Binnenland. Buitenland. Uit Stad en Provincie. van wat op het spel staat. Iets hebben we gewonnen, door aan het college van gemach tigden, dat geheel vooraan was geplaatst, een duchtigen duw naar achteren te geven. Doch ook al geeft dit bate, het raakt de hoofdzaak niet. Wat onze sterkte en onze glorie uit maakte, was, dat alle stembusactic bij ons, en bij ons alleen, van ouderen opkwam, en dat hetgeen hierbij dreef en bezielde, de werking van God almachtig in het hart van het kleine volk was, juist het voormalig kenmerk van de kleyue luyden. De nadere uitwerking van wat onze geleerde voorgangers, maar ook voor hen gaf wat in het hart des volks omging, het wachtwoord. Steeds vroeg daarom ons volk om leiders, die met de ge leiden het uitgangspunt, dat nooit anders dan in het stil geloof kon liggen, gemeen hadden. En hiervan nu juist kan thans zoo droef veel te loor gaan. Het hoeft niet, zoo de de finitieve wet die straks komt, het gebrek van de additioneele artikelen radicaal uitzuiverde en aan het stemmend volk de vrijheid van beslissing hergeeft. Doch komt het daar niet toe dan is en blijft het bezielend karakter van de kleyne luyden aangerand. Het initiatief dient dan van beneden naar boven verplaatst te worden, en alzoo gebannen wat ons bij anderer pogen zoo vaak geërgerd heeft, dat een jkleine groep van juristen en fabrieks- heeren geheel het land naar hun hand wist te zetten. Het stemt daarom zoo droef, ja het doet u zoo bijna wreed aan, dat ook ons gaat straks dit artikel 80 met zijn additioneele ar tikelen door een keer van zaken te wach ten staat die ons noodlottig kan worden. Iets wat mij daarom vooral te meer beangst, waar reeds meer dan één zich over den nieuwen gang van zaken uitsprak, als school er heuscli niets in dat ons beginsel kon deren. Hst was daarom zoo hooge eisch, dat we, eer wat ons bedreigt, doorgaat, nogmaals onder in roeping van Gods hulpe, en met het Psalm lied op de lippen in ïivoli saamkwamen. Ware het, dat we, door de nieuwheid van vorm verlokt, ons door gidsen van het libe ralisme op het dwaalspoor lieten leiden, dan kon op eenmaal teloor gaan, wat zich nim mermeer herstellen liet. Daartegen nu heb ik u willen waarschuwen. Lang zal ik niet meer in uw midden zijn. De mij toebeschikte jaren loopen ten einde, en het beste deel van mijn levenskracht ligt achter mij. Juist daarom echter voelde ik mij te meer gedrongen, om u ditmaal vooral op den heiligen band te wijzen, die ons steeds saam mocht binden. De kleyne luyden te bezielen is steeds mijn streven geweest. Blijve het van God uitgaan, daarom steeds ons onveranderlijk bedoelen. Al verdonkerde opnieuw, het kan immers uit genade steeds weer onder ons opkomen. Meer dan een eeuw lang herkende men onS^ nau welijks meer, en scheen aard en innerlijke aandrift bij ons weggescholen. Toch trad de hoogere zin, toen God in ons sprak, weer te voorschijn. Laat daarom nimmer de wanhoop u verschrikken. Wat ook onder ons iuzinke, onze God zal ons steeds weer terugroepen naar wat door lafheid en geestesvertiauwing te loor ging. En daarom, aldus besloot spre ker, zij het u door uw straks verscheidenden voorzitter als de vurigste bede uit zijn hart toegeroepen „Blijft Mannenbroeders, de kleyne luyden, maar blijft, om het te kunnen zijn, steeds groot in uw God. DE SUIKERBIETENOOGST. Volgens de „Tel." zal de Regeering den ge- lieeleh suikerbietenoogst overnemen en tegen normalen prijs voor het binneulandsch ver bruik beschikbaar stellen. PETROLEUM. De minister van landbouw, nijverheid en handel maakt bekend, dat bon no. 4 der rijkspetroleum-distributiekaarten geldig zal zijn van 1 December tot en met 15 Decem ber, voor een hoeveelheid van twee liter. DE OVERHEID EN HET MISBRUIK VAN GODS NAAM. Burg. en Weth. van Zwijndrecht verzonden aan den Raad de volgende ontwerp-,,Veror dening tegen het misbruiken van den Naam Gods Art. 1. Aan allen, die hunne benoeming aan den Raad dankerr en hetzij in vasten, hetzij in tijdelijken dienst der gemeente werk zaam zijn, of wel voor de gemeente arbeid verrichten ter uitvoering van een Raadsbe sluit, dan wel inrichtingen van onderwijs der gemeente of door haar gesubsidieerd, bezoe ken, is het verboden om den naam Gods op eenigerlei wijze te onteeren of te misbruiken. Art. 2. Het is aan ieder verboden, om tij dens het verblijf in een openbaar gebouw der gemeente den naam Gods te onteeren of te misbruiken. In de openbare gemeente gebouwen zal van deze verbods-bepaliiig een duidelijk zichtbare aanwijzing geschieden. Art. 