Uit het Buitenland.
Uit het Binnenland.
Uit de Pers.
Uit de iVfyy ncie.
Op de fronten
Wilson's antwoord;
Vrees voor de ontruiming
Het vermoeden ligt voor de hand, dat
kooplieden en eigenaren van magazijnen
in België, welke nog goed gevuld zijn
met levensbehoeften, reeds met de mili
taire gebeurtenissen rekening gaan hou
den. Dat vermoeden grondt zich op het
zeer zeker merkwaardige feit, dat o.a.
in Voeren, een Belgisch dorpje onmiddel
lijk bij onze grens, momenteel tegen goed-
koopen prijs levensmiddelen te krijgen
zijn. Behalve dat op de markt dezer
dagen voor de beste koe 260 fr. werd
betaald voor de Nederlandsche slagers
om van te watertanden is daar rund-
vleesch te koop zelfs voor 3 fr. p. K.G.,
en in Eysden betaalt men f 3.25
Aan de grens komt men den Neder
landers brood en spek te koop aanbieden.
De rollen zijn nu dus omgedraaid. Werd
er vroeger van Nederland naar België
gesmokkeld, we zouden wel niet graag
beweren, dat het nu niet meer gebeurt
thans smokkelt men ook van België
naar Nederland. „Msb."
Ontruiming van België aanstaande
Van de grensstreek bij Esschen komen
voortdurend berichten omtrent een aan
staande ontruiming.
Teekenend is vooral en dit kunnen
wij van zeer goede zijde melden, dat
de Duitschers den laatsten tijd niets an
ders van de smokkelaars koopen dan
paarden, die natuurlijk moeten dienen
als trekkracht en daarom grof geld doen.
Omtrent de vluchtelingen verklaarden
personen uit Antwerpen dat de ongeluk-
kigen voortdurend meer worden opge
dreven door de Duitschers. Dezen willen
hen niet in het etappengebied laten en
vandaar dat de vluchtelingen die naar
het schijnt zoo goed en zoo kwaad als
het gaat, rond Mechelen en Brussel eenig
onderdak hadden gevonden, meer naar
het Oosten worden gevoerd. „Msb."
De Duitsche legerleiding heeft de
militaire maatregelen in overeenstemming
gebracht met de stappen voor den v r e-
d e. De Duitsche legers hebben bevel ge
kregen alle verwoestingen van
plaatsen te staken tenzij men
daartoe door den militairen toestand, als
het verdedigingswerken geldt volstrekt
gedwongen moet zijn. Desniettegenstaan
de is te verwachten, dat bij het wijken
stap voor stap waarden zuilen verloren
gaan, die niet door geld zijn te vervan
gen, voorzoover namelijk de verwoesting
onafscheidelijk is van de oorlogvoering
zelf, in het bijzonder bij de beschieting
van Duitsche stellingen door de artille
rie van den tegenstander.
Naar verluidt is Oostende verlaten
door de Duitschers en bezet door de
Engelschen.
De Duitschers komen in de richting
van Eecloo.
Dc taai van een revolutionair blad.
Via Zurich wordt gemeld, dat de
„Leipziger Volkszeitung" het orgaan
der onafhaukelijke socialisten een
scherp artikel tegen keizer Wilhelm
bevat, waerin o.a. het volgende wordt
gezegd
„Keizer Wilhelm draagt de schuld
van den grootsten oorlog, die ooit is
uitgebroken, een oorlog, welke eindigt
in de mislukking van het militaire
systeem. Nog is Wilhelm II keizer van
Duitschland en koning vau Pruisen, maar
hij voelt, dat hij niet langer kan zijn,
hetgeen hij geloofde te zijn van den
eersten dag van z'n troonsbestijging af:
een instrument, door God gezonden en
het hoofd van het schitterendst^ en
best georganiseerde leger. Wat is Wil
helm II, als hij niet langer het garnizoen
te Berlijn kan inspecteeren Hij moet
voelen, dat hij niet langer Duitsch keizer
kan zijn. Wij zijn voorbereid op het
verlies van Elzas-Lotharingen. Wij weten,
dat Elzas-Lotharingen niet langer tot
het Duitsche rijk kan behooren.
