Uit (le Pers.
Uit de Provincie.
Van Heinde en Verre.
ONTWERP-ARBEIDSWET.
Minister Aalbcrse deelde in de Tweede
Kanier mede, dat het ontwerp voor de
nieuwe arbeidswet, inhoudende o. a. be
palingen omtrent den achturigen arbeids
dag, binnen zes weken zijn Departement
zal verlaten.
De Koningin heeft aan ds. Berthault,
predikant bij de Waalsche Gemeente te
's Gravenhage, opgedragen, om eergiste
ren, den 400en geboortedag van admiraal
Gaspard de Coligny, de navolgende
boodschap te Parijs over te brengen bij
gelegenheid der algemeene herdenking
van dezen dag in de Protestantsche
kerken van Frankrijk, waartoe het
initiatief werd genomen door de Société
de l'histoire du protestantisme frangais
Aan de Protestanten van Frankrijk.
Als afstammelinge van den admiraal
de Coligny stel ik er prijs op met u op
dezen herdenkingsdag hulde te brengen
aan de nagedachtenis van den grooten
Hugenoot en den grooten Franschman,
die mijn voorzaat is, wiens geloof het
erfdeel is van allen die in Christus
gelooven.
„Hoewel gestorven, spreekt hij nog tot
ons, hij hield stand ziende den Onzien
lijke."
Ik bid God, dat het geloof, dat de
kracht van zijn leven uitmaakte, bij toe
neming onze steun en sterkte zij.
Woorden op het voetstuk van het
standbeeld van den admiraal. [Red.]
STEUNREGELING.
(Officieel). De meening heeft zich ver
spreid, dat voor de dienstplichtigen, die
eerst na 31 Maart a.s. met onbepaald
(klein) verlof vertrekken, geen geldelijken
steun van rijkswege zal worden verleend.
Voor die meening bestaat vooralsnog
geen deugdelijke grond. In de bekende
steunregeling van einde December 1918
is, {weliswaar bepaald, dat de daarbij
vastgestelde maatregelen van kracht zijn
ten aanzien van hen, wier verblijf onder
de wapenen een einde neemt vóór 1
April 1919, doch die regeling bevat te
vens de mededeeling, dat te zijner tijd
zal worden overwogen, in hoeverre, in
verband met de dan heerschende om
standigheden, het verleenen van steun
zal geschieden ten aanzien van hen, wier
verblijf onder de wapenen eerst op of
na genoemden datum eindigt.
Het staat derhalve niet vast, dat de
steunverleening met 1 Apiil een einde
neemt. Komt er echter voor den verderen
tijd een steunregeling tot stand, dan zal
deze wellicht in verschillende opzichten
van de bestaande regeling afwijken.
Tjjdig vóór 1 April zal worden bekend
gemaakt, of ook voor hen, die na 31
Maart huiswaarts worden gezonden,
steunmaatregelen van rijkswege zullen
gelden, en zoo ja, waarin die maatregelen
zullen bestaan.
Men seint uit Parijs
De Intransigeant bevat het volgende
„Er is gezegd, dat de Schelde quaestie
zou worden verwezen voor onderzoek
naar de commissie voor havenwerken
en waterwegen. Wij meenen te weten
dat tleze verwijzing bestreden zal wor
den door de Fransche en Belgische af
gevaardigden. wanneer zulks noodig
wordt' Die Schelde-quaestie is in
derdaad geen vraagstuk voor binnen-
landsche regeling, maar wel betreft
ze de territoriale souvereiniteit, welke
den politieken status van België belang
inboezemt. De rivier is een Bel
gische en België eischt haar op ter
wijl het tevens herziening vraagt van
de verdragen van 1839. De Fransche
belangen zijn één met die van België
en daarom zal Frankrijk te dezer zake
het standpunt van België verdedigen."
Christelijke Boeren-
Tuindersbond.
en
Onze Christelijke Boeren-en Tuinders-
bond groeit gestadig in omvang en kracht
De winter-cam pagne heeft het aanzijn
geschonken aan verschillende plaatselij
ke afdeelingen, terwijl het ledental aan
merkelijk is uitgebreid.
In zijn kortstondig bestaan heeft de
de Bond zich krachtig doen gelden en
met beslistheid in de verschillendeland
en tuinbouwvraagstukken positie geko
zen.
Thans komt het probleem van den
achturigen arbeidsdag op de aandacht
onzer landbouwers en tuinders beslag
leggen.
In onderscheidene vergaderingen is
deze kwestie reeds onder de oogen ge
zien en ook onze christelijke boeren en
tuinders van Zuid-Holland en Brabant
zullen een bijeenkomst aan de bespreking
van dit interessante onderwerp wijden.
De eisch van den 8-urigen arbeidsdag
wordt in deze dagen met klem gesteld
en het is de dure roeping van onze
boeren en tuinders om welbewust in
deze materie hun houding af te bakenen.
Het gaat over de vraag ofde8urige
arbeidsdag in den land- en tuinbouw
mogelijk, of in het algemeen een wet
telijke regeling gewenscht en of voor
den landarbeid een speciale arbeidswet
noodzakelijk is.
Inderdaad gewichtige zaken, waarin
met beleid en kloek verstand na breede
gcdachtenwisseling een beslissing dient
te worden genomen.
Laten onze boeren en tuinders be
grijpen dat, wie in onzen tijd als groep
de plaats wil innemen, waarop hij recht
heeft, zich organiseeren moet, want het
is een onverbiddelijke wet geworden,
dat wie zich niet laat gelden en hooren
onder den voet geloopen en doodgezwe
gen wordt.
De zich onafhankelijk voelende boeren-
tuinder is niet gemakkelijkjuit zijn tent
te lokken en in beweging te brengen.
Maar in onzen tijd met zijn veel nieuwe
en ongedachte verschijnselen vermenig
vuldigen de vragen en moeilijkheden
zich in zoo duizelingwekkende verschei
denheid, dat de sterkste individualist
behoefte gevoelt aan onderling overleg
en georganiseerde actie. (Rott.)
V rouwenkiesr«cht
Stond het aldus dat de toelating^ van
de vrouw tot het kiesrecht van Gods
wege verboden was, zoo zou er niet
meer over te spreken vallen, en zou
zonder aarzeling geheel de Antirevolu
tionaire partij zich er als een man tegen
verklaren, en zelfs, zoo een liberaal
Kabinet het doordreef, er feitelijk niet
aan meedoen. De Antirevolutionairen
zouden dan de boete en de straf moeten
ondergaan, die op thuisblijven gesteld
werd, en wat nog banger zou wezen,
ons stemmental zou bij vergelijking met
het cijfer der andere partijen, zoo on
rustbarend slinken, dat ons ledental in
de Kamer straks van 13 op 6 a 7 slin
ken zou, zoodat alle invloed onzerzijds
op het Staatsbeleid verijdeld zou zijn,
Doch, hoe hard dit ook zou wezen, bij
aldien we tegenover een verbod van
Gods zijde stonden, zouden we deze
noodlottige gevolgen te aanvaarden heb
ben, en geen onzer zou aarzelen om zich
hierin te voegen.
Zoo echter staat de zaak met. Eige
ner beweging schreven we zelfs in onze
Statuten, dat een vrouw die weduwe
is, voor den overleden man als kiezeresse
in de plaats behoort te treden, In tal
van landen gaat de stembus op Zondag
open. en toch hebben de trouwe antire
volutionairen elders nooit beweerd, dat
men alsdan zijn stemrecht moet ver
beuren. En wat de hoofdzaak is, er
staat nergens in de Heilige Schrift een
generaal verbod, dat aan de vrouw liet
recht en de mogelijkheid ontifteemt, om
aan de formatie van het Bewind mede
te werken. Zeker, het moest niet zoo
zijn, en de toestand is veel gezonder zoo
rrien het stemrecht van de vrouw tót
zekere Gemeenteverkiezingen inperkt,
maar een beslist verbod is er niet. Niet
uit voorkeur, noch ook eigener beweging
maar om veel erger af te weren, kan
het meestemmen van de vrouw daar
om tegelijk geoorloofd en zelfs noodza
kelijk zijn.
Gelijk wel vanzelf spreekt, valt er
niet aan te denken, dat Links nimmer
meer nogmaals aan het Bewind zou ko
men en geschiedt dit, dan krijgen we
toch Vrouwenkiesrecht, maar dan op
een manier, die een privilegie verleend
aan de vrouw van hoogero maatschap
pelijk cultuur, wat zeggen wil, dat
wij dan het onderspit delven, en de
Liberalen den slag winnen. Stand.
Het a.-r. „Friesch Dagblad" bevat deze
rake asterisk
Revolutie-dwang. Mevr. Roland Holst
zei 't maar ronduit:
Revolutie, dat beteekent dwang.
Immers, de massa is niet rijp voor
het communisme en moet daarom door
dwang tot rijpheid worden gebracht.
Wint het communisme 't b.v. in
Amsterdam, dan worden daar aller
eerst de vergaderzalen, de groote dag-
bladbureaux, 't postkantoor enz. bezet.
De echte bolsjewikimanier dus.
Iloe laug dat duren zou en noodig
zou blijken, kon de dichteres niet
zeggen. Kort zou het niet zijn. Dicta
tuur was noodig; net zoolang tot de
massa tot het communisme zou zijn
bekeerd.
Hier dus alle vrijheid uitgebrand.
Zoolang men 't met de geweldple
gende minderheid niet eens is, wordt
elke uiting der publieke meening be
dwongen. En eerst als de menigte zóó
lang is bewerkt, dat zij krachtig mee-
huilt met de wolven, waarmee ze in
'tboscli is, wordt de „vrijheid", zoover
als 'tgaat! hersteld.
Als de dwang haar werk heeft ge
daan.
'tls maar goed, dat men tegen
woordig recht voor de zaak uitkomt
wij weten dan, waar we aan toe zijn.
In de commune van Parijs de
voorbode.
Geen wonder dat in dezen revolutio
nairen tijd de heriónering aan deParijsche
Commune van 1871 levendig oprijst.
Terecht merkte de oud-Minister Colijn
in Zijn rede, ten vorigen jare voor „Boaz"
gehouden, op, dat oorlog en revolutie
bloedverwanten zijn.
Telkens zien wij in de historie, hoe
door den krijg de revolutionaire geesten
ontketend worden.
Zoo kwam na den Fransch-Duitschen
oorlog van 1870 de gruwelijke opstand,
die met den naam van de Commune van
Parijs wordt aangediend.
Hoog wordt die Commune door socia
list en anarchist geroemd,
Karei Marx de geestelijke vader van
het socialisme teekent haar in zijn be
roemt Manifest, twee dagen nahaar val
opgesteld, aldus: „Verwonderlijk was
de verandering, die de commune bracht
aan Farijs. Het werd het vroolijke ar
beiders-Parijs. Het was niet langer de
verzamelplaats van Britsche grondbezit
ters- buiten 's lands wonende Ieren,
Amerikaansche ex-slavenhouders en par
venus. Geen lijken meer in de morgne,
geen nachtelijke inbraak, bijna geen dief
stal meer, voor 't eerst was Parijs vei
lig en dat zonder eenige politie. De
lichtekooien waren van de straten. In
haar plaats kwamen de werkelijke vrou
wen van Parijs weer te voorschijn
heldhaftig en opofferend als de vrouwen
in de oudheid. Parijs werkend, denkend
strijdend, bloedend, door de voorberei
ding van een nieuwe maatschappij, bij
na vergetend de kannibalen voor de
póórten, stralend in de geestdrift van
zijn geschiedkundige roeping".
Met deze hartstochtelijke betuiging
eindigt bij zijn geschrift: „De marte
laren der Commune zijn gegrift in het
groote hart der arbeidersklasse. De
geschiedenis hoeft hare vernietigers nu
reeds aan den schandpaal genageld en
alle gebeden der papen zijn niet in
staat hen daarvan te verlossen. Het
Parijs der arbeiders met zijn commune
zal eeuwig verheerlijkt worden als de
roemvolle voorbode eener nieuwe maat
schappij".
Niemand minlerden Bebel verkondigde
in 1871 aldus haar lof: „Houdt er u
van over.uigd, dat het geheele Euro-
peesche proletariaat, ja allen die nog
gevoel voor vrijheid en onafhankelijkheid
in de borst dragen, met trotsch op Parijs
zien. En wanneer ook thans Parijs on
derdrukt mocht worden, dan herinner
ik er u aan, hoe de strijd in Parijs
slechts een klein, maar heerlijk voor
postengevecht is, dat de hoofdzaak in
Europa nog komen moet en dat eer lut
tele tientallen jaren zijn voorbijgegaan,
de strijdkreet van het Parijsche proleta
riaat': oorlog aan de paleizen, vrede aan
de hutten, dood aan het kapitaal, de
st rijdkreet zal wezen van het gezamenlijk
Europeesch proletariaat".
In de Commune van Parijs alzoo heb
ben we naar socialistisch getuigenis te
zien een voorbode van het heil, dat ons
bij het welslagen der revolutie te wach
ten staat. Rott.
Driewegen. Zaterdagavond hield de
Vereeniging jvoor Christelijk onderwijs
hare algemeene jaarvergadering. De
Vice-voorzitter, de heer II. de Regt,
werd daarin met groote meerderheid als
Bestuurslid herkozen. In weerwil van
de 10 oorlogstoeslag op het schoolgeld
sloot de rekening van den Penningmeester
met een tekort van ruim f 138. Staande
de vergadering ontving de Penningmees
ter eeue eerste gift van f5 tot dekking
hiervan. De meening werd uitgesproken,
dat eene school, als die te Driewegen,
in dezen tijd toch waarlijk niet met jaar-
lijksche tekorten behoefde te worstelen.
Wel waren de rekeningen der ambachts
lieden hoog, maar aan het personeel was
geen duurt,etoeslag betaald.
Secretaris en Hoofd der School gaven
een breedvoerig verslag over den toe
stand der Vereeniging en dien van het
onderwijs, waarop eene zeer geanimeerde
discussie volgde.
De vergadering was druk bezocht en
sprak den vvcnsch uit, dat weer spoedig
een ouderavond zou worden gehouden.
Zwaar werd de school getroffen door
ziekte onder het personeel, maar in het
geloof, dat de Ilecre ook onze school
zal [doen groeien onder den druk, blijft
het vertrouwen op Hem, die alle dingen
doet medewerken ten goede, dengenen,
die in Hem gelooven.
Een onzer lezers zendt ons de vol
gende schets
Ambtenar ij.
't Is koud. Heel den nacht door heeft
het gesneeuwd. Honderden fantastische
figuren op de vensterruiten. Binnen
blijft het koud, de eenige brandstoffen
dié er zijn zijn betreven (vlasleemen) en
van stadswege verkrijgbaar gestelde
derrie, die zoo nat is, dat er 6 maanden
tropische hitte over gaan moet, voor ze
branden zal.
Bim Baam m de Kerkklok
'In do kerk al les. kil; brandstof is er
niet alles op. Wie vraagt er nu ook
nog om brandstof voor 'n kerk, nu er
overal bezuinigd wórdt?
Elf uur. Trappelend verlaten de be
zoekers het Godshuis, zich spoedend
naar huis. Onze weg loopt voorbij 'n
brandstoffen-kantoor. Lief kringelt een
blauw rookwolkje uit de schoorsteen van
het kantoor. Zondagsdienst? Mis! Het
eeaigszins terzijde geslagen gordijn gunt
U een blik daar binnen, 'n Jonge man
bladert gedachtenloos in een romannetje,
terwijl de anthraciet in Jaarma's insluit-
haard prettig brandt.
Drie dagen later. Koude nóg vinniger.
In dezelfde straat een groepje menschen
In 't midden 'n kar met vrije kolen,
heusche anthraciet. Vijf gulden 'n baal.
'n Rentenier wil alles koopen, maar de
koopman rantsoeneert. „Elk wadde,
zulle". Strompelend komt 'n arm kleer-
makertje op het groepje afbevend houdt
hij vijf zilverbons tusschen z'n doorprikte
vingers. „Ik ook 'n baale, asjeblieft"
Allen glunderen. Ze hebben nu toch
iets. Maar wat doet op eens die glans
verdwijnen? Wat doet hun die zak zoo
krampachtig vasthouden? Zie, daar ver
schijnt 'n meneer van 't kolenbureau. Zijn
stem verbreekt de iitgetreden stilte het
hoofd komt nu even boven de kraag»
waarin het weggedoken was. „Wat is
hier aan de hand Jullie worden uit
gesloten van de distributie. Allemaal
namen opgeven". Diep uit zijn zakken
komt een boekjehij noteert namen
wrijft langs zijn kin en zegt„ziezoo
jullie zullen 't wel voelen. Wees'zuinig
met uw brandstofdat moeten wij ook
doen." Mijnheer naar 't kantoor. Voerman
af, roept nog„ik kom niergen weere,
zulle". Kleermaker tegen den meneer
„ei-je mien ook opgeschreven." Ambte
naartje „natuurlijk Menschen naar
hun kille woning en 't ambtenaartje naar
't warme kantoor
Ik kijk door de ruiten en zuchtO,
die ambtenarij
Hoek. Door B en W is tot ambtenaar
ter secretarie benoemd de heer Jac.
Dregmans alhier.
Zaamslag. In de laatste dagen werd
hier door personen van de grenskanten
veel Sunlightzeep verkocht.
Hieraan is plotseling een eind gekomen,
nu de kommiezen enkele partijtjes in
beslag namen.
Axel. Vrijdagavond werd op iiet stad
huis, onder voorzitterschap van den bur
gemeester, een vergadering gehouden in
verband met de oprichting van een;bur
gervvacht. Door den voorzitter werd
duidelijk uiteengezet het dool en de
werkwijze van een burgerwacht en hoe
de burgerwacht is samengesteld. Een
50-tal personen hebben zich reeds aan
gegeven voor de te vormen burgerwacht.
De volgende week zal nogmaals een
vergadering worden gehouden, teneinde
een bestuur te kiezen en een hopman
te benoemen. De [leden van de alhier
bestaande schietvereeniging „Prins Mau-
rits" hebben zich bij de burgerwacht
aangesloten.
De heer F. de Bilde, gemeente
veldwachter alhier, is met ingang van
1 Maart a.s. benoemd tot rijksveldwach
ter standplaats Clinge.
Als bestuurslid van de alhier op
gerichte stierenvereeniging zijn gekozen
de heerenJ. de Putter, voorzitterJ.
de Feijter Lz., secretaris M. W. Koster,
penningmeester; G. van Fraaijenhove
en C. Haak. commissarissen.
IJzendijke. Tijdens een korte afwezig
heid der moeder is hier een wieg in
brand geraakt, waardoor het daarin lig
gend kind hevige brandwonden kreeg en
even daarna overleed.
Sluis. Toen de landbouwer L. v. d. V.
in de wijk Heille Woensdagmorgen op
stond, vond hij zijn mooien 3jarigen hengst
doodgeschoten in de weide, nabij de grens
liggen. Een streng onderzoek is inge
steld.
Het paard had eene waarde van f 45.000
Donderdag wordt te Vlissingen een
openbare protestvergadoring tegen Bel
gische annexatieplannen gehouden met
als sprekers de heeren Pattist en Felix
dan zal tevens de eerste uitvoering plaats
hebben van een Zeeuwsch volkslied.
Een mooie familie.
Nadat de politie te Middelburg kennis
had gekregen van diefstal van een aantal
flcsschen vermouth en kruiken oude klare,
werden bij een huiszoeking bij een knecht
van den bestolen handelaar de geheele
familie en ook bezoekers dronken aan
getroffen 'en het aantal ledige flesschen
in beslag genomen.
Middelburg. De gemeenteraad heeft
besloten met 9 tegen 3 stemmen, links
tegen rechts, dit jaar de kermis, die het
laatst in 1914 is gehouden, weer te doen
doorgaan.
's Gravenpolder. Dinsdag viel de 11-
jarige A. N. zoodanig op het ijs, dat hij
een hevig bloedende hoofdwond bekwam.
De veldwachter lei een noodverband,
waarna de dokter te hulp werd geroepen.
Hoedckenskerke. [Zondagmiddag kwamen
hier 2 vliegmachines over.
Een er van is geland op een stuk
bouwland en was erg beschadigd.
De Canadeesche luitenant-vliegenier E.
C. Schafer brak daarbij het linkerbeen,
terwijl hij buitendien aan het hoofd vrij
belangrijke verwondingen kreeg.
De politie te Wolphaartsdijk is een
uitgebreide dievenbende op het spoor,
die er haar werk van maakt uit ver
schillende landbonwschuren graan enz.
te ontvreemden.
Colijnsplaat. Vrijdag had alhier op de
ijsbaan een dame het ongeluk te vallen
door het rijden in een scheur, met het
gevolg, dat haar rechterpols op 2 plaatsen
is gebroken.-
Een jeugdige held.
Goes. De 12-jarige A. v. d. Peijl was
met zijn broertje Vrijdag op het ijs van
den Westwal tegenover Ravelijn „de
Grenadier", toen de kleine door het ijs
zakte cu in de diepte verdween. Snel,
als door een ingeving grijpt onze held
een stok, springt in het wrak, slaat den
stok achter den nek, laat zijn achter
hoofd tegen den kaut van het ijs rusten
en grijpt zijn broertje. Eerst daarna
begint hij om hulp te schreeuwen, en
doen anderen het overige.
Ook Zaterdag had deze zelfde flinke
jongen het geluk een andereu drenkeling
onder uit het ijs te halen. Indien nog
medailles voor 't redden van drenkelingen
uitgereikt worden, dan dient een der
eerste bekroonden wel te zijn deze A.
v. d. Peijl.
Tragisch.
Zeven broers en zusters van de
schippersfamilie Meijers uit Breukeler-
veen begaven zich omstreeks half zes
per schaats over de Loosdrechtsche
plassen naar Loosdrecht.
Plotseling reden ze allen in een wak
en raakten te water. Een de* jongelieden
slaagde er in zijn zes zusters en broers
op het droge te brengen.
Toen hij de laatste op het ijs had
getild, verdween de moedige redder zelf
in de diepte en verdronk.
Steeds erger.
De kantoorbediende F. H. kreeg, toen
hij zich ten kantore van zijn patroons,
de heeren B. en V. in de Wijnstraat te
Rotterdam bevond, het telefonisch ver
zoek, even in de „Confiance" in de Korte
Hoogstraat te komen. Een zijner pa
troons moest hem, zoo heette het, drin
gend spreken. Hij voldeed aan het
verzoek, maar in de „Confiance" wachtte
hij een half uur tevergeefs. Op het
kantoor teruggekeerd, bleek dat daar
tijdens zijn afwezigheid ingebroken was.
Uit een geldkistje, gehaald uit een lesse
naar en opengebroken, was f 54 gestolen.
Verder waren uit het chequeboek twee
cheques gescheurd. Een van deze
cheques, ingevuld tot een bedrag van
f 4000, was reeds op een bankierskantoor
geïnd.
Smokkeltruc.
Te Enschede kwam dezer dagen per
spoor een haringvat aan. Bij onderzoek
bleek, dat daarin geen haringen, (locli
chocoladereepen waren. (N. v. d. D.)
Een verzonnen verhaal.
Het verhaal van de omkooping van
een schildwacht aan de wapenkamer te
Maastricht, wien f5000 zou geboden zijn
om den aanbieder in de gelegenheid te
stellen handgranaten te stelen, is onwaar
gebleken. Nadat de militaire autoriteiten
een streng onderzoek hadden ingesteld
vield de schildwacht door de mand. Een
tweede, die het verdichtsel bevestigd
had, kon toen zijn bewering niet vol
houden. Beiden zitten in de provoost.
Dood gevonden.
Uit Rozenburg meldt men Den aileen-
wonenden rentenier R. v. B. had men
reeds een paar dagen gemist, terwijl
deur en vensters zijner woning gesloten
bleven. Men vertrouwde de zaak niet,
opende de deur en vond den man
dood te bed liggen.
Een voordeeltje in dezen tijd.
Aan de Flakkeesche stoombriketten-
fabriek te Sommelsdijk doet zich het
eigenaardige geval voor, dat de daar op
28 M. diepte geslagen Nortonpomp warm
water voortbrengt. (Illd.)
Gevaarlijk spel.
Het 13-jarig zoontje van den land
bouwer S. M. te Winsum (Fr.) haalde
uit den koestal een geweer, dat een
arbeider daar had neergezet. De knaap
legde uit de grap aan op zijn 2-jarig
broertje, niet wetende, dat het geweer
geladen was. Het schot ging af en doodde
het jongetje.
Door een beer aangevallen.
Een temmer, verbonden aan hot circus
Altholï, vertoeft met zijn bruine gasten
nog altijd te Zandvoort. Zijn pas aan
gestelde helper werd Vrijdagmiddag door
eeu der dieren aangevallen, waarbij hem
een paar vingers van de-rechterhand
werden afgebeten. De beer zag kans
door de ontstane verwarring te ont
vluchten, doch werd weer in het hok
teruggedreven.
Machine gesprongen.
In de lucifersfabriek der firma Eras
en Paulson te Breda is door onbekende
oorzaak een droogmachine gesprongen.
Er zijn groote verwoestingen aangericht.
Een gehuwden, veertigjarigen arbeider
is een arm afgeslagen. Hij kreeg ook
ernstige verwondingen aan het hoofd en
is aan de gevolgen overleden.
Verbrand.
Toen het 10-jarig kleindochterje van
de G. te Heerde bezig was met het
oppoetsen van de vuurplaat, zijn haar
kleertjes in brand geraakt. Inzorgwek-
kenden toestand is het meisje naar het
ziekenhuis te Zwolle vervoerd.
Terwijl alleen de grootmoeder thuis
was en zich even verwijderd had om
hout te gaan hakken, geraakte het2-ja-
rig zoontje van K. in de Kolfstraat te
Dordrecht in brand. Helaas te laat be
merkte de grootmoeder het onheil. Toen
zij terug kwam, lag het kind verkoold
op den grond en waren de levensgeesten
reeds geweken.
In den trein bestolen.
Een bewoner van Den Haag is in den
trein tusschen Den HaagAmsterdam
f4150 aan goud ontstolen.
IJsongelukken.
Te Koekengen (Utr.) zakte een dochter
tje van den spoorwegarbeider M. door
het ijs. Om haar te redden, waagden
zich achtereenvolgens op het broze ijs
haar 11 -jarig broertje, twee zusjes en
de moeder, die nog werd gevolgd door
een klein meisje. Met moeite werden
ze gered.
Het jongetje echter werd naeenigen tijd
levenloos ojigehaald. Het mocht gelukken
de levensgeesten van het meisje, dat het
eerst door het ijs zakte, weder op te
wekken.
TER NEUZEN, 18 Februari 1919.