JltitireDOluiionair
voor
nieuws- en Advertentieblad
Zeeland.
Binnenland.
FEUILLETON.
OMHOOG!
Buitenland.
No. 1488.
faargang.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec
teuren en Brievengaarders.
Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. L1TT001J Az. te TER NEUZEN.
Inzending van advertentiën vóó»- uren op den dag der uitgave.
ADVERTENT1EN: -
Van 1—4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIËN TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER.
V De kleyne luyden.
Naar het hart van eiken waren anti-revo
lutionair heeft gewis Dr. Kuyper op de laatste
Deputatenvergadering gesproken.
Onze anti-revolutionaire partij, de partij der
„kleyne luyden".
Heel de lagere groep omvattend in het
samenstel van ons volksleven.
Van huis uit democratisch.
Niet ieder, die zich Christelijk noemt, is
daarom reeds antirevolutionair.
Behoudzuchtig te zijn is voor sommigen
gelijk van beteekenis met anti-revolutionair
te zijn.
Omdat men tot een zekere Kerk behoort,
deelt men soms zichzelf in, of wordt men
door andere ingedeeld bij de anti-revolutio
naire partij.
Ja soms lijkt het wel, alsof conservatisme
en anti-revolutionair zijn als zinverwante be
grippen moeten worden opgevat.
Dat gaat in tegen de historie.
Dat druischt in tegen ons anti-revolutionair
program.
Anti-revolutionair te zijn beteekeut zeer
beslist democratisch te zijn.
De sociale wetgeving is voor ons geen
schrikbeeld, maar eisch, die voortvloeit uit
ons beginsel.
Bevestiging en uitbreiding van rechtmatigen
volksinvloed staat reeds jaren op ons program
en vond steeds in onze woordvoerders warme
pleitbezorgers.
Wij nemen het ijveren voor de belangen,
óók der lagere groepen van ons volksleven,
niet op den koop toe, omdat we ons er niet
aan kimnen onttrekken, maar aanvaarden het
als beginseleisch.
Partij der kleine luyden te zijn, is voor ons
niet maar een etiket, doch het wezen van
onze saamhoorigheid.
DE KAMERVERKIEZINGEN IN 1918.
De besturen der provinciale organisaties
van R. K. kiesvereenigingen in de 4 noorde
lijke provincies zijn van plan de lijsten voor
de Tweede Kamer-verkiezingen in 1918 te
combineeren. De besprekingen hieromtrent
hebben tot de overeenstemming geleid.
(N.R.C
DE KAMERVERKIEZING IN 1918.
Naar wij thans op goede grpnden kunnen
mededeelen, bestaat het voornemen de can-
didaatstelling voor de nieuwe verkiezingen te
doen plaats hebben in den loop der maand
Mei 1918 en de verkiezingen zelf in de maand
Juni d a.v
BESCHERMING TEGEN BOMAANVALLEN.
Door het lid der Tweede Kamer, den heer
Jhr. De Muralt, zijn aan de Regeering vragen
gesteld, naar aanleiding van de voorgekomen
bomaanvallen op verschillende plaatsen in
Zeeland. Deze vragen hebben ten doel, de
betrokken autoriteiten te bewegen, zorg te
dragen, dat behoorlijke kenteekenen zullen
worden aangebracht, vooral in de grensge
49)
Zijn gelaat verhelderde iets.
„Ga nog wat zitten," noodde ze.
Hij deed het. Een straaltje van hoop drong
door.
„Ik vrees toch," zei hij, „dat het niet gaan
zal."
„Zou je met een paar honderd gulden ge
holpen zijn
„Als ik het maar rekken kan tot over een
paar maanden, zou het wel gaan. Dan hoop
ik klaar te zijn voor mijn examens. En dan
ben ik er boven op."
„En zou je begon ze weer.
„Met een paar honderd gulden zou ik me
er door zien te slaan. Overvloed heb ik niet
noodig. En met zuinigheid kom ik wel toe.
Maar aarzelde hjj, „tweehonderd pop,
waar
„Ik heb een spaarpotje, dat wel toereikend
zal wezen, Karei. En daar kun je over be
schikken," zei ze, een-voudig.
meenten, zoodat de vliegers zich bij nacht
en dag kunnen orienteeren, terwijl door den
heer De Muralt voorts ook wordt aangedron
gen op schadevergoeding aan de burgers uit
's Lands kas, wanneer de buitenlandsche re
geeringen die de schade veroorzaakten, wei
geren die te betalen.
LANDARBEIDERS WET.