„Den 16en Augustus 1888 zeide Wil
helm IIWij willen onze 18 legercorpsen
en 42 millioen inwoners liever opofferen,
dan afstaan hetgeen door Friedrich Karl
werd verzekerdmaar onze twee mil
lioen dooden vertegenwoordigen méér
dan 18 legercorpsen. We weten wat het
verlies van Elzas-Lotharingen voor ons
beteekent, maar wij weten ook, dat een
te lange voortzetting van den oorlog dit
verlies zeer waarschijnlijk maakt. Toch
achten wij 't niet noodzakelijk bij deze
twee millioen dooden ook nóg Duitsch-
land's laatste man, vrouw en kind te
voegen. Wilhelm II heeft altijd de
grootste opofferingen van zijn onderdanen
verlangd, nu is do tijd voor hem gekomen
om zichzelf op te offeren."
CRISISMAATREGELEN.
De permanente commissie uit de Chris
telijke vakorganisaties heeft de vorige
week een audiëntie gehad bij den Minister
van Landbouw, waarbij ook tegenwoordig
waren de heeren J. van Rijzevvijk, advi
seur van het centraal administratiekan
toor, C. Kuiper en C. Smeenk, Tweede-
Kamerleden.
Het d d. 10 September aan den Minister
verzonden schrijven was het onderwerp
der besprekingen, welke ruim 2 uren in
beslag namen.
De behandeling van het in een 7-tal
punten te verdeelen schrijven, had tot
resultaat, dat de Minister zou trachten
een weg te vinden, waardoor het mogelijk
wordt aan arbeiders die vuilen arbeid
verrichten, als machinisten, stokers, me
taalbewerkers, enz. en hun gezinnen, een
extra rantsoen zeep te verstrekken. Ver
der deed de Minister toezegging een
verlaging van den prijs voor kleiaardap-
pelen zeer ernstig te zullen overwegen
en verklaarde voor de argumenten, ten
voordeele daarvan aangevoerd, veel te
gevoelen.
Een uitbreiding van de hoeveelheid
Regeeringsvisch is, vooral in den komen
den tijd, om velerlei redenen niet moge
lijk, zoodat daar geen gunstige toezegging
viel te doen.
Melkrantsoeneering is helaas niet te
ontwijken, doch de Minister verklaarde
uitdrukkelijk, dat hij, ofschoon onze vet-
voorraad zeer beperkt is, toch geen vrij
heid kan vinden het vetrantsoen te ver
lagen. Z.Exc. achtte een verlaging
o n m o g e 1 ij k en was niet van plan
daartoe over te gaan.
Bij de bespreking der vleeschdistributie
tegen goedkooperen prijs, bleek het be
zwaar van den Minister te liggen in den
te verwachten handel in goedkoopere
vleeschbonnen. Z.Exc. wees er daarbij
op, dat, ondanks het lage vetrantsoen,
nog levendige handel in vetkaarten bleek
te bestaan. De Minister verklaarde, dat
hij het systeem van Centrale
Keukens krachtig zou bevor
deren en financieel wenschte
te steunen, zoodat daardoor tevens
ook goedkoop vleesch aan de arbeiders
te verstrekken is. Het resultaat was,
dat door de Commissie werd aangeboden,
aan Z.Exc. plannen voor te leggen, waar
door het mogelijk zou zijn, de goedkoo
pere vleeschsoorten tegen lageren prijs
te distribueereu, en waarbij de duurdere
soorten in den vrijen handel zouden blij
ven, zonder dat voor een handel in bons
voor goedkoop vleesch ernstig moet ge
vreesd worden. De Minister ging op dit
aanbod in.
De voorziening in de behoefte van
kleeding, is nog deze of in het begin van
de volgende maand te verwachten.
De Minister deed de toezegging, nog
eens ernstig te zullen onderzoeken, of de
turfprijzen voor verlaging in aanmerking
kunnen komen.
Ten slotte zal ook de Minister aan de
gemeentebesturen nog eens doen blijken,
dat hij het noodig oordeelt, de arbeiders
coöperaties in geen enkel opzicht bij par
ticuliere handelaren len achter te stellen.
