Orqaan ter verspreiding der Christelijke Beginselen in Zeeuwseh-Vlaanderen
~F E U I L L E f'ÖjT
OMHOOG!
No. 39.
Zaterdag IB Mei 1918.
Ie Jaargang.
Uit de~Schrift~
Bfliteiilaiidseh Overzicht.
ADVERTENTIËN.
Dit blad vcr.cl.ijnt DINSDAG* en V ft IJ I3 A A'O N D, „i.8c»nOcnl
bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN. - l E L E t
ABONNEMENT:
Eer drie maanden bij bezorging f 1-, Franco per post voor Nederland f 1.10.
Wegens het Pinksterfeest
zal a.s. Dinsdag GEEN
nummer van dit blad verschijnen.
i '1N K ST ERE V A NGELIE.
„En het zal zijn, dat
een iegelijk, die don Naam
dos Heeren zal aanroepen,
zal if* zal worden.
Hand. 2 21.
Wat is toeli eigenlijk liet Pinksterfeest?
Daar begrijpen de meeste menschep
nu niets van Op de andere Christelijke
feestdagen, ïiu ja, dan hebben we ten
minste te doen met Jezus, die meiisoh
geworden is, die gestorven is voor de
zonden, die opgewekt is tot onze iccht-
vaardigmaking, ilie als de gloriekoning
ten hemel voer om den Zijnen plaatste
bereiden. En al geloovon de meeste men-
selien daar nu niet zóó van als de echte
Christusbelijders, ze kunnen er toeli tot
op zekere hoogte inkomen, dat het vooi
die Christenen gedenkdagen z%n.
Maar nu die wonderlijke Pinksterda
gen Men spreekt dan van de uitstor
ting des Heiligen Geestes. Wat bedoelt
men daarmee en wat voor nut werpt
dit af? De menschen mogen dan al liet
geluid hooren, men vraagtVanwaar?
en Waarheen?
En ook bij de Christenen zelf, m de
gemeente des Heeren, is men niet vrij
vau zekere vaagheid somslijkt dit slot
van alle Christelijke feesten weinig in
druk te maken, inplaats van de kroon
te zijn, de schitterende koepel, die t
heilsgebonw voltooit!
't Eigt er zeker wel aan, dat wij zoo
stoffelijk zijn, dat we de waarde van den
50sten dag niet zoo goed beseffen dat
wc zoo oppervlakkig zijn en dus het
diepe, teere, mysterieuze werk des Gees
tes zoo weinig overpeinzen.
We laten daarom de kern, of, wilt ge,
't hoogtepunt van de Pinksterprediking
hierboven afdrukken, Om dus klem
hierop te loggen Pinksteren brengt ons
niet minder
evangelie
dun andere hoogtijden het
Wanneer
ziet ge dat.
zal
En
het
het
die
des
En het zal zijn
zijn? Uit vers 17
zal zijn in dc laatste dagen. Over
periode werpt dus de uitstorting
Geestes bijzonderlijk licht.
liet laatste tijdperk van deze. aardsche
bedeeling is trouwens niet name de
werktijd van God den Heiligen Geest.
Die ving dus aan op dgn Pinksterdag.
Van dat oogenblik, waarin het geluid.
als van een geweldigen gedrevenen wmd
door Jeruzalem» opperzaal ruiselito, en
als vuurtongen hoven de hoofden dei
kleine Christenschaar daar werden ge
zien, wordt in volle mate, in overvloei
ende kracht door den Zaligmaker m den
hemel die heiligenden, reinigonden, we
derbarenden Geest van God in dc wereld
uitgezonden.
In de laatste dagen. Van Israel. Nog
veertig jaren ongeveer zou het zijn be-
staan rokken. Maar t liep op een eind.
Straks zouden de overweldigers komen.
Het oude Jeruzalem belegeren, nauw
insluiten. De honger zou komen. En de
ziekte daarmee gepaard. Als een niast-
bosch zpudén de kruisen rondom de mu
ren der vroegere Godstad staan gegroept
met do lichamen van de gevangen Israë
lieten daaraan.
Waar is dan redding en behoud „En
het zal zijn in de laatste dagen, dat een
iegelijk, ilie den haam des Hoeren aan
roept', zalig worden zal."
De gemeente, die dat roepen door den
H. Geest leerde, zal ontkoming vindèn,
in het vriendelijke, beschuttende Pella.