De Tweede Kamer heeft zonder hoofdelijke
stemming het wetsontwerp tot verkrijging
door landarbeiders van land met woning in
eigendom of van los in pacht aangenomen.
RIJST.
De minister van landbouw, nijverheid en
handel heeft het artikel rijst afgevoerd van
de ljjst van goederen, aangewezen krachtens
artikel I der Distributiewet 1916.
In een circulaire aan de gemeentebesturen
zegt de minister
Ter toelichting zij opgemerkt, dat de hier
te lande nog aanwezige voorraden niet van
dien aard zijn, dat met distributie van het
artikel op de gewone wijze kan worden voort
gegaan.
Een regeling is in voorbereiding om de nog
aamVezige voorraden te doen strekken voor
zieken en zwakken, die blijkens doktersattest
dit voedingsmiddel noodig hebben. Daaren
boven zullen de verder nog beschikbare hoe
veelheden kunnen worden gebezigd om in
perioden van groote schaarschte aan andere
voedingsmiddelen, als bijv. aan aardappelen,
tijdelijk ter vervanging daarvan te dienen.
(Stct.)
'tWESTLAND ZONDER BROOD?
Te Naaldwijk is een vergadering gehouden,
waar alle Westlandsche bakkers waren ver
tegenwoordigd. In die vergadering is besloten
aan de gemeentebesturen verlaging van meel-
prijzen te verzoeken. Ofschoon in Amsterdam,
Rotterdam en Den Haag de bakkers slechts
f6.50 betalen van het meel, wordt hun hier
nog steeds f 10 in rekening gebracht. Ook is
de medewerking verzocht van den Minister
van L., N. en 11. Van de antwoorden der
gemeentebesturen zal afhangen, of de bakkers
zullen staken.
Binnen enkele dagen zal opnieuw vergaderd
worden om een besluit te nemen. (Stand.)
THEE EN KOFFIE.
Tusschen 1 en 15 Dec. zal verkrijgbaar zijn
op bon no. 7 0.05 K.G. (Va ons) thee en óp
bon no. 8, beide der thee- en koffiekaarten,
0.05 K.G. (Va ons) koffie.
Van 16 tot 31 Dec. zal verkrijgbaar ziin op
bon no. 9 0.05 K.G. (Va ons) thee en op bon
no. 10 0.1 K.G. (1 ons) koffie.
DE HANDELSOVEREENKOMST MET
DUITSCHLAND.
Naar aanleiding van het bericht van het
Vaderland, dat bezwaren, die over de uit
voering van de in het begin van October
tusschen onze regeering en de Duitsche re
geering gesloten overeenkomst, aan de zijde
van ons land gerezen waren, hadden geleid
tot nieuwe onderhandelingen en een aanvulling
van de overeenkomst, schrijft Het Volk
Hij keek haar aan, alsof hij haar niet mocht
gelooven.
„Maar dat mag ik niet aannemen," riep hij
uit, getroffen door haar gulhartigheid. „Eu
zal ik het kunnen teruggeven! Als ik eens
niet slaag, wat dan
„Ik sprak niet van teruggeven, ik zei, dat
ik je wil helpen, zooveel ik kan. Kun je
later teruggeven, goed kun, je het niet, ook
goed."
„Meen je dat werkelijk
Hij kon zich zoo groote onbaatzuchtigheid
bijna niet voorstellen. Bij hem vvas het im
mer en altijd berekening en nóg eens bere
kening.
„Zou ik het je presenteeren en het niet
meenen autwoordde ze, verontwaardigd.
„Ben je niet mijn broer? Ik ben blij, je te
kunnen helpen."
„Je bent edeler dan ik," bekende hij, kleu
rende.
„Ik heb je er nooit naar behandeld."
Ilij stak haar zijn hand toe.
„Kom," zei ze, die vattende, „dat is afge
sproken. Wil je van de week even aanko
men, dan zal ik het in orde maken."
Een traan blonk in zijn oog.
Dat was haar een heerlijke belooning.
Mocht ze hem door liefde winnen, bad haar
„Inderdaad hebben zich bij de uitvoering
van het handelsverdrag moeilijkheden voor
gedaan, die maken, dat er thans geen export
naar Duitschland plaats vindt van ettelijke
soorten artikelen, waarvan de levering onzer
zijds als bepaling in het contract was opge
nomen.
Deze moeilijkheden echter zijn geenszins
opgelost en het ziet er op dit oogenblik ook
niet naar uit, dat ze zeer spoedig tot een
oplossing zullen worden gebracht.
