Orgaan ter verspreiding der Christelijke Beginselen in Zeeuwseh-Vlaanderen.
No. 7.
Woensdag 23 Januari 1918.
le Jaargang.
De Nieuwe Tijd.
F E III L E T 0 N.
OMHOOG!
Dit blad verschijnt DINSDAG- en VRIJDAGAVOND, uitgezonderd op Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN. TELEFOON Nr. 20.
ABONNEMENT:
Fer drie maanden bij bezorging 1,Franco per post voor Nederland f 1.10.
ADVERT ENTIËN.
Van 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer ƒ0.10. Handelsadvertentiën over twee
kolom 6 cent. per regel. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzclfde advertentie
wordt de prijs tweemaal berekend. Abonnementen per contract.
Inzending van advertentiën tot 12 uur 's middags op de verschijndagen.
VI.
NA DE STEMMING.
Staat de klok op den stemdag vijf
uur. dan openen alle voorzitters ynn
zegt de kieswet in ons lieve vader
land hun mond, en verklaren, dat de
stemtijd verstreken is.
liet is dan beslistbijna tenminste.
Want de laatkomers, die al in 't stem
lokaal waren tijdens deze afkondiging,
mogen nog stemmen.
Dan mag bet stembureau even uit
blazen hoogstens een uur, en mits onder
wijl toezicht houdende op de stembus.
Maar dan gaat de bus opende doos
van Pandora
De voorzitter leest opde turvers
(controleurs) teekenen aan.
Daarna wordt alles verzegeld, en van
den uitslag proces-verbaal opgemaakt.
Nu moet liet jongste lid van het stem
bureau met het proces-verbaal en de
verzegelde pakken naar den voorzitter
van het hoofdstembureau.
In Zeeland reizen dus al de „jongsten"
uit de verschillende gemeenten naar
Middelburg.
Daarmee is het dien dag, gesteld, dat
allen 's avonds nog Middelburg bereiken,
wat ons vrijwel onmogelijk schijnt, afge-
loopen.
Officieel wordt niets bekend gemaakt.
Maar de Pers zal ons wel inlichten,
hoeveel stemmen op elke lijst zijn uit
gebracht.
De telegraaf kan vlugger dan de
„jongsten".
Den dag na de stemming, komt
's middags om 2 uur het hoofdstembureau
te Middelburg bijeen.
Tenzij alle „jongsten" hun pakketten
nog niet hebben afgeleverd. Dan stelt
de Commissaris der Koningin dit 1 of 2
dagen uit.
Het hoofdstembureau maakt dan van
den uitslag van de stemming in de heele
provincie proces-verbaal op.
Zijn er onregelmatigheden geschied,
of vermoedt het hoofdstembureau dat er
in een of ander stemdistrict iets niet in
den haak is geweest, dan telt het de
biljetten uit dat district over.
Van den uitslag geeft de voorzitter
van het hoofdstembureau direct bericht
aan het Centraal Stembureau, dat in
Den Haag zitting houdt, en den uitslag
vaststelt voor het heele land.
Dit zal waarschijnlijk 2 of 3 dagen
na de stemming gebeuren.
VII.
HET VERBINDEN DER LIJSTEN.
Alvorens te spreken over de verdeel ing
en aanwijzing der zetels, moeten we
eerst iets zeggen over het verbinden der
lijsten.
Zooals onze lezers zich uit een vorig
artikel zullen herinneren, moeten de 25
kiezers die een lijst indienen, een ge
machtigde aanwijzen, aan wien met het
recht geeft, de lijst tnet andere te ver
binden.
Over het nut daarvan thans iets.
Als voorbeeld kiezen we een gemeente
raadsverkiezing, omdat we dan kleinere
getallen hebben.
Stel het geval, dat in de gemeente
Neuzen zijn uitgebracht 2200 stemmen,
59)
Tegen die verklaring, waarvan hij de
waarheid als 't ware, voelde, moest al
de booze achterdocht, die zijn trots hem
had ingeblazen, het afleggen.
Er trad weer een pauze in.
Hij stond op.
„Ik ga maar," besloot hij.
„Zóö'n haast
„Je weet, ik heb het druk. Ik heb
hcusch geen tijd om langer te blijven."
„'t Spijt me. Ik had me er zoo op
verheugd, je een avondje bij me te
hebben."
Het kwam niet in hem op, haar te
beloven, eens wèèr te komen.
De „zaak" was nu immers afgehandeld
Hij was nu gereed, stak haar de hand
toe ten afscheid.
Als je soms nog in ongelegenheid
mocht komen, kun je op me rekenen,
Karei 1"
Hij keek haar verwonderd aan, bij
en dat de gemeenteraad bestaat uit 11
leden.
Deze treden voortaan (voor 't eerst in
1919) om de 4 jaar allen tegelijk af.
Ter voorkoming van misverstand zeggen
we nog eens, dat we maar getallen
Gesteld nu, dat de uitslag van de
stemming als volgt is
Anti-revolutionaire lijst 585 stemmen.
Liberale 1089
^Socialistische 427
S. D. P. (partij van
Wijnkoop) 99
Omdat er op 2200 stemmen 11 zetels
zijn te verdeelen, is de kiesdeeler 2200 11
200.
Dus hebben verkregen
De Anti-revolutionairen 2 zetels.
Liberalen 5
Socialisten 2
Totaal 9 zetels.
Nog te verdeelen dus 2 zetels.
Omdat de S. D. P. maar 99 stemmen
heeft gekregen, is minder dan de helft
van den kiesdeeler 200) krijgt deze
niets. Ze telt niet mee
De 3 eerste partijen moeten dus de
2 overschietende zetels verdeelen. De
lijsten met de grootste overschotten
krijgen deze. In ons geval (dat slechts
denkbeeldig is!) dus de Anti's (overschot
185 stemmen) en de Liberalen (overschot
89 stemmen).
De samenstelling van den raad is dus
als volgt
Anti's 3 leden, Liberalen 6 en de
Socialisten 2 leden.
Maar nu nemen we het geval, dat de
S. D. A. P. en de S. D. P. (de partijen
van Troelstra en Wijnkoop) hun lijsten
hebben verbonden.
Dan hebben ze samen 526 stemmen
en krijgen dus wéér bij eerste verdeel ing
2 zetels.
Maar nu is hun oyerschot 126 stemmen,
en krijgen zij dus evenals de Anti's
(overschot 185 stemmen) van do over
schietende onverdeelde zetels er één.
De samenstelling van den Raad is nu
Anti's 3 leden, Liberalen 5 en Soci's 3
leden.
Door die simpele verbinding hebben
dus de Liberalen niet de meerderheid
in den Raad gekregen.
Er is één S. D. A. P.er méér inge
komen. Want de Wijnkoopianen krijgen
evengoed niets.
Hun lijst is nóg onder den halven
kiesdeeler, maar ze hebben dan toch
bewerkt, dat een socialist gekozen is, in
plaats van een liberaal.
Is nu door het Centraal Stembureau
in Den Haag uitgemaakt, hoeveel stem
men er op elke lijst zijn uitgebracht, dan
pas komt de vraag aan de orde, welke
personen of nu eigenlijk gekozen zijn.
'Maar omdat de kost, die we onzen
lezers moeten voorzetten, nogal taai is,
doen we niet te veel in eens, en dus
daarover een volgende keer.
V Wiens sehuld?
In de zitting van de Tweede Kamer
van 27 Nov. j.lwees de heer Drion
(liberaal) op de onvoldoende uitrusting
van ons leger.
Hij herinnerde aan een gebeurtenis
zooveel onbaatzuchtigheid, na zulk een
„Betje," zei pij, getroffen, „jij bent
véél beter dan ik."
Haastig drukte hij haar hand, en ver
dween, Vóór ze iets had kunnen ant
woorden.
HOOFDSTUK XVIII.
Zondag was aangebroken.
Op den afgesproken tijd bevond Karei
Randers zicb aan het station. Reeds
lang had hij gebroken met sabbathshei-
liging. Ook' toen hij, in den aanvang
van zijn student-zijn, den Zondag nog
„vierde," was dit louter uit kracht van
opvoeding en uit gewoonte geschied.
Maar ook die vormelijkheid behoorde
reeds lang tot het verleden. De Zon
dag was meer en meer de dag bij uitstek
geworden, die ruime gelegenheid bood
tot ontspanning en vermaak.
Hij wachtte op Herman.
Eigenlijk had hij niet zooveel trek in
het bestelde bezoek. Wat moest bij er
ook gaan doen Aanlokkelijks beloofde
het niet veel. Noch de figuur van den
bluffenden Bremer Sr., noch die der
nijdige Cato, konden hem er mee ver
zoenen. Het scheen hem een dag te
uit den oorlog van 1870, waarbij Fran-
selie kanonniers, die met hun geschut
de Duitsche linies niet konden bereiken,
zich eenvoudig lieten doodschieten.
Zouden wij, aldus de heer Drion, ons
de haren niet uit het hpp/d tVK*ken, als
daV öé"TONV'apeiimgYn uitrusting onvol
doende waren
Ja zeker, we zouden liet. Maarm'ews
schuld zou het zijn
Wie hebben gedurende reeksen van
jaren ons leger verwaarloosd
Wie hebben opyvergaderingen om de
gunst van onze in 't geheel niet militair
aangelegde kiezers, bezuiniging bepleit?
Wie hebben bij ons volk het besef
uitgedoofd, van offers te moeten willen
brengen voor de vrijheid van het va
derland
Zijn het niet de socialisten, en mét
hen de liberalen geweest
Zij zijn de schuldigen.
En heeft niet de rechterzijde, onder
tegenwerking der linker partijen,getracht,
van ons leger althans iets te maken
Onder 't ministerie Kuyper zijn snel
vuurkanonnen gekocht, en Colijn gaf
een militievvet, waardoor de mobilisatie
in 1914 tot onze eigen verbazing bijzon
der vlot van stapel liep.
De trage Hollander had zich zelf over
troffen
En dat het van rechts goed gezien
was, beweren verschillende feiten in
dezen oorlog.
Toen het den Russen aan voldoende
bewapening begon te ontbreken, werden
ze bij tienduizenden tegelijk gevangen
genomen.
Doordat Roemenië niet klaar was,
werd het in enkele weken verpletterd.
En als ons volk eens in den oorlog
moest
Menschelijkerwijs gesproken waren we
wég.
Vreeselijk zou het zware vijandelijk
geschut, waartegenover we niets kunnen
stellen, in de rijen onzer jonge mannen
dood en verderf verspreiden.
Eu, omdat we thans de materialen en
de gelegenheid tot aanvulling missen, zal
straks aanvulling plaats moeten hebben.
Na den oorlog.
Dat zal offers kosten.
Zeker, maar de vrijheid is offers
waard.
En de veiligheid (voorzoover men
daarvan in een oorlog kan spreken
onzer soldaten eischen ze.
Geen leger, of een goed leger. Zóó
staan de zaken.
En zonder, gaat niet. Dat weten we
nu al wel.
Of er dau geeu ontwapening zal komen
Vooralsnog lijkt het er al heel weinig op.
Eer nog méér bewapening. Kijk maar
naar Amerika en Engeland. En meent
men nu heusch, dat die straks hun
mannetjes weer ontwapenen zullen, en
hun kanonnen omgieten tot vredes-
klokken
Als er ontwapening komt, dan doen
we natuurlijk mee.
Maar tot zoolang gelooven we, dat
het 't beste is, onze 'jongens flink te
bewapenen en uit te rusten, opdat ze
althans niet als weerloozen geslacht
worden, of méér ontberingen lijden, dan
noodig is.
zulllen worden van Joute^jejff^
man weigeren mee te gaan, nu deze
hem uit den brand had geholpen Want
of hij het zich nu ook al wilde ontvein
zen óf niet, 't was zoo, Herman had hem
geholpen. En dus moest hij zich er nu
maar in schikken. In elk geval was hij
een dag uit zijn „pension." Een bittere
glimlach krulde zijn lippen onwillekeu
rig, toen hij dit in zijn overdenken, als
een voordeel noteerde.
Hij keek op z'n horloge.
Waar bleef Herman Over een kwar
tier zou de trein vertrekken.
Zou bij weer aan 't boemelen zijn ge
weest. Want een losbol, moest hij wel
heeten. Een losbol; wie had hem ook
zóó genoemd O, ja, hij was er. Betje
had hem zoo betiteld den laatsten keer.
Ze schoen hem te kennen. Zij. Hoe
was het mogelijk. 'En geen gunstiger)
indruk had ze van hem ontvangen. Zou
ze werkelijk gelijk kunnen hebben met
haar beweringen Zou Herman er wer
kelijk toe in staat ziin, hem om die paar
honderd gulden het vuur aan de schenen
te leggen Dat wou hij niet gelooven.
Ofschoon, dat had hij al meermalen on
dervonden Betje zag scherp. En als
V Theorie en Practijk.
Zooals men weet, schermt de S. D.
A. P. nogal heel wat met vrouwen
kiesrecht.
Aan de „verdrukte" vrouw moet de
nrvmip-bp vriilmiil eebracht worden.
kven als de man moet ze door het
het iVésfuii[^I\yJ9c.c?- kunnen oefenen op
De vrouw, die volgens (ie o.
vredelievender is dan de man, moet in
's iands raadzalen haar stem kunnen
laten hooron.
Enka (thans mevr. Tjadenvan der
Vlies) omschreef in Alkmaar de taak der
vrouw aldus: „De vrouw moet uit het
veilig omsloten eigen thuis de wereld in
als strijdster, waarbij hare liefde niet
minder behoeft te worden."
En de voorstanders van vrouwen
kiesrecht (socialisten zoowel als liberalen)
willen ons doen gelooven, dat de Neder-
andsche vrouw snakt naar het kiesrechf,
als onze huismoeders naar goedkooper
tijden.
't Zou zoo wat het hoogste ideaal zijn
van de vrouw 1
't Zou zijn eisch van politieke en
sociale gerechtigheid.
't Zou in het belang van land en volk
wezen.
En nu de werkelijkheid
Twee van de meest bekende voor
standsters van vrouwenkiesrecht bedank
ten voor een aangeboden candidatuur.
En op de kiezerslijsten van de S. D.
A. P. zijn er van de twee en veertig
(zegge 42 candidate!), de helft vrouwen
Neen, lezer, schrik niet, slechtsdrie.
Daar breekt me de klomp
Die socialisten, die op bun laatste
congrec nog wel bij kris en kras gezwo
ren hebben, dat zij de dames in de Ka
mer zouden brengen, 't koste wat 't kost,
diezelfde socialisten stellen er van de
42 candidaten maar 3 vrouwelijke.
Men zou verwacht hebben, dat ver
scheidene der socialistische kamerleden
hun zetel voor een dame beschikbaar
zouden gesteld hebben.
Niet één, mijnheer
Mr. Mendels om zijn advocaten prac
tijk en D<\ van Leeuwen om zijn wet
houderschap hebben bedankt. De an
deren blijven.
Maar dan ook van tweeën één.
Of de dames hebben geen trek, óf de
heele vrouwenkiesrechtbeweging is larie.
In 't eerste geval betwijfelen we sterk
of de dames wel warm zullen voelen
voor 't bezit van 't stemrecht, dat de
linkerzijde ze wil op dringen.
Is de tweede onder, telling juist, dan
hebben we hier al een heel eigenaardig
verschil tusschen theorie en practijk.
Laten onze'kiezers het ontiiouden, als
de S. D. A. P. straks met andere be
loften komtzeggen en doen, theorie en
practijk zijn twee 1
V Kans tot recht doen.
Door de heeren de Savornin Lobman,
van Veen, van der Voort van Zijp, van
der Molen en van Wijnbergen is een
voorstel van wet ingediend, om de finan-
cieele gelijkstelling, voor zoover betreft
de salarissen der onderwijzers, reeds nu
in te voeren.
Volgens dit ontwerp zou het Rijk aan
c Plljk M.xg YMant het was
niet te ontkennen Herman speelde.
Was haar profetie dan zóó ongerijmd
Maar zeker, een zweem van jaloersch-
heid en haar vooringenomenheid tegen
Herman had haar gewis zoo doen spre
ken. Hij kon het zich niet voorstellen,
dat Herman zich aan die geringe som
zou laten kennen. Herman was immers
zoo royaal geweest. Had zelfs niet eens
van een schuldbekentenis willen weten.
Slechts op zijn, Kareis aandringen, had
hij er ten slotte in toegestemd. Herman
was veel te fideele kerel, om zóó te
handelen.
Wie weet, wat er achter stak bij
Betje, om zich zoo ongunstig omtrent
hem uit te laten. Luchthartig was Her
man gewis, maar een losbol, een vol
maakt lichtzinnige? Och, bij zulke puri-
teinsehe principes, als Bet er op na
hield, heette je zoo gauw oen losbol.
Weet, hoe ze hèm niet zoo betitelen.
Herman mocht van aard wat los zijn,
hij was niet ongevoelig. Hoe had Ka-
rel dat nog pas bemerkt, toen Herman
moeders portret in handen had gekre
gen. Hoe klein, hoe week, had hij zich
toen getoond. Zóó sprak geen lichtzin
nige, beeldde hij zich in. Summa summa-
de bijzondere onderwijzers met ingang
van 1 Jan. 1918, moeten uitkeeren, wat
deze minder verdienen, dan de openbare
collega's in dezelfde gemeente.
Aan de schrijnende onrechtvaardig
heid, dat een openbaar onderwijzer voor
Uaxelfüo te eer, som, varieerend
van 200 tot 1000 gld., méér ontvangt,
dan zijn christelijke collega in dezelfde
egmeente, zou dan een einde gemaakt
Aan links re
doen
Gedurende tientallen van jaren is de
bijzondere school als het stiefkind be
handeld.
Het verschil werd, vooral in de laatste
2 jaren, ontzettend groot.
Tegen zulk verhoogen, als de gemeen
ten thans ook met ónze belasting
penningen doen, kunnen de christe
lijke scholen niet op.
Eerst moeten we voor de openbare
school, waar bijna geen schoolgeld wordt
geheven, betalen, en dan nog voor onze
eigen scholen tonnen gouds bijpassen.
't Is dus geen wonder, dat onze be
sturen niet meer aan de gerechtvaardigde
wenschen van hun personeel kunnen
voldoen. Zeer gewaardeerde duurtetoe-
slagen werden hier en daar gegeven,
zeker, maar met de gemeentebesturen,
die al maar uit de publieke kas putten,
is geen gelijke tred te houden.
Ook voor de christelijke onderwijzers
wordt de last, die ze om der wille van
hun beginsel moeten torsen, haast te
zwaar.
Per jaar dragen alleen onze onderwij
zers ruim acht honderd duizend gulden
bij voor de christelijke school! Want
dat zouden ze méér verdienen, als ze
overgingen naar openbare scholen in
hun eigen gemeente.
Bedenken we wel, dat dit bijna 6 maal
zoo veel is als de Unie-collecte over
't heele land.
Daarom verheugen we er ons over,
dat onze rechtsche Kamerleden, inziende
dat de besturen niet kunnen doen, wat
ze willen en moeten, en dat de last voor
de onderwijzers schier ondragelijk wordt,
een voorstel hebben ingediend, om aan
deze wantoestanden een einde te maken.
De linkerzijde, die in de laatste maan
den zooveel over gelijkstelling en sala-
risverhooging spreekt, kan thans iots
doen.
Dit voorstel moet er evenals de grond
wetsherziening met nagenoeg algemeone
stemmen door.
't Is een kwestie van recht!
En laten we hopen, dat de Kamer, en
speciaal rechts, ditmaal niet voor den
minister gaat zwichten.
Er is geld voor alles en nog water
is ook wel gold om recht te doen aan
onze christelijke scholen.
V Opvoedende waarde.
Herhaaldelijk is als cén der motieven
vóór Algemeen Kiesrecht genoemd, de
opvoedende waarde voor den kiezer.
Door het hanteeren van het stembiljet
zal de burger van ons goede vaderland
meer politieke belangstelling verkrijgen.
Ook het verautwoordelijksbesef zal
worden versterkt.
We mogen aannemen, dat die zege
ningen van het Algemeen Kiesrecht,
rum, wég met die sombere gedachten
Nog tien minuten. Maar hu werd het
toch hoog tijd. Herman zou toch de
heele afspraak niet vergeten zijn en hem
hier voor gek laten staan. Het denk
beeld alleen joeg hein een blos op do
wangen. Hij zou zich zoo iets niet laten
welgevallenal had Herman hem ook
bijgesprongen, hij behoefde hem daarom
nóg niet te behandelen, alsof Ho,
wat draafde hjj weer door. Hij had er
toch geen reden voor, tenminste nu nog
niet. Herman zou wel komen en zoo
niet, dan kon zijn wegblijven immers
ook nog wel een andere oorzaak hebben
Zijns ondanks tot deemoedigheid ge
stemd, drentelde hij wat heen en weer.
Ha, daar kwam eindelijk de langge-
beide.
Wat zag bij er uit. Zwarte kringen
onder de oogen. Bleek, gebogen. Het
viel hem nu sterk op.
„O, ben jij d'r al? Vlugger dan ik.
Ja, kerel, 't is ook zoo razend vroeg."
„Bonjour," groette Karei. „Zóó vroeg
toch niet, wel Straks is het elf uur."
„Is het? En noem je dat niet vroeg?
Voor zoete jongens welliclit niet. Maar
voor mij en mijns gelijken
(Wordt' ver\ ol.;d")
DOOR ZELANDIA.
Nadruk verboden.
o.ivKitiDua.