3. Gelijk verbod als art. 1 vermeldt, zal verbonden worden als voorwaarde voor het verkrijgen van subsidie door inrichtingen of instellingen, voor zoover betreft hen, die in dienst dier instellingen of inrichtingen werkzaam zijn. Art. 4. In de schoolbibliotheken zullen niet worden gedoogd boeken, waarin de naam Gods wordt onteerd of misbruikt. Art. 5. Aan alle in art. 1 bedoelde perso nen, die in gemeentedienst werkzaam zijn, zal een exemplaar dezer Verordening worden uit gereikt. Het bericht van ontvangst daarvan zal aan den Raad worden overgelegd. Art. 6. De chefs der verschillende diensten en liet onderwijzend personeel wordt uitdruk kelijk opgedragen met den meesteh ernst te bevorderen, dat deze Verordening worde na geleefd. („Rott.") DE ZAND- EN GRINDQUAESTIE. Op de vragen van het lid van de Tweede Kamer den heer Van Hamel, betreffende overlegging van bescheiden in zake den door voer van zand en grind van Duitschland naar België In antwoord op de vraag, door den onder- geteekende den 23sten October 1.1. gesteld, verklaarde de minister zich „gaarne bereid, de met de Duitsche en Britsche regeering gevoerde briefwisseling over den doorvoer van zand en grind van Duitschland naar België en van metalen in omgekeerde richting, aan de Kamer over te leggen, nadat overeenkomstig internationaal gebruik, de toestemming dei- betrokken regeeringen, ieder voor haar deel, daartoe verkregen zal zijn", alsmede „de beide rapporten, door de Nederlandsche genie-offi cieren zoodra mogelijk aan de Kamer te doen toekomen". 'Nademaal tot op heden, 20 Novenjber, geenerlei overlegging heeft plaats gehad, ver oorlooft ondergeteekende zich tevragen heeft Z.Exc. reeds zekerheid verkregen omtrent de houding door de betrokken regeeringen, ieder voor haar deel, ten aanzien van den wensch der Nederlandsche regeering aange nomen en wanneer is de overlegging van de briefwisseling en van de rapporten der genie officieren te verwachten luidt het antwoord van den heer Loudon,, minister van buitenlandsche zaken. (Ingezonden 23 dezer) De toegezegde overlegging van bescheiden heeft vertraging ondervonden, eensdeels door het uitblijven der gevraagde toestemming tot publicatie wat een tweetal stukken betreft, anderdeels doordien enkele inmiddels ontvan gen stukken beantwoording vereischtcn en de tekst der antwoorden bezwaarlijk kan wordeu bekend gemaakt eer zekerheid is verkregen dat zij hun bestemming hebben bereikt. De ondergeteekende vertrouwt in den loop der volgende week de bedoelde bescheiden te kunnen overleggen. HET STOOMSCHIP NEDERLAND GETORPEDEERD. De botter G. O. 27 heeft te Hoek van Holland aangebracht 9 man van het st.oonu schip Nederland, van de Scheepvaart- en Steenkolen-Maatschappij, te Rotterdam. Dit schip, uit den Nieuwen Waterweg naar Engeland vertrokken, is getorpodeerd, 3 mijl N. W. van den Noord Hinder door een duik boot, die ook de „Megrez"-heeft getorpedeerd. Elf man van de bemanning van de Neder land worden nog vermist. Onder de geredden bevind zich de gezag voerder. De overige II man zijn naar alle waar schijnlijkheid gered duor visschers, die in de nabijheid van de plaats, waar het schip werd getorpedeerd, aan het visschen waren. (N. R. C.)- Uit Veere wordt aan de M. Crt. gemeld Toen de Gebroeders J. F. en F. Miuneboo met de Hoogaars V. 6 zich ten westen van Schouwenbank bevonden, meenden ze een duikboot te zien. Het bleek echter een scheepsboot met hulpbehoevenden. Het was de le stuurman met nog 10 man der equipage van het s.s. "Nederland". Hun schip was den vorigen dag omstreeks den middag door een duikboot aaiigehoudeu en met een 20-tal schoten nadat zij het ijlings hadden moeten verlaten, in den grond geboord, Zij hadden, sommigen bijna zonder kleeren. 23 uren in de boot doorgebrachtéén had een tijd bewuste loos gelegen, doordat hij bij het afspringen in de boot zich ernstig had bezeerd. Ver kleumd werden de schipbreukelingen aan boord van de hoogaars opgenomen' waar ze door de goede zorgen bekomen konden. Om 2 uur werden ze te Veere aan den wal gezet, vanwaar ze, door de Gebroeders Minneboo daartoe in staat gesteld, naar Middelburg gingen, waar ze op 't politiebureau onderdak kregen voor den nacht om den volgenden morgen naar Rotterdam te vertrekken. DE OORLOG. In Engeland bedrijft men groote vreugde oyer de jongste Engelsche overwinning bil Kamerrijk. Het aantal gevangenen bedraagt 9000; en 100 kanonnen konden worden-buit gemaakt. De klokken werden dan ook in Londen geluid; de kranten sponnen het geval