenen van het verslag der staatscommissie, welke tot taak had het instellen van een onderzoek naar hetgeen tijdens den toestand van oorlogsgevaar heeft plaats gevonden ter zake van de voorziening van het land met levensbehoeften enz. Het meest trekt daarin de aandacht wat in de beschouwingen over den uit voer van paarden naar België als volgt wordt medegedeeld Bij het onderzoek trok het de aandacht der commissie, dat het lid der Tweede Kamer, de heer jhr. R. R. L. de Muralt aan den directeur van het Rijkskantoor voor Vee en Paarden een aanbevelings brief zond voor een veekoopman, die genoemden volksvertegenwoordiger ver zocht zijn bemiddeling te doen verleenen. Het slot van den brief van dezen aan den heer de Muralt luidt „Jhr. ik heb nog een vraag aan U, kan ik door Uw tusschenkomst een vergnnning krijgen voor uitvoer, dan schiet er voor U een grove fooi over enz. enz. De heer de Muralt zond dat schrijven vergezeld van eene aanbeveling, op 25 Februari 1919 aan den directeur van het Rijkskantoor voor Vee en Paarden. 11 Maart 1919 zond hij wederom een aan bevelingsbrief voor bedoelden koopmqn, waarin hij dezen aanbeveelt „als een ab soluut betrouwbaar man". Om inlichtingen gevraagd, deelde de heer de Muralt aan de commissie mede a. (dat de betrokken veekoopman een zeer eenvoudig man is, die het woord „grove fooi" Jg< bruikt heeft, terwijl hij (,belooniug" bedoelde, b. dat hij, jhr. de Muralt, natuurlijk geen belooning heeft aanvaard, wat de commissie ook nimmer (heeft vermoed, c. dat hij aan den betrokken koopman eene terechtwijzing heeft toegediend. Het hiervermelde geval geeft de com missie aauleiding tot de opmerking, dat het aanbieden van een „grove fooi" aan een volksvertegenwoordiger een erger lijke onvoegzaamheid is, die ten gevolge had moeten hebben, andere correctie daargelaten, het terzijde leggen van het betrokken verzoek. W AARVAN MEN BOUILLON MAAKT Het Pharmeceutisch Weekblad schrijft, dat het O. Reinken gelukt is, uit zee wieren (o. a. door behandeling met sterk zwavelzuur en neerslaan met kalk) een bouillonextract te bereiden, dat zeer aangenaam en „vol" smaakte en dat beter voldeed dan andere bouillon en soepextracten, verkregen uit gist,lupinen, boonen enz. Volgens R. zouden de groote hoeveel heden zeewieren, die verzameld kunnen worden, gebruikt moeten worden tot het verkrijgen van voedings- en mest stoffen. Coöperatie en middenstand. Aan de Prov. Gron. Ct. ontleenen wij Men vertelt de menigte, dat de duur te voor een deel veroorzaakt wordt door een woekerenden middenstand. En daar om moet de regeering de coöperaties steunen. Zij zullen dan zorgen, dat er prijsregelend wordt opgetreden. Het komt ons voor, dat er in deze re deneering een eigenaardige fout schuilt. Het staat volgens de voorstanders van de coöperatie vast, dat bij haar geen lust tot woeker is. Die zucht is er wel bij de middenstand. Het kwaad is dat de consument te ver af staat van den producent. Dat kwaad kan de coöpera tie verhelpen. Neem nu eens aan, dat dit juist is. Wat moet dan blijken? Dat de coöperatiesde waren veel goed- kooper konden aanbieden dan de gewo ne winkeliers. Dat zij in zichzelve de kracht vonden om de duurte te bestrij den. Maar wij zien, dat dit niet het geval is. De prijzen zijn even hoog. Men zegt nu welmaar de gevolgeu van de coöperatie zijn nu reeds prijsre gelend geweest. Als zij er niet waren, zouden de prijzen veel hooger zijn. Wij nemen dit voor een oogenblik aan. Maar dan volgt hieruit dat thans de middenstand geen woekerprijzen meer neemt. Zij is op het peil der coöperaties. En als zij dat niet is, dat kan zij niet concurreeren. Geeft de regeering aan de coöperaties geld, dan is het mogelijk, dat zij goed- kooper leveren, maar dan komt dit al leen