Orqaan ter verspreiding der Christelijke Beginselen in Zeeuwseh-Vlaanderen.
No. 171.
Zaterdag 30 Augustus 1919.
2e Jaargang.
Uit de Schrift.
"oNhER 1)E STREEP.
De Smokkelaar.
Uit het Buitenland.
ÜS
ABONNEMENT: Bii bezortrine f 1,15 per drie maanden. Franco per post voor Nederland f 1.25.
Uitgave van de Christelijke Persvereeniging „Zeeuwseh-Vlaanderen" te Ter Neuzen.
Alle stukken de redactie en administratie van dit blad betreffende, moeten worden ge-
zTden L den redacteur, H. S. v. HOUTEN, Vl»»,.«kstraat 62, Ter Neuzen,
ABONNEMENT: Bij bezorging 1,15 per drie maanden. Franco per post voor Nederland f 1.2o.
ADVEÈTENTIËNVan 1—4 regels ƒ0.40. Elke regel meer ƒ0.10. Handelsadvertentiën
over twee kolom 8 cent per regel. Abonnementen per contract. Crisistoeslag 15 /0.
Inzending van advertentiën tot 12 uur 's middags op de verschijndagen bij den drukker
D. H. LITTOOIJ Az. te Ter Neuzen. Telefoon Nr. 20.
VALLEN EN OPSTAAN.
Zeg wijders tot hen Zoo
zegt de HeereZal men
vallen, en niet weder op
staan? Zal men afkeeren
en niet wederkceren
Vallen en opstaan, is dit niet de
geschiedenis van uw leven
Gij zondt het zoo gaarne anders willen.
Welk een voorrecht zou het zijn met
opgerichte gestalte en vasten tred langs
den hoogen en heiligen weg des Heeren
te wandelen. Nooit te aarzelen, nooit
te struikelen, nooit te vallen. Maar met.
eiken stap dichter bij het groote vader
huis te komen, en de bewustheid in u
om te dragen, dat er geen dag voorbij
gaal, die u niet nader bij God brengt!
o, Geef dit brandende verlangen niet
prijs. Al wordt geen enkel ideaal hier
beneden ten volle verwezenlijkt, dit is
geen reden om u bij het bereikbare en
onvolmaakte neer te leggen. Laat de
pelgrimsgostalte, dm rustig voortsclnijdt
zonder ooit te wankelen en zonder ooit
te verdwalen, u steeds en in alle om
standigheden voor oogen staan als iets
waartoe gij ook zelf geroepen zijt. En
troost u niet al te haastig over uw
strompelen langs het steile pad dei
geboden. Te vaak wordt dit gedaan
tot schade voor den welstand der ziel
Het heet dan dat niemand volmaakt is
men kan niet meer en beter dan men
doet, en is bet niet waar, dat alle
discipelen toch eigenlijk maar zoowat
stumperig hinken, en dat het met de
allerbesten toch onder vallen en opstaan
gaat?
Eon redeneering als deze doet onwilia
keurig vermoeden, dat gij over dit vallen
en opstaan niet zóó diep beschaamd e"
bedroefd zijt als noodig is. Zet giper
uw ziel in vast, dan komt. gij van kwaad
tot. erger. Gij leert zoo het vallen als
een noodzakelijk kwaad beschouwen om
telkens weder tot opstanding te komen.
Gij beschreit het dan niet meer met
bittere tranen. Maar uw ziel gewent er
zich aan als aan een onmisbare schakel
in het genadeleven. Eu gij zijt op een
weg, die u, ten eiude toe afgeloopen,
leidt tot de onboetvaardigheid der Joden,
tot wie de Heere het oordeelende woord
richt„Zal men vallen en niet weder
opstaan? Zal men afkoeren, en niet
wederkeeren
Zie, wil Hij zeggen als daar iemand
langs den weg gaat en hij komt te
vallen, hetzij dan omdat hij niet vast
penoeg ter been is, hetzij omdat h.j ni
een kuil trapte, dan zal hij niet lijdelijk
blijven liggen, maar terstond' weder
opstaan om voort te gaan. Of als iemanu
den rechten weg verloren heeft, dan zal
hij toch vreezen liet einddoel der reis
tc missen, en hij zal niet rusten voordat
hij op den goeden weg is wedergekeerd.