Vermelding verdient nog de ernstige
studie, die naar Z.Exc. mededeelde, wordt
gemaakt van de meest doeltreffende mid
delen om den kettinghandel tegen
te gaan, waarbij zeker het middel
van huiszoekingen zal worden
ter hand genomen. De commissie kreeg
den indruk, dat Z.Exc.nietzal terugschrik
ken voor krachtige middelen, wanneer
de bestaande misbruiken op geen andere
wijze zijn uit te roeien.
ZENUWACHTIGE KETTINGHANDE
LAARS EN SPECULANTEN.
Men schrijft uit den Haag
Het is curieps gade te slaan, hoe ze
nuwachtig de vredestijdingen uit het
buitenland onze vrienden de kettinghan-
delaren maakt. Een bijna panische schrik
schijnt hen te hebben aangegrepen en ze
komen nu gehaast en angstig te voorschijn
uit hun holen, beladen met de voorraden,
die zij tot nu toe, loerend op een gun
stige gelegenheid, hadden achterbaks ge
houden. De winkeliers merken het en de
particulieren merken het, beiden worden
ze platgeloopen door personen, die hen
met allerlei aanbiedingen overstelpen en
zoo veeleischend als zij vroeger waren,
zoo vrijgevig heeft de veranderde toe
stand hen thans gemaakt.
Zoo vertelde een sigarenwinkelier, dat
de prijs van tabak na het verschijnen
van het Duitsche antwoord plotseling
met f0.60 per K.G. was gedaald en dit
is maar één voorbeeld uit vele. Rijst
wordt nu aangeboden voor zoowat de
helft van den prijs, die er een dag of
drie geleden voor verlangd werd, koffie
en thee zijn opeens weer te krijgen, en
zietZe zijn in verhouding tot wat zij
gekost hebben spot goedkoop geworden
En zoo gaat het met vet, slaolie, gort,
havermout, griesmeel en nog tal van
andere artikelen meer, tot jaeger-onder
goederen toeEn het publiek ziet dat
natuurlijk niet zonder leedvermaak aan
en denkt; ieder zijn beurt! Kan men
het ongelijk geven
Typisch is ook, hoe in de laatste dagen
de speculanten in vreemd geld, speciaal
in marken en kronen, zich weer weren.
Op het Spui is een Belgisch kassierkan
toor, waar men hen iederen morgen voor
de deur kan vinden een heele zwerm
van heeren of „als heer gekleede per
sonen", meest Belgen en, naar hun baar
den te oordeelen, Polen. Zoo fel gaat
het hier meermalen toe, dat de politie
er aan te pas komt om orde te houden
en de heeren tot kalmte en doorloopen
aan te manen. Er worden daar, naar
werd verzekerd, enorme zaken gedaan,
een windhandel, waarbij het om kapitalen
gaat, die de speculanten zelf in vele ge
vallen nog ifèoit bij elkander gezien
hebben.
VERLAGING KLEI-AARDAPPEL-
PRIJS.
Door den Minister van Landbouw is
de kleinhandelprijs van kleiaardappelen
van heden af van 9V2 op 8 cent per
K.G. gebracht. Zoo men weet was 't ver
zoek tot den Minister gericht deze soort
eetaardappel op 67a cent per K.G. te
brengen. De Minister heeft dus den mid
denweg gekozen.
De grossiersprijs wordt nu f G,10, de
détailprijs f6.60 per 100 K.G.
VERWARMING DER TREINEN.
Naar de „Tel", verneemt, is besloten
met ingang van 15 November de treinen
te verwarmen.
Minister van IJselstein deelt mede,
dat hoewel het Nederlandsch landbouw
comité (met 11 tegen 9 stemmen) en de
adviseurs van den minister adviseerden
tot het voortgaan met het afmaken van
vee ter bestrijding van het mond en
klauwzeer, bevel is gegeven tot het sta
ken van afmaken om de groote duurte,
het belang der voedselvoorziening en
omdat de exportbelangen thans niet we
gen.
Preludium
„De Telegraaf" van Maandagavond
bevatte een opmerkelijk artikel, op welks
strekking het o.i. goed is de aandacht
te vestigen, omdat dit blad zich gedu
rende de oorlogsjaren als trouwe pleit
bezorger van de belangen der Entente
heeft gedragen, en men dus uit zijn
eigen mond wel eens geluiden vernemen
kon, die doen vermoeden door welke
gedachten en verlangens de partij die
het blad dient, bezield is.
„De Telegraaf" dan is bevreesd, dat
de aanstaande vredesonderhandelingen
wel eens zouden kunnen plaats hebben
zonder dat wij er bij zijn. Nu hoeft de
"Nationale Staatk. Gids" (het orgaan
der vrije liberalen) gezegd, dat, aange
zien Nederland bij den wereldvrede niets
wenscht te verkrijgen, het slechts ge
vaar zou kunnen loopen iets te moeten
prijsgeven. Dat zou óók kunnen gebeu
ren als we er niet bij zijn, maar dan
behouden we toch het recht om ons te
verzetten.
Neen, zegt de „Telegraaf, dat zou al
leen het geval kunnen wezen als er van
een Duitschen vrede sprake ware. „Maar
nu de wil der geassocieerden in zeer
afzienbaren tijd staat wet te worden in
Europa, nu hebben de neutralen wel
mee te spreken en nu heeft Nederland
wel iets te verkrijgen."
Let nu op welke weldaden ons, als
„de Telegraaf" het goed ziet, zullen kun
nen worden opgedrongen.
Ten eerste „een eindelijk definitieve
en met de belangen van ons land stroo-
kende grensregeling aan den Eemsmond."
Heeft iemand in Nederland misschien
een stuk van Oost-Friesland begeerd
Ja toch, iemand, wjj meenen zoo iets in
„de Telegraaf" wel eens gelezen te heb
ben.
Ten tweede wijst het blad „op de
voor ons vrije volksbestaan zoo delicate
beslissingen ten aanzien der Schelde-
quaestie." Welke? Als dit iets betee
kent, beteekent het dat wij ons Schelde-
recht moeten Jaten inkortenwellicht
door afstand van Zeeuwsch-Vlaanderen
Ten derde zijn er „de regelingen ten
aanzien van Limburg." Alwederwelke
regelingen.? Hebben wij op dit punt be-
geerighcid naar grondgebied getoond,
of geneigdheid om van het onze iets af
te staan Het is ons niet bekend.
Als vierde troef worden onze koloniën
uitgespeeld. Wij willen daar niet te
veel van zeggenin dezen imperialis-
tischen tijd kan alles, en bepaaldelijk
sommige leden der Entente hebben 'in
dezen geen zeer betrouwbare reputatie.
Maar wij kunnen niet inzien dat, behal
ve het eerste, de hier genoemde vier
punten ons waarborg of ook maar uit
zicht geven op iets dat voor ons ter
aanstaande conferentie te verkrijgen zou
zijn.
Natuurlijk is het Nederland's hoogste
belang om niet te doen of de komende
conferentie ons niet aangaatmaar is
die houding zelfs wel mogelijk, als er
een Volkerenbond moet worden gesticht
Of is het Entente-oorlogsdoel alleen
maar „de wil der geassocieerden tot
wet in Europa" te maken, en daarmee
uit
„De Telegraaf", die dezen indruk ves
tigt bewijst daarmee haren vrienden een
slechten dienst. (Nederl.)
De heugenis van Dordt's Synode.
Het spreekt van zelf, dat Dordt's Sy
node van 1618/9 onder ons herdacht zal
worden. Die Synode toch was een in
drukwekkende gebeurtenis, niet enkel
in ons theologisch en kerkelijk, maar
ten minste evenzeer in ons nationaal en
politiek verleden.
Van meer dan één kant drong men
er dan ook op aan om de gedachtenis
van wat destijds in Dordt plaats greep,
op eenigzins luisterrijke wijze te vieren.
Toch heeft dit denkbeeld weinig ingang
gevonden, en het resultaat was ten slotte,
dat men zeer zeker het toenmaals ge
beurde herdenken zou, doch dat deze
herdenking aan de onderscheidene Ker
ken of classes ter beschikking zou wor
den gelaten.
Ook ons dunkt dat dit 't meest gera
den is.