De laatste dagen. Klinkt de zware,
onheilspellende klank vau die woorden
ook nu niet? Wie zal nu in den tijd van
nood en dood, van lijden en ondergang,
van wolkendoiikerheid en wereldduistor-
uis zijn ziel als een buit wegdragen, wie
het leven vinden Hij, die door de
Pinksterprediking getroffen, door Gods
Geest bezield en herboren den Naam
des Heeren zal aanroepen. Pinksteren
ook nu
Zalig hij, die in dit leven,
Jacobs God ter bulpe heeft.
Ilij, die door den nood gedreven,
Zich tot Hem om troost begeeft
Een iegelijk. Nooit klonk de evange-
lietoon zoo algemeen, zoo ruim als óp
en na den Pinksterdag. Wie het Woord
Gods enghartig noenit, die begrijpt de
werking des Geestes niet, die leert niet
den verheerlijkten Zaligmaker danken
voor deze onuitsprekelijke gave.
Vóór dit Christelijke feest bestond er
een scherpe scheiding tusschen Israëliet
en heiden, tusschen besnedene en onbo-
suedene, de wetende en de onwetende
Nu worden* |do scheidsmuren orugewor
pen, vergruizeld. Dc H. Geest bindt zich
nu niet meer aan een volk, maar gaat
uit over de wereld. Onder alle volk. In
alle landen. Vandaar dat Hij ons dwingt
het evangelie van Jezus Christus, de
eenigeu Naam tot zaligheid te prediken
alom. Want hoe zullen zij den Naam
des Heeren aanroepen als zij in Hem
niet gelooven En hoe zullen ze gelooven,
als hen niet gepredikt wordt? Daarom
is het Pinksterfeest hot Missiefeest. V iert
de Christelijke kerk dit hoogtij bewust,
dan leert zij haar roeping verstaan om
nabij en verre deu Naam des Heeren
uit te dragen.
Maar het is ook liet feest, waarop
Gods Woord eens zeer tot U persoonlijk
komt. Een iegelijk. En het stelt U dus
voor de ernstige vraagRoept gij den
Naam des Heeren aan Ile.ofi de Geestes
stroom zijn weg ook door U genomen
Heeft Hij Uw dorstige ziel verkwikt
Daarom zal de dorstige van hart, die
eigen gebroken hakken ledig vond,bidden
lieer, ik hoor van rijken zegen
Dien Gij uitstort keer op keer.
Laat ook van dien milden regen
Dropp'len vallen op mij neer
Dan is het voor U Pinksterfeest.
wordt ge U ook meest bewust in Jezus
al Uw zaligheid te hebben. En ge draagt
PinkstercmcAf.
Och, dat al het volk profeten ware
Gezalfd met Gods Geest
Dan leeft Pinksteren voor U. Dan is
liet een wonder van genade. Een wonder
tot zaligheid.
De Geest des Heeren, heeft eerst den
Zaligmaker toebereid, Hem daarna ge
dragen en ondersteund in leven en lijden.
Maar sedert deu Pinksterdag is Hij
bezig om het lichaam van deu Christus
te bereiden, opdat Hij straks de gemeente
Gods als een reine bruid baar heerlijken
Bruidegom toevoere, opdat zij samen
vercenigd Code prijzen. Dat geschiedt
in de laatste dagen. Zoo wordt zijn
werk heerlijk volkomen-
Wat dunkt Uis deze Pinksterpredi
king niet een Pinkstcrevangehe
Brouwer.
ADVERTENTIËN.
Voor eiken regel meer /"0.10. Handelsadvertentiëh ovei twee
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie
berekend. Abonnementen per contract,
adverteutiën tot 12 uur 's middags op de verschijndagen.
Van 1—4 regels 0.40.
kolom 6 cent, per regel,
wordt de prijs tweemaal
Inzending van
We hebben waarlijk geen reden om
op de een of andere partij der strijden
den ons te verlaten.
Evenmin behoeven we te denken, dat
den oorlogvoerende uit eerbied voo; het
recht, of uit sympathie voor ons End,
ons zullen sparen.
Geweld heerscht over 't rechteigen-
j belang gaat vóór alles. Daaraan word.
desnoods oen klem. volk, dat bijna, vier
jaren lanji zijn best deed om een eerlijke
neutraliteit te handhaven, opgeofferd.