'Dit spreekt als vanzelf.
Maar zie nu naar de Joden. Zij waren
in zonden gevallen, maar trachtten niet
weder op te staan zij hadden het pad
van Gods geboden verlaten, maar poogden
niet weder'te keeren. Zij bleven hals
starrig op hun doolweg en versmaadden
elke roepstem, die hen terugriep tot hel
vriendelijke licht van 's Heeren aange
zicht. Zij verstokten zich in hun boosheid
en bleven in hun val liggen. Onboet
vaardig en onbekeerlijk als zij waren
weigerden zij zich tot den levenden God
te bekeereti en zonken zoo al diepér m
de ellende weg.
Dit is een ernstige waarschuwing voor
allen.
Vallen kan -ook het teerste kind van
God.
Wie denkt hier niet aan David, den
lieflijke in psalmen? Hij is gevallen,
zeer diep gevallen, zóo diep gevallen,
dat liet ieders bede zij voor zulk een
sclirikkelijken val bewaard te blijven,
daar ook deze zonde in eik mensclieidiart
woont, en slechts door Gods genade ten
onder gehouden kan worden.
Wie denkt hier ook niet aan Simon
Petrus? Zijn val was van een anderen
aard en raakte niet het zedelijke leven
in engeren zin, maar, erger nog, zijn
heiligste geloofsovertuiging- Hoe het
mogelijk was, dat deze rotsman zijn
H' ilamj kon verloochenen, wij weten
het niet. Wij weten echter wel, dat
geen geloof zóó vast is. ot het kan dooi
een nietig voorval lijdelijk bezwijken.
En ofschoon de wereld alleen den ge
vallen David met den vinger nawijst,
zoo staat de gevallen Simon voor zijn
eigen consciëntie toch niet minder ge
oordeeld, grooter zonde is er haast
niet, dan om van Christus met vvien
men avondmaal gehouden heeft, te
zweren „Ik ken Hem niet
Gevallen zijn zij dus beiden.
Maar let nu op hun verscheurende
droefheid over dien val. David troost
zich niet met de gedachte, dat vallen
en opstaan nu eenmaal het leven der
kinderen Gods is. Hij klaagt het integen
deel in zijn boetepsajm uit, dat er bloed
schuld op hem rust. Hij is tot in
zijn beenderen verbrijzeld. En nog heden
ten dage hooren wij het vlijinendste
berouw in den zielskreet: „Tegen u, u
alléén heb ik gezondigd, en gedaan dat
kwaad is in uwe oogen 1"
Desgelijks Simon, toen Christus hem
aanzag. Neen, hij pleitte zich toen niet
vrij op grond van het onomstootelijke
feit, dal men o, zoo licht in woorden
struikelt, en dat hij in zijn val toch
waarlijk niet alleen stond. Maar hij zocht
bitterlijk weenende de eenzaamheid op,
hij verschoonde zich niej. met een beroep
op het zwakke menschenharthet
éénige waarin hij dien nacht steun kou
vinden, 't was de beloft^, die Jezus hem
van te voren gegeven had „Ik heb voor
tl gebeden, dat uw geloof niet ophoude
te prikkelen. Zelfs staat gij er voor
bloot, dat de duivel u zijn strikken spant
eu met zijn schoonklinkende verleidingen
op u aankomt met het doel u tot schande
voor uzelf en tot smaad voor 's Heeren
naam ten val te b -ngen. Wat er de
oorzaak van zij, gij komt dan te strui
kelen, en dan is liet, de vraag, of gij ook
weder zult opstaan
Blijf niet in uvv val liggen.
Doe het niet uit harduekkigen onwil
als de Joden, maar doe het evenmin
uit de overweging, dat uvv val te diep
is om er nog uit op te staan.
Wees boetvaardig als David en Simon.
Schrei uw schuldige ziel in de een
zaamheid uit.
Gij zult dan ervaren, dat d>' hand der
genade zich in Christus naar dien boeter
liiig uitstrekt, om hem op te trekken,
op te heffen, op te doen staan uit zijn
val Eu ga dan voort op den weg, door
dit vallen en opstaan geleerd om uw
God le vragen als een kindeken, dat Hij
uw- treden vast make op den weg Zijns
W oords.
Oude Paden. J- J- K.
De oude Eggink had een goedbeklante
bakkerij in een der Twentsche grens
plaatsen. Hij had daarin in den loop dei-
jaren zelfs meer verdiend dan een goet?
'stuk brood hij was een gezeten midden
stander geworden.
De eenvoudige en geloovige bakker
was dan ook wonderwel tevreden met
zijn lot en positie! Alleen één zaak was
hem een kwelling des levens geworden
zijn zoon, op wiens naam hij de zaak
later zoo gaarne had overgeschreven,
wilde met alle macht den verkeerden
weg op.
Hij was één van dat soort jongelieden,
die volstrekt niet goed willen. Die list
er blijkbaar op gezet hebben, om hun
moeder van verdriet te laten sterven en
het grijze haar huns vaders van droeve-
nis ten grave te doen dalen.
't Kan met een woord gezegd worden
de geschiedenis van den verloren zoon
herhaalde zich tot aan den zwijuentrog
toe.
Zond zijn vader hem den boer op, om
een wagen met brood uit te venten aan
Verstaat gij wat dit voor uzelven
beteekent
Vallen dat kent gij.
Er is veel, dat u "op den weg des
levens kan doen struikelen. Soms hebt
gij het alleen agn u zelf te wijten, want
uvv hart is tot alle kwaad geneigd, eu
er is weinig toe noodig om uw toch
reeds zoo onvasten voet te doen wan
kelen, Het gebeurt echter ook wel, dat
er steenen des aanstoots door booze
menschen op uw pad gelegd worden
als zij li tarten en tergen, plagen en
sarren, om u zoo tot onheilige uitvallen
de bevolking in den omtrek, dan stond
het van te voren reeds vast, dat 't. geld
slechts gedeeltelijk, en de zoon in ..ken-
nelijken staat" thuis zou komen.
Alle pogingen, om hierin verandering
te brengen, mislukten. Letterlijk niets
hielp. Zoolang de jonge Eggink onder
toezicht en voortdurende controle stond,
ging het nog. Maar nauwelijks was hij
onder den band vaudaan of het liep mis.
Ten einde raad paste de vader een
paardemiddel toe.
Het gebeurt soms, dat het gevoel van
verantwoordelijkheid iemand tot inkeer
brengt. De wetenschap, dat men voor
eigen daden staatdat een ander de ge
volgen niet meer kan afwenden, doet
somwijlen het verantwoordelijkheidsge
voel tot hoog niveau stijgen.
't Is althans te wagen, dacht de oude
Eggink. En hij zette zijn zoon in een
bakkerij te midden van welvarende boe
renbevolking, dicht aan de grens.
Nu zou deze noodsprong niet zonder
gunstig resultaat gebleven zijn, indien
er iemand geweest was, die een gunsti-
gen invloed op den jongen bakker had
kunnen uitoefenen. Met andere woorden
indien hij een wijze, zachtmoedige maar
flinke vrouw gevonden had, die hem met
liefde had kunnen leiden.
Zoo was het echter helaas niet. Ver
stand en liefde beide ontbraken en hul-
Verwording.
In „De Rotterdamsche Dameskroniek"
schrijft de bekende schrijver Henri Borel
over liet samenleven van man en vrouw.
Als voorstander van het leven in „vrije
liefde", ontwerpt hij een beeld van liet
toekomstig samenleven der verschillende
geslachten. Als volgt wil hij het hebben,
en ziet hij het in de naaste toekomst
reeds worden
„Het instituut van het huwelijk is dan
veranderd in een wettige overeenkomst
van liefde, eu de namen echtgenoot en
i'clitgenoote zijn afgeschaft
Zulk een overeenkomst behoort beperkt
te zijn tot een zekere lengte van tijd.