Immers de indruk mag niet gewekt,
alsof hetgeen toenmaals^ plaats greep,
in elk opzicht, en voor deze drie eeu
wen, beantwoord had aan wat onze toen
malige Reformatie bedoelde. Ongetwij
feld stond de geestelijke sfeer van de
toenmalige Synode zeldzaam hoog. De
sfeer was niet door enkele theologen
gevormd, maar was het uitvloeisel van
den hangen strijd dien onze vaderen des
tijds te doorstaan hadden.
Hierbij echter zou aan de eere onzer
vaderen worden tekort gedaan, indien
men geen open oog had voor de tegen
werking, die toentertijd reeds van de
Regeering uitging, en die, vooral na
Dordt, op zoo ongunstige wijze over onze
kerkelijke verwording beschikt heeft.
Wat onze vaderen toentertijd beoog
den, was in Concilie een degelijk ver
band te leggen tusschen alle toenmalige
Calvinistische kerken. Ze hadden ge-
wenscht, dat de Kerken van alle land,
met behoorlijke volmacht, ook op deze
Synode present waren geweest, en dat
ook na 1618/9 de hieruit geboren wereld
kerk aldoor in Concilie bijeen zou komen
om steeds te zorgen dat ons kerkelijk
wereldleven op de hoogte van zijn tijd
bleef.
Dit alles is ons echter afgesneden.
Geen nationale Synode mocht in 1619
meer saamkomen, en het wereld-verband
miste van meet af alle bindend en door
tastend karakter. (Stand.)
TER NEUZEN, 18 October 1918.
Woensdag ging door geheel het bui
tenland het bericht dat Duitschland zich
overgaf en de keizer aftrad. Ook in ons
land werd zulks van uit Rotterdam rond
gezonden. In Vlissiugen en Middelburg
was het erg druk er over en ook in onze
gemeente. In Amsterdam ging de beurs
zeer naar boven. De „Rotterdammer"
schrijft dat Woensdag de stad in rep
en roer was over dit bericht, gewekt
door een dagblad-bulletin. Vermoedelijk
houdt dit bericht verband met een ar
tikel van het Duitsche Regeeringsblad
„De Norddeutsche Allgemine Zeitüng".
Een onzer lezers zond ons 't volgende
waarover we nader hopen te schrijven,
ter plaatsing
De gevolgen van den vrede.
W anneer de vrede komen mocht, wat
zal daarvan de invloed zijn op de markt
van verschillende artikelen Hierop een
juist antwoord te geven, is niet gemak
kelijk.
YVanneer we ons evenwel niet bedrie
gen gelooven wij dat verschillende zaken
die gevordert worden voor de oorlogs
doeleinden lager zullen loopen, andere
daarentegen zullen stationair in prijs
blijven, wellicht nog verhooging onder
gaan. Zoo b.v. petroleum, leder, katoen,
graan enz. zullen niet dalen, doch daar
entegen koffie, rubber, thee, tabak en
verschillende Indische producten zullen
zich eene verlaging moeten getroosten,
aangezien eerstgenoemde zullen gevraagd
worden en er bijna geen voorraad is.
Van laatstgenoemde zijn er ruime voor
raden, die bij verscheping vrij komen.
Het is evenwel slechts gering. Goederen-
prijs naar beneden en geldmarkt wordt
beter.
Benoemd tot bouwkundig opzich
ter van 's Rijks werf te Hellevoesluis
de heer P. Goedbloed, thans opzichter
van den Rijkswaterstaat alhier.
Axel. Voor de goederen door notaris
Dregmans 15 dezer te Koewacht ingesteld
ten verzoeke van zijn principalen, zijn
als volgt
Koop 1 voor f 4475.—, door P. Aude-
naerde, landbouwer te Koewacht.
Koop 2 voor f500.—, door V. Herman,
landbouwer te Koewacht.
De nadere veiling zal plaats hebben
op 21 November a.s.
Voor de goederen, geveild op 15 dezer
ten verzoeke van zijn principalen is ge
boden als volgt
Voor koop 1 f180.door J. Baert,
landbouwer te Koewacht, Sint Andries,
Voor koop 2f6025.door F. de Cock,
landbouwer te Sint Jansteen.
De gunning zal plaats hebben op 29
October a.s.
vergissen, hard voor Duitschland zijn.
