Oraaan ter verspreiding der Christelijke Beginselen in Zeeuwseh-Vlaanderen.
No. 55.
Woensdag 17 Juli 1918.
Ie Jaargang.
FEUILLETON.
OMHOOG!
Biiitenlandsch Overzicht.
Uit het Buitenland.
Uit liet Binnenland.
ABONNEMENT:
3 inVF.RTRNTTËN.
Dit blad verschijnt DINSDAG - en VRIJDAGAVOND,
bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN.
uitgezonderd op Feestdagen,
TELEFOON Nr. 20
Per drie
maanden bij bezorging f 1,—, Franco por post voor Nederland 1.10.
ADVERTENTIËN.
Van 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer ƒ0.10. Handelsadvertentiën over twee
kolom 6 cent per regel. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie
wordt de prijs tweemaal berekend. Abon u- nten per contract.
Inzending van advertentiën. tot 12 's middags op de verschiindagen.
Y Op het doode punt.
We hebben ons de laatste weken veel
bezig gehouden met de verkiezingen,
zóóveelT dat het evenwicht in ons blad
er soms door verstoord werd. Toch
weten we, dat we velen daarmee een
dienst hebben bewezen ze lééfden er
iu ze werkten er voor.
En er hing ook zooveel van af.
Onze lezers zullen ons dan ook niet
kwalijk nemen, dat we thans nog al veel
aandacht wijden aan den uitslag der
verkiezingen en de daardoor ontstane
verhoudingen.
Op den voorgrond sta dan, dat rechts
niet verplicht is, de regeering op te
nemen.
Vooreerst gingen we als drie afzonder
lijke partijen in den strijd. De coalitie
bestaat niet meer.
Van een gezamenlijke overwinning en
als gevolg daarvau, van een plicht tot
regeeren is geen sprake.
Reeds van te voren is zonder aarzelen
door de drie groote christelijke partijèu
gezegd, dat eerst na den strijd het oogen-
blik gekomen zou zijn, om te spreken
over samengaan tot het vormen eener
regeering. Indien namelijk de samen
stelling der Kamer Zóó was, dat er een
vruchtbare meerderheid voor de regee
ring zou te vinden zijn.
En daarvan is nu geen sprake.
Antirevolutionairen, Christelijk-Histo-
rischen en Roomsch Katholieken tellen
samen slechts 50 Kamerleden. Dus net
de helft. Van een meerderheid kunnen
we niet spreken.
Al zijn we dankbaar, dat ons vader
land de ramp van een socialistisch-
liberaal bewind wordt gespaard, dat onze
tegenstanders de christelijke school niet
meer kunnen nekken, en Talma's wetten
niet verdonkeremanen, toch is het aantal
zetels te gering, om een rechtsche
regeering krachtig te steunen.
Want, al zullen Staalman (Christen-
Democraat) en v. d. Laar (Christen Sociale
Partij) in vele gevallen rechts stemmen,
vast op hen rekenen kunnen we niet.
Ze kunnen niet als regeeringspartij
optreden. Dan zouden ze daarmee hun
afzonderlijk optreden bij de stembus zelf
veroordeelen. Willen ze hun partijtjes
nog een poosje laten voortleven, dan
moeten ze oppositie voeren tegen een
rechts bewind. Doen ze dat niet, dan
moeten ze terugkeeren tot onze partij.
Laten we hopen dat ze dat laatste doen.
Want door de schuld van de kleine
groepjes van rechtsChristen-Democra
ten, Christelijk-Sociale Partij, Staatkundig
Gereformeerden en rechtsche Platte
landers is het, dat er geen regeerkrachtige
meerderheid is. Zonder hun gescheiden
optrekken waren er 15 Antirevolutio
nairen en 8 Christelijk-Historisclien ver
kozen geweest. En dan had er een
christelijke regeering kunnen optreden.
Nu kan het mei, of althans zeer be
zwaarlijk.
