Uit (le Pers. Uit de Provincie. Van Heinde en Verre. ONTWERP-ARBEIDSWET. Minister Aalbcrse deelde in de Tweede Kanier mede, dat het ontwerp voor de nieuwe arbeidswet, inhoudende o. a. be palingen omtrent den achturigen arbeids dag, binnen zes weken zijn Departement zal verlaten. De Koningin heeft aan ds. Berthault, predikant bij de Waalsche Gemeente te 's Gravenhage, opgedragen, om eergiste ren, den 400en geboortedag van admiraal Gaspard de Coligny, de navolgende boodschap te Parijs over te brengen bij gelegenheid der algemeene herdenking van dezen dag in de Protestantsche kerken van Frankrijk, waartoe het initiatief werd genomen door de Société de l'histoire du protestantisme frangais Aan de Protestanten van Frankrijk. Als afstammelinge van den admiraal de Coligny stel ik er prijs op met u op dezen herdenkingsdag hulde te brengen aan de nagedachtenis van den grooten Hugenoot en den grooten Franschman, die mijn voorzaat is, wiens geloof het erfdeel is van allen die in Christus gelooven. „Hoewel gestorven, spreekt hij nog tot ons, hij hield stand ziende den Onzien lijke." Ik bid God, dat het geloof, dat de kracht van zijn leven uitmaakte, bij toe neming onze steun en sterkte zij. Woorden op het voetstuk van het standbeeld van den admiraal. [Red.] STEUNREGELING. (Officieel). De meening heeft zich ver spreid, dat voor de dienstplichtigen, die eerst na 31 Maart a.s. met onbepaald (klein) verlof vertrekken, geen geldelijken steun van rijkswege zal worden verleend. Voor die meening bestaat vooralsnog geen deugdelijke grond. In de bekende steunregeling van einde December 1918 is, {weliswaar bepaald, dat de daarbij vastgestelde maatregelen van kracht zijn ten aanzien van hen, wier verblijf onder de wapenen een einde neemt vóór 1 April 1919, doch die regeling bevat te vens de mededeeling, dat te zijner tijd zal worden overwogen, in hoeverre, in verband met de dan heerschende om standigheden, het verleenen van steun zal geschieden ten aanzien van hen, wier verblijf onder de wapenen eerst op of na genoemden datum eindigt. Het staat derhalve niet vast, dat de steunverleening met 1 Apiil een einde neemt. Komt er echter voor den verderen tijd een steunregeling tot stand, dan zal deze wellicht in verschillende opzichten van de bestaande regeling afwijken. Tjjdig vóór 1 April zal worden bekend gemaakt, of ook voor hen, die na 31 Maart huiswaarts worden gezonden, steunmaatregelen van rijkswege zullen gelden, en zoo ja, waarin die maatregelen zullen bestaan. Men seint uit Parijs De Intransigeant bevat het volgende „Er is gezegd, dat de Schelde quaestie zou worden verwezen voor onderzoek naar de commissie voor havenwerken en waterwegen. Wij meenen te weten dat tleze verwijzing bestreden zal wor den door de Fransche en Belgische af gevaardigden. wanneer zulks noodig wordt' Die Schelde-quaestie is in derdaad geen vraagstuk voor binnen- landsche regeling, maar wel betreft ze de territoriale souvereiniteit, welke den politieken status van België belang inboezemt. De rivier is een Bel gische en België eischt haar op ter wijl het tevens herziening vraagt van de verdragen van 1839. De Fransche belangen zijn één met die van België en daarom zal Frankrijk te dezer zake het standpunt van België verdedigen." Christelijke Boeren- Tuindersbond. en Onze Christelijke Boeren-en Tuinders- bond groeit gestadig in omvang en kracht De winter-cam pagne heeft het aanzijn geschonken aan verschillende plaatselij ke afdeelingen, terwijl het ledental aan merkelijk is uitgebreid. In zijn kortstondig bestaan heeft de de Bond zich krachtig doen gelden en met beslistheid in de verschillendeland en tuinbouwvraagstukken positie geko zen. Thans komt het probleem van den achturigen arbeidsdag op de aandacht onzer landbouwers en tuinders beslag leggen. In onderscheidene vergaderingen is deze kwestie reeds onder de oogen ge zien en ook onze christelijke boeren en tuinders van Zuid-Holland en Brabant zullen een bijeenkomst aan de bespreking van dit interessante onderwerp wijden. De eisch van den 8-urigen arbeidsdag wordt in deze dagen met klem gesteld en het is de dure roeping van onze boeren en tuinders om welbewust in deze materie hun houding af te bakenen. Het gaat over de vraag ofde8urige arbeidsdag in den land- en tuinbouw mogelijk, of in het algemeen een wet telijke regeling gewenscht en of voor den landarbeid een speciale arbeidswet noodzakelijk is. Inderdaad gewichtige zaken, waarin met beleid en kloek verstand na breede gcdachtenwisseling een beslissing dient te worden genomen. Laten onze boeren en tuinders be grijpen dat, wie in onzen tijd als groep de plaats wil innemen, waarop hij recht heeft, zich organiseeren moet, want het is een onverbiddelijke wet geworden, dat wie zich niet laat gelden en hooren onder den voet geloopen en doodgezwe gen wordt. De zich onafhankelijk voelende boeren- tuinder is niet gemakkelijkjuit zijn tent te lokken en in beweging te brengen. Maar in onzen tijd met zijn veel nieuwe en ongedachte verschijnselen vermenig vuldigen de vragen en moeilijkheden zich in zoo duizelingwekkende verschei denheid, dat de sterkste individualist behoefte gevoelt aan onderling overleg en georganiseerde actie. (Rott.) V rouwenkiesr«cht Stond het aldus dat de toelating^ van de vrouw tot het kiesrecht van Gods wege verboden was, zoo zou er niet meer over te spreken vallen, en zou zonder aarzeling geheel de Antirevolu tionaire partij zich er als een man tegen verklaren, en zelfs, zoo een liberaal Kabinet het doordreef, er feitelijk niet aan meedoen. De Antirevolutionairen zouden dan de boete en de straf moeten ondergaan, die op thuisblijven gesteld werd, en wat nog banger zou wezen, ons stemmental zou bij vergelijking met het cijfer der andere partijen, zoo on rustbarend slinken, dat ons ledental in de Kamer straks van 13 op 6 a 7 slin ken zou, zoodat alle invloed onzerzijds op het Staatsbeleid verijdeld zou zijn, Doch, hoe hard dit ook zou wezen, bij aldien we tegenover een verbod van Gods zijde stonden, zouden we deze noodlottige gevolgen te aanvaarden heb ben, en geen onzer zou aarzelen om zich hierin te voegen. Zoo echter staat de zaak met. Eige ner beweging schreven we zelfs in onze Statuten, dat een vrouw die weduwe is, voor den overleden man als kiezeresse in de plaats behoort te treden, In tal van landen gaat de stembus op Zondag open. en toch hebben de trouwe antire volutionairen elders nooit beweerd, dat men alsdan zijn stemrecht moet ver beuren. En wat de hoofdzaak is, er staat nergens in de Heilige Schrift een generaal verbod, dat aan de vrouw liet recht en de mogelijkheid ontifteemt, om aan de formatie van het Bewind mede te werken. Zeker, het moest niet zoo zijn, en de toestand is veel gezonder zoo rrien het stemrecht van de vrouw tót zekere Gemeenteverkiezingen inperkt, maar een beslist verbod is er niet. Niet uit voorkeur, noch ook eigener beweging maar om veel erger af te weren, kan het meestemmen van de vrouw daar om tegelijk geoorloofd en zelfs noodza kelijk zijn. Gelijk wel vanzelf spreekt, valt er niet aan te denken, dat Links nimmer meer nogmaals aan het Bewind zou ko men en geschiedt dit, dan krijgen we toch Vrouwenkiesrecht, maar dan op een manier, die een privilegie verleend aan de vrouw van hoogero maatschap pelijk cultuur, wat zeggen wil, dat wij dan het onderspit delven, en de Liberalen den slag winnen. Stand. Het a.-r. „Friesch Dagblad" bevat deze rake asterisk Revolutie-dwang. Mevr. Roland Holst zei 't maar ronduit: Revolutie, dat beteekent dwang. Immers, de massa is niet rijp voor het communisme en moet daarom door dwang tot rijpheid worden gebracht. Wint het communisme 't b.v. in Amsterdam, dan worden daar aller eerst de vergaderzalen, de groote dag- bladbureaux, 't postkantoor enz. bezet. De echte bolsjewikimanier dus. Iloe laug dat duren zou en noodig zou blijken, kon de dichteres niet zeggen. Kort zou het niet zijn. Dicta tuur was noodig; net zoolang tot de massa tot het communisme zou zijn bekeerd. Hier dus alle vrijheid uitgebrand. Zoolang men 't met de geweldple gende minderheid niet eens is, wordt elke uiting der publieke meening be dwongen. En eerst als de menigte zóó lang is bewerkt, dat zij krachtig mee- huilt met de wolven, waarmee ze in 'tboscli is, wordt de „vrijheid", zoover als 'tgaat! hersteld. Als de dwang haar werk heeft ge daan. 'tls maar goed, dat men tegen woordig recht voor de zaak uitkomt wij weten dan, waar we aan toe zijn. In de commune van Parijs de voorbode. Geen wonder dat in dezen revolutio nairen tijd de heriónering aan deParijsche Commune van 1871 levendig oprijst. Terecht merkte de oud-Minister Colijn in Zijn rede, ten vorigen jare voor „Boaz" gehouden, op, dat oorlog en revolutie bloedverwanten zijn. Telkens zien wij in de historie, hoe door den krijg de revolutionaire geesten ontketend worden. Zoo kwam na den Fransch-Duitschen oorlog van 1870 de gruwelijke opstand, die met den naam van de Commune van Parijs wordt aangediend. Hoog wordt die Commune door socia list en anarchist geroemd, Karei Marx de geestelijke vader van het socialisme teekent haar in zijn be roemt Manifest, twee dagen nahaar val opgesteld, aldus: „Verwonderlijk was de verandering, die de commune bracht aan Farijs. Het werd het vroolijke ar beiders-Parijs. Het was niet langer de verzamelplaats van Britsche grondbezit ters- buiten 's lands wonende Ieren, Amerikaansche ex-slavenhouders en par venus. Geen lijken meer in de morgne, geen nachtelijke inbraak, bijna geen dief stal meer, voor 't eerst was Parijs vei lig en dat zonder eenige politie. De lichtekooien waren van de straten. In haar plaats kwamen de werkelijke vrou wen van Parijs weer te voorschijn heldhaftig en opofferend als de vrouwen in de oudheid. Parijs werkend, denkend strijdend, bloedend, door de voorberei ding van een nieuwe maatschappij, bij na vergetend de kannibalen voor de póórten, stralend in de geestdrift van zijn geschiedkundige roeping". Met deze hartstochtelijke betuiging eindigt bij zijn geschrift: „De marte laren der Commune zijn gegrift in het groote hart der arbeidersklasse. De geschiedenis hoeft hare vernietigers nu reeds aan den schandpaal genageld en alle gebeden der papen zijn niet in staat hen daarvan te verlossen. Het Parijs der arbeiders met zijn commune zal eeuwig verheerlijkt worden als de roemvolle voorbode eener nieuwe maat schappij". Niemand minlerden Bebel verkondigde in 1871 aldus haar lof: „Houdt er u van over.uigd, dat het geheele Euro- peesche proletariaat, ja allen die nog gevoel voor vrijheid en onafhankelijkheid in de borst dragen, met trotsch op Parijs zien. En wanneer ook thans Parijs on derdrukt mocht worden, dan herinner ik er u aan, hoe de strijd in Parijs slechts een klein, maar heerlijk voor postengevecht is, dat de hoofdzaak in Europa nog komen moet en dat eer lut tele tientallen jaren zijn voorbijgegaan, de strijdkreet van het Parijsche proleta riaat': oorlog aan de paleizen, vrede aan de hutten, dood aan het kapitaal, de st rijdkreet zal wezen van het gezamenlijk Europeesch proletariaat". In de Commune van Parijs alzoo heb ben we naar socialistisch getuigenis te zien een voorbode van het heil, dat ons bij het welslagen der revolutie te wach ten staat. Rott. Driewegen. Zaterdagavond hield de Vereeniging jvoor Christelijk onderwijs hare algemeene jaarvergadering. De Vice-voorzitter, de heer II. de Regt, werd daarin met groote meerderheid als Bestuurslid herkozen. In weerwil van de 10 oorlogstoeslag op het schoolgeld sloot de rekening van den Penningmeester met een tekort van ruim f 138. Staande de vergadering ontving de Penningmees ter eeue eerste gift van f5 tot dekking hiervan. De meening werd uitgesproken, dat eene school, als die te Driewegen, in dezen tijd toch waarlijk niet met jaar- lijksche tekorten behoefde te worstelen. Wel waren de rekeningen der ambachts lieden hoog, maar aan het personeel was geen duurt,etoeslag betaald. Secretaris en Hoofd der School gaven een breedvoerig verslag over den toe stand der Vereeniging en dien van het onderwijs, waarop eene zeer geanimeerde discussie volgde. De vergadering was druk bezocht en sprak den vvcnsch uit, dat weer spoedig een ouderavond zou worden gehouden. Zwaar werd de school getroffen door ziekte onder het personeel, maar in het geloof, dat de Ilecre ook onze school zal [doen groeien onder den druk, blijft het vertrouwen op Hem, die alle dingen doet medewerken ten goede, dengenen, die in Hem gelooven. Een onzer lezers zendt ons de vol gende schets Ambtenar ij. 't Is koud. Heel den nacht door heeft het gesneeuwd. Honderden fantastische figuren op de vensterruiten. Binnen blijft het koud, de eenige brandstoffen dié er zijn zijn betreven (vlasleemen) en van stadswege verkrijgbaar gestelde derrie, die zoo nat is, dat er 6 maanden tropische hitte over gaan moet, voor ze branden zal. Bim Baam m de Kerkklok 'In do kerk al les. kil; brandstof is er niet alles op. Wie vraagt er nu ook nog om brandstof voor 'n kerk, nu er overal bezuinigd wórdt? Elf uur. Trappelend verlaten de be zoekers het Godshuis, zich spoedend naar huis. Onze weg loopt voorbij 'n brandstoffen-kantoor. Lief kringelt een blauw rookwolkje uit de schoorsteen van het kantoor. Zondagsdienst? Mis! Het eeaigszins terzijde geslagen gordijn gunt U een blik daar binnen, 'n Jonge man bladert gedachtenloos in een romannetje, terwijl de anthraciet in Jaarma's insluit- haard prettig brandt. Drie dagen later. Koude nóg vinniger. In dezelfde straat een groepje menschen In 't midden 'n kar met vrije kolen, heusche anthraciet. Vijf gulden 'n baal. 'n Rentenier wil alles koopen, maar de koopman rantsoeneert. „Elk wadde, zulle". Strompelend komt 'n arm kleer- makertje op het groepje afbevend houdt hij vijf zilverbons tusschen z'n doorprikte vingers. „Ik ook 'n baale, asjeblieft" Allen glunderen. Ze hebben nu toch iets. Maar wat doet op eens die glans verdwijnen? Wat doet hun die zak zoo krampachtig vasthouden? Zie, daar ver schijnt 'n meneer van 't kolenbureau. Zijn stem verbreekt de iitgetreden stilte het hoofd komt nu even boven de kraag» waarin het weggedoken was. „Wat is hier aan de hand Jullie worden uit gesloten van de distributie. Allemaal namen opgeven". Diep uit zijn zakken komt een boekjehij noteert namen wrijft langs zijn kin en zegt„ziezoo jullie zullen 't wel voelen. Wees'zuinig met uw brandstofdat moeten wij ook doen." Mijnheer naar 't kantoor. Voerman af, roept nog„ik kom niergen weere, zulle". Kleermaker tegen den meneer „ei-je mien ook opgeschreven." Ambte naartje „natuurlijk Menschen naar hun kille woning en 't ambtenaartje naar 't warme kantoor Ik kijk door de ruiten en zuchtO, die ambtenarij Hoek. Door B en W is tot ambtenaar ter secretarie benoemd de heer Jac. Dregmans alhier. Zaamslag. In de laatste dagen werd hier door personen van de grenskanten veel Sunlightzeep verkocht. Hieraan is plotseling een eind gekomen, nu de kommiezen enkele partijtjes in beslag namen. Axel. Vrijdagavond werd op iiet stad huis, onder voorzitterschap van den bur gemeester, een vergadering gehouden in verband met de oprichting van een;bur gervvacht. Door den voorzitter werd duidelijk uiteengezet het dool en de werkwijze van een burgerwacht en hoe de burgerwacht is samengesteld. Een 50-tal personen hebben zich reeds aan gegeven voor de te vormen burgerwacht. De volgende week zal nogmaals een vergadering worden gehouden, teneinde een bestuur te kiezen en een hopman te benoemen. De [leden van de alhier bestaande schietvereeniging „Prins Mau- rits" hebben zich bij de burgerwacht aangesloten. De heer F. de Bilde, gemeente veldwachter alhier, is met ingang van 1 Maart a.s. benoemd tot rijksveldwach ter standplaats Clinge. Als bestuurslid van de alhier op gerichte stierenvereeniging zijn gekozen de heerenJ. de Putter, voorzitterJ. de Feijter Lz., secretaris M. W. Koster, penningmeester; G. van Fraaijenhove en C. Haak. commissarissen. IJzendijke. Tijdens een korte afwezig heid der moeder is hier een wieg in brand geraakt, waardoor het daarin lig gend kind hevige brandwonden kreeg en even daarna overleed. Sluis. Toen de landbouwer L. v. d. V. in de wijk Heille Woensdagmorgen op stond, vond hij zijn mooien 3jarigen hengst doodgeschoten in de weide, nabij de grens liggen. Een streng onderzoek is inge steld. Het paard had eene waarde van f 45.000 Donderdag wordt te Vlissingen een openbare protestvergadoring tegen Bel gische annexatieplannen gehouden met als sprekers de heeren Pattist en Felix dan zal tevens de eerste uitvoering plaats hebben van een Zeeuwsch volkslied. Een mooie familie. Nadat de politie te Middelburg kennis had gekregen van diefstal van een aantal flcsschen vermouth en kruiken oude klare, werden bij een huiszoeking bij een knecht van den bestolen handelaar de geheele familie en ook bezoekers dronken aan getroffen 'en het aantal ledige flesschen in beslag genomen. Middelburg. De gemeenteraad heeft besloten met 9 tegen 3 stemmen, links tegen rechts, dit jaar de kermis, die het laatst in 1914 is gehouden, weer te doen doorgaan. 's Gravenpolder. Dinsdag viel de 11- jarige A. N. zoodanig op het ijs, dat hij een hevig bloedende hoofdwond bekwam. De veldwachter lei een noodverband, waarna de dokter te hulp werd geroepen. Hoedckenskerke. [Zondagmiddag kwamen hier 2 vliegmachines over. Een er van is geland op een stuk bouwland en was erg beschadigd. De Canadeesche luitenant-vliegenier E. C. Schafer brak daarbij het linkerbeen, terwijl hij buitendien aan het hoofd vrij belangrijke verwondingen kreeg. De politie te Wolphaartsdijk is een uitgebreide dievenbende op het spoor, die er haar werk van maakt uit ver schillende landbonwschuren graan enz. te ontvreemden. Colijnsplaat. Vrijdag had alhier op de ijsbaan een dame het ongeluk te vallen door het rijden in een scheur, met het gevolg, dat haar rechterpols op 2 plaatsen is gebroken.- Een jeugdige held. Goes. De 12-jarige A. v. d. Peijl was met zijn broertje Vrijdag op het ijs van den Westwal tegenover Ravelijn „de Grenadier", toen de kleine door het ijs zakte cu in de diepte verdween. Snel, als door een ingeving grijpt onze held een stok, springt in het wrak, slaat den stok achter den nek, laat zijn achter hoofd tegen den kaut van het ijs rusten en grijpt zijn broertje. Eerst daarna begint hij om hulp te schreeuwen, en doen anderen het overige. Ook Zaterdag had deze zelfde flinke jongen het geluk een andereu drenkeling onder uit het ijs te halen. Indien nog medailles voor 't redden van drenkelingen uitgereikt worden, dan dient een der eerste bekroonden wel te zijn deze A. v. d. Peijl. Tragisch. Zeven broers en zusters van de schippersfamilie Meijers uit Breukeler- veen begaven zich omstreeks half zes per schaats over de Loosdrechtsche plassen naar Loosdrecht. Plotseling reden ze allen in een wak en raakten te water. Een de* jongelieden slaagde er in zijn zes zusters en broers op het droge te brengen. Toen hij de laatste op het ijs had getild, verdween de moedige redder zelf in de diepte en verdronk. Steeds erger. De kantoorbediende F. H. kreeg, toen hij zich ten kantore van zijn patroons, de heeren B. en V. in de Wijnstraat te Rotterdam bevond, het telefonisch ver zoek, even in de „Confiance" in de Korte Hoogstraat te komen. Een zijner pa troons moest hem, zoo heette het, drin gend spreken. Hij voldeed aan het verzoek, maar in de „Confiance" wachtte hij een half uur tevergeefs. Op het kantoor teruggekeerd, bleek dat daar tijdens zijn afwezigheid ingebroken was. Uit een geldkistje, gehaald uit een lesse naar en opengebroken, was f 54 gestolen. Verder waren uit het chequeboek twee cheques gescheurd. Een van deze cheques, ingevuld tot een bedrag van f 4000, was reeds op een bankierskantoor geïnd. Smokkeltruc. Te Enschede kwam dezer dagen per spoor een haringvat aan. Bij onderzoek bleek, dat daarin geen haringen, (locli chocoladereepen waren. (N. v. d. D.) Een verzonnen verhaal. Het verhaal van de omkooping van een schildwacht aan de wapenkamer te Maastricht, wien f5000 zou geboden zijn om den aanbieder in de gelegenheid te stellen handgranaten te stelen, is onwaar gebleken. Nadat de militaire autoriteiten een streng onderzoek hadden ingesteld vield de schildwacht door de mand. Een tweede, die het verdichtsel bevestigd had, kon toen zijn bewering niet vol houden. Beiden zitten in de provoost. Dood gevonden. Uit Rozenburg meldt men Den aileen- wonenden rentenier R. v. B. had men reeds een paar dagen gemist, terwijl deur en vensters zijner woning gesloten bleven. Men vertrouwde de zaak niet, opende de deur en vond den man dood te bed liggen. Een voordeeltje in dezen tijd. Aan de Flakkeesche stoombriketten- fabriek te Sommelsdijk doet zich het eigenaardige geval voor, dat de daar op 28 M. diepte geslagen Nortonpomp warm water voortbrengt. (Illd.) Gevaarlijk spel. Het 13-jarig zoontje van den land bouwer S. M. te Winsum (Fr.) haalde uit den koestal een geweer, dat een arbeider daar had neergezet. De knaap legde uit de grap aan op zijn 2-jarig broertje, niet wetende, dat het geweer geladen was. Het schot ging af en doodde het jongetje. Door een beer aangevallen. Een temmer, verbonden aan hot circus Altholï, vertoeft met zijn bruine gasten nog altijd te Zandvoort. Zijn pas aan gestelde helper werd Vrijdagmiddag door eeu der dieren aangevallen, waarbij hem een paar vingers van de-rechterhand werden afgebeten. De beer zag kans door de ontstane verwarring te ont vluchten, doch werd weer in het hok teruggedreven. Machine gesprongen. In de lucifersfabriek der firma Eras en Paulson te Breda is door onbekende oorzaak een droogmachine gesprongen. Er zijn groote verwoestingen aangericht. Een gehuwden, veertigjarigen arbeider is een arm afgeslagen. Hij kreeg ook ernstige verwondingen aan het hoofd en is aan de gevolgen overleden. Verbrand. Toen het 10-jarig kleindochterje van de G. te Heerde bezig was met het oppoetsen van de vuurplaat, zijn haar kleertjes in brand geraakt. Inzorgwek- kenden toestand is het meisje naar het ziekenhuis te Zwolle vervoerd. Terwijl alleen de grootmoeder thuis was en zich even verwijderd had om hout te gaan hakken, geraakte het2-ja- rig zoontje van K. in de Kolfstraat te Dordrecht in brand. Helaas te laat be merkte de grootmoeder het onheil. Toen zij terug kwam, lag het kind verkoold op den grond en waren de levensgeesten reeds geweken. In den trein bestolen. Een bewoner van Den Haag is in den trein tusschen Den HaagAmsterdam f4150 aan goud ontstolen. IJsongelukken. Te Koekengen (Utr.) zakte een dochter tje van den spoorwegarbeider M. door het ijs. Om haar te redden, waagden zich achtereenvolgens op het broze ijs haar 11 -jarig broertje, twee zusjes en de moeder, die nog werd gevolgd door een klein meisje. Met moeite werden ze gered. Het jongetje echter werd naeenigen tijd levenloos ojigehaald. Het mocht gelukken de levensgeesten van het meisje, dat het eerst door het ijs zakte, weder op te wekken. TER NEUZEN, 18 Februari 1919.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1919 | | pagina 2