Als deze verloopen is, mogen de con-
tracteerende partijen haar óf onmiddellijk
verbreken, óf haar successievelijk her
nieuwen tot het einde hunner dagen.
De tijdgreris voor z.ulk een overeen
komst is niet langer dan een jaar, en
niet korter dan een maand.
Als de band van zulk een overeenkomst
verbroken wordt, wordt de functie der
tijdelijke familie overgegeven aan den
staat.
De staat zorgt voor iedereen, dus ook
voor de kinderen".
Zoo blijkt ook bier weer, hoe loslating
van het Woord Gods leidt tot verwording
van den mcnsch. De grondslagen dei-
zedelijkheid worden losgewoeld^ Alle
banden moeten verbroken. „Vrij" moet
de mensch zijn, als de dieren, om z'n
lusten te voldoen.
Arme mensch, die in schijnbare vrij
heid, zich zeiven de boeien der zonde
aanlegt. Die God als meester verwerpend,
zich stelt onder de heerschappij des
Satans.
Zóóver is het gekomen in ons land,
dat zelfs publiek reclame wordt gemaakt
voor onzedelijkheid en hoererij.
Is wat Borel doet in wezen iets anders,
dan wat de bolsjewiki in Rusland doen,
als ze de vrouw tot publiek eigendom
verklaren en in de meisjesscholen de
leerlingen aanzetten tot ontucht? Im
mers neen. Geve God, dat de verwor
ding, waaraan de wereld ten Pr-°0j
schijnt gevallen, gestuit worde. Anders
zal het einde droevig en ontzettend zijn.
Vrijzinnige veinzerij.
In Het Vaderland, het liberale orgaan,
worden in een hoofdartikel de slechte
gevolgen van een rechtsch ministerie
opgenoemd.
Een dézer verkeerde gevolgen is, dat
zoo vaak een ministerie van rechts aan
het roer was, eene atmosfeer van onop
rechtheid gekweekt werd, doordat vele
sollicitanten, in de eerste plaats zij die
naar een ambt dongen, waarvoor geen
enkel radicaal vereiseht werd, te weten
het burgemeesterschap en het school-
opzienerschap hunne sollicitatie ver
sterkten door het omhangen van den
hun niet toekomenden Christelijk-Histo-
rischen mantel.
Wat wordt nu eigenlijk als we
't goed beschouwen hier aan de
rechtsche politiek verweten?
Wel, dat er een sfeer van onoprecht
heid gekweekt werd.
Door wie? Natuurlijk door de recht
sche politiek. Althans volgens het liberale
blad.
Waar dat uit bleek?
Hieruit, dat er liberalen waren, die
bij het optreden van een rechtsch kabinet,
uit zuivere baantjes-jagerij, precies deden,
alsof ze Christelijk-Historisch waren,
alleen maar om bet begeerde baantje
machtig te worden.
Vrijzinnige huichelaars dus, die de
huik naar den wind hangen, en door
zich een mom van vroomheid voor te
doen, een baantje zochten meester te
worden.
Waarom zoo iets echter de schuld van
rechts is, begrijpen we niet te goed.
We zouden zoo denken, dat het komt,
omdat er vele liberalen zijn, die voor
de vrijzinnige beginselen (voorzoover die
èr nog zijn) niet veel voelen, en die meer
liefde bobben voor een baantje.
Hebben we bij de laatste verkiezingen
niet gezien, dat liberalen zich ClirisL^lijk-
llistorisch gingen noemen, om raadslid
te kunnen blijven of worden. Zullen
we straks bij de wethoudersverkiezingen
niet 't zelfde zien gebeuren
Maar is 't nu billijk dat aan rechts te
wijten
Is 't niet een gevolg van de beginsel-
onvastheid der liberalen in de laatste
kwarteeuw, die zelfs leidde tot verlies
van beginsel Zou 't niet daardoor
komen, dat er liberalen zijn die zich niet
denChristelijk Historischen mantel tooien,
teneinde daardoor een baantje te be
machtigen.
Weet liet Vaderland niet, hoe vroeger
bij de algemeene verkiezingen door
liberalen met de witte das werd gewerkt.
Hoe geschenken aan een kerk of 't be-
kleeden van kerkelijke ambten, bij de
propaganda voor menig liberaal candi-
daat, werd aangegre^n als middel om
te slagen
De schuld van de vrijzinnige veinzerij
ligt niet bij rechts, maar bij de liberalen
zelf.
peloos als een jonge spreeuw, die te
vroeg het nest, verlaat, fladdende hij de
maatschappij in: zonder stuur, zonder
doel, zonder ideaal.
De vrouw, aan wien hij zich verslin
gerd had was, zoo al niet van verdachte
zeden, toch in elk geval met een repu
tatie, die niet veel goeds kon doen ver
wachten. Uit de heffe des volks, opgevoed
op de straat, zonder ernst en zonder wil,
was zij allerminst in staat, om zedelijke
hulp te bieden.
Zoo hadden ze elkander dus niets tc
verwijten, maar konden ze elkaar ook
voor niets dankbaar zijn. En ook dat is
'n kwaad onder de zon.
't Ging zooals liet gaan moest. Met
eenige energie en geringe toewijding was
er van de bakkerij iets te maken geweest.
Alle omstandigheden waren gunstig.
En heuscli, 't liep in het begin ook
wel. Het scheen waarlijk, alsof de per
tinente verzekering van den ouden Eggink,
dat hij onder geen voorwaarde, welke
ook, hulp zou verleenen, ingeslagen had.
Zooals men meer ziet gebeuren.
Doch heel lang duurde dat niet. Er
verliep maar een betrekkelijk korte tijd,
of het oude leven werd hervat. Bij den
drank werd troost gezocht en dc uitkomst
is dan niet onzeker meer.
Ellende en tweespalt deden hun in
trede in het gezin, en van dag tot dag
Bolsjewistische gruwelen.
Naar het Engelsch ministerie van oor
log verneemt, hebben de bolsjewiki in
de Don-streek, waar een opstand tegen
liet soviet-regime is uitgebroken, alle dor
pen geplunderd en grootendeels te vuur
en te zwaard verwoest.
Al het koren hebben de roode troepen
meegevoerd, zoodat de bewoners in den
bittersten nood verkeeren.
De bevolking heelt vreeselijke wreed
heden te verduren gehad kinderen wer
den in hun wiegen gedood, ouden van
dagen werden op bossen stroo verbrand,
talrijke personen zijn doodgeschoten
en opgehangen.
De Vesuvius.
Na sterk onderaardscli gerommel is
de Vesuvius weer heviger gaan werken.
Aan de Zuidzijde van den vulkaau heb
ben zich twee nieuwe kraters gevormd.
Twee lavastroomen bewegen zich inliet
luferno-dal. Voorloopig bestaat er geen
gevaar, dat de lava door de Vesuviiis-
dorpen stroomt.
Aanvankelijk werd een paniek in de
omliggende dorpen veroorzaakt tenge
volge van liet feit, dat door brandende
lava een boschbrand werd veroorzaakt.
De bewoners verkeerden namelijk in de
meening, dat de vlammen van den Ve
suvius zelf afkomstig waren.
100 milliard in goud.
Zooals uien weet, moet liet Duitscho
Rijk aan de Entente 100 milliarden in
goud uitbetalen. Heeft men wel een
voorstelling van deze som gelds De
„Tagl. Rundsch." traclit daaraan tegemoet
te komen doortle volgende berekeningen.
Gesteld liet bedrag zal in 10 mark
stukken uitbetaald worden, dan zouden
4000 wagons of 100 goederentreinen elk
van 40 wagons noodig zijn om het goud,
dat 40 millioen K.G. weegt, te vervoeren.
Mocht iemand het in zijn hoofd krijgen,
de som te tellen,, dan zou hij gesteld
hij was op zijn tiende jaar begonnen en had
zich strikt gedragen naar den 8 uren
dag om zijn taak te volbrengen, 1062
jaar en l1/» maand oud moeten worden.
Ook zou hij 16 menschen voor dien
arbeid in zijn dienst kunnen nemen, die
dan 55 jaar noodig zouden hebben,
gesteld dat zij er geen enkelen vacantie-
dag van afnamen. Naast elkaar gelegd,
zouden de 10-markstukken een afstand
van 10,000 K.M. bedekken en drie-vierden
van gansch Duitschland omspannen.
De nieuwe kroonprins van Roemenië.
BOEKAREST. De ministerraad, oiidcr
voorzitterschap van den koning, beeft
de acte van afstand van prins Karei t
onderzocht en besloten om prins Nicolaas,
ziju jongere broer als kroonprins te
erkennen.
(De koning van Roemenië heeft vijf
kinderen, prius Karei, de gewezen kroon
prins, die den 3 October 1893 geboren
is, prinses Elizabeth, prinses Marie, prins
Nicolaas, de nieuwe kroonprins, geboren
5 Augustus 1903 en prinses Illeana).
Carnegie laat 50 millioen dollar na.
De boedelberedderaar van Andrew
werd de toestand-erger. De zaak verliep
de misere groeide met den dag.
Het duurde niet heel lang meer, of de
geheele affaire moest verkocht worden,
want de schuldenlast werd te zwaar en
de oude Eggink hield woordhij sprong
niet meer bij. De breuk was volkomen
geworden.
Toen scheen de ongelukkige toch
eenigszins tot bezinning te komen. Hij
zag met andere oogen de ellende in zijn
woninghij las ze van het gelaat van
vrouw en kind en hij voelde zich schuldig.
Hoe het toen verder liep. is den op
merker tot lieden een raadsel gebleven,
maar op zekeren dag kwam bij hem
tegen en hoorde hij de ongelooflijke
mededeeling 'k Hebvan de Koningin
een paard gekregen, om mot brood te
gaan venten in den omtrek.
Het geval was ongelooflijk, maar waar.
Op een of andere wijze is de burgemees
ter zoodanig ingelicht het vorige paard
was waarschijnlijk door een ongeluk om
het leven gekomen dat hij het ver
zoek van den bakker steunde.
Enfin, liet zou nu voortaan goed gaan,
meende bij. Door lijden gelouterd, was
de ernstige wil aanwezig, om rechte
paden te gaan.
Toen kwam de oorlog met zijn voor
onze grensbewoners zoo ontzaglijk gevaar
lijken smokkelhandel.
Er is over deze zaak in de bladen veel
geschreven. Er zijn verhalen gedaan, die
u met ontzetting vervullen. Maar wie de
werkelijkheid gezien heeft, erkentde
helft is mij niet aangezegd. Want het
kan niet zoo verschrikkelijk voorgesteld
worden of liet is nog vreeselijker.
Men beeft wel gezegd Iedereen smok
kelt aan de grens en de goeden niet
te na gesproken is dat ook zoo! Want
de uitzonderingen zijn zeer weinige.
De verleiding is ook zoo groot. De
loonen in Twente zijn over liet geheel
zoo verbazend laag. De industrie betaalt
in den regel niet veel voor haar geest-
doodend werk. En als men dan, zij liet
in gevaarlijke ondernemingen, in één
nacht de kans maakt, een maand salaris
te verdienen, dan is de lust heel groot,
om het er ook eens op te wagen.
De massa heeft het gewaagd en heeft
winst gemaakt. Doch aan smokkelaars-
winst kleeft onrecht en ellende. Hier
geldt het in bijzonderen zin: zoo gewon
nen, zoo geronnen.
Het is waarlijk merkwaardig om te
zien, hoe de smokkelaars leven met hun
geld. Duidelijk blijkt, hoe het beheer van
bezittingen niet ieders werk is en vaak
een moeilijke bezigheid.
(Slot volgt).
JEREMIA 8 4.
1T J A. t. i- .1.4- t iita!