Socialisten en liberalen kunnen óók
niet regeeren. Zoodat, als we weer een
regeering krijgen als de tegenwoordige
extra-parlementair, onbevredigend, en
het gezag der. Kamer afbrekende, dan
is dat de schuld der rechtsche broeders,
die gingen vrijbuiteren.
De Kamer staat op het doode punt.
En dat voorspelt weinig goeds.
V Gelukkig?
De Kamer staat op het doode punt.
Daardoor is het uiterst moeilijk voor
rechts, om zitting te nemen in een zuiver
rechts kabinet. Er is geen meerderheid
om mee te regeeren.
Links is dooi zijn schier oneindige
verdeeldheid daartoe gansch en al onbe
kwaam.
Indien rechts geen ministerie vormt,
vreezen we, dat er geen sprake zal zijn
van een viuchtbare periode op parle
mentair gebied.
Het resultaat van de verkiezingen zou
dan enkel negatief voor ons zijn. 't Ge
vaar voor de Christelijke school en
Talma's sociale wetgeving is dan voors
hands voorbij.
Maar we willen juist zoo gaarne méér.
Vóór 1919 moet zoo noodig de school
kwestie opgelost, omdat de mogelijkheid
niet is uitgesloten, dat we onze meerder
heid in de Eerste Kamer verliezen.
We vinden het dan ook allerminst
gelukkig, dat rechts geen meerderheid
heeft gekregen. Het is heel jammer.
We begrijpen dan ook niet, hoe „De
Zeeuw" het gelukkig kan noemen, dat
we geen meerderheid hebben gekregen.
Zeker, regeeren valt in deze dagen
niet meeMaar we hebben toch onze
uitnemende mannen Aan hen was dan
de taak geweest, te bewijzen dat rechts
door zijn beginselen in staat is het land
óók in moeilijke dagen te leiden.
Blij zijn, omdat we er geen meer dan
50 hebben gehaald
Maar daarvoor hebben we toch niet
gestreden
We hebben toch geijverd voor een
meerderheid P
En zullen het straks toch weer doen
We kunnen begrijpen, dat onze voor
aanstaande mannen thans huiverig zijn,
de zware en ondankbare regeertaak op
zich te nemen. Maar als we een meer
derheid hadden gekregen, dan hadden
ze het zeker op zich genomen, en we
hebben voldoende vertrouwen in hen,
om te gelooven, dat ze het er goed
afgebracht hadden ook. Zelfs met een
kleine meerderheid.
Dat we daarvoor hebben gestreden en
dat het ons spijt, dat die kans is ver
keken, is geen eerzucht, maar vindt zijn
oorzaak hierin dat we het in het belang
van land en volk achten, dat er een
christelijke regeering is.
Ook, en vooral in deze tijden.
We juichen dan ook de verdeeldheid, die
ons den miserabelen toestand vau thans
bezorgde, niet toe, maar beklagen ze.
Er zal nu wel niet anders dan een
gemengd kabinet opzitten, zij het met
overwegend rechtsche kleur.
Als straks de gevolgen van den ramp-
spoedigen krijg minder nijpen, zou dat
dan plaats kunnen maken voor een zuiver
rechtsch bewind.
Nemen we deze verkiezingen tot basis,
dan worden de Staten van Zuid-Holland
links. We zijn ongeveer 15000 stemmen
onder de helft.
Gaat Zuid-Holland „om", wordt het
links, dan "krijgen we maar 22 van de
50 leden der Eerste Kamer voor rechts.
Er zal dus hard moeten worden ge
werkt.
Vooral in Zuid-Holland.
Maar óók in Zeeland.
Gestadige propaganda, met woord en
geschrift is noodig.
Staten en Gemeenteraden vragen straks
onze volle aandacht.
De Gemeenteraden.
De cijfers van deze verkiezingen zijn
moedgevend met het oog op de 't volgend
jaar komeudegemeenteraadsverkiezingen.
Tellen we al de rechtsche kiezers saam,
dan krijgen we voor Ter Neuzen 833,
voor Axel 732, voor Zaamslag 475 en voor
Hoek 245.
Natuurlijk treden de Staatkundig Ge
reformeerden en de Christelijk Socialen
bij de verkiezingen voor den gemeente
raad niet afzonderlijk op.
Wanneer we dan het aantal rechtsche
stemmen gaan vergelijken met het totaal
aantal kiezers, dan blijkt, dat Axel voor
bijna drie vierde (72 °/o) rechts is Zaam
slag kiest eveneens voor rechts (60
In Ter Neuzen zal het spannen. Thans
haalden we 45 °/0 van de uitgebrachte
stemmen. Bij intensieve bewerking, een
met zorg samengestelde candidatenlijst,
en een meevaller met de „overschotten"
is er misschien kans op een rechtsche
meerderheid. In ieder geval kan er een
zeer krachtige minderheid wezen.
Verbinding der lijsten met verwante
groepen zal voor ons Antirevolutionairen
overweging verdienen.
In Hoek kwam rechts met 40 °/0 van
de stemmen uit de bus. Ook hier is dus
een prikkel tot hard werken versterking
van het rechtsche element in den Raad.
We gelooven, dat als nü reeds met
principieele voorlichting begonnen wordt,
er in 1919 „goede zaken" voor ons te
doen zijn.
Een eerste voorwaarde is, den kiezers
te bewerken, voorzoo ver ze nog geen
abonnee zijn, om „Zeeuwsch-Vlaanderen"
te gaan lezen. Niet door zoogenaamd
neutrale bladen, maar door ons blad
krijgen we beginselvaste kiezers.
En die zullen we 't volgend jaar noodig
hebben.
Y De Eerste Kamer.
In 1919 zal het er spannen.
Niet in alle provincies evenveel.
Als onze inenschen krachtig werken
en trouw stemmen, dan kiezen Limburg,
Noord-Brabant, Zeeland, Gelderland en
Utrecht rechts. Ook Overijsel waar
schijnlijk.
Maar Zuid-Holland? De provincie, die
tien leden voor de Eerste Kamer kiest
98
„Moedermoederkermde op
eens hij luider. Met wild gebaar schoof
hij de dekens weg.
„Stil, stil,'* kalmeerde Cato en schikte
het dek weer goed.
„Verdoemd ben ik, verdoemd, ver
doemd
't Sneed die het aanhoorden, door de
ziel.
Machteloos zweeg hij een oogenblik
dan prevelden weer de bloedlooze lippen,
dat vreeselijk woord, onophoudelijk, on
telbare malenverdoemd
Daar begon hij opnieuw.
„Moeder je hebtme ge
waarschuwd En dan in eens „jij
ook, zuster, jij weet je
't Werd Karei bang om 't hart. Dit
alles te moeten aanhooren
En weer fluisterde de heesche stem
in een ijlend tempo dat schrikkelijke
woord, waarin de jammer beefde van
helschen angst.
Stom, zonder troostwoord zat daar
Cato, zat daar Herman.
Daar lag de lichtzinnige, die gespot
had zijn leven lang, met dood en eeuwig
heid, iiel en verdoemenisfeller gespot,
naarmate een scherpe angel van verwijt
bleef steken, dat hij moeders vermanin
gen in den wind had geslagen.
Niet lang geleden, 't was op een Zon
dagmorgen, was hij van een zijner nacli
telijke drinkgelagen huiswaarts gekeerd
Op een bank in een der plantsoenen had
hij zich neergezet en was daar in slaap
gevallen. Toen hij wakker werd, hoorde
hij klokgelui't waren de kerkklokken,
die noodigden. Verschillende voorbijgan
gers wierpen een eigenaardigen blik op
hem, sommigen een vol i'arizeeuwschen
afkeer, anderen een van medelijden, 't
Was hier stil, op dezen Zondagmorgen
was er in 't stille plantsoen weinig geloop.
Hij geeuwde en rekte zich, in volmaakte
onverschilligheid voor die passeerden
Daar naderde een dame. Hij had haar
niet zien komen. Zij scheen hem te ken
nen, stond althans plotseling voor hem
stilzichtbaar ontstelde ze. Toen had
hij haar aangeziendie figuur, in het
deftig verpleegsterscosbuum, hahij was
0p de fronten
wordt iederen dag min of meer fel ge
vochten.
Op het Oostenrijksch-Italiaansch front
zijn het de naschommehngen van het
voor eenige weken zoo droevig mislukt
offensief.
De gevechten opliet Westfront dragen
een geheel ander karakter.
De Duilschers zijn bezig met zich voor
te bereiden voor oen nóg geweldiger aan
val dan in Maart en Mei. Hoe rustiger
ze dat kunnen doen, hoe beter voor hen.
Dan kunnen ze alles volledig voorberei
den en plotseling hun slag slaan.
Dat hebben de Franschen en Engel-
schen ook begrepen. Daarom maken ze
het den Duitschers zoo lastig mogelijk.
Nu hier, dan daar vallen ze aan. De
resultaten zijn meest kleinweinig ge
vangenen, en enkele honderden meters
grond.
Maar lastig en vermoeiend zijn die
herhaaldelijke aanvallen wel voor de
Duitschers. 't Stuurt hun werk en hun
plannen telkens weer wat in de war.
't Is er mee, als met een kwade wesp, die
gonzend om uw hoofd vliegt, ter vijl ge
met ingespannen arbeid bezig zijt, die al
uw kracht en belangstelling vraagt.
Ge slaat telkens naar het lastige dier,
dat u verontrust en bedreigt.
Natuurlijk zullen al die kleine gevech
ten het offensief niet tegenhouden. Daar
is geen sprake van. Maar ze vermoeien
de Duitschers, geven de Franschen en
Engelschen door hun herhaalde kleine
succesjes moed, en houden het Duitsche
offensief wellicht iets op.
En tijd gewonnen is veel gewonnen
voor de entente. Want dag aan dag
wordt de stroom van Amerikanen groo-
ter. En straks komt de winter.
Hindenburg is dood,
zoo vertellen ons de kranten van de en
tente. In Spa (België) heeft hij ruzie
gehad met den keizer. Wilhelm wou
met alle geweld dóórstoten naar Parijs.
Hindenburg wilde eerst weer even uit
blazen en dan, na nieuwe voorbereiding
aanvallen.
De ruzie zou zóó hoog geloopen zijn,
dat Hindenburg een beroerte gekregen
heeft, en daaraan gestorven is.
Wat er waar van is?
We denken zoo, dat de wensch hier
de moeder van de verzekering is.
Vóór we 't gelooven, moeten we 't
eerst in de Duitsche bladen lezen. We
denken zoo, dat tegenspraak wel niet
lang zal uitblijven.
Wellicht, dat Hindenburg door een
krachtig offensief eerstdaags wel bewijst,
nog springlevend te zijn.
We gelooven zelfs niet, dat de opper
ste „Ivriegsherr", keizer Wilhelm, zich
tegen Hindenburgs meening wil en kan
verzetten. De invloed van Hindenburg
en Ludendorf is zelfs op het staatsbe
stuur zóó groot, dat hun ongenoegen
ministers hun kraag kost.
De Rijkskanselier von Hertling
is naar aanleiding van het optreden van
von Hintze als staatssecretaris van bui-
tenlandsche zaken aan 't woord geweest.
Nog eens weer heeft hij verzekerd, dat
Duitschland België weer vrij zal maken,
Maar vóór de vredesonderhandelingen
het ontruimen, zooals de entente wil,
daar denkt hij niet over. 't Is een te
mooi pand, om een goeden vrede te
krijgen.
Overigens verzekerde de Rijkskanselier
dat de Duitsche buitenlandsche politiek
niet veranderen zal. Duitschland is tot
den vrede bereid, als de entente met
goede voorwaarden komt. Maar weer
met aanbiedingen komen, doet Duitsch
land niet.
Nu verandert dat niet veel aan den
toestand. De herhaalde vage vredesaan-
biedingen hadden toch geen succes.
't Is er mee, als met een rn m. die
eerst telkens aan de bel voor een deur
trok, doch geen gehoor kreeg. Daarom
gaat hij maar rustig op de stoep zitten
wachten, tot er iemand uit zichzelf komt
opendoen.
De Spaansche griep
gaat heel Europa door.
In Frankrijk, Engeland, Duitschland
en Zwitserland komen ontzettend veel
gevallen voor. Ook in ons land werden
reeds gevallen gemeld.
't Is daarom goed, er iets van te weten.
De berichten uit de verschillende lan
den stemmen vrijwel overeen, en zijn
dus hoogstwaarschijnlijk betrouwbaar.
De ziekte treedt zeer plotseling op.
Patiënten, die om 8 uur gezond naar
hun werk gingen, moesten om 10 uur
reeds naar bed.
De verschijnselen zijn vrijwel in alle
gevallen dezelfde hevige hoofdpijn, rug
pijn en een zeer snelle stijging van tem
peratuur. Soms is de koorts al hevig,
voor de patiënten nog hun huis hebben
bereikt.
Ook nekpijn komt voor; ontstekingen
in neus, keel en luchtpijp eveneens. Vele
zieken hebben last van steken en bran
den in de oogen.
Hevige koortsachtige rillingen kondigen
dikwijls de komst der ziekte aan.
Direct naar bed gaan, als de ziekte
begint, is zeer raadzaam. Kinine of sa-
licylas natricus, of eenig ander koorts-
werend middel is aan te bevelen.
Na 4 of 5 dagen is de ziekte meestal
weer over. Menschen, die binnenshuis
werken (fabrieken, kantoren, scholen enz)
zijn het meest vatbaar. Wie veel in de
buitenlucht is, blijft over het algemeen
vrij.
Tot dusver waren de meeste gevallen
niet levensgevaarlijk.
Hoe men benzine bespaart.
De Temps van 17 Juni ontleent het
volgende aan den „Peut on dire"-rubriek
van de Victoire:
„Mag men zeggen, dat het vliegkamp
te Bron zes vliegmachines naar Bourget
moest zenden en dat de dienstdoende
commandant last gaf, daarheen te vliegen?
Mag men zeggen, dat er een half uur
na het vertrek der vliegtuigen een be
vel van den minister kwam. om ze per
spoor te verzenden, ten einde benzine
te besparen Mag men zeggen, dat
de vliegmachines, bij aankomst te Bour
get lasi kregen, naar Bron terug te vlie
gen Mag men zeggen, dat de vliegma-
chienes te Bron teruggekeerd, opnieuw
naar Bourget werden gezonden, maar
ditmaal per spoor, volgens het ministe
rieel bevel
er: zuster Randers, Kareis zus. Reeds
had ze zich weer van hem afgewend,
toen hij haar had aangesproken en ge
vraagd, waarheen ze zoo „vroeg" op weg
was, waarop ze eenvoudig had geant
woord, dat ze naar de kerk ging. Dat
had zijn spot wakker gemaaktmaar
heel ernstig was ze een oogenblik vóór
hem komen staan en had gezegd: „Bre
mer, spot niet, ga liever zélf er heen
Dat is in elk geval een betere weg, dan
waarop je nu bent". Door haar ernst
verbluft, en een gril volgende, gelijk hij
zoovele malen deed, had hij geantwoord .-
„Dat zullen we eens hebben, ben ik zóó
presentabel? Waar moet ik zijn?" Ze
had hem ingelicht, enhij was wer
kelijk gegaan. Daar, in een hoek wegge
doken, had hij geluisterd, geluisterd als
nooit te voren. „Zoo is er dan geen ver
doemenis voor degenen, die in Christus
Jezus zijn, die niet naar het vleesch wan
delen. maar naar den geest". Dat was
de tekst geweest. En ontroerd had hem
de prediking, tot tranen toe Stil
was hij na het einde van den dienst naar
huis geslopen De woorden van den
prediker hadden hem vastgehouden, maar
's avonds, trachtte hij bij beker en teerling
er zich aan te ontworstelen, en hij was van
de eene brasserij in de andere getuimeld,
tot hij gemeend had met een revolver
schot aan alles een einde te kunnen
maken.
