Orqaan ter verspreiding der Christelijke Beginselen in Zeeuwseh-lllaanderen. No. 134. 'Woensdag 23 April 1919. 2e Jaargang. FEUILLETON. Biiitenlaiidsch Overzicht. JAN WAANDERS. Uitgave van de ChristelijkePersvereeniging „Zeeuwsch-Vlaanderen" te Ter Neuzen. Alle stukken de redactie en administratie van dit blad betreffende, moeten worden ge zonden aan den redacteur, H. S. v. HOUTEN, Vlooswijkstraat 62, Ter Neuzen. ABONNEMENT Bij bezorging 1,15 per drie maanden. Franco per post voor Nederland f 1.25. ADVERTENTIËN: Van 1-4 regels ƒ0.40. Elke regel meer ƒ0.10. Handelsitdvertentiën over twee kolom S cent per regel. Abonnementen per contract, -t Crisistoeslag 15%. Inzending van advertentiën tot 12 uur 's middags op de verschijndagen bij den drukker D. H. LITTOOIJ Az. te Ter Neuzen. Telefoon Nr. 20. Wegens uitstedigheid van den redacteur wordt men verzocht van heden af tot 16 Mei a.s. stukken voor de redactie van ons blad bestemd te zenden aan den heer D. SCHEELE Az., Brouwerijstraat, en advertentiën en be richten aan den drukker D. H. LIT TOOIJ Az. Beslist vrijzinnig. „De Economische Bond is onomwonden vrijzinnig", aldus sprak de geestelijke vader van den Bond, oud-minister lreub bij de oprichting. Laten onze menschen dat onthouden. Wie stemt op een candidaat der Economische Bond stemt liberaal. Want en weer laten we Treub aan 't woord de Economische Bond wenscht niet, dat de Staat dienstbaar wordt gemaakt aan eenig godsdienstig streven. Echt liberaal uitgedrukt. De afgevaardigden van den Economi- schen Bond zullen dus tegenstanders zijn van een christelijke politiek. In den Raad doen ze niet mee aan ons pogen, om ook door de plaatselijke Overheid de eere Gods te erkennen en te verbreiden. Laten we dat in ons oor knoopen. Vooral het niet vergeten, als straks de deuren wijd worden opengezet en men op bet reclamebord schrijft„Komt allen, er is voor personen van elk geloof plaats." Want die leus is onwaar. Er is voor u slechts plaats in den Economischen Bond, als ge uw geloof achterlaat. Anders niet. Op den disch van den Economischen Bond vinden we vrijzinnige spijze, door liberale koks klaargemaakt. En die lijsten we niet. We geven de voorkeur aan degelijker voedsel. Een ander bewijs dat de Economische Bond beslist vrijzinnig is, is het feit, dat op vele plaatsen aftredende liberale Raadsleden candidaat worden gesteld door den Economischen Bond. 't Zjjn toch twee handen op één buik. De Economische Bond is een liberale groep, die evenals alle vrijzinnige partijen geducht klop heeft gehad. In beginsel liberaal, wordt de Econo mische Bond hoe langer zoo meer een groepje van ontevreden liberalen. En 't schijnt, dat in den laatsten tijd in onze naaste omgeving ook ontevrede nen van andere kleur bij den Econo mischen Bond vervulling van vervlogen illusies zoeken. Daarom leek 't ons noodig, te waar schuwen voor den liberalen Economischen Bond. Onze kiezers hooren achter 't Anti revolutionaire vaandel op te trekken. En geen vlaggetjes na te loopen, die aan de eene kant een kerkelijk kleurtje, maar aan de keerzij beslist liberale en antigodsdienstige kleuren vertoonen. Y Belangelooze vriendschap? Op het congres van den Bond van Dienstplichtigen te Utrecht gehouden, bleek de bijzondere en warme vriend 19) Z E L A N D I A. schap der S. D. A. P. voor genoemden Bond. Nu is dit te begrijpen, i Immers is de Bond van Dienstplichtigen socialistisch, en voert hij propaganda onder de sol daten en gedemobiliseerde!) voor de revolutionaire beginselen. Toch is er nog een andere reden. Op voorstel van de afdeeling Dordrecht en van het hoofdbestuur sprak het congres zich uit, dat de afdeelingcn, naar draagkracht deel zullen nemen aan de obiigatie leening van het socialistische dagblad „Het Volk.'' Deze leening wil niet te best slagen. Nu worden de afdeelingen van den Bond er blijkbaar voorgespannen. By opheffing van de afdeeling worden de obligaties aan de S. 1). A. P. ge schonken. Geen wonder dus dat de heeren socialisten vriendschap toonen voor de Bond van Dienstplichtigen. Of het echter een geheel belanglooze vriendschap is En of alle leden, ook van de afdeeling in Ter Neuzen - daarvoor hun centen gegeven hebben Zullen ze nu hun dwaling inzien? Jammer, dat ze zoo was. Zoo stijf, als 't op zulke zaken aankwam. Ach ja 't was de eerste maal niet dat 't zoo liep. 't Botste wel eens meer. llij was veel vrijer in zijn opvattingen. Én eigenlijk móest ze daar toch wat meer rekeniDg mee willen houden. Je kunt je leven toch niet gaan verkniezen. Als je je nu elk genoegen moest ontzeggen Maar 't kwam door haar opvoedingdie Vliet- stra's namen het zoo erg nauw. Als hij en Jo maar es eenmaal getrouwd waren, zou t' wel beter gaan. Als ze niet zoo voortdurend meer onder de suggestie van vader en moeder stond Zou het? Zou Jo zoo zijn? Werkelijk Als hij eerlijk wou zijnneen, dat ver- wachtto hij toch eigenlijk ook niet Hij moest er dan, om des lieven zoons wil, maar niet meer over beginnen, het plan maar op geven. En des noods er maar alleen heengaan. Ja, dat kon ook Jo hoefde dat zelf heelemaal niet te De toekomst van Azië. Met de overwinning van Japan op Rusland is Japan zeer in beteekenis geklommen. Het werd een der groote wereldmachten. Uit het besef van het gevaar, waarmede Japans geweldige opkomst en de ont waking van het Gele Ras de wereld heerschappij van het Westen en daarmee die van Engeland zelf in de allereerste plaats bedreigden, was de toenadering van Engeland tot zijn aartsvijand Rusland te verklaren. Na de RussischJapansche oorlog hoopten velen, dat de Europeeschc twisten meer en meer op den achtergrond zouden raken, naarmate de ontzaglijke worsteling tussehen Oost en W'est, tusschen Azië en Europa naderkwam. De Duitsche keizer waarschuwde voor het gele gevaar. De Temps bepleitte aansluiting van Frankrijk bij Duitschland. Engeland legde te Singapore een kolossale maritieme basis aan, om als 't noodig was Japan te kunnen weerstaan. Jaren gingen voorbij. De groote oorlog in Europa brak uit. Tegen veler verwachting in, bleef Japan aan het bondgenootschap met Engelaud trouw. Inmiddels lieten de Japanners niet na hun invloed uit te breiden in de landen en op de markten, waar Engeland tot dusver de baas speelde. Japan kreeg de handen vrij, om, „terwijl de oude wereld zich dreigt uit te putten en onder haar schuldenlast te verplette- reu", de wieken breeder uit te slaan. Met de aansluiting van Japan en de Vereenigde Staten opent zich een nieuw tijdperk in de wereldhistorie. Beide zijn betrekkelijke „jonge" naties, vol kracht. Oost-Azië heeft de leiding in handen genomen. De voorspelde worsteling tusschen Japan en Amerika om China is uitgesteld. De Amerikanen moeten Japan vooralsnog ontzien en te vriend houden. Bij verdrag van 2 November 1917 heeft Amerika moeten erkennen, weten, 't Was wel veel aardiger samen maar ten slotte, hij kon zich toch ter wille van een stel ouderwetsche ideeën niet van de zijne, die beter gezonder waren, af laten brengen Er werd gebeld. Een oogenblik later kwam hot dienst meisje binnen. „De dames Breedveld", kondigde ze aan. „Laat de dames binnenkomen",gelastte mevrouw Waanders, terwijl ze meteen zweem van tegenzin haar boek sloot. „Da 's in langen tijd niet gebeurd", zei ze nog in de gauwigheid tegen Jan. liet meisje opende de deur voor de bezoeksters. In vollen praal ging mevrouw Bree veld voorTruis volgde. Er volgde een gezeg van gebruikelijke algemeenheden. Mevrouw Waanders vond het verruk kelijk, dat mevrouw Breedveld met Truitje, pardon ze meende Truus, eens aan kwam. Ze had al dikwijls tegen Waanders gezegd: we zien de Breed- velds toch weinig. Waarop mevrouw Breeveld te kennen gaf, dat het haar reusachtig speet, dat ze niet éér had kunnen komen, bij welke betuiging Truitje, gezegd Truus, zich dat Japan „speciale belangen" in China heeft, en zich tevreden moeten stellen met de Japansche bi'ofte, dat het de handelsrechten van andere naties in China „niet zal miskennen." Naar China ziet 'ap n reeds vele jaren uit. Van Rusland nri eg het in 19t6 de vrije hand in 't hemelsche rijk. En nu maakt Japan van de verzwak king van Europa gebruik om zich eens vooral vast te zetten in China, waar zulk een ontzaglijk terrein open ligt voor zijn krachtig ontwaakten haudelszin en ondernemingsgeest. Japan heeft een grooten voorsprong gewonnen en de prachtigste gelegenheid, zijn omstreeks 1896 begonnen werk op het Aziatische vasteland voort te^etten. In Japan kwam de leus op„Azië voor de Aziaten." In het begin van den oorlog schreef een Japansch blad, dat Europa en het blanke ras het hoogtepunt bereikt hadden en thans „voor ondergang bestemd" zijn. En 't moet gezegd, de kans voor Japan staat gunstig. Rusland is uitgeschakeld, Engeland en Frankrijk zijn niet vrij, Duitschland is uit het strijdperk verdwenen en machte loos geworden, China blijft een te logge massa met zijn honderden millioen inwoners, om voorloopig nog een actieve rol te spelen. Daartegenover' staat Japan, als de eenige O. W.er onder de groote mogend heden. Handel, scheepvaart, nijverheid en landbouw bloeien er. De Europeesche oorlog werd voor Japan een sterke bries in een strak gespannen zeil. Het ging op alle gebied reusachtig vooruit. Bij de handhaving van Cliiua en het tegengaan vau verdere machtsuitbreiding van Japan hebben de Vereenigde Staten, maar heeft ook de overige wereld het grootste belang. Alleen een samengaan van Amerika en Engeland kan de Japansche heersch- zucht binnen de perken houden. Of het daartoe zal komen Zeker is wel, dat naast het gevaar van het bolsjewisme, voor Europa ook dreigt het Aziatisch gevaar, zij het in eenigszins verdere toekomst. Paaschgroet. Jezus zeide tot haar: Vrouwe wat weent gij JOH. 20 15. „Gij weent Ween nieto Paaschwoord, [Vredegroet! Al trildet ge eens door Magdalena's [harte, Geën moederkus is zoo verrukkend zoet Gij kust hem weg, den wrangsten [traan der sinarte.... 'k Weet wie ook mij dien blijden feest groet biedt „Gij weent Ween niet „Gij weent Ween nietwant zie daar [wandelt Hij Kent gij Hem niet, den Hovenier der [gaarde Gij zoekt Hem, en Hij is u zoo nabij, Die bloemen voor den Hemel kweekt [op aarde Hij, die ook u, krank roosjen, kwijnen [ziet „Gij weent? Ween niet!" „Gij weent Ween niet! Of weent gij [om uw schuld Is dat de steen, u op het hart gezegen Zie HemHij heeft voor u de Wet [vervuld, En uit Zijn oog straalt Gods genade [u tegen. Gij leeft, sinds Hij voor u het leven liet „Gij weerit? Ween niet!" „Gij weent? Ween niet!" Of weert ge [om aardschen nood Omdat voor u de nacht des lijdens daalde Bedenk hoe schoon het heerlijk Morgen rood Der Taaschzon na den Vrijdag-rouw- [nacht straalde Bid! Hoop! Geloof! Straks jeindigt al ['t verdriet „Gij weent? Ween niet!" „Gij weent? Ween niet!" Duurt u de [tijd te lang Smacht gij naar Huis, na 'trust'loos [ommedwalen ZieHij ging vóórStraks eindt uw [pelgrimsgang Dan schudt gij ze af, de grijze réis- sandalen. U wenkt alreeds de Bruiloft in 't ver schiet „Gij weent? Ween niet!" „Gij weent? Ween niet!" Ja, Heere [Uw trouw is groot, Den lijdenskelk verzoet Ge uit mede- [doogen En breken wij nog dikwijls tranen brood, Eens wischit Gij alle tranen uit onze [oogen. 'k Hoor reeds van ver' der Englen Wel komstlied „Gij weent Weent niet aansloot. Onderwijl hadden de dames plaats genomen en volgde een oogenblikje stilte na het kunstmatig stormpje. Mevrouw Breedveld was vrij pronkerig en opzichtig gekleed wel wat jeugdig ook voor haar vijf en veertig jaren. 'tWas een massieve verschijning met iets man nelijks in haar bewegingen. Haar rood gezicht was zwaar bepoederd haahgroote handen waren geperst in te nauwe gla cés ze behoefde toch immers niet zoo op staanden voet te verraden, dat zij ze lange jaren terdege had moeten ge bruiken, om alles behalve damesachtig werkzaamheden te verrichten. Truus zag er in een allerluchtigst toiletje niet onaardig uit, oordeelde Jan Waanders. Ineens herinnerde hij zich hoe ze hem eergisterenavond tot twee maal toe opmerkelijk had aangestaard. Weer die lachende oogendie hem ook nii weer zochten. Maar och, zóó was Truuseen beetje vrijvroolijk en levens lustig. Na de pauze, die ingetreden was, ontspon zich een tamelijk mat gesprek tusschen de beide oudere dames. Truus trachtte Jan aan 't spreken te krijgen. Ze kende zijn voorliefde voor muziek begon over de repetitiesdeed Wachter, wat is er van den nacht? De morgen is gekomen, de morgen zoo lang verbeid maar het is nog nacht. Somber stemt ons het Paaschfeest van 1919. De wereld moge trachten den ernst en het verschrikkelijke weg te lachen, geen dansmuziek, geen tooneelspel, geen bioscoop geschitter vermogen te doen vergeten, wat er woelt en gist. De Augustusdagen van 1914 vervulden het hart met angst en vreeze, maar waren niet zoo angstwekkend als de tijd, dien wij thans beleven. Is het niet, of de echo van het Kaïnswoord „Ben ik mijns broeders hoeder?" duizendvoudig wordt herhaald Alle gevoel voor den naaste is afge stompt. De wreedheid van het Bolsjewisme kent geen grenzen. Zie het aan Rusland. Volgens berichten uit Riga lagen daar in liet begin van April duizenden aan zienlijke burgers den hongerdood in de overvolle gevangenissen af te wachten. Hun dagelijksch rantsoen bestond uit een bord waterige soep en 50 gram brood. Een verlossing is het voor die ellendigen als zij, om plaats te maken voor anderen, buiten de stad gesleurd te worden om daar te worden doodgeschoten. Wat hebben die ongelukkige slachtoffers ge daan Zijn het landverraders, .dieven, moordenaars Neen. Maar God had hen tot rentmeesters gesteld over aard- sche bezitting. Mogelijk zijn er onder, die het loon hebben verkort der werk lieden, die hunne landen hebben gem.ïaid, die lekkerlijk hebben geleefd en hunne wellusten hebben gevolgd. Maar zeker zijn er ook bij hen, die hunne gaven hebben geofferd ten algemeenen nutte en hunne talenten besteed voor het welzijn van den evenmensch. Daarnaar wordt echter niet gevraagd. Het bezit van kapitaal is misdaad en daarom moet hei gestraft. Maar nu zullen dan de Geallieerden dat Bolsjewisme bestrijden door Rusland van levensmiddelen te voorzien. Men is van meening, dat het is ontstaan tengevolge van economische ellende en dat het zich handhaaft door bepaalde klassen te voeden en de overige uit te hongeren. Geef allen evenveel te eten, zoo redeneert men, en het Bolsjewisme zal verdwijnen. Wie, die vasthoudt aan zijn Bijbel, die 't gelooft En is men dan ook niet veel te laat tot dat inzicht gekomen Hoeveel ellende zou voorkomen zijn, als terstond na den wapenstilstand de blokkade was opge heven en de wereldvoorraadschuren wa ren ontsloten voor alle hongerende volken. Echter, niet erbarming, maar politieke berekening bepaalt den te volsren koers. Best mogelijk zelfs, dat op Duitschland nogmaals het uithongeringssysteem wordt toegepast. Mogen we toch de berichten gelooven dan zullen op a.s. Vrijdag de vredesvoorwaarden aan de Duitschers worden voorgelegd.- De tekst bestaat uit maar even 1000 artikelen. Duitsch land zou te betalen krijgen 300 milliard francs. Of dat veel is Als deze som gestort werd in Nederlandsche zilveren guldens, dan zouden er 3000 treiuen elk van 50 waggons noodig zijn om dien schat te vervoeren Natuurlijk behoeft niet alles contant te worden betaald, en ook niet alles in goud, maar betalen blijft toch de boodschap. Voeg daar nu bij al de vernederende eischen, die verder aan Duitschland worden gesteld, als afstand van grond gebied, blijvende bezetting, uitsluiting van bepaalde voorrechten én verlies van invloed en wij vragen ons afZal Duitschland zulke voorwaarden onder teekenen Er is eene sterke groep onder de bevolking die deze voorwaarden voor volstrekt onaannemelijk verklaart, maar de Franschen dreigen reeds nu met be zetting en hongerblokkade voor het ge val de onderteekening werd geweigerd. Maar als dan volgens de redenee ring van Wilson door den honger, evenals in Rusland, ook in Duitschland het Bolsjewisme de overhand krijgt, aan wie dan de schuld En dat gevaar is niet denkbeeldig. De strijd tusschen Regeeringstroepen en Spartacisten wordt er met wisselende kans gevoerd. Den eenen dag heet het, dat de eene partij hier de baas is, den volgenden dag is weer de andere partij elders aan de winnende hand. Brunswijk is op het oogenblik, dat we dit schrijven, weer door Regeeringstroe pen bezet. Zal het nog zoo zijn als de lezers dit onder de oogen krijgen Het gebeurde in den nacht van Vrijdag op als naar gewoonte heel druk. „Wat denk je van de uitvoering; heb je d'r nog al moed op? polste ze. „O ja, wanneer is 't ook 't Is me heelemaal ontschoten." „Over veertien daag immers, nee maar „Ja, da's waar; 'k kon me den datum niet precies meer herinneren, zie je." „Nou dan „Wat?" ,,'k Geloof, dat je slecht luistert. Een beetje verstrooid Och ja hé, verliefde harten Jan lachte, wel wat gedwongen. Ja, hij was inderdaad wel wat verstrooid. „Zóó erg is 't niet, hoor," weerde hij af, schertsend. „O nee verwonderde ze, quasie ern stig. ,,'k dacht, dat het met jullie toch heel erg an was." En alweer keek ze hem met die schit terende oogen recht aan. Hij vond haar doen wat vreemd. Wat had ze toch eigenlijk In eens schalde weer haar volle lach ,,'k Had niet gedacht, dat je d'r zoo confuus over zou zijn. Die Jo heeft jou toch wel te pakken, hoor Haar praat stond hem ineens tegen 't Had er veel van, of ze telkens in hun korte gesprek opzettelijk zijn verhouding tot Jo ter sprake wou brengen. „Laten we over wat anders praten," zei hij, min of meer stug. Boos Koüi, kan je daar niet tegen. Maar goed, je hebt me feitelijk ook nog geen antwoord gegeven. Toe dan plaagde jze, op Jan's verwonderd doen. ,,'k Weet niet begon hij. „Nou, 'k zal je helpen. We hadden 't over de aanstaande uitvoering. Wat je daarvan denkt." „O, ja, 'k weet niet recht, wat 'k er van zal zeggen. Soms heb ik er nogal moed op, maar op 'n anderen keer heele maal niet. 't Gaat zoo Verschillend op de repetities." „Jij stelt je eischen een beetje hoog, denk ik." „Die kun je nooit hoog genoeg stellen. De kunst. „Ho hoKunstDat bereik je op Ex celsior toch nooit „Waarom niet. Als we allemaal..." „Ja, moet je es komen. Nee jhoor, zóó ver brengen we 't nooit, 't Is al wel als 't een beetje draaglijk is." (Wordt vervolgd). unNMt?MK1'NiT Ri; Kn^nrtrincr f 1 tTi ner tTrifi maanden Franco ner nost voor Nederland f 1.25. DOOK

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1919 | | pagina 1