Onze veiligheid ligt alleen vast in de
hand van llem, die liet wereldgebeuren
met Duitsch-
bestuurt.
Als ons volk dat
kennen. Dan zou er
voor den Alziendon
op den Almachtige,
het al.
Zij er dan veel
veel geloof in llem.
toch maar wilde er-
verootmoedigiug zijn
God en vertrouwen
Wajit Ilij bestuurt
tót Hem, en
88)
Hij durfde haar verziek niet langer
weerstreven voelde zich als een schul
dige.
„Ja, 'k kom.'
Hij kwam, groette bijna onhoorbaar
Karei, die met een boek voor zich, om
zich een houding te geven, aan tafel zat.
Ze praatten een poosje over onver
schillige dingen, maar vlotten deed het
gesprek nie.t
„Vader", begon ten slottte Karei, „we
wilden wel eens met U praten over geld-
zaken".
Rechtaf maakte hij derhalve het doel
van het samenzijn bekend.
„Over geldzaken
pa
'Ja, kijk'es,"papa, U weet, ik zit nou
óók in zaken en, daar is geld voor noodig.
We woucn, Bertels en ik, wat gaan uit
breiden, ziet U, en dan heb ik beschik
king noodig over meer fondsen, danop
't oogenblik. Cato en ik hebben
Een iegelijk, die den Naam des Heeren
aanroept zal zalig worden. Dal aanroepen
leert U de 11. Geest. Ilij laat voor hen
die in den nood der ziei en der wereld
geen uitkomst zien, voor nogen schilderen
den Heiland, gezeten ter rechterhand
Gods, met alle macht in hemel en op
aarde toegerust, dus ook machtig a
dien nood te vervullen. En wanneer g<
door die gestalte zijl bekoord, loert Ilij
U aanroepen dezen Christus. Allereerst
het aanroepen om bevrijding uit Uw
ellende. „Q God, wees mij, zondaar ge
nadig." En de ketenen vallen en di
bamïen worden losgemaakt. Ge hebt
Pinksteren-éde.
Hij le ert U al Uw loven voor Uw
stoffelijke en geestelijke nooden te bidden
tot dezen machtigen lieer. Ilij zal ze
vervullen. En ge smaakt Pinksterccenyde.
Hij noopt IT ook den Naam des Heeren
uit te roepen. Op de markt dos levens.
Allen dag. De H. Geest maakt geen
doode, maar levende Christenen. Dan
wordt eerst openbaar Zijn werk. Dan
„Ik en Cato, bedoel je", viel hij nijdig
in de rede.
Cato zat met neergeslagen oogen toe
te luisteren. Ze vreesde (le botsing dézer
twee, bijna even prikkelbare naturen.
„Nee pa", begon ze nu.
„Och, laat maar. 'k Weet wel. T Hin
dert ook niet. Nou?" Karei bleef, tegen
zijn gewoonte in, bijzonder kalm.
„We hebben er samen over gesproken,
j of hej niet wenschelijk zou wezen, dat
we U van een deel van de geldzorgen
ontlastten. U wordt een «laagje ouder,
en Uw gezondheid
„Och, hoe bezorgd 1" schimpte hij, bitter.
„Nee, pa," kwam Cato, „zóó moet U
dat nou niet nemen !t is toch waar, wat
Karei zegt
„Jij ook al Och, waarom ook niet
„Wé willen toch niets onredelijks,"
begon Ivarel weer. Een hard woord lag
hem wel op het puntje van (le tong, maai
bij weerhield het. Zoo lang mogelijk
wilde hij trachten, ook om Oato's bijzijn,
zich in te binden.
„Onredelijks, onredelijks 1" stoof Bre
mer op. „Zeker is het onredelijk. Waar
om moet alles veranderd?
Gaat hetopeens zweeg hij. Neen,
het ging niet goed. Hij moest, wilde hij
De wrijving
land.
De spanning is gelukkig geweken.
Het kau niet ontkend worden, dat de
verklaring van minister Loudon, dat de
toestand als ernstig moest worden be
schouwd, een angstig gevoel bij ons volk
wakker riep. Men wist niet waarom het
ging. Allerlei geruchten deden de ronde.
Toen de minister dan ook verklaarde,
dat de spanning geweken was, ging er
een zucht van verlichting dooi ons volk.
Vreemd scheen ons echter, uit. wat de
minister als punten van verschil opnoem
de, te moeten gelooven, dat de toestand
wérkelijk gespannen geweest was.
Thans heeft de minister een nieuwe
verklaring afgelegd, waaruit blijkt, dat
niet zoozeer de eischen vau Duitschland
den toestand ernstig maakten, maar moei
de druk die Duitschland uitoefende om
ons tot toegeven te dwingen. Zeker, de
eischen waren niet geheel inwilligbaar.
Maar de afloop der onderhandelingen
heofjt wel bewezen, dat Duitschland ge
negen was water in den wijn te doen.
liet wilde een spoedige beslissing, omdat
het eigen belang dat eisclite.
Dit nu lijkt ons voor de toekomst niet
geheel onbedenkelijk. Om betrekkelijk
geringe voordooien te verkrijgen, -aarzelde
Duitschland niet een dreigende houding
aan te nemen. Niet,-inwilliging toch, zoo
liet men onzen gezant te Berlijn duidelijk
verstaan, zou hoogst ernstige gevolgen
voor ons land hebben.
We gelooven hieruit, de. leering te 1110
gen trekken, dat hoe bitterder (le wor
steling wordt, hoe minder men ure-I du
neutralen zal rekenen Duitschland had
jjit vervoer over onze waterwegen en
over den spoorweg Glad bachWeert—
Antwerpen noodig voor zijn krijgsbedrij
ven aan het Westfront. Om dat te be
reiken, zou liet voor een oorlog met ons
.1 I land niet teruggeschrokken zijn.
V Voorafgaand overleg
gewenscht.
De Deputatenvergadering der Anti
revolutionaire partij had onder de leiding
van Idenburg een uitnemeud verloop.
Toch bevredigde ons het bebat over
het concept program niet geheel. Dat
kwam, omdat aan de voorbereiding te
veel haperde. t
Van zeer veel kiesvereenigingen waren
opmerkingen en amendementen ingeko
men. Maar door de ongesteldheid van
Dr. Kuyper heeft het Centraal Comité
niet vergaderd en dus geen kennis ge
nouien van die amendementen.
Dat is jammer, want lmt ging niet
aan, oin op de Deputatenvergadering
zelve nog allerlei wijzigingen aan te
brengen. Hoe sympathiek ons dan öók
in hoofdzaak de voorstellen van ucn heer
Kruithof waren, toch lag o. i. voor do
hand, dat het niet aanging al déze wen
selien nu maar ineens, zonder vooraf
gaand overleg, op te nemen in het pro
gram van actie.
De lieer Kruithof voelde dit ook zelf,
en trok zijn voorstellen in.
De voorstelling, als zouden de wen
christelijke arbeiders gene-
Gelukkig is de zaak ditmaal nog in
\ler minne geschikt.
Ook Engeland en Frankrijk hébben,
begrijpende dat bet om bel lot van Ne-
derland ging, verklaard dat ze ons laud
om de getroffen schikkingen met Duitsch
land geen moeilijkheden in den weg zullen
leggen.
Zoo raken we hoe langer en meer in
de knel.
Engeland en Amerika gingen, onulat
het scheepsruimte-gebrek nijpend werd,
over tot roof van onze schepen.
Duitschland rammelde met liet zwaard
om van het kleine Nederland spoedig
gedaan te krijgen, wat anders allicht
maanden van onderhandeling had gekost.
schen der MB
gcerd zijn, is dus absoluut valsch
Dat blijkt ook ten overvloede uit wat
de lieer Sm oen k schrijft in het Wage-
ningsch Nieuwsblad „Wel bleek uit de
besprekingen, dat de leden van het
Centraal Comité over bet algemeen sym
pathiek stonden tegenover de voor-tellen
van den lieer Kruithof, die slechts ver
tolkte wat duizenden begeeren.
We zijn er van overtuigd, dat men
straks voor allerlei sociale maatregelen
op deu steun van de Antirevolutionaire
Kamerfractie zal kunnen rekenen. Ook
op maatregelen, die bedoelen een betere
opleiding van onze arbeidersjeugd."
Wé zijn liet eens met, deiè opvatting
vim dorr heer Smeenk. De Antirevolu
tionaire partij zal in de toekomst evenals
in het verleden niet aarzelen, sociale
wetten, die bèdöelen onze arbeiders op
te heffen en te helpen in hun vaak moei
lijken strijd om het bestaan, te helpen
uitvaardigen.
Ook dc rede van Dr. Kuyper ,]Wat
nuf' bewijst het.
Aan haar verleden en aan haar toe
komst in de Antirevolutionaire partij
verplicht, rekening te houden met de
sociale stroomingen.
Maar in hot vervolg móet voorafgaand
overleg plaats hebben met de christe
lijke sociale organisatie's Met Patiifr.o
mum, met de niiddelstandors-organi.satie,
met de christelijke boeren-'en tuinders-
bond enz. Dat is eïseli van taktiek.
Maar ditmaal weten we ook zóó \Vril.
dat de Antirevolutionaire partij, die het
heil zoekt van heel het volkde sociale
wetgeving niet zal verwaarloozen.
Op de fronten.
heerscht nog slechts matige bedrijvigheid.
jSie.uvys van ..eenig belainr is er niet te
molden.
Aan beschouwingen en voorspellingen
ontbreekt liet natuurlijk niet.
Zoo schrijft kolonel Repinglon, de mi
litair deskundige van de Morning Post,
„dat men deze week of de volgende ge
tuige denkt to zijn van het begin van
hof incest kritieke stadium van den
Duitschen aanval. Tegen dien tijd moet
de voorwaartsche concentratie van de
Duitsche artillerie in Frankrijk teu naas
te bij voltooid zijnMaar de toestand
aan het Oostelijke front is steilig minder
duidelijk dan Ludendorff gehoopt had.
De operatie, die de Duitschers in m
iaud hebben moeten volvoeren, is er een
van aanmerkelijken omvang geweest,
terwijl in Oekraïne de troepen van Eich-
horn en Koch veel moeilijkheden hebben
ontmoet en er deu weg naar de Krini
moeten openen. Zij staan al te Kosto,
en de gevolgen kunnen ernstig zijn
Er is ook een rest van bet lange front
tusschen deze twee uiteinden dat bewa
king noodig heeft, zoodat de toestand
voor Duitschland eenigszms minder guh-
stig is dan toen de tractateu in het
Oosten geteekend werden. Het uitstel
dat daar het gevolg van geweest is, is
voor de geallieerden van meer voordeel
geweest, dan voor deu vijand, en sedert
den tijd waarop de groote aanval out-
worpen werd, is er veel veranderd, liet
kan zijn, dat hot nog tot een tactische
verrassing komt, maar de sehrijver kan
slechts weinig speelruimte voor strate
gischo verrassingen ontdekken, tenzij
door schending van het gebied van
Zwitserland of door het ondernemen
van oen aanval overzee op Engeland.
Ondanks het ongeduld van de Duitschers
die willen dat de Oostenrijkeis m Italic
zullen beginnen, is het nog niet zeker,
of de Oostenrijkers aan de wenschon
van hun vrienden, zoo spoedig als dezen
dat, verlangen, gevolg kunnen geven.
Of de voorstellingen van Repinglon
niet wat al te gunstig voor de entente
is De eerstvolgende dagen zullen het
waarschijnliik wel leeren.
wel
op een bijeenkomst van de beide keizers
nog weer opnieuw bevestigd. D«' beide
monarchen waren vergezeld van bun ministers
van bnitenlandsche zaken en van de chefs
van de generale staven. Het was dus een
zeer gewichtige bijeenkomst.
Het praatje, ctat de Donau-monarchie,
vechtensmoede, zich van don Duitschen bond
genoot wil afscheiden, zal nü voorloopig wel
de wereld uit zijn.
Terecht merkt de „Berl. Lokaianzeiger
op, dat als iets geschikt is om de speculatie
van „onze" vijanden op een -verslapping dor
bondsgedachté te vernietigen, het wel is de
ontmoeting der monarchen op 12 Mei, welke
tevens een waardig antwoord is op de kni-
pet-ijen van Ck-meuceau en op zijn vorvalseh-
ten'oi verzonnen keizerlijken briefInder
daad, wat er ook gebeurd zij, aan het feit
valt niet te tornen, dat de betrekkingen tus
schen Duitschland en Oostenrijk nu zoo
hartelijk zijn als ooit te «oren en dat men
er ernstig mee doende is om aan liet bond
genootschap nóg -ruimer en dieper beteekenis
te geven
De besprekingen in het groote Hoofd
kwartier vormen den grondslag voor politieke,
militaire eh economische onderhandelingen,
waarmode binnenkort een aanvang zal worden
gemaakt. Het ligt diteraard voor de hand,
den zeèr goed zijn toestand en begonnen
zich dc laatste dagen al meerjieei merk
baar, van hem uf to trekken.
Toen do beurs nfgeloopen was, voelde
11 renter zich óp.
Uitgeput, lichamelijk en geestelijk, als
een schipbreukeling, die de laatste plank,
waaraan hij zich ureïïlang vastgeklemd
heeft, hem voelt ontglippen, en wiens
wanhopige pogingen, om het hoold boVen
water te houden, falendie zich voelt
wegzinÊen.
Hij kwam thuis, sloot zich dadelijk in
zijn kauier op.
Zeker bezig, zoo onderstelden Cato en
Karei, de zaken te ordenen en te rege
len, om morgen met alles gereed te zijn....
In doffe" moedeloosheid zette hij zich
lieer. Nergens zag hij thans een uitweg.
Hij, die zich eens zoo zeker had geweten
van zijn positie, voelde nu deu grond
onder 'zich zinken. Moe gepeinsd was
zijn brein zijn god, op wien hij had ver
trouwd en gebouwd, zijn geld, had hem
verlaten. Eu anderen steun keilde hij
nietVerlaten, hulpeloos zat hij neer.
Hij zuchtte, sloot de oogen.
Als een rij van levende beelden gleden
zijn herinneringen zijn geest voorbij.
(Wordt vervolgd).
eerlijk zijn, hun voornemen billijken
maar juist daarom moest hij zich ver
ontwaardigd, boos toonen, om zich niet
geheel te verraden,'meende hij. Tot hoe
lang nog
„Dat zeggen we niet," antwoordde
Cato, haars vaders onuitgesproken, maar
wel begrepen vraag afwijzend, „maar,
waar Ivarel mfook zélf zaken doen moet,
moet bij toch wat meer vrijheid van be
weging hebben, 't Is niet uit wantrou
wen," loog ze, mot een blos, „maar ter
wille van de i goeden gangvvan zaken
en voor IJ is het immers daarbij een
hecle verlichting
Bremer had zijn besluit genomen. Ja,
hij kon nog wel wat tegenspartelen, maar
hij begreep zeer goed, dat dit de zaken
niet veranderde en Cato én Karei ten
slotte rechten konden laten gelden. Zou
hij hun de vreeselijke waarheid maai
onthullen, hun illusies doen verdampen
Eerlijk zou het gewis geweest zijn maai
de moed ontbrak hem er toe.
Ilij zou vandaag nog het uiterste be
proeven zien geld op te nemen bij beurs-
vrienden; wellicht, wie weet, bracht de
dag van heden nog niet ongedachte uit
komst wio was zoo grillig in het uit-
deelen van haar gunsten als vrouwe
Fortuua
Zoo zocht liij voor het oogenblik een
uitweg, in zijn lafheidzou paaide hij
zich zelf en zijn kinderen.
'k Zal vandaag de zaken in órde bVen-
gén," zei hij, trachtende op tuchtigen
toon tc spreken. „Dan kunnen We mor
genavond afrekenen."
Cato zag Karei met een blik aan, die
scheen te moeten zeggen zie je wel, dat
je je noodeloos ongerust hebt gemaakt
Ook Randers keek verwonderd. Zóó
gemakkelijk bad liij zich niet voorgesteld,
dat zijn schoonvader zou te bewegen
geweest zijn.
„Goed," zei hij. En vergoelijkend, nu
de zaak zulk een verrassende wending
had genomen, voegde hij er aan toe
Zóó'n haast zat er nu niet achter."
,,0'ch, eerder ben jullie toch niet gc
rust," zei liij hatelijk en tegelijk, zelfs
zijn benarde positie nog het air aan-
ni gccncrlei
nemende, alsof hij volstrekt J
moeilijkheid zat. De oude blufferige na
tuur kwam toch nog even boven.
Zóó vertrok hij, naar de Beurs.
Hij spande zich in, geld los te krijgen
deed zich opgewekt voor blufte en poch
te maar de „vrienden" lieten er zich
niet'door van de wijs brengen; ze ken-
ZEEUWSCH VLA AN DE
r. a tt r\ xt ia ..tiNAnnn/l/Mxl fi1 uncirlnore»n
DOOK ZELANDIA.
J^Nad^k^erbodenj|
Het bondgenootschap tusschen Duitschland
en Oostenrijk-Hongarije