De bezwaren betreffen uitsluitend door ons
uit te voeren artikelen, niet het onzerzijds te
verleenen krediet en ook niet den kolenaan-
voer uit Duitschland. Deze laatste is zelfs
uitgebreid. Duitschland heeft zijn hoeveelheid
steenkolen, die het maandelijks aan ons levert,
van 1 December af met eenige tienduizenden
tonnen verhoogd en nog een extra-levering
voor eenmaal toegezegd. Dat feit staat echter
niet, zooals 't Vaderland meldt, in verband
met het welslagen van nieuwe onderhandelin
gen en een aanvulling van de overeenkomst.
Immers de onderhandelingen over de uitvoe
ring van het verdrag z ij n nog niet geslaagd
schijnen ook niet in een snel tempo te
worden gevoerd en de overeenkomst i s
niet aangevuld. De beslissing omtrent ver
grooting van den kolenaanvoer is in Duitsch
land genomen, onafhankelijk van de gerezen
moeilijkheden bij de overige uitvoering van
het contract.
Waar nu de moeilijkheden precies schui
len, is bezwaarlijk te zeggen, maar het schijnt
ons van veel belang, dat men zich beijvert,
alle bezwaren, die aan een volledige uitvoering
van het handelsverdrag kleven, zoo spoedig
mogelijk uit den weg te ruimen. Daardoor
wordt het gevaar verhinderd, dat Duitschland
te eeuiger tijd opnieuw zijn kolenaanvoer stop
zet.
DE OORLOG.
DE TOESTAND
Van groote krijgsbedrijven kan ditmaal niet
worden gewaagd. Om met Italië te beginnen,
daar is de toestand nog weinig veranderd.
Echter wordt binnenkort wijziging in den staat
van zaken gebracht. De Centralen trachten
van uit het Noorden door te trekken en lukt
hun dit, dan kan het niet anders, of de Piave-
linie raakt aan het wankelen. Intusschen
zullen de geallieerden thans ook hun plan de
campagne moeten gaan ontwikkelen. We
krijgen dus twee kansen of wellicht wel drie.
De eerste is dat de Duitschers en Oostenrij
kers de Piave linie forceeren de tweede, dat
de geallieerde legers de Centralen óf een halt
toeroepen, óf ze terugdringen de derde, dat
bij wederzijdsche uiterste inspanning de beide
partijen elkander vrij wel in evenwicht hou
den. Welke van deze drie kansen het waar
schijnlijkst is, valt nog moeilijk te zeggen, of
schoon het er wel naar lijkt, dat de beide
laatste niet de meest aannemelijke wending
in den toestand aangeven. Immers, de Cen
tralen kunnen nog al wat versche troepen en
hart.
Hartelijk nam hij afscheid. Geheel en al
opgemonterd aanvaardde hij den terugweg en
bijna opgewekt besteeg hij straks de trappen
naar zijn zolderkamer.
HOOFDSTUK XVI.
„Kerel, ik heb j« in geen eeuw gezien!
Waar heb je gezeten
't Was Herman Bremer, die het vroeg. Hij
ontmoette Karei den volgenden morgen op
straat.
Bremer was student, als Karei. Zoo onge
veer student van beroep. Hij liep reeds naar
de dertig; zijn candidaats lag nog immer in
een ver verschiet. Daarover scheen hij zich
al heel weinig te bekommerenhij leidde een
leventje van plezier, dat hij blijkbaar van zins
was eerder te rekken, d^n zoo spoedig moge
lijk te beëindigen. Papa Bremer was er goed
voor. Die had zijn schaapjes, naar men zei,
op het drogeHerman voelde meer voor het
natte element. Bremer was een parvenu rijk
geworden, op zeer gemakkelijke wijze, na
eenige „gelukkige" speculaties, had hij de
zaken aan den kant gedaan en genóót nu van
zijn rijkdom. Zjjn zoon, Herman, die eerst
een paar jaar bij pa op kantoor was geweest,
maar die niet de minste ambitie in die rich
ting had getoond, had toen een andere be-
eeu overvloed van geschut aanvoeren, nu de
Russische stoomwals buiten werking is ge
raakt. In Frankrijk blijft de strija bij Ka
merrijk nog wat nawoeden. Reeds herover
den de Duitschers belangrijke stukken ter
rein, Een Engelsche beschouwing spreekt van
den Kanoerrijkschen slag als van een proef
neming. Ongetwijfeld zullen dus dergelijke
operaties in de naaste toekomst meer worden
uitgevoerd. Het is echter opmerkelijk, dat
de actie bij Kamerrijk nu een proefneming
wordt genoemd, d.vv.z., nadat ze, weliswaar
in den aanvang met succes bekroond, maar
daarna toch tamelijk* wel als niet geslaagd
mag beschouwd worden, waar immers een
doorbraak poging was bedoeld. Als proef
neming van partiëele-rfooróraaA; pogingen is
ze mislukt.