En thans, thans waarden door zijn ont
steld brein als schrik aanjagende spook
gestalten die woorden van waarschuwing,
van géén verdoemenis voor die in Chris
tus Jezus zijn, van èèuwige verdoemenis
voor hém
En weer hijgden zijn stervende lippen
dat ijselijkeverdoemd, verdoemd
Cato zuchtte in haar onmacht om eeni
gen troost te bieden. Eu ze dacht weer
aan dat woord op moeders portret: Ik
weet, dat mijn Verlosser leeft!
Hier geen Verlosser
Karei voelde zich angstig beklemd. Dit
sterven, die zelfbeschuldiging bij Herman;
bij Herman, die zich altijd zoo lichtzin
nig had voorgedaan, wien alle ernst im
mer had ontbrokendie nooit zich be
kommerd had om dood en eeuwigheid
die cynisch-onverscbillig een levenspro
gram in elkaar had gezet èn ook uitge
voerd, waarvan het laatste nommer zelf
moord washmn nu te liooren
roepen, kermen, in stervens angst, nu
al die lichtzinnigheid, al die onverschil
ligheid, al dat cynisme te zien wegsmel-
KLOM PEN BEURS.
Te Epe op de Veluwe zal 20 Augus
tus de eerste Nederlandsche klompen-
beurs gehouden worden. Van verschil
lende deelen des lands is deelneming
en inzending ook van machinerieën toe-
gezend.
FLINK ZOO.
Naar aanleiding van het samenstellen
eener schunnige potpourri van liedjes,
die hij voor de soldaten had laten ver
menigvuldigen, is de le luitenant Van
Reede op last van den Oppeibevelheb-
ber door den depot-commandant gestraft
en tevens uit Harderwijk overgeplaatst.
(De Tijd.)
ten voor de ontzettende realiteit van den
dood En hij gevoelde, dat zyn
eigen theorie evenmin er tegen bestand
zou zijnhij moest in dit verscheiden
een profetie zien van het zijne
Want zijn verlichte denkbeelden, waarop
hij pochte, waarop hij zich nog laatst
tegens vaders vromen wensch had ver-
hoovaardigd, zouden hem de doodsvallei
niet verlichten kunnen En zijn
hooghartig schouderophalen over domme
bekrompenheid en blinde dweperij zou
hem straks vergaan, als ook hij moest
verschijnen voor den geduchten Rechter
stoel hij voélde het, 't was alsof nil
reeds de vierschaar over hem gespannen
werd, en zijn ziel kromp ineen van on
zegbaar wee
„Verdoemd, verdoemd klonk
't opnieuw, „zuster, hij had gelijk,
ver
Krijschend klonk zijn stem, sneed pij
nigend door de nachtstilte.
„Geen verdoemenis voor degenen, die
in Christus Jezus zijn 1" zei Betje, met
nadruk en er was een volle klank van
liefde in haar stem.
„Niet.... voor.... mij..hijgde hij terug.
(Wordt vervolgd).
DOOR ZELAN0IA.
I Nadruk verboden.I