Antirevolutionair voor nieuws- en Advertentieblad Zeeland. FEUILLETON. OMHOOG! Binnenland. No. 1492. Zaterdag 15 December 1917. 15" Jaargang. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,Franco per post: voor Nederland ƒ1,10. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec teuren en Brievengaarders. Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op Feestdagen, bij den Uitgever D. H. L1TT001J Az. te TER NEUZEN. Inzending van advertentlën vóór uren op den dag der uitgave. ADVERTENTIEN: Van 1—4 regels 0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIEN TE BEZORGEN BIJ DENUITGEVER. V Arm. Ter gelegenheid van de afkondiging van het algemeen kiesrecht bevatte Het Volk een bijdrage van zijn vaste medewerker, die zich Oproerigen Krabbelaar noemt. Het luidt als volgt Komt, kerelsde straat op, den strijd tegemoet De Vlag gaat voorop vóór het Volk in den stoet. Het Volk, dat zijn VV ij, met de vlam in het oog, En een lied in den mond, dat daar davert Komt, kerels! naar buiten in 't licht van den dag. Heft boven de hoofden de hoog-roode Vlag. Komt, kerels, Iaat dreunen uw dreigenden stap, Die staat op den weg naar uw koningschap, En stelt op de straten uw toekomst ten toon, En het licht van de zon zij het goud van uw kroon. Komt, kerels 1 naar buiten in 't. licht van den dag. Eleft boven de hoofden de hoog-roode Vlag. Wij wanklen noch wijken! Komt, kerels! vooruit, De zege is zeker, de wereld de buit. Wij zijn de bevrijders, die staan in den kamp, De Vlag gaat ons vóór als een eeuwige lamp. Komt, kerels! naar buiten in 't licht van den dag. Heft boven de hoofden de hoog-roode Vlag. En als men ons voert naar het dal van den dood, Dan is onze lijkstoet zoo vorstlijk groot, Want achter ons volgen in machtige schaar De makkers in drommen en dragen de baar. Zij voeren ons wèg uit het licht van den dag, Maar boven de hoofden gaat hoog-rood de vlag. Welk een idealisme voor de toekomst; welk een bewustheid van kracht. Welk een geloof in de religie van het socialisme. Een ijvervuur, dat velen moet beschamen, die met méér recht en reden, vol geestdrift konden zijn voor zooveel heerlijker en waarlijk hooger beginsel. Maar ook, wat somber perspectief. „Als men ons voert naar het dal van den dood." v Wat dan Wat is dan uw eenigste troost? Dat „de makkers de baar dragen". Dat „de roode vlag" blijft wapperen. Dan zinkt alle idealisme in den zwarten kuil weg. Want het socialistisch ideaal reikt niet over den dood. Het wordt begrensd door wieg en door graf. Het is stof. Is het dan wel de prijs van een leven waard 52) Karul poogde in den drom van voorbijgan- gers de bedoelden uft te vorschen, maar de aanwijzing was hem blijkbaar niet af te dui delijk. „Die ouwe heer in 't grijs, met ziju goudge- knopten stok, die hij voortdurend rondzwaait Pas op, papa je bent hier niet in je pro vinciestadje „O," zei Karei be- grijpend, „dié daar; en naast hem, ten minste een paar pas achter hem, een dame, die mank is „Juist, nou, mag ik je voorstellen: papa en zijn lieftallige dochter, mijn dierbare zus. Och, hè dat zal je gebeuren zij óók Karei vatte niet veel van al die ontboeze mingen. Hij keek Herman tamelijk onnoozel aan. „Nee, dat snap ik, dat je er niets van be- grijpt, viel Bremer uit, K nel niet-gedano vraag alvast maar beantwoordend. „Ik zal je uit den droom helpen, man. Die ouwe heer is mijn papa; nou, dat had ik je al gezegd Arme „kerels"! Hém te volgen, Die de banier draagt boven tienduizenden, is heiliger en hooger ideaal, wijl een eeuwig EEN AUDIËNTIE. Door H. M. de Koningin zijn op 10 Dec. j. 1. in particuliere audiëntie ontvangen de Heeren P. van der Meulen, J. Henri Ledeboer, Th. Bianchi en van Hasselt als vertegenwoor digers der door alle drankbestrijdersvereeni- gingen hier te lande gevormde Commissie Graan besparing Alcoholindustrie. De audiëntie had ten doel de aanbieding van een adres met uitvoerige toelichting aan de Regecring, waarin aangedwongen wordt op beperking van 't gebruik van voedingsmid delen en kolen in de alcohalindustrieën. Bij monde van den Heer van der Meulen werd het adres toegelicht, waarna Hare Ma jesteit zich met de commissie-leden onderhield en zeer belangstellend naar verschillende bij zonderheden, die met zaak in verband staan informeerde. In het adres wordt gevraagd Terug brenging van de gist- en alcohol industrie tot den kleinst mogelijken omvang. Daaronder wordt verstaan': a. Stopzetting van de gansche bierindustrie b. Toelating van de alcoholproductie in zoo verre als noodzakelijk is voor de fabricage van gist en technische spiritusvan gist uitsluitend voor broodbereiding en gepro duceerd op de meest economische wijze, d.w.z. zóó, dat uit een bepaalde hoeveel heid grondstoffen de grootst mogelijke hoeveelheid gist en de kleinste hoeveel heid alcohol zal ontstaan. c. Stopzetting van alle andere graan- en melasse stokerijen. Ontstaat bij de gistproductie zooveel alcohol, dat deze niet geheel voor technische doel einden in fabrieken, apotheken, enz. kan worden gebruikt, dan worde de overblijvende alcohol desnoods beschikbaar gesteld voor menschelijk verbruik. Voor deze laatste beperkte hoeveelheid ge distilleerd wenscht men een stelsel van rant soeneering te zien ingevoerd. Deze rantsoeneeriug moet aan de volgende voorwaarden voldoen 1. dat zij tot zeer beduidende beperking van het verbruik moet lijden 2. dat zij strikt persoonlijk zij; 2. dat fraude zeerstrengworde tegengegaan. Terwijl het de commissie noodzakelijk lijkt in deze rantsoeneering te betrekken alle bij producenten en tusschenhandel aanwezige voorraden, die derhalve ten spoedigste in be- hé, geloof ik. En die manke dame, ja, je hebt een scherpen blik man, maar ze hob belt dan ook abominabel, dat is mijn aange beden zuster, Cato, die een bijzonder zwak voor me heeft." Hij lachte luidkeels. „Ik wist niet, dat je eeu zus had," zei Run de rs. „Nee maar, kerel, een éènige een éénige lachte Herman weer. „Letterlijk en figuurlijk een eenige. Ze heeft de zaak niet vertrouwd en komt eens mee. Wee mij!" voegde hij er komisch aan toe. „Ik begrijp je niet." „Nou, luister. Cato wil me zoo wat onder curateele hebben, vat-je Ze is bang, dat ik te veel bokkesprongen zal maken. En mis schien heeft ze daar wel een beetje reden voor ook." Karei zocht naar een ander onderwerp. Het stuitte hem min of meer tegen de borst dit chapitrc verder te hooren behandelen. Maar Herman liet hem er geen tijd toe, het gesprek een wending te geven. „Ze hebben me gezien. Ze komen al hier heen ga je mee, ze tegen Cato is er goed voor in staat, me hier een scène te maken; verbeeld-je zoo iets." Hij was al opgestaan en rekende al pra tende met den kellner af. slag dienen te worden genomen. Ten slotte bepleit de commissie voor de arbeiders, wier belangen door deze maatre gelen worden geschaad, eon billijke schade loosstelling: PETROLEUM. De minister van landbouw, nijverheid en handel maakt bekend, dat bon no. 5 der Rijks- petroleumdistributiekaart geldig zal zijn van 1G dezer tot en met 31 dezer voor een hoe veelheid van 2 liter. („St.ct.") INVOER IN AMERIKA. Uit een telegram van Hs. Ms. gezant te Washington aan den minister van buitenland- sche zaken blijkt, dat bij een proclamatie van de Amerikaansche regeering de invoer van verschillende artikelen in de Vereenigde Sta ten uit de meeste landen, waaronder Neder land en de Nederlandsche koloniën, is verbo den, tenzij uit hoofde van een speciale ver gunning (license). De belangrijkste van deze artikelen zijn coprah, cocosolie, wonderolie, soyaolie, gutta percha, balata, tabak, hennep, huiden, boonen, caoutchouc, sisal, suiker, tin en diamanten voor de nijverheid. SIMPLEX MAANDKALENDER. Niettegenstaande de vele bezwaren door den nood der tijden, duur papier euz., heeft de rijwielfabriek „Simplex" te Amsterdam voor 1918 weder haar prachtvollen maandka- lender uitgegeven. Deze kalender is al jaren bekend om de met zorg gekozen photo's uit ons land, fraai afgedrukt op illustratiepapier. Dit jaar zijn het kiekjes uit de omstreken van Nijmegen, Arnhem, Den Haag. Amsterdam, Utrecht, uit de Betuwe, van de Zuiderzee, enz. De omlijsting is nieuw geteekend door den Heer Otto Verhagen. De forsche figuren'van een rijwiel- of motorrijwielrijder, los gegroe peerd in een landschap met sneeuw, in volle zomerweelde of in herfsttooi, naar gelang van het jaargetijde, doen aangenaam aan. Zeer zeker zullen velen, die deze uitgaaf kennen, gaarne gebruik maken van de gele genheid die door de „Simplex" wordt geboden om den nieuwen kalender voor 1918 te ont vangen. Een enkele aanvraag aan het hoofd kantoor van de Machine-, Rijwiel- en Auto- mobielenfabriek „Simplex," Overtoom 271 te Amsterdam, is voldoende om den kalender gratis en franco, zoolang de voorraad strekt, te ontvangen. NOORD BRABAND. De Maatschappij van verzekering op het Leven, (Waalwijk 1843) geeft eveneens een, doch niet geillustreerden maandkalender. Duidelijk uitgevoerd, elke maand in zeer „Ik ga nou heen," stelde Karei voor. Hij was er volstrekt niet op belust, do te ver wachten scène bij te wonen. „Nee, juist niet, kerel. Je blijft bij me, be grijp je. voorloopig, nou, neem me niet kwa lijk hoor, als bliksemafleider." Hij lachte luidkeels. Karei maar zuinigjes. „Anders," weerde hij af. Reeds hadden ze Bremer en dochter ont moet. Do eerste, wat asthmatisch, hijgde een groet uit, toen Herman hem al hartelijk de hand stond te schudden de laatste nam haar broer koeltjes van het hoofd tot de vouten op en beantwoordde vrij koeltjes zijn„dag, lieve zus 1" „En mag ik je voorstellen, papa en Cato, mijn vriend Randers, student als ondergetee- kende, alleen honderd percent ijveriger,!" Bremer Sr. maakte een overdreven buiging, al blazende en blozende, Cato neeg bijna on merkbaar. Ze liepen een eindje op. Toen vond Karei het tijd, den aftocht te blazen. Maar Herman liet hem niet los. Hij moest mee. Zoo bereikten ze het huis, waar Herman zijn kamers had. „Vooruit Randers, ga mee binnen," fluisterde Herman Karei haastig toe, „help me de bui passende omlijsting. Sommige bladen zijn bepaald fraai b.v. Maart, Juni, December. AARDAPPELEN. Het Bureau voor Medédeelingen inzake de Voedselvoorziening meldt: Het spreekt vanzelf, dat het van groot gewicht is eenigermate nauwkeurig te weten, niet alleen hoeveel aardappelen er beschikbaar zijn, maar ook hoeveel er is van de verschil lende sporten. Veen-en zandaardappelen toch kunnen in het algemeen niet zoolang bewaard worden als kleiaardappelen, en met dezen factor behoort dus ernstig rekening te worden gehouden bij de verdeeling der aardappelen over de komende maanden en het maken van reserves. Nu de door den minister van landbouw reeds op 24 September j.l. aan de burgemees ters gevraagde opgaveu, welke op 1 November bij de burgemeesters ingeleverd moesten zijn, nog slechts onvolledig zijn binnengekomen, kan op dit oogenblik alleen een door aard- appeldeskundigen gemaakte raming dienst doen voor het verkrijgen van een overzicht en het vaststellen van een plan. Uit die raming nu schijnt te volgen, dat, al moge er voorloopig noh geen reden zijn aad te nemen, dat wij er niet zullen komen, toch een voor zichtige aardappelpolitiek gewenscht is. De consumptie toch is dit jaar grooter dan in andere jaren, omdat het broodrantsoen kleiner is. Ook is bij het groote gebrek aan vee voeder, zelfs bij strenge controle, niet geheel te voorkomen, dat, in strijd met het verbod, toch aardappelen aan het vee worden ver- voederd. Bovendion is het niet te vermijden, dat op den duur een deel der aardappelen voor menschelijke consumptie ongeschikt wordt. De gemaakte raming wijst uil, dat er ver moedelijk niet genoeg klei- en zandaardappelen zijn van de voor de gemeentelijke reserves bestemde soorten (Roode Star van het zand, Industrie en Eigenheimers van zand en klei en daarmee gelijk te stellen soorten). Daarom zal voor die reserves ook gebruikt moeten worden een deel der Bravo's, bonte en blauwe, Frisia's en de Wetten, die, omdat ze nog langer goedblijven dan de bovenge noemde soorten, aanvankelijk alleen bestemd waren voor de laatste maanden. Aan het maken der gemeentelijke reserves wordt voortdurend gewerkt. Op dit oogenblik zijn ongeveer 3/3 der reserves ter plaatse afgeleverd. Voor den ccrstkomenden tijd zijn aldus beschikbaar geelvleezige zandaardappelen, maar niet in zóó voldoende mate, of er zullen te zijner tijd hoogstwaarschijnlijk ook wit- vleezige voor de consumptie moeten worden bestemd. afweren." Eu Karei stapte mee binnen. Hij voelde zich er wel een weinigje toe verplicht met het oog op den dienst, welken hij van Bre mer verwachtte. Maar liever had hij zijn zoldervertrek opgezocht. Cato wierp af en toe spijtige blikken in de richting, waar hij zich bevond. Daar zaten ze. De hospita kreeg last, voor eénige verkwik king zorg te dragen. Herman scheen ook niet geheel in de rechte stemming. Er was iets heel gedwongens in dit samenzijn. Cato zat stokstijf op de cana pé en monsterde de omgeving. Haar lippen hield ze stijf op elkaar, als was ze vast be sloten in het bijzijn van dien „derde," te blij ven zwijgen. Papa nam den tijd, om wat op z'n verhaal te komen. Herman had zich op een stoel laten neer vallen en deed heel luidruchtig; trachtte ook Karei in het gesprek te betrekken. Dezen werd een zetel aangewezen tussclien vader en zoon, vis-a-vis de zwijgende dochter. „Hooken Herman presenteerde zijn fijnste kist;eerst aan papa, dan aan Randers. „Nou, ja, zijn 't lichte, héél lichte?" infor meerde Bremer. (Wordt vervolgd.) omhoog. DOOK ZELANDIA. Nadruk verboden

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1917 | | pagina 1