Heeft Foch niet gezegd„Ik heb mijn slag
nog niet gehad En de ententepers eischt
in haar overwinningsroes overgave van alle
kanonnen, van de vestingen op den linker
oever van den Rijn, van de duikbooten en
van Helgoland. Zulke voorwaarden neemt
nlleen een totaal onmachtig Duitschland aan.
'Of het na reeds zoo ver is?
Ook eischt Wilson vernietiging van de
autocratie. Algemeen maakt de geallieerde
pers hieruit op, dat Wilson bedoelt het af
treden van den keizer. Uit de woorden van
het antwoord behoeft dit echter niet persé
opgemaakt te worden. Dat het zoover zal
komen, lijkt ons echter niet onwaarschijnlijk.
Reeds klonk in de Duitsche socialistische
pers een toon, die op de wenschelijkheid
wees. „Hot ,volk heeft zich vier jaar opge
offerd voor den keizer, laat deze zich nu
opofferen voor het volk",
Dat zoo iets in Duitsche bladen geschreven
wordt, spreekt boekdeelen. De veranderiug
is wel ingrijpend.
Feit is, dat de Rijksdag de marht van
den keizer beperkt] heeft. Voortaan moet
voor oorlogsverklaringen, vredesverdragen en
verdragen met vreemde mogendheden de
toestemming van Bondsraad en Rijksdag
wordeD gevraagd. Een goede maatregel
Uit Duitschland komt thans het bericht,
dat de Duitsche regeering de voorwaarden
van Wilson aanvaard. Zich dus onvoorwaar
delijk overgeeft. Als dat waar is, dan is de
oorlog feitelijk geëindigd. Bevestiging van
die tijding is er evenwel nog niet terwijl we
dit schrijven.
woedt de strijd nog voort. De Duitschers
moeten nog steeds terug en verliezen telkens
gevangenen en materiaal. Hun stellingen aan
de Belgische kust zijn nu zoo gevaarlijk ge
worden, dat ontruiming bezwaarlijk langer
uitgesteld kan worden. Berichten van de
grens wijzen er trouwens op, dat de terug
tocht reeds begonnen is.
Het verlies van Ostende en Zeebrugge is
voor de duikbootoorlog een zware slag. Het
gaat de Duitschers dus allesbehalve voor
den wind.
Met hun bondgenooten staat het er niet
beter voor. Turkije heeft na de gevoelige ne
derlagen der laatste weken en na Bulgarije's
afval den moed laten zinken en afzonderlijk
vrede gevraagd.
En het is niet onmogelijk, dat Oostenrijk-
Hongarije, inwendig verdeeld en beroerd,
teruggeslagen in Servië en Albanië (waar het
Durazzo heeft moeten ontruimen) spoedig dat
voorbeeld zal volgen, als Duitschland niet
vlug vrede sluit. Het afzonderlijke antwoord
dat Wilson aan Oostenrijk zal sturen, is al
licht een vingerwijzing in deze richting.
We beleven dus wel bewogen dagen. Met
razende snelheid volgen de gebeurtenissen
elkaar op.
Laat het ons tot troost en bemoediging
zijn, dat onze Vader in de hemelen het alles
bestuurt.
WASHINGTON, (Reuter). De secretaris
van staat heeft de volgende nota gepubli
ceerd, die was overhandigd aan den Zwitser-
schen zaakgelastigde, die tijdelijk belast is
met de waarneming der Duitsche belangen
in de Vereenigde Staten
Dept. van Staat, 14 Oct. 1918.
Mijnheer,
In antwoord op de mededeeling van de
Duitsche Regeering, d.d. 12 dezer, welke u
mij heden heeft overhandigd, heb ik de eer
u te verzoekeD, het volgende antwoord over
te brengen
„De onvoorwaardelijke aanneming, door de
huidige Duitsche regeering en door een groo-
te meerderheid van den Duitschen Rijksdag,
van de voorwaarden, door den President der
Ver. Staten neergelegd in zijn Boodschap
aan het Congres op 8 Jannuarie 1918 en in
zijn latere toespraken, rechtvaardigt den Pre
sident tot het afleggen van een openhartige
en rechtstreeksche verklaring over zijn be
sluit, betreffende de mededeelingen van de
Duitsche regeering gedateerd* van 5 en 2
(October 1918.
Het moet nuidelijk worden begrepen, dat
het verloop der ontruiming en de voorwaar
den van een wapenstilstand moeten worden
overgelaten aan het oorneel en den raad van
de militaire adviseurs der Amerikaansche en
Geallieerde regeeringenen de President
acht het zijn plicht, te verklaren, dat geen
schikking door de |Amerikaansche regeering
kan worden aanvaard, die geen volkomen
bevredigende zekerheid en waarborgen biedt,
voor de instandhouding der huidige militaire
overmacht van de Amerikaansche en Geal
lieerde legers te velde.
De President vertrouwt, dat hij veilig mag
aannemen, dat dit ook het oordeel en besluit
der Geallieerde regeeringen zal zijn. De Pre
sident voelt, dat het ook zijn plicht is, kiei-
aan toe te voegen, dat noch de regeering der
Vereenigde Staten, noch hijzelf geheel zeker
zijn, dat de regeeringen, waarmee de regee
ring van de Vereenigde Staten geassocieerd
is, erin toestemmen, don wapenstilstand te
overwegen zoolang de gewapende strijdkrach
ten van Duitschland voortgaan de onwettige
en oumenschelijke praktijkeu toe te passen,
waarin zij nog volharden.
Op het oogenblik zelf, dat de Duitsche
regeering zich tot de Amerikaansche regee
ring wendt met vredesvoorstellen, houden
haar duikbooten zich bezig met het in den
grond boren van passagiersschepen op zee
en niet enkel van do schepen, maar tot zelfs
van de booten, waarin hun passagiers en be
manningen in veiligheid trachten geraken
en in hun huidige gedwongen ontruiming
van Vlaanderen en Frankrijk volgen de Duit
sche legers een taktiek van brooddronken
vernieling, welke steeds is beschouwd ge
weest als in rechtstreeksche schending te
wezen met de regelen en de gebruiken van
het beschaafd oorlogvoeren.
Steden en dorpen worden, zoo al niet
vernield, beroofd van alles wat zij bevatten.
Dit geldt niet alleen voor wat er in de
steden en dorpen zelf is, doch ook dikwijls
voor de inwoners zelf. Van de naties, die
tegen Duitschland verbonden zijn, kan men
niet verwachten, dat zij erin zullen toe
stemmen de wapenen te doen rusten zoolanh
er daden van onmenschelijkheid, plundering
en verwoesting worden verricht, die ze met
afschuw en ontstelde harten gadeslaan.
Ten einde geen mogelijkheid van mis
verstand te laten bestaan is het noodzake
lijk dat de President zeer ernstig de aan
dacht der regeering van Duitschland vestigt
op de bewoordingen en de duidelijke be
doeling van één der vredesvoorwaarden
welke de Duitsche regeering thans heeft
aangenomen. Deze voorwaarde is vervat
in de boodschap, welke de President op
4 Juli j.l. dp Mount Vernon heeft gegeven,
Zij luidt als volgt„De vernietiging van
iedere willekeurige macht, waar ter wereld
ook, welke op eigen gelegenheid in het
eheim en volgens haar eigen verkiezing
en wereldvrede kan verstorenen zoo
deze thans niet kan worden vernietigd, dan
moet zij tenminste tot feitelijke onmacht
worden gedoemd." De macht, die tot nu
toe de Duitsche natie heeft beheerscht, is
ei één van den aard zooals hier omschreven.
Het staat ter keuze van de Duitsche natie
daarin verandering te brengen. De zooeven
aangehaalde woorden van den President
vormen een natuurlijke voorwaarde welke
aan den vrede moet voorafgaan, indien de
vrede door het optreden van het Duitsche
volk zelf wil tot stand komen. De President
voelt zich verplicht te zeggen, dat de ge-
heele vredesactie volgens zijn meening zal
afhangen van de beslistheid en het bevre
digende karakter der waarborgen die ten
opzichte van dit fundamenteele punt kunnen
worden gegeven. Het is noodzakelijk, dat
de tegen Duitschland geassocieerde regee
ringen vóór alles zullen weten, met wie
zij onderhandelen.
De President zal een afzonderlijk ant
woord doen jtoekomen aan de Koninklijke
en Keizerlijke regeering van Oostenrijk-
Hongarije.
w.g. ROBERT LANSING."