Kan men niet van groote krijgsbedrijven
spreken, daartegenover staat, dat de laatste
dagen tóch uiterst belangrijk zijn in de ge
schiedenis van den oorlog. Over den toestand
in Rusland hangt voor ons nog een nevel. Is
generaal Orechonin afgezet en gevangen
Heeft Krijlenko's gezag als nieuwe opperbe
velhebber werkelijk wat te beteekenen Hoe
staat het met Kaledin's invloed? Zit Lenin
al vast genoeg in den zadel
Men kan er geen afdoend antwoord'op krij
gen. Maar de Entente spuwt vuur en vlam
tegen Lenin, en dat teekent. Als werkelijk
dieus gezag slechts denkbeeldig is, waarom
maakt men zich dan in Londen en Parijs zoo
boos op hem Of is dat maar alleen om de
publikatie der geheime stukken? Wat reeds
openbaar gemaakt is, valt niet mee voor de
Entente. Duitschland westelijke grens moest
maar herzien kwam Nederland hier niet in
de klem? En Zweden moest maar in den
oorlog gejaagd en Noorwegen bewogen wor
den om de zijde der Entente te kiezen. De
hoogere politiek speelde hier wel hoog, maar
tegelijk een uiterst verraderlijk en laaghartig
spel. Leerzaam zijn de openbaar gemaakte
stukken voor de kleine naties in het bijzon
der. In Duitschland groeit men er in. Ziet
eens, zoo roept men daar, wat trouweloosheid
Het komt ons voor, dat Duitschland althans
niet zulk een groot woord behoeft te voeren.
Het heeft evenmin Belgiës onzijdigheid ont
zien, en had reeds een veldtochts plan klaar
voor den aanvang van den oorlog, dat geheel
en al op scheuding der onzijdigheid was ge
baseerd. Waarmee niet gezegd is, dat men
van de zijde der geallieerden minder kiesch
te werk zou zijn gegaan. Elk der partijen
stelt in dezen gruwelijken oorlog de macht
boven het rechtdit blijkt ook weder zoo
onweerlegbaar uit de „geheime stukken."
Wat zal er nog meer loskomen Uiterlijk
begin December zal de publikatie volledig zijn.
De mogelijkheid eener nieuwe Stockholm-
sche conferentie begint ook weer op te dui
ken maar positieve berichten ontbreken nog.
Oostenrijk-IIongarije heeft reeds bij monde
.van Czernin zich bereid verklaard tot het
aangaan van vredesonderhandelingen met
Rusland. De Entente-staten werpen Trotski's
voorstel tot een wapenstilstand zoo ver mo
gelijk weg. Inderdaad, niet slechts in Rus
stemming gekregenhet strookte trouwens
meer met pa's eerzucht, een zoon te hebben,
die „studeerde." Waarin, deed er eigenlijk
minder toe. Theologie, bah, dat gaf weinig
éclat. Mr. Bremer, dat zou, na lang wikken
en wegen viel düs de conclusie, niet onaardig
klinken. En voor en aleer zoonlief dit prae-
dicaat niet voor zijn naam mocht schrijven.
Zou hij „student" zijn. Of Herman ook aan
leg bezat voor de studie, was bijzaak. Hij
was niet dom, bijlange niet, beweerde papa,
dat was het negatieve element in de rede-
neeringen papa was rijk, dat was het posi
tieve. Van dit laatste bleek Herman al spoe
dig ten diepste doordrongen. Het studenten
leven viel uitstekend in zijn smaak. Het was
hem synoniem met boemeleu, uitgaan, fui
ven. Toch behoorde hij niet tot do onguns
tigste typen van gemeenheid had hij een af
keer maar de speeltafel eischte van Bremer
Sr. beurs nog al eens een duchtige aderla
ting graag gaf hij een fuif, en matigheid be
hoorde niet tot zijn deugden. Overigens was
hij een gezellig prater; sjoviaal in den om
gang goedgeefsch. Soms maakten „vrien
den" van dit laatste we! eens misbruik, maar,
tenslotte, papa was er goed voor.
(Wordt vervolgd.)
DOOR ZELANOIA.
l^ïadruk^erbodenj