nog wat uit sommige zien de Duitschers reeds verpletterd. Zóó ver is het evenwel nog niet. Er er zal nog heel wat moeten gebeuren, wil dat waar worden. Want het moge waar zijn, dat de zege hier was aan de Britten, evemin kan toch worden geloochend, dat ze dien zege niet hebben kunnen voort zetter) en genoegzaam benutten. Bovendien zijn de Duitschers nu—beter op hun hoede. Toch leert de slag bij Kamerrijk, hoe soms ongedacht en plotseling wijzigiugen in een toestand, die vrijwel stabiel wordt geacht, kunnen intreden. De Duitschers trachten een mooi gezicht te zetten bij het slechte spel, dat ze hebben gespeeldnog wel het ver standigste. wat ze van hun kant in de ge geven omstandigheden kunnen doen. In Italië vertoont het beeld van den krijg nog geen verandering. De Italianen vallen tusschen Brenta en Piave hun tegenstanders aan. Daaruit blijkt tweeërlei. Ten eerste, dat ze zich eeuigermate hebbee hersteld van den klap, dien ze kregen, en tweedens, dat ze zich helder bewust zijn van den ernst van den toestand, waarin doorgezette successen der Centralen in dit gebied hen zouden bren gen. Een bericht van Duitsche zijde liet reeds doorschemeren, dat een nieuw geducht Duitsch offensief in Italië te wachten is. In Rus land nog immer verwarring, ofschoon de positie van Lenin, zachtst gesproken, niet verzwakt is. Of inderdaad de wapenstilstand reeds aangeboden is, valt nog niet met zeker heid te zeggen. Engelsche bladen weten reeds, dat de Duitschers ze hebben-afgeslagen, maar men zal wijs doen, ofticieele berichten af te wachten. Intusschen keert de Entente Rusland reeds meer en meer den rug toe, wat te verwachten was. Reeds worden allerlei drei gementen geuit aan het adres van den voor- maligen bondgenoot. Engeland, thans geen beschermer van kleine, maar van een groote natie, leede reeds beslag op alle in zijn havens aanwezige Russische schepen. Toch zal dit alles den loop der zaken wel niet kunnen keeren. Het vredesverlangen in Rusland is algemeen. En in Rusland alleen In Frank rijk zal Clemenceau de vredesvrienden, zoodra ze aan hun vredelievendheid uiting geven, vo-or den krijgsraad brenen. Leve de vrijheid. Eu in Engeland worden vaak van overheids wege vergaderingen van voorstanders van den vrede, in de war gestuurd. Nu, het is inder daad niet zulk een heksenwerk, om een vreedzame samenkomst door wat gelmurdc lawaaimakers te verstoren. Maar zou men er niet het omgekeerde mee bereiken, van wat men er zich van voorstelt Stefani meldt uit Rome Tusschen Brenta en Piave hebben de troe pen Oostenrijksch-Duitsche infanterie na den hevigen strijd van den 18den en den 19den afgezien van een snelle voorwaartsche bewe ging tegen den Monte Portica, de aanvallen niet herhaald. De vijand wilde versche troe pen en nieuwe kanonnen verzamelen alvorens zich opnieuw te weren. De vliegers rappor teerden inderdaad, dat er lange troepen-ko- lonnes uit het bekken van Feitre de dalen doortrokken langs het Grappagebergte of op marsch waren langs den weg van de Piave naar Quero, of wel door het dal van de Brenta naar den stuwdam van San Marino. In den loop van den ochtend van den 21sten vielen ontzaglijke strijdkrachten de Italianen op het heele front tusschen Brenta en Piave aan. Bij den dam van San Marino drongen tegen zeven uur in den ochtend, na een kort en onstuimig bombardement, verscheiden hon derden Oostenrijksche soldaten te voet tegen de Italiaansche linie op, maar werden terug gejaagd. Ze kouden alleen een vakjeaan den uitersten linkervleugel bereiken, maar tegen aanvallen van Alpensoldaten gooiden hen er dadelijk uit. Een dertigtal gevangenen bleef in hun handen. Een honderdtal lijken van vijanden, voor een deel in Italiaansch uniform, lag op het terrein vóór de ijzerdraadversperring. Meer naar het Oosten deden sterke Oostenrijksche kolonnes, door een zeer verwoed bombarde ment uit alle kalibers ondersteund, telkens en telkens weer vertwijfelde aanvallen op den dam in het Cesilla-dal en den Monte Portica, maar moesten met zeer bloedige verliezen ook telkens terug. Gedeeltelijke mobilitsatie. Volgens een draadloos bericht uit Rusland hebben de Leninisten besloten de legers te verminderen. Zij hebben bevel gegeven on middellijk de klasse 1899 met groot verlof te laten gaan. De bekende Engelsche pacifist Charles Ro den Buxton, schrijft aan de „Daily Express" Het zij mij vergund, uw verslag van mijne z.g. „verstoorde vredes-meeting" te Swansea als volgt aan te vullen lo. De aanvoerder der rustverstoorders stelde aan de vergadