Orgaan ter verspreiding der Christelijke Beginselen in Zeeuwseh-Viaanderen.
No. 145.
Zaterdag 31 Mei 1919.
2e Jaargang.
Uit de Schrift.
Bdtenlaiidsch Overzicht.
Uit het BisiiteitJarid.
Uitgave van ,de Christelijke Persvereeniging „Zeeuwseh-Viaanderen" te Ter Neuzen.
Alle stukken, de redactie en administratie van dit blad betreffende, moeten worden ge
zonden aan den redacteur, H. S. v. HOUTEN, Vlooswjjkstraat 62, Ter Neuzen.
ABONNEMENT: Bij bezorging ƒ1,15 per drie maanden. Franco per post voor Nederland 1.25.
ADVERTENTIËNVan 1—4 regels ƒ0.40. Elke regel meer ƒ0.10. Handelsadvertentiën
over twee kolom 8 cent per regel. Abonnementen per contract. Crisistoeslag 15%.
Inzending van adverteutiën tot 12 uur 's middags op de verschijndagen bij den drukker
1). H. LITTOOIJ Az. te Ter Neuzen. - Telefoon Nr. 20.
LEVEND GEMAAKT MET CHRISTUS.
„En Hij heeft u, als gij
dood waart in de misda
den, en in de voorhuid uws
vleesches, mede levend
gemaakt met Hem, al uwe
misdaden u vergevende".
In den tijd tusschen Pascheu en Pink
steren staan wij het liefst stil bij den
opgestanen Christus.
Was het aanschouwen van de Levens-
vorst der discipelen hoogste vreugde,
het zij ook de onze.
Christus toch is der geloovigen leven.
Deze gedachte vinden we in al de brieven
van den Apostel Paulus verwerkt.
Dat is, zouden we kunnen zeggen de
grondstof waaruit hij werkzaam is, om
de gemeenten alom te doen verstaan,
dat al het heil der geloovigen alleen in
Christus gelegen is.
Christus is het hoofd des lichaams.
Wat zij eertijds geweest, en nu door
de genade Gods geworden zijn, omschrijft
ons tekstwoord
Om dit recht te verstaan dient wel
gerekend te worden met de afkomst van
hen, aan wie dit schrijven in de eerste
plaats is gericht.
De Christenen te Coiosse waren niet
van Joodsche, maar van Heidensche
afkomst.
De Joden ko, .den er zich op beroepen,
dat zjj naar net vleesch Abraham's zaad
waren, en m tsdien erfgenamen der
belofte. Zij droegen het teeken des
verbonds.
Zoo was iet niet met hen die van
Heidensche afkomst waren'
Deze waren in de voorhuid des
vleesches en misten het teeken des
verbonds.
Nu was voor hen die uit de Joden
waren, zoowel als voor de heidenen de
wedergeboorte noodzakelijk.
Voor God geen aanneming des peTsoons.
Toch was het meer in het oog vallend
als nu ook uit üe Heidenwereld de Heere
Zijn gemeente vergaderde en zondaren
kwam te roepen met een zaligmakende
roeping.
Op dat wonder van Gods genade
wijst de Apostel.
U heeft Hij mede levend gemaakt
met Christus, toen gij dood waart.
U, wier ellende in dat eene woord
dood is zaamgevat.
Zij waren gelijk allen, dood in' zonde
en misdaden.
Waar nu de meusch van nature
geestelijk dood is door de misdaden,
moet aan hem het wonder der levend-
making verricht.
En dat leven nu is in en door Christus,
de Levenswet en Levensbaan.
En dat wonder nu brengt de Apostel
in verband met de opstanding van
Christus.
De opstauding van Christus uit den
dood is dan ook maar niet een op zich
zelf staand feit. Paulus zegt het nadruk
kelijk de geloovigen te Coiosse zijn met
Chiistus levend gemaakt, dat wil zeggen,
zij deelcn iu de vrucht van Christus'
opstanding.
Dat deed Petrus verheugd in God
uitroepen Geloofd zij de God en Vader
van onzen Heere Jezus Christus, die
naar Zijne groote barmhartigheid ons
heeft wedergeboren, tot een leveude
hoop, door de opstanding van Jezus
Christus uit de dooden, tot eene onver
derfelijke en onbevlekkelijke en onver-
welkelijke erfenis, die in de hemelen
bewaard is voor u."
Het evangelie te Coiosse gepreekt had
vrucht gedragen.
Het was geworden een kracht Gods
tot zaligheid.
Dat evangelie wijst ons Christus aan
als de hoogste gave Gods.
Christus is de verdienende oorzaak
der zaligheid.
Maar gelijk nu het lijden en sterven
van Christus noodzakelijk was om do
zaligheid voor zijn volk te verdienen, zoo
ook was de opstanding des Heeren nood
zakelijk, om de verworven zaligheid toe
te passen.
Die nu gestorven is met Christus, dip
is gerechtvaardigd van de zonde en mag
door het geloof roemen in deze genade
en zeggenIk leef, doch niet meer ik,
maar Christus leeft in mij; en hetgeen
ik nu in het vleesch leef, dat leef ik
door het geloof des Zoons Gods, die mij
lief gehad heeft, en zichzelven voor mij
heeft overgegeven
Twee dingen worden hier dus duidelijk
uitgesproken
Ten eerste wat de levend gemaakte
geweest is,n.l. door doode misdaden
en ten tweede, wat Hij nu geworden is,
levend gemaakt met Christus en deelende
in de vergeving der zonden.
Als toetsteen voor liet persoonlijk
geestelijk leven blijft deze waarheid van
het grootste belang.
Al zijn de wegen en leidingen des
He ere a mot Zjjoe kinderen onderschei
den, hierin zijn ze allen een, dat ze van
dood levend gemaakt worden.
Levend met Christus, zoowel als lovend
uit Christus. Dit wel te verstaan is voor
een ieder onzer noodzakelijk. Want
zoovelen dwalen tot hun eigen verderf,
door voor leven aan te zien wat geen
leven is, om dat het niet is uit.de le
vensbron Christus, om vergeving van
zonden te zoeken in allerlei eigengerech
tigheid, die louter miskenning is van
Christus Middelaars verdienste.
Alleen dan als gë net geloovig moogt
verstaan, dat de grond van zaligheid
niet in u maar buiten u ligt, kunt ge
ware troost genieten.
Dan krijgt uw God de eer van alles.
Dan krijgt ge zekerheidsgronden voor
de eeuwigheid.
Dan spreekt ook gij, op de belijdenis
„met genade zalig geworden bet „amen"
des geloofs uit.
Wat zegt het dan veel, onuitsprekelijk
veel al» Gods geest tot u zegtU, heeft
God levend gemaakt. U in het voor
bijgaan van zoo velen. U uit vrije
gunst en om bet eeuwig welbehagen de
misdaden vergeven.
De vergeving der zonden aan de le
vend making onafscheidelijk verbonden
is vrucht van de voldoen ng van Christus.
Waar die gesmaakt wordt heeft men
vrede met God.
Elk geestelijk levend mensch is een
sprekend getuige, dat Jezus leeft Zij
zijn levende getuigen zijner opstanding.
Zijt ook gij reeds levend gemaakt met
Christus, of nog doocï in de misdaden
en de zonden.
Moogt ge in die genade weldaad dee-
len, dan zult ge verstaan de opwekking
in vers 6 „gelijk gij dar, Christus Jezus
den Heere hebt aangeoomen, wandel
alzoo in Hem".
Dan, maar ook dan alleen zult ge kun
nen genieten de vruchten eener levend
making, de vergeviug der zonden r-n de
gemeenschap met God.
De Beuijne.
V Het nieuwe kiesstelsel.
We hebben nu driemaal volgens het
nieuwe kiesstelsel gestemd. De ervaring
heeft geleerd, dat verbeteringen noodig
zijn.
Zoo is gebleken, dat de stemplicht niet
aan de verwachtingen heeft voldaan.
De hoop, dat nu aan bet ophalen en
najagen der kiezers een einde gekomen
w'as, is verijdeld. Velen blijven thuis,
ondanks de stemplicht. Het zal daarom
ernstige overweging verdienen, die plicht
af te schaffen. Waar niet gestraft wordt
bij wetsovertreding, is 't beter de wet
te veranderen.
Vereenvoudiging is ook gewenscht,
wat betreft de indiening der geloofs
brieven. 'tls nu veel te omslachtig.
Verbetering is ook gewenscht met
betrekking tot het ongerijmde stelsel der
plaatsvervanging, waar in strijd met de
geest der wet alle beteekenis aan de
volgorde wordt onthouden. Wie na de
gekozenen de meeste stemmen heeft, is
plaatsvervanger, onverschillig op welke
plaats hij op de lijst staat.
Ook zou het gewenscht zijn, om te
grooten invloed der kleine partijtjes te
voorkomen, dat een lijst meer dan de
helft (b.v. of deel) van den kies-
deeler moet hebben, om voor een zetel
in aanmerking te komen.
Reeds 't vorig jaar na afloop van de
Kamerverkiezing zijn die fouten ter kennis
van de Regeering gebracht, maar het
Centraal Stembureau achtte het ge
wenscht eerst den uitslag der Staten-
en Raadsverkiezingen af te wachten.
Nu echter diezelfde gebreken weer aan
't licht kwamen, verhindert niets meer
den hervormingsarbeid ter hand te
nemen.
V De verkiezing.
Van een der Christelijk-Historisehe
voormannen te Neuzen ontvingen we
het volgende schrijven, dat we onverkort
plaatsen
Nu de gemeenteraadsverkiezing weer
tot het verleden behoort, vraag ik Uwe
gastvrijheid voor een korte nabetrachting
aangaande de verschillende voorberei
dingswerkzaamheden, en den uitslag van
de gehouden stemming.
Laat ik beginnen, allereerst met de
S. D. A. P. Inzonderheid was het deze
partij, die zich in de verkiezingsdagen
heeft gekenmerkt door een buitengewone
werkzaamheid, teneinde de aandacht der
kiezers tot zich te trekken, (en dat is
ook hun recht). Hun gevoerde actie is
dan ook terdege ingeslagen, dat beeft
de stemming bewezen, s i ongedacht
succes is hun ten deel gevallen.
En de Katholieken Ook zij hebbon
met behulp van de nieuwe Kieswet en
door eendrachtig saamwerkeri, een twee
tal afgevaardigden onder don toren
gebracht.
Maar vooral, de Chr. Geref. Staats
partij. Zij heeft terecht ingezien, dat
zij, door de ingevoerde Evenredige
Vertegenwoordiging, niet langer onmon
dig behoefde te blijven.
Onder de schoone leuze „Vreest God,
Eert den Koning", heeft zij hare begin
selen ook op openbaar terrein doen
zegevieren. Niet alleen van uit de
Raadzaal te Ter Neuzen, maar ook
elders, door geheel Zeeland, ze fs van
uit de Statenzaal te Middelburg, zal hun
stem weerklinken. Een woord van lof
mag hun dan ook niet onthouden worden
voor hun trouwe plichtsbetrachting.
Eveneens de Antirevolutionairen, goed
georganiseerd a's zij zijn. Ook zij, al
kunnen zij geen winst boeken, hebben
door broederlijke samenwerking kunnen
houden wat zij bezitten. Ongerept kwa
men zij uit don strijd.
Ten slotte de Chr. Histprischen of
duideijjkshalve de Ned. Herv. Kiezers,
want Chr. Hist, en Ned. Herv is bij
velen 'zn onrechte onafscheidelijk, (dat
wil zeggen in naam). Slechts ruim een
twintigtal kiezers zijn bij de plaatselijke
kiesvereeniging aangesloten.
Ik herinner mij de vergadering waar
op uitnoodiging van het Bestucr, Dr.
Ankerman op een bevattelijke en leer- 1
zaame wijze het Program van beginse- I
let: der Unie verklaarde e*\ töe'iehtte*,
en de vergadering het met den spreker
roerend eens scheen te zijn, maar dat,
toen de voorzitter de gelegenheid aan-
I bood, om als lid toetelreden, aarzelend
ee.n tiental van de pl.m. zestig personen
z>ch lieten inschrijven, en toen iemand
vrpeg naar de oorzaak, werd geantwoord
velen durven niet, bijv. neringdoenden
zij stuiten op: wij moeten van eikleven
en anderen wat zou deze of gene daar
nel van zeggen.
Nu denk ik niet zoozeer aan hen die
indertijd meenden belijdenis te moeten
doen, maar die belijdenis allang hebben
begraven of in een zweetdoek hebben
weggelegd. Maar aan bet toch ook be
trekkeljk groot aantal, uiterlijk getrou
wen, welke door geregeld kerken en
godsdienstig meeleven de aandacht trek
ken, maar genoeg
Om op de verkiezing terug te komen,
niettegenstaande de gebleken onzelfstan
digheid van vele Ned. Herv. kiezers, (om
maar eens een zacht woord te gebruiken)
is er nog een lichtpunt. Niet alles is
verloren, Dhr. v. d. Ouden kan zeggen
Ik ben nog alleen over gebleven
Voor ik ga eindigen, nog een enkel
woord tot opwekking, namelijk dit, „Gode
zij dank" de Christen behoeft in onze
dagen zijn beginsel niet te verbergen,
noch ziel) er voor te schamen, om den
broode.
Vraagt bet de Geref. neringdoenden
en zij zullen u antwoorden, dat zij vaak
hun beste klanten hebben onder anders
denkenden.
Een Engelscb. blad schrijft over
(den toestand in Duitschland,
die diep treurig moet zijn.
„De fabrieken zijn werkeloos bij gebrek
aan grondstoffen. De steden zijn vol
werkloozen. De ondersteuning aan vverk-
Ioozen voert steden en d'stricten naar
het bankroet.
„De verlamming is algemeen geworden
door de ineenstorting van het nationale
transporfcstelsel. Het rollend materieel
is op de spoorwegen van Frankrijk in
plaats van waar het moest zijn want
Frankrijk had volop spoorvvegmaterieel
en toen het dat van Duitschland in
beslag nam, verlamde het het laud op
zettelijk. Het moreel is ineengezakt en
heele streken zijn besmet met ecu soort
van algemeeue hysterie, die grootendeels
hot gevolg is van gebrek aan voedsel,
ofschoon wanhoop en het verlies van
allen eerbied voor het gezag al voldoende
verklaring ervoor zouden zijn. Er kan
ook niet meer de geringste twijfel be
staan, dat de Duitscbe mijnwerkers en
werklieden niet langer lichamelijk tot
zwaren arbeid in staat zijn.
„Kortom, wij staan tegenover iets dat
niet te vergelijken is met de verschrik
kelijkste ineenstorting in de geschiedenis.
Zij kan en zal niet altijd durenmet
al zijn fouten is de Duitscher een flinke
kerelgeef hem een gelegenheid, en hij
zal werken en zicli inspannen als geen
ander. Maar op het oogenblik is hij een
volkomen invalide, hulpeloos en gesjocht.
Dit is de werkelijke toestand en hij
maakt dat liet vredestractaat met al
zijn bepalingen niets om het lijf lijkt te
hebben en een 'bespottelijken indruk
maakt.
De Engeischen,
bang, dat de Duitschers zullen weigeren
hun eigen doodvonnis te teekenen, be
ginnen thans te dreigen.
Als Duitschland niet teekent, dan is
de entente klaar, en zal de vernietiging
verder worden voltooid. Dan zal Berlijn
dag en nacht met bommen worden
bestookt uit vliegmachines. De andere
groote Duitscbe steden zullen eenzelfde
lot wedervaren. Dan zullen de Duit
schers wel heel gauw teejienen, rede-
neeren de Engeischen. Vooral als de
verscherpte blokkade, vrouwen en kin
deren bij duizenden van gebrek doet
omkomen.
Dit zeer „menschlievende" plan behoeft
geen verbazing te wekken. De massa
moord op de nu weerlooze Duitschers
ligt geheel in dezelfde lijn als de honger-
blokkade en de moord op de Boeren
vrouwen en Junderen iu de concentratie
kampen. De moord op weerloozen is
een te prachtig en te specifiek Eugelsoh
middel, om niet daardoor de Duitschers
tot wanhoop te brengen.
Zoo dreigen nu do geallieerden, die
voorgeven voor recht en gerechtigheid
te vechten.
cis te hopen, dat het niet komt tot
uitvoering van de helsche plannen der
Engeischen. 't Zou een onuitw schoaie
schandvlek te meer zijn, op d toch al
niet reine vlag van Engeland.
OP WEG NAAR NORMALE Li.VENS
MID DELEN VOORZIEN ING.
In de memorie van toelichting aan de
Tweede Kamer zegt de Minister van
Landbouw o.m., dat er weer een tijd
stip is aangebroken, om zijn tot nu toe
gevolgde gedragslijn grondig te herzien.
Gewezen wordt op de gelijke distributie
die den sluikhandel in het leven riep,
bepaalde groepen van handelaren uitscha
kelde en prijsopdrijving door het bijslag-
stelsel veroorzaakte.
Het is thans het oogenblik, dat de
Regeering op, tal van gebieden haar
bemoeienis moet beëindigen of nog slechts
leidend moet optreden. Een aanzienlij
ke beperking van liet toeslagstelsel acht
de Minister zeer goed mogelijk.
Een algeheele beëindiging van rant-
soeneering distributie en bijslagen neemt
de minister zich thans voor met betrek
king tot viseh, vleesch, groenten, melk,
boter, kaas, eieren, gort en havermout.
DISTRIBUTIE VAN AARDAPPELEN
OPGEHEVEN.
De Minister van Landbouw zal de
distributie van aardappelen handhaven
tot den nieuwen oogst, om daarna be
ëindigd te worden.
De Minister handhaaft het rantsoen
van 5 K. G. per week en den prijs van
7 cent per K.G. dus tot omstreeks 1
Juli a s.
Een distributie tegen verlaagde prij
zen van vroege aardappelen ligt niet in
het voornemen.
Dit najaar wordt geen bijslag op de
aardappelen verstrekt. Een prijs van
10 cents per K.G. voor kleiaardappelen
voor den verbruiker acht de Minister
alleszins te verdedigen.
WITTEBROOD.
De prijs waarop de bloem, die voor
16 Mei aan de bakkers tegen f 31 per
100 K.G. werd verstrekt, bedraagt thans
f44.70. Dit bedrag zal vermoedelijk in
den nazomer zoo ver dalen, dat de ge
middelde prijs voor de regeeririg over
de geheele periode Mei-December 1919
op ongeveer f40 te stellen is. Deze
prijs wordt sedert 16 Mei 90k aan de
bakkers berekend, het wittebrood vergt
dus geen oflers meer van de schatkist.
WETHOUDER DUIJS EN EEN
ZES-URENDAG.
Men meldt uit Zaandam
I11 een rede door den Wethouder Duijs
van het balkon van „Ons Huis" gehou
den, werd den arbeiders spoedige in
voering van den 6-urigen arbeidsdag aan
de gemeentebedrijven in uitzicht gesteld.
BRUINBROOD.
De prijs, voor de bloem wisselde voor
16 Mei van f 4.50 tot f 13 per 100 K.G.
en bedroeg gemiddeld f6.38; terwijl de
kostende prijs f39.30 beliep.
Met ingang van 16 Mei werd algemeen
een prijs van f 10 berekend, waardoor
bot brood 4 ct. duurder wordt.
De Minister stelt zich voor deze prijs-
vermeerdering te doen volgen door een
prijsverhooging tot resp. f 12.50 en f 15
op 16 Juli en 16 September en dezen
laatslen prijs nog eeuigen tijd in het
volgend jaar te bandhaven.
ROGGEBROOD.
De prijs voor bet roggebrood bedroeg
voor 16 Mei f 10.50 per 100 K.G. en is
toen gebracht op f 13.50 en zal 16 Juli
worden verhoogd tut f 15.50 en 16 Sep
tember tot f 1750.
Tot 31 December zal dit op de 3
broodsoorten een totale bezuiniging ge
ven van f 29.065.000, tot dien datum
blijven de distributiekosten toch nog
f 45.379.910.
DE NIEUWE DIENSTREGELING.
Op de Nederlandsche Spoorwegen zal
de Zomerdienst regeling thans definitief
1 Juli in werkingtreden. De treinenloop
zal »p werkdagen aanmerkelijk uitge
breid, op Zondagen worden ingekrompen.
„PATRIMONIUM".
Uit bet jaarverslag van het Ned.
Werkliedenverbond „Patrimonium" blijkt
dat het verbond thans 245 afdeelingcn
met ruim 14.000 leden telt. Sedert de
laatste jaarvergadering is bet aantal
leden met ruim 2000 vermeerderd.
Friesland telt het grootste aantal afd.
Ging in enkele afdeelingen het leden
aantal achteruit, in andere ging het
aanmerkelijk vooruit, o.a. Amsterdam
van 550 op 950 en te Groningen van
300 op 450.
En 46 nieuwe afd. werden opgericht.
De afdeelingen verklaarden zich in
meerderheid tegen de oprichting van
een Bondsziekeufonds.
Aan een 50 afdeeliugen zijn woniug-
bouwvereenigingen verbonden, aan een
83-tal ziekenfondsen.
VERLICHTE RIJWIELEN.
We vestigen de aandacht onzer lezers
erop, dat van 1 Juni a.s. af de bestuur
ders van voertuigen en rijwielen ver-
jilicht zijn deze vervoermiddelen van een
bij de wet voorgeschreven lichtgevende
lantaarn te voorzien. Zoo men weet is
dit voorschrift tijdelijk opgeheven ge
weest.
DE LAND ARBEIDERSSTAKING
IN GRONINGEN.
De uitsluiting der modernen is lieden
ingegaan. De uitgesloten personen zetten
hun posten uit. Te Warffum staat het
werk bijna en te Usquert geheel stil. De
uitsluiting vindt haar oorzaak in de
staking te Oldambt. t
De uitsluiting op liet Hoogeland van
Groningen jis een feit geworden. Er is
groote actie te verwachten.
De moderne Bond van landarbeiders
weigerde lieden op de voorstellen van
de werkgevers in het landbouwbedrijf
in te gaan, om bij een verhooging van
pl.m. 5 cent uurloon de staking in Oost-
Groningen op te heffen.
Te Zuidbroek dreigen de landbouwers
de vaste arbeiders uit hun woning te
laten zetten, als' ze buiten de staking
om, zich niet belasten met het voederen
van liet vee der landbouwers.
VERSLAG
van de zendingsrede van Ds. S.
Groeneveld gehouden te
Zaamslag, 25 Mei '19.
Met genoegen had spreker aan de uit
noodiging gevolg gegeven om te spreken
over de zaak der zending, wijl hierover
volgons spiekers overtuiging, nooit te
te veel gesproken en nagedacht kan
worden. Steeds hebben we ons de vraag
te stellen wat kunnen we en moeten
we doen
Spreker neemt zijn uitgangspunt in
het bekende schriftwoord: Kom over
in Macedonië en help ons.
Paulus beeft aan deze roepstem ge
hoor gegeven en alzoo is aan onze voor
vaderen van uit Azië ook op Europee-
schen bodem het Evangelie voortgeplant,.
De roeping om zending te drijven
gaat door. De omstandigheden echter
zijn gewijzigd. Thans toch roept Azië
Europa too, kom over en help ons. En
deze roep om zending wordt steeds
sterker.
I11 allerlei kringen wordt aan zending
gedaan. Ook onder de Gereformeerden
vindt ge de zendingsactie. En nu is liet