door bevoorrechting. Een bevoorrechting die te bedenkelij ker is, omdat de winst van sommige coöperaties voor een deel gaat naar de sociaal-democratische partij. Als dus de sociaal democraten vragen om steun voor de coöperaties, dan vra gen zij steun uit de regeeringskas voor de eigen partij. Het spreekt van zelf. dat de regeering hier voorzichtig moet zijn. Alle steun, die zij geeft, moet in de zen vorm worden gegeven, dat haar steun het volk ten goede komt. Maar voorts mag zij de concurrentie niet beïnvloeden, doordat zij den een geeft en Men ander onthoudt. Als dus de regeering de coöperaties helpt door bijv. het crediet te vergemak kelijken, dan behoort diezelfde steun te worden gegeven aan de middenstanders Gelijke monniken gelijke kappen. Wij vernamen dan ook, dat de regee ring voornemens is aldus te handelen. Het protest van den middenstandsraad tegen eenzijdige steun van de coöperatie was volkomen ad rem. Maar het zal blijken, dat, wat de re geering geeft aan de coöperaties zij ook den middenstander niet onthoudt. Dan zijn de voorwaarden weer gelijk. De weg, waarlangs zulk een steun ge geven kan worden, is naar wij reeds op merkten, vergemakkelijking van.het cre diet. Men moet hier voorzichtig optre den, omdat er velen zijn, die op deze wijze zich trachten te bevoordeelen, ten koste van het geheele volk. Maar in beginsel is tegen zulk een steun niets in te brengen. Mits er geen bevoorrechting zij van den een boven den ander. Sannes, Sannes, waar zijn uw legioenen Wegens zijn interpellatie over de duurte, beschouwde de heer Sannes zich gewis als de gewichtigste man van ons vaderland Aan het slot van zijn rede, Dinsdag 21 October in de Kamer, zeide hij „Door tienduizenden werd met span ning gewacht op het resultaat dezer in terpellatie". (Handelingen, 178). Tienduizenden Nu, dat is beslist veel te bescheiden Zouden er minstens geen twee nullen bij moeten achter het cijfer In de verste verte nietmeende Het Volk. In zijn hoofdartikel van Woensdag 22 October schreef Sannes' partij-orgaan „De interpellatie-Sannes is afgeloopen, zooals ieder op zijn vingers kon na tellen". Dus niets geen spanning 1 Iedereen kon het wel op zijn vingers natellen Waar blijven de tienduizenden in span ning wachtenden, die de heer Sannes voor zijn geestesoog zag opdoemen Het Volk verstoorde wreed de illusie. Sannes, Sannes. waar zijn nu uw legioenen? Kath. Soc. Weekbl. TER NEUZEN, 4 October 1919. De Kiesv. N. en O. hield Vrijdagavond een ledenvergadering. Na opening door den voorzitter met gebed, werd door de vergadering vrij uitvoerig gehandeld over de vraag, wat met het gemeente program moet gebeuren. Besloten werd liet te laten drukken en de leden van rechts uit te noodigen rekening te hou den met den inhoud. Aan de orde kwam een voorstel van een der leden, om te komen tot samenwerking met andere gelijkgezinde groepen ter behan deling van onderwerpen, die de maat schappelijke en de godsdienstige zijde van het leven raken. Besloten werd een commissie te benoemen ten einde te beproeven of het doel kan worden bereikt. De Zeeuw. Benoemd tot directeur aan de Am bachtsschool, de Heer A. F. Butfer. De heer Butfer is thans leeraar aan de Academie voor Beeldende Kunsteu te Den Haag. Het ligt in het voornemen de school met 1 December a.s. te openen. Woensdagavond werd de hulpbe steller P. L. van Axel onder de gemeen te Koewacht aangevallen door twee per sonen, die hem zijne fiets wilden ontne* merk De aangevallene stelde zich ech ter zoo dapper te weer, dat beide per sonen onverichterzake heen gingen. Bij den wachtmeester te Koewacht is aan gifte gedaan van deze aanranding. Vrijdagavond werd te Axel in ver zekerde bewaring gesteld A. de M., dienstbode bij den herbergier E. P. al daar, verdacht van diefstal van geld ten nadeele van genoemden herbergier. Beklaagde heeft reeds een volledige be kentenis algelegd. (Midd. Crt.) Zooals men weet bestaat in Hulst de merkwaardigheid dat de mooie groo te kerk voor het eene deel in handen der R. K. en voor het andere gedeelte in han den der protestanten. Naar wij verne men hebben er onderhandelingen plaats gehad om het gedeelte, dat thans bij de protestanten in gebruik is, te verkoopen aan de katholieken. Die onderhandelin gen hebben echter niet tot een resultaat geleid, daar de beide partijen het niet eens konden worden over den prijs. De knecht van den landbouwer V. te Lamswaarde werd zoodanig door een paard tegen den knie geslagen, dat de knieschijf is gebroken. De getroffene moest naar het gasthuis te Groenendijk vervoerd worden. Een kannibaal. Te Vlissingen werd een koopman die op een onbehoorlijk gedrag op straat door den loods P. werd gewezen, hier over zoo driftig, dat hij de loods beet pakte en hem een gedeelte van den pink der rechterhand afbeet. De loods moest naar het St. Joseph Ziekenhuis worden overgebracht, terwijl de driftige koop man werd gearresteerd. Van 's levens schaduwkant. Plaats van handelingDen Haag. 1 uur 's middags in een bekenden lunchroom. Druk heen en weer geloop van gasten en personeel, onder onafge broken geroezemoes van stemmen. Aan een der tafeltjes zit een heer met een elegante dame, beiden genieten van een geurig kopje mokka en een stuk taart. Plots worden ze in hun vroolijk gepraat gestoord door een tweede lief tallige dame, die zich door de bezoekers heendringt, voor hun tafeltje gaat staan en, terwijl haar oogen fonkelen, uitroept „Je zit met mijn man Dat is mijn man I" Het tweetal kijkt op. De man ver bleekt, zijn gezellin bloost. Beiden zwij- gen. „Dat is mijn man!" weerklinkt het weder en de gesprekken verstommen ieder keert zich naar het drietal, wach tend op wat er nn zal gebeuren. „Dat is uiijn man!" klinkt hot ten derden male. De man volhardt in zijn zwijgen, doch slaat op, schiet in zijn demi en verdwijnt. De ander blijft zit ten en ziet haar tegenpartij met iets triomfantelijks over het gelaat aan, Maar ook zij laat geen geluid hooren. Het personeel staat gereed om tus- schenbeide te komen, indien er handtas telijkheden mochten voorvallen. Doch 'tis niet noodig. De laatst binnenge- kome vertrekt zonder iets meer te zeg gen. Waarheen Vermoedelijk naar een plaats, waar het vervolg van liet echtelijk drama ver der zal worden afgespeeld. Een bedroefd personeel. De „Tel." maakt (melding van het. volgende vermakelijke geval te Rotter dam De reddingsbrigade van de brandweer moest, gewapend met rookmaskers, op treden in een niet dagelijksch geval, dat ook met het eigenlijk werk der brand weer weinig te maken heeft. In het magazijn van de firma Van Oppen op de Zalmhaven was een vat mosterdolie stuk gevallen met het gevolg dat zich door het gebouw zoodanige tranenverwekkende gassen verspreidden, dat eersi het magazijnpersoueel en ver volgens de eveneens in tranen uitbar stende kantoorbedienden enz. de vlucht namen. Uitgerust als soldaten bij een gasaan val, konden ten slotte de brandweer mannen naderbij komen en het vat naar buiten brengen, waarna het in de Zalm haven werd geworpen. Arme kleine. Te Strijp zaten een drietal kindertjes om een z.g. potkachel, waarop water stond te koken. Op een gegeven oogen blik trekt een der kleinen aan een poot van de kachel, zoodat deze omtuimelt. De kleintjes kregen het kokend, water en het vuur van den kachel over het lijf en twee van hen kwamen zoodanige ernstige brandwonden, dat onmiddellijk overbrenging naar het gasthuis te Eind hoven door den ontboden geneesheer werd gelast. De toestand der kinderen is zorgwekkend. (Vervolg). Zitting van 27 Oct. '19. Voorzitter de edelachtbare heer J. Huizinga. Aanwezig alle leden. (Wordt vervolgd). Er kan wel aangesloten worden. Er staan nu nog 46 op de lijst. Waarom kon dat eerder niet? Alleen omdat de Maatschappij -uitbreiding wil tegenhouden. Ze is nu op volle capaciteit, dat werkt voordeelig. Daaraan mogen echter de gemeentebelangen niet worden opgeofferd. We hebben echter alle macht uit handen gelegd, door art. 4 en 5 buiten werking te stellen. De Maatschappij kon wel meters aan de Rijkscentrale leveren, maar had er geen voor 't publiek. Toch liggen er op 't magazijn nog wel die gerepa reerd kunnen worden. Spreker is er voor, dat het raadsbesluit van 31 Juli wordtinge trokken. Wethouder Geélhoedt merkt op, dat de toon van het rapport van B. en W. aange vallen wordt. Hij wil alleen even zeggen, dat 't college van B en W. niet homogeen (eenstemmig) was, inzake de opstelling van het rapport. De heer Nolson merkt op, dat de bewering van Hamelink, als zou de Maatschappij de stroomlevering kunnen staken als ze dat wil, niet opgaat. Art. 5, bl. 6 van de concessie voorwaarden zegt wel duidelijk, dat de gemeente dan het recht heeft, op kosten van den concessionaris, het bedrijf te laten werken. De heer de Jager uit wederom zijn ver wondering over het feit, dat Hamelink in de besloten Commissievergadering van alles wat hij nu zegt, niets heeft meegedeeld. Waarom daar gezwegen en in de o p e n - bare Raadszitting zoo'n groote boom opge zet Wat nut heeft, op deze wijze de Com missie? Ieder raadslid ook Hamelink moet meewerken om onze arbeid zoo vrucht dragend mogelijk te maken. Dat nu kan alleen, als de zaken eerst in de Commissie worden onderzocht en voorbereid. Ware dat gebeurd, heel deze bespreking had achterwege kunnen blijven, 't Heeft er nu alles van, alsof de heer Ilamelink in de Commissie gezwegen heeft, om hier voor de tribune te kunnen spreken. Spr. keurt dit af. Immers wordt de zaak zoo telkens gerekt. Een nieuw onderzoek is nu weer noodig. Zulk een tijdverspilling is niet in 't belang van de gemeente. Ook niet van adressanten. Wat de toon van het rapport betreft, wil spreker opmerken, dat hot spreekwoord zegt „ijzer scherpt men met ijzer." Laat de Raad niet kinderachtig zijn. De lieeren slaan een heftige toon aan, welnu, dan moeten ze van burg. en weth. ook iets kunnen verdragen. Inzake art. 4 en 5 beveelt spreker voor zichtigheid aan. De oude Raad heeft nu eenmaal toegestemd deze tot Aug. '20 buiten werking te stellen. Als we dat nu intrekken, wat dan? Als de Maatschappij een procedure begint, zitten we misschien nog jaren in de misere. Wethouder van Hasselt zegt, dat Hamelink in de Commissie alle gelegenheid heeft gehad zich uit te spreken. De insinuatie van Nolson, als zou hot rapport anders geweest zijn, wanneer het 41 notabelen gegolden had, is ongegrond. De adressanten werpen zich op als slachtoffers. Maar geen hunner heeft den formeelen weg gevolgd. Burg. en weth. beschouwen zich wel als uitvoerders van den wil des Raads, maar ook hebben ze het toe zicht op de naleving van contracten. De adressanten hadden zich dus w e 1 eerst tot B. en W. moeten wenden. Mevr. Duiker meent dat als van Hasselt den heelen winter ia donker had gezeten, hij zich ook wel als slachtoffer zou voelen. Neem b.v. Dixhoorn, die 25 Oct. van de Nieuwediepstraat verhuisde naar de Klaassen- straat. Van der Lubbe had hem beloofd, dat hij in de nieuwe woning weer licht zou hebben. De meter moest maar blijven hangen. Er was wel een andere over. Toen hij een maal verhuisd was kreeg hjj geen licht. Met loods Gazan is 't evenzoo. Telkens werd 't hem beloofd, nooit kreeg hij 't, hoewel liij een dochter heeft, die lijdt aan vallende ziekte. Met But is 't niet anders. Als 41 notabelen 't maar gevraagd hadden, dan zouden burg. en weth. wel een ander rapport hebben gegeven. Het beweerde door Nolson, als zou de Raad de macht in handen hebben, gaat niet op. Immers art. 5, waarop Nolson zich beroept, is juist buiten werking gesteld. Wij komen op voor 't algemeen belang. Ovei vier jaar zal de stembus wel uitwijzen, wie gelijk heeft. De heer Colsen is het met adressanten eens. De heer Nolson zegt, dat van Hasselt de zaken weer verwart. De 41 lui vragen geen licht, maar intrekking van de buitenwer- kingstellling van art. 4 en 5. Daarvoor moeten ze bij den Raad zijn. Aan mevr. Duikermerkt spreker op, dat de intrekking maar t ij d e 1 ij k is. Tot 1 Augustus '20. Dan is de Maatschappij verplicht tot uitbreiding. Mevr. DuikerDan.... De heer Nolson We kunnen het raadsbe sluit elk oogenblik intrekken. Laat de com missie onderzoeken, of uitbreiding mogelijk is. Geen der raadsleden heeft zijn persoonlijk belang op het oog, zooals mevr. Duiker on derstelde. De heer van Hasselt zegt, dat de Maat schappij 30 van de winst aan de gemeente moet afdragen. Waar de gemeente nog nooit iets ontving, is er das ook_ geen winst ge maakt. (Gelach). Vroeger is op voorstel van Lensen al eens een accountantsonderzoek ingesteld. Persoonlijk belang heeft spreker niet bij de Maatschappij. Hij is geen aandeel houder. 't Laat hem koud, of de Maatschappij al dan niet failliet gaat. In deze abnormale tijden geen al te krasse maatregelen. De heer Hamelink zegt dat art. 5 voor Augustus '20 geen kracht meer heeft. De heer Nolson Zoodra we het vroegere „besluit in trekken, wel weer. De heer Hamelink Juist, daarom moeten we dat nu doen. Nu we het verzoek om 25 °/0 niet direct hebben toegestaan, kan de Maatschappij wel staken. De stok achter de deur missen we. Laten de tegenwoordige verbruikers gerantsoeneerd worden, dan kun nen allen worden geholpen. „Allen vooreen en een voor allen". Met 50 rantsoeneering was dat te bereiken. Tegen van der Lubbe heeft spreker geen wrok. Hij is voor hem steeds een goede patroon geweest. Het algemeen belang drijft hem alleen. De heer D. Scheele merkt op, dat art. 4 5 maar niet klakkeloos zijn ingetrokken. Het is eerst door burg. en weth. en de Commissie degelijk onderzocht. Spreker is wel vooron derzoek, maar 't moet niet tot Februari of Maart duren. Dan is 't niet meer noodig. Hij zal dus tegen hot voorstel Nolson stemmen. In 1918 was 't erg lastig als men geen eleetrisch licht had, nu kan men zich met petroleum behelpen. Spreker keurt het sterk af, dat Hamelink in de Commissie zwijgt om hier voor 't publiek des te meer te spreken. Zulk handelen is niet in 't belang van de adviezen der Commissie. Alle leden hebben de plicht in de Commissie naar hun beste weten van advies te dienen. Dat eischt 't algemeen belang, waarover Hamelink 't zoo vaak heeft, en waarvoor hij zooveel voelt naar z'n beweren. Als Hamelink niet ook in de Commissie meewerkt in 't belang der ge meente, acht spreker de keuze van Hamelink tot lid der Commissie een verkeerde. Spreker merkt voorts op, dat de Voorzitter goed van hart is. Dat kan echter ook te ver gaan. 't Publiek op de tribune mag geen teekenen van goed- of afkeuring geven, De S. D A. P. heeft in de Raad haar vertegen woordigers, die gewacht hebben over deze zaak te spreken tot ze in deze openbare ver gadering er over konden gaan schetteren. De Voorzitter zegt, dat hij 't wel zien kan dat 't publiek eens lacht. Maar als't te druk wordt, dan zal hij de tribune laten ontruimen. Indien Hamelink en mevr. Duiker voort gaan, zooals ze nu doen, dan breken ze hun positie af Zoowel in den Raad als daar buiten. De menschen mogen 't eerst heel aardig vinden, de toekomst zal bewijzen, dat 't publiek meer van ernstig werken dan van holle woorden gediend is. 't Doel moet niet zijn, om zooveel mogelijk tijd stuk te slaan. Als vanavond de Maatschappij weigert licht te geven, is morgen het besluit al ingetrok ken. Laat Hamelink vertrouwen hebben in zichzelf, eu in den Raad, als hij burg. en weth. niet vertrouwen wil. 't Is hier geen gemeentebedrijf, maar een zuiver commercieele onderneming. We kun nen wel lijsten samenstellen, maar als de Maatschappij niet aansluit, wat dan In 1911 was er reeds een plan tot uit breiding. 'tBieef sleepend, tot de oorlog kwam. Was de klimming van het aantal aanslui tingen normaal gebleven, dan zou eerst in 1922 de Centrale op volle kracht geweest zijn. Door den oorlog kwamen er meer lief hebbers. Nu moet er uitbreiding komen vóór 1922. klaar 't moet ook kunnen. Op 27 Nov. 1918 nog een brief geschreven om een motor van 250 P.K. Hoewel de fabriek zeer bezwarende voorwaarden stelde (vooruit be talen, vervoer voor rekening van den kooper, kans op i inbeslagname eveneens) ging de Centrale er op in. Toen liet de fabrikant in Duitschland niets van zich hooren. Wel heeft Streefkerk gezegd, dat de (Provincie het bedrijf zal overnemen. Mevr. DuikerDat kan niet. De Voorzitter: Er is een wet ingediend voor een rijkscentrale. Wordt die aangeno men, dan kan het niet. Aandeelhouders van de Prov. Centrale hebben echter voor. Zeeland uitzondeiing gevraagd om de slechte ligging en daardoor dure exploitatie, 't Geval van Dixhoorn is spr. onbekend. Gazan verhuisde telkens But heeft niet den formeelen weg gevolgd. Heeft ook niet z'n installatie laten goedkeuren. JJok in andere gemeenten wor stelt -men met de abnormale tijden. Uitbrei ding is onmogelijk, en wordt ons van allen kant afgeraden. Laten we niet het raads besluit intrekken en een sfeer van onzeker heid scheppen. In Aug. '20 loopt het im mers vanzelf af. Dan kunnen we weer zien. Spr. is voor het voorstel Nolson. De heer Hamelink vraagt het woord voor een persoonlijk feit. De Voorzitter geeft liem een standje om z'n optreden iu den Raad. Waar ging hij echter buiten de schreef? Spr. wenscht het algemeen belang te dienen. Daarom heeft hij een weg gewezen, n.l. rantsoeneering. Hij voegt er nog bij toeslag op 't duro petroleumgebruik. De Voorzitter: Ais lid der Commissie moet n zorgen, dat de Commissie met behoorlijke adviezen kan komen. Als u zoo doorgaat, verliest u 't vertronwen van Raad en publiek. Dat petroleumgebruik duurder is dan elee trisch licht, betwist spreker. Per week kan men met petroleum voor 50 cent licht hebhen. Met electriciteit komt 't op 70 cent. Mevr. Duiker: Dat is misleiding. De Voorzitter: IJsebaert heeft het uitge rekend. Mevr. DuikerDat komt, omdat in de nieuwe huizen 't licht op een bepaalde plaats is aangelegd. Niet waar men 't wilde hebben. En maar één lichtpunt. Spreekster heeft in de voorkamer 't schrijf bureau achter is de zitkamer. Dan moet er dus eleetrisch licht e n petroleum branden. Natuurlijk is dat duur. De VoorzitterMaar u zit toch niet in twee kamers tegelijk De heer Nolson stelt een amendement voói op 't voorstel van burg. en weth. Hij wil doen onderzoekon of op een of andere wijze meerderen kunnen worden geholpen. De heer van Cadsand zal vóórstemmen. Deze kwestie moet opgelost worden. De heer D. Scheele is vóór het voorstel van burg. en weth. en tegen het amende ment Nolson. De heer de Jager verklaart zich vóór on derzoek De Voorzitter meent ook, dat onderzoek gewenscht is. De heer Scheele verlaat tijdens de stemming do vergadering, omdat voorstel en amende ment t e g o 1 ij k in stemming worden ge bracht. Met algemeene stemmen wordt hierop het adres der 41 voor kennisgeving aange nomen en een onderzoek gelast.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1919 | | pagina 2