l it het Binnenland.
Uit de Pers.
Uit de Provincie.
Van Heinde en Verre.
Gemeenteraad van Ter Neuzen.
Wel weet men dat Nederland er niet
voor is, maar dat land zou wel eens
voor de keuze gesteld kunnen worden
van aanvaarding van het verbond of
verlies van zijn koloniën, waar de toe
stand met den dag bedenkelijker wordt
getuige dat het plan van een reis der
koningin naar Indië opgegeven is op
grond van de onbetrouwbaarheid der in-
landsche bevolking.
Goecle berichten over Wilson.
NEW-York, 1 Nov. De geneesheeren
van den president hebben heden het
volgende bulletin uitgegeven
De verbetering in den toestand, waar
van reeds melding is gemaakt, houdt
aan. De algemeene toestand van den
president blijft zeer gunstig.
Het Belgische koningspaar op de
terugreis.
Konir.g Albert verliet Vrijdagmiddag
met de „George Washington" Amerika
op den terugweg naar België. Lansing
en Daniels deden de koninklijke familie
uitgeleide tot aan boord van het schip.
Rattenbestrijding.
Do Engelsche rattenweek is afgeloo-
penhet is een oud-Engelsche jacht
partij geweest, me^ fretten en terriers,
ook vergif schijnt niet gespaard te zijn.
Men kan natuurlijk ook in plaats van
zoo'n radicale schoonmaak noodig te
laten worden, er geregeld wat de hand
aan houden, door huis en pakhuis er op
in te richten. Zoo kent San Francisco
een hotel met een automatischen voort*
durenden ratten-afvoer door een inge
bouwde rattenleiding. Die leiding is
van buizen, die wijd genoeg zijn om een
rat gemakkelijk door te laten en van
kleppen voorzien, die naar één kant
zich openen. In elk vertrek, op elke
gang en provisiekast en keuken zorgt
men voor rattengatten die naar ratten-
smaak geplaatst zijn en een gemakke-
lijken toegang tot die leiding geven.
Vlak achter het gat zit de eerste klep.
Soms legt men lokaas in liet gat en
anders vlucht de opgeschrikte rat er
vanzelf vroeg of laat wel eens in. Een
maal in de leiding komt hij vanzelf in
de hoofdafvoerpijp, ontmoet daar kame
raden van de andere verdiepingen en
belandt met hen in.een centraal reser
voir. De laatste klep werkt als tourni-
guet met telwerk. Zoodra het de moeite
loont opent men even de gaskraan, die
in het rattenreservoir uitkomt. Na hun
zachten dood ruimt men de ratten op.
Het is de rationeele toepassing van de
welbekende Hollandsche manier de ge
jaagde rat te vangen in een donkeren
stoof, waar hij vanzelf in vlucht.
DE ACHT UREN DAG.
De Eerste Kamer heeft z. h. st. het
wetsontwerp aangenomen, houdende be
palingen tot beperking van den arbeids
duur in het algemeen en tot het tegen
gaan van gevaarlijken arbeid.
IVALIDITEITSWET VRIJWILLIGE
OUDERDOMSVERZEKERING.
De Eerste Kamer heeft de wetsont
werpen tot wijziging der Invalideitswet
en tot regeling der vrijwillige ouderdoms-
verzekering z. h. st. aangenomen.
EEN „GROVE FOOI" VAN EEN
KAMERLID.
Het eerste deel is verschenen van het
verslag der staatscommissie, welke tot
taak had het instellen van een onderzoek
naar hetgeen tijdens den toestand van
oorlogsgevaar heeft plaats gevonden ter
zake van de voorziening van het land
met levensbehoeften enz.
Het meest trekt daarin de aandacht
wat in de beschouwingen over den uit
voer van paarden naar België als volgt
wordt medegedeeld
Bij het onderzoek trok het de aandacht
der commissie, dat het lid der Tweede
Kamer, de heer jhr. R. R. L. de Muralt
aan den directeur van het Rijkskantoor
voor Vee en Paarden een aanbevelings
brief zond voor een veekoopman, die
genoemden volksvertegenwoordiger ver
zocht zijn bemiddeling te doen verleenen.
Het slot van den brief van dezen aan
den heer de Muralt luidt
„Jhr. ik heb nog een vraag aan
U, kan ik door Uw tusschenkomst
een vergnnning krijgen voor uitvoer,
dan schiet er voor U een grove
fooi over enz. enz.
De heer de Muralt zond dat schrijven
vergezeld van eene aanbeveling, op 25
Februari 1919 aan den directeur van het
Rijkskantoor voor Vee en Paarden. 11
Maart 1919 zond hij wederom een aan
bevelingsbrief voor bedoelden koopmqn,
waarin hij dezen aanbeveelt „als een ab
soluut betrouwbaar man".
Om inlichtingen gevraagd, deelde de
heer de Muralt aan de commissie mede
a. (dat de betrokken veekoopman een
zeer eenvoudig man is, die het woord
„grove fooi" Jg< bruikt heeft, terwijl hij
(,belooniug" bedoelde,
b. dat hij, jhr. de Muralt, natuurlijk
geen belooning heeft aanvaard, wat de
commissie ook nimmer (heeft vermoed,
c. dat hij aan den betrokken koopman
eene terechtwijzing heeft toegediend.
Het hiervermelde geval geeft de com
missie aauleiding tot de opmerking, dat
het aanbieden van een „grove fooi" aan
een volksvertegenwoordiger een erger
lijke onvoegzaamheid is, die ten gevolge
had moeten hebben, andere correctie
daargelaten, het terzijde leggen van het
betrokken verzoek.
W AARVAN MEN BOUILLON MAAKT
Het Pharmeceutisch Weekblad schrijft,
dat het O. Reinken gelukt is, uit zee
wieren (o. a. door behandeling met sterk
zwavelzuur en neerslaan met kalk) een
bouillonextract te bereiden, dat zeer
aangenaam en „vol" smaakte en dat
beter voldeed dan andere bouillon en
soepextracten, verkregen uit gist,lupinen,
boonen enz.
Volgens R. zouden de groote hoeveel
heden zeewieren, die verzameld kunnen
worden, gebruikt moeten worden tot
het verkrijgen van voedings- en mest
stoffen.
Coöperatie en middenstand.
Aan de Prov. Gron. Ct. ontleenen wij
Men vertelt de menigte, dat de duur
te voor een deel veroorzaakt wordt door
een woekerenden middenstand. En daar
om moet de regeering de coöperaties
steunen. Zij zullen dan zorgen, dat er
prijsregelend wordt opgetreden.
Het komt ons voor, dat er in deze re
deneering een eigenaardige fout schuilt.
Het staat volgens de voorstanders van de
coöperatie vast, dat bij haar geen lust
tot woeker is. Die zucht is er wel bij
de middenstand. Het kwaad is dat de
consument te ver af staat van den
producent. Dat kwaad kan de coöpera
tie verhelpen.
Neem nu eens aan, dat dit juist is.
Wat moet dan blijken?
Dat de coöperatiesde waren veel goed-
kooper konden aanbieden dan de gewo
ne winkeliers. Dat zij in zichzelve de
kracht vonden om de duurte te bestrij
den. Maar wij zien, dat dit niet het
geval is. De prijzen zijn even hoog.
Men zegt nu welmaar de gevolgeu
van de coöperatie zijn nu reeds prijsre
gelend geweest. Als zij er niet waren,
zouden de prijzen veel hooger zijn.
Wij nemen dit voor een oogenblik aan.
Maar dan volgt hieruit dat thans de
middenstand geen woekerprijzen meer
neemt. Zij is op het peil der coöperaties.
En als zij dat niet is, dat kan zij niet
concurreeren.
Geeft de regeering aan de coöperaties
geld, dan is het mogelijk, dat zij goed-
kooper leveren, maar dan komt dit al
leen door bevoorrechting.
Een bevoorrechting die te bedenkelij
ker is, omdat de winst van sommige
coöperaties voor een deel gaat naar de
sociaal-democratische partij.
Als dus de sociaal democraten vragen
om steun voor de coöperaties, dan vra
gen zij steun uit de regeeringskas voor
de eigen partij.
Het spreekt van zelf. dat de regeering
hier voorzichtig moet zijn.
Alle steun, die zij geeft, moet in de
zen vorm worden gegeven, dat haar
steun het volk ten goede komt.
Maar voorts mag zij de concurrentie
niet beïnvloeden, doordat zij den een
geeft en Men ander onthoudt.
Als dus de regeering de coöperaties
helpt door bijv. het crediet te vergemak
kelijken, dan behoort diezelfde steun te
worden gegeven aan de middenstanders
Gelijke monniken gelijke kappen.
Wij vernamen dan ook, dat de regee
ring voornemens is aldus te handelen.
Het protest van den middenstandsraad
tegen eenzijdige steun van de coöperatie
was volkomen ad rem.
Maar het zal blijken, dat, wat de re
geering geeft aan de coöperaties zij ook
den middenstander niet onthoudt.
Dan zijn de voorwaarden weer gelijk.
De weg, waarlangs zulk een steun ge
geven kan worden, is naar wij reeds op
merkten, vergemakkelijking van.het cre
diet. Men moet hier voorzichtig optre
den, omdat er velen zijn, die op deze
wijze zich trachten te bevoordeelen, ten
koste van het geheele volk.
Maar in beginsel is tegen zulk een
steun niets in te brengen. Mits er geen
bevoorrechting zij van den een boven
den ander.
Sannes, Sannes, waar zijn uw
legioenen
Wegens zijn interpellatie over de
duurte, beschouwde de heer Sannes zich
gewis als de gewichtigste man van ons
vaderland
Aan het slot van zijn rede, Dinsdag
21 October in de Kamer, zeide hij
„Door tienduizenden werd met span
ning gewacht op het resultaat dezer in
terpellatie". (Handelingen, 178).
Tienduizenden
Nu, dat is beslist veel te bescheiden
Zouden er minstens geen twee nullen bij
moeten achter het cijfer
In de verste verte nietmeende
Het Volk.
In zijn hoofdartikel van Woensdag 22
October schreef Sannes' partij-orgaan
„De interpellatie-Sannes is afgeloopen,
zooals ieder op zijn vingers kon na
tellen".
Dus niets geen spanning 1 Iedereen
kon het wel op zijn vingers natellen
Waar blijven de tienduizenden in span
ning wachtenden, die de heer Sannes
voor zijn geestesoog zag opdoemen
Het Volk verstoorde wreed de illusie.
Sannes, Sannes. waar zijn nu uw
legioenen? Kath. Soc. Weekbl.
TER NEUZEN, 4 October 1919.
De Kiesv. N. en O. hield Vrijdagavond
een ledenvergadering. Na opening door
den voorzitter met gebed, werd door de
vergadering vrij uitvoerig gehandeld
over de vraag, wat met het gemeente
program moet gebeuren. Besloten werd
liet te laten drukken en de leden van
rechts uit te noodigen rekening te hou
den met den inhoud. Aan de orde
kwam een voorstel van een der leden,
om te komen tot samenwerking met
andere gelijkgezinde groepen ter behan
deling van onderwerpen, die de maat
schappelijke en de godsdienstige zijde
van het leven raken. Besloten werd
een commissie te benoemen ten einde
te beproeven of het doel kan worden
bereikt. De Zeeuw.
Benoemd tot directeur aan de Am
bachtsschool, de Heer A. F. Butfer.
De heer Butfer is thans leeraar aan de
Academie voor Beeldende Kunsteu te Den
Haag. Het ligt in het voornemen de
school met 1 December a.s. te openen.
Woensdagavond werd de hulpbe
steller P. L. van Axel onder de gemeen
te Koewacht aangevallen door twee per
sonen, die hem zijne fiets wilden ontne*
merk De aangevallene stelde zich ech
ter zoo dapper te weer, dat beide per
sonen onverichterzake heen gingen. Bij
den wachtmeester te Koewacht is aan
gifte gedaan van deze aanranding.
Vrijdagavond werd te Axel in ver
zekerde bewaring gesteld A. de M.,
dienstbode bij den herbergier E. P. al
daar, verdacht van diefstal van geld
ten nadeele van genoemden herbergier.
Beklaagde heeft reeds een volledige be
kentenis algelegd.
(Midd. Crt.)
Zooals men weet bestaat in Hulst
de merkwaardigheid dat de mooie groo
te kerk voor het eene deel in handen der
R. K. en voor het andere gedeelte in han
den der protestanten. Naar wij verne
men hebben er onderhandelingen plaats
gehad om het gedeelte, dat thans bij de
protestanten in gebruik is, te verkoopen
aan de katholieken. Die onderhandelin
gen hebben echter niet tot een resultaat
geleid, daar de beide partijen het niet
eens konden worden over den prijs.
De knecht van den landbouwer V.
te Lamswaarde werd zoodanig door een
paard tegen den knie geslagen, dat de
knieschijf is gebroken. De getroffene
moest naar het gasthuis te Groenendijk
vervoerd worden.
Een kannibaal.
Te Vlissingen werd een koopman die
op een onbehoorlijk gedrag op straat
door den loods P. werd gewezen, hier
over zoo driftig, dat hij de loods beet
pakte en hem een gedeelte van den pink
der rechterhand afbeet. De loods moest
naar het St. Joseph Ziekenhuis worden
overgebracht, terwijl de driftige koop
man werd gearresteerd.
Van 's levens schaduwkant.
Plaats van handelingDen Haag.
1 uur 's middags in een bekenden
lunchroom. Druk heen en weer geloop
van gasten en personeel, onder onafge
broken geroezemoes van stemmen.
Aan een der tafeltjes zit een heer met
een elegante dame, beiden genieten van
een geurig kopje mokka en een stuk
taart. Plots worden ze in hun vroolijk
gepraat gestoord door een tweede lief
tallige dame, die zich door de bezoekers
heendringt, voor hun tafeltje gaat staan
en, terwijl haar oogen fonkelen, uitroept
„Je zit met mijn man Dat is mijn
man I"
Het tweetal kijkt op. De man ver
bleekt, zijn gezellin bloost. Beiden zwij-
gen.
„Dat is mijn man!" weerklinkt het
weder en de gesprekken verstommen
ieder keert zich naar het drietal, wach
tend op wat er nn zal gebeuren.
„Dat is uiijn man!" klinkt hot ten
derden male. De man volhardt in zijn
zwijgen, doch slaat op, schiet in zijn
demi en verdwijnt. De ander blijft zit
ten en ziet haar tegenpartij met iets
triomfantelijks over het gelaat aan,
Maar ook zij laat geen geluid hooren.
Het personeel staat gereed om tus-
schenbeide te komen, indien er handtas
telijkheden mochten voorvallen. Doch
'tis niet noodig. De laatst binnenge-
kome vertrekt zonder iets meer te zeg
gen.
Waarheen
Vermoedelijk naar een plaats, waar
het vervolg van liet echtelijk drama ver
der zal worden afgespeeld.
Een bedroefd personeel.
De „Tel." maakt (melding van het.
volgende vermakelijke geval te Rotter
dam
De reddingsbrigade van de brandweer
moest, gewapend met rookmaskers, op
treden in een niet dagelijksch geval, dat
ook met het eigenlijk werk der brand
weer weinig te maken heeft.
In het magazijn van de firma Van
Oppen op de Zalmhaven was een vat
mosterdolie stuk gevallen met het gevolg
dat zich door het gebouw zoodanige
tranenverwekkende gassen verspreidden,
dat eersi het magazijnpersoueel en ver
volgens de eveneens in tranen uitbar
stende kantoorbedienden enz. de vlucht
namen.
Uitgerust als soldaten bij een gasaan
val, konden ten slotte de brandweer
mannen naderbij komen en het vat naar
buiten brengen, waarna het in de Zalm
haven werd geworpen.
Arme kleine.
Te Strijp zaten een drietal kindertjes
om een z.g. potkachel, waarop water
stond te koken. Op een gegeven oogen
blik trekt een der kleinen aan een poot
van de kachel, zoodat deze omtuimelt.
De kleintjes kregen het kokend, water
en het vuur van den kachel over het
lijf en twee van hen kwamen zoodanige
ernstige brandwonden, dat onmiddellijk
overbrenging naar het gasthuis te Eind
hoven door den ontboden geneesheer
werd gelast. De toestand der kinderen
is zorgwekkend.
(Vervolg).
Zitting van 27 Oct. '19.
Voorzitter de edelachtbare heer J.
Huizinga. Aanwezig alle leden.
(Wordt vervolgd).
Er kan wel aangesloten worden. Er staan
nu nog 46 op de lijst. Waarom kon dat
eerder niet? Alleen omdat de Maatschappij
-uitbreiding wil tegenhouden. Ze is nu op
volle capaciteit, dat werkt voordeelig. Daaraan
mogen echter de gemeentebelangen niet
worden opgeofferd. We hebben echter alle
macht uit handen gelegd, door art. 4 en 5
buiten werking te stellen. De Maatschappij
kon wel meters aan de Rijkscentrale leveren,
maar had er geen voor 't publiek. Toch
liggen er op 't magazijn nog wel die gerepa
reerd kunnen worden. Spreker is er voor,
dat het raadsbesluit van 31 Juli wordtinge
trokken.
Wethouder Geélhoedt merkt op, dat de
toon van het rapport van B. en W. aange
vallen wordt. Hij wil alleen even zeggen,
dat 't college van B en W. niet homogeen
(eenstemmig) was, inzake de opstelling van
het rapport.
De heer Nolson merkt op, dat de bewering
van Hamelink, als zou de Maatschappij de
stroomlevering kunnen staken als ze dat wil,
niet opgaat. Art. 5, bl. 6 van de concessie
voorwaarden zegt wel duidelijk, dat de
gemeente dan het recht heeft, op kosten
van den concessionaris, het bedrijf
te laten werken.
De heer de Jager uit wederom zijn ver
wondering over het feit, dat Hamelink in
de besloten Commissievergadering van
alles wat hij nu zegt, niets heeft meegedeeld.
Waarom daar gezwegen en in de o p e n -
bare Raadszitting zoo'n groote boom opge
zet Wat nut heeft, op deze wijze de Com
missie? Ieder raadslid ook Hamelink
moet meewerken om onze arbeid zoo vrucht
dragend mogelijk te maken. Dat nu kan
alleen, als de zaken eerst in de Commissie
worden onderzocht en voorbereid. Ware dat
gebeurd, heel deze bespreking had achterwege
kunnen blijven, 't Heeft er nu alles van,
alsof de heer Ilamelink in de Commissie
gezwegen heeft, om hier voor de tribune te
kunnen spreken. Spr. keurt dit af. Immers
wordt de zaak zoo telkens gerekt. Een
nieuw onderzoek is nu weer noodig. Zulk
een tijdverspilling is niet in 't belang van de
gemeente. Ook niet van adressanten.
Wat de toon van het rapport betreft, wil
spreker opmerken, dat hot spreekwoord zegt
„ijzer scherpt men met ijzer." Laat de Raad
niet kinderachtig zijn. De lieeren slaan een
heftige toon aan, welnu, dan moeten ze van
burg. en weth. ook iets kunnen verdragen.
Inzake art. 4 en 5 beveelt spreker voor
zichtigheid aan. De oude Raad heeft nu
eenmaal toegestemd deze tot Aug. '20 buiten
werking te stellen. Als we dat nu intrekken,
wat dan? Als de Maatschappij een procedure
begint, zitten we misschien nog jaren in de
misere.
Wethouder van Hasselt zegt, dat Hamelink
in de Commissie alle gelegenheid heeft gehad
zich uit te spreken. De insinuatie van Nolson,
als zou hot rapport anders geweest zijn,
wanneer het 41 notabelen gegolden had, is
ongegrond. De adressanten werpen zich op
als slachtoffers. Maar geen hunner heeft den
formeelen weg gevolgd. Burg. en weth.
beschouwen zich wel als uitvoerders van den
wil des Raads, maar ook hebben ze het toe
zicht op de naleving van contracten. De
adressanten hadden zich dus w e 1 eerst tot
B. en W. moeten wenden.
Mevr. Duiker meent dat als van Hasselt
den heelen winter ia donker had gezeten,
hij zich ook wel als slachtoffer zou voelen.
Neem b.v. Dixhoorn, die 25 Oct. van de
Nieuwediepstraat verhuisde naar de Klaassen-
straat. Van der Lubbe had hem beloofd,
dat hij in de nieuwe woning weer licht zou
hebben. De meter moest maar blijven hangen.
Er was wel een andere over. Toen hij een
maal verhuisd was kreeg hjj geen licht.
Met loods Gazan is 't evenzoo. Telkens werd
't hem beloofd, nooit kreeg hij 't, hoewel liij
een dochter heeft, die lijdt aan vallende ziekte.
Met But is 't niet anders. Als 41 notabelen
't maar gevraagd hadden, dan zouden burg.
en weth. wel een ander rapport hebben
gegeven. Het beweerde door Nolson, als zou
de Raad de macht in handen hebben, gaat
niet op. Immers art. 5, waarop Nolson zich
beroept, is juist buiten werking gesteld. Wij
komen op voor 't algemeen belang. Ovei
vier jaar zal de stembus wel uitwijzen, wie
gelijk heeft.
De heer Colsen is het met adressanten
eens.
De heer Nolson zegt, dat van Hasselt de
zaken weer verwart. De 41 lui vragen geen
licht, maar intrekking van de buitenwer-
kingstellling van art. 4 en 5. Daarvoor
moeten ze bij den Raad zijn. Aan mevr.
Duikermerkt spreker op, dat de intrekking
maar t ij d e 1 ij k is. Tot 1 Augustus '20. Dan
is de Maatschappij verplicht tot uitbreiding.
Mevr. DuikerDan....
De heer Nolson We kunnen het raadsbe
sluit elk oogenblik intrekken. Laat de com
missie onderzoeken, of uitbreiding mogelijk
is. Geen der raadsleden heeft zijn persoonlijk
belang op het oog, zooals mevr. Duiker on
derstelde.
De heer van Hasselt zegt, dat de Maat
schappij 30 van de winst aan de gemeente
moet afdragen. Waar de gemeente nog nooit
iets ontving, is er das ook_ geen winst ge
maakt. (Gelach). Vroeger is op voorstel van
Lensen al eens een accountantsonderzoek
ingesteld. Persoonlijk belang heeft spreker
niet bij de Maatschappij. Hij is geen aandeel
houder. 't Laat hem koud, of de Maatschappij
al dan niet failliet gaat. In deze abnormale
tijden geen al te krasse maatregelen.
De heer Hamelink zegt dat art. 5 voor
Augustus '20 geen kracht meer heeft.
De heer Nolson Zoodra we het vroegere
„besluit in trekken, wel weer.
De heer Hamelink Juist, daarom moeten
we dat nu doen. Nu we het verzoek om
25 °/0 niet direct hebben toegestaan, kan de
Maatschappij wel staken. De stok achter de
deur missen we. Laten de tegenwoordige
verbruikers gerantsoeneerd worden, dan kun
nen allen worden geholpen. „Allen vooreen
en een voor allen". Met 50 rantsoeneering
was dat te bereiken.
Tegen van der Lubbe heeft spreker geen
wrok. Hij is voor hem steeds een goede
patroon geweest. Het algemeen belang drijft
hem alleen.
De heer D. Scheele merkt op, dat art. 4
5 maar niet klakkeloos zijn ingetrokken. Het
is eerst door burg. en weth. en de Commissie
degelijk onderzocht. Spreker is wel vooron
derzoek, maar 't moet niet tot Februari of
Maart duren. Dan is 't niet meer noodig. Hij
zal dus tegen hot voorstel Nolson stemmen.
In 1918 was 't erg lastig als men geen
eleetrisch licht had, nu kan men zich met
petroleum behelpen. Spreker keurt het sterk
af, dat Hamelink in de Commissie zwijgt om
hier voor 't publiek des te meer te spreken.
Zulk handelen is niet in 't belang van de
adviezen der Commissie. Alle leden hebben
de plicht in de Commissie naar hun beste
weten van advies te dienen. Dat eischt 't
algemeen belang, waarover Hamelink 't zoo
vaak heeft, en waarvoor hij zooveel voelt
naar z'n beweren. Als Hamelink niet ook in
de Commissie meewerkt in 't belang der ge
meente, acht spreker de keuze van Hamelink
tot lid der Commissie een verkeerde.
Spreker merkt voorts op, dat de Voorzitter
goed van hart is. Dat kan echter ook te ver
gaan. 't Publiek op de tribune mag geen
teekenen van goed- of afkeuring geven, De
S. D A. P. heeft in de Raad haar vertegen
woordigers, die gewacht hebben over deze
zaak te spreken tot ze in deze openbare ver
gadering er over konden gaan schetteren.
De Voorzitter zegt, dat hij 't wel zien kan
dat 't publiek eens lacht. Maar als't te druk
wordt, dan zal hij de tribune laten ontruimen.
Indien Hamelink en mevr. Duiker voort
gaan, zooals ze nu doen, dan breken ze hun
positie af Zoowel in den Raad als daar
buiten. De menschen mogen 't eerst heel
aardig vinden, de toekomst zal bewijzen, dat
't publiek meer van ernstig werken dan van
holle woorden gediend is. 't Doel moet niet
zijn, om zooveel mogelijk tijd stuk te slaan.
Als vanavond de Maatschappij weigert licht
te geven, is morgen het besluit al ingetrok
ken. Laat Hamelink vertrouwen hebben in
zichzelf, eu in den Raad, als hij burg. en
weth. niet vertrouwen wil.
't Is hier geen gemeentebedrijf, maar een
zuiver commercieele onderneming. We kun
nen wel lijsten samenstellen, maar als de
Maatschappij niet aansluit, wat dan
In 1911 was er reeds een plan tot uit
breiding. 'tBieef sleepend, tot de oorlog kwam.
Was de klimming van het aantal aanslui
tingen normaal gebleven, dan zou eerst in
1922 de Centrale op volle kracht geweest
zijn. Door den oorlog kwamen er meer lief
hebbers. Nu moet er uitbreiding komen vóór
1922. klaar 't moet ook kunnen. Op 27
Nov. 1918 nog een brief geschreven om een
motor van 250 P.K. Hoewel de fabriek zeer
bezwarende voorwaarden stelde (vooruit be
talen, vervoer voor rekening van den kooper,
kans op i inbeslagname eveneens) ging de
Centrale er op in. Toen liet de fabrikant
in Duitschland niets van zich hooren. Wel
heeft Streefkerk gezegd, dat de (Provincie
het bedrijf zal overnemen.
Mevr. DuikerDat kan niet.
De Voorzitter: Er is een wet ingediend
voor een rijkscentrale. Wordt die aangeno
men, dan kan het niet. Aandeelhouders van de
Prov. Centrale hebben echter voor. Zeeland
uitzondeiing gevraagd om de slechte ligging
en daardoor dure exploitatie, 't Geval van
Dixhoorn is spr. onbekend. Gazan verhuisde
telkens But heeft niet den formeelen weg
gevolgd. Heeft ook niet z'n installatie laten
goedkeuren. JJok in andere gemeenten wor
stelt -men met de abnormale tijden. Uitbrei
ding is onmogelijk, en wordt ons van allen
kant afgeraden. Laten we niet het raads
besluit intrekken en een sfeer van onzeker
heid scheppen. In Aug. '20 loopt het im
mers vanzelf af. Dan kunnen we weer zien.
Spr. is voor het voorstel Nolson.
De heer Hamelink vraagt het woord voor
een persoonlijk feit. De Voorzitter geeft liem
een standje om z'n optreden iu den Raad.
Waar ging hij echter buiten de schreef?
Spr. wenscht het algemeen belang te dienen.
Daarom heeft hij een weg gewezen, n.l.
rantsoeneering. Hij voegt er nog bij toeslag
op 't duro petroleumgebruik.
De Voorzitter: Ais lid der Commissie moet
n zorgen, dat de Commissie met behoorlijke
adviezen kan komen. Als u zoo doorgaat,
verliest u 't vertronwen van Raad en publiek.
Dat petroleumgebruik duurder is dan elee
trisch licht, betwist spreker. Per week kan
men met petroleum voor 50 cent licht hebhen.
Met electriciteit komt 't op 70 cent.
Mevr. Duiker: Dat is misleiding.
De Voorzitter: IJsebaert heeft het uitge
rekend.
Mevr. DuikerDat komt, omdat in de
nieuwe huizen 't licht op een bepaalde plaats
is aangelegd. Niet waar men 't wilde hebben.
En maar één lichtpunt. Spreekster heeft in
de voorkamer 't schrijf bureau achter is de
zitkamer. Dan moet er dus eleetrisch licht
e n petroleum branden. Natuurlijk is dat
duur.
De VoorzitterMaar u zit toch niet in
twee kamers tegelijk
De heer Nolson stelt een amendement voói
op 't voorstel van burg. en weth. Hij wil
doen onderzoekon of op een of andere wijze
meerderen kunnen worden geholpen.
De heer van Cadsand zal vóórstemmen.
Deze kwestie moet opgelost worden.
De heer D. Scheele is vóór het voorstel
van burg. en weth. en tegen het amende
ment Nolson.
De heer de Jager verklaart zich vóór on
derzoek
De Voorzitter meent ook, dat onderzoek
gewenscht is.
De heer Scheele verlaat tijdens de stemming
do vergadering, omdat voorstel en amende
ment t e g o 1 ij k in stemming worden ge
bracht. Met algemeene stemmen wordt hierop
het adres der 41 voor kennisgeving aange
nomen en een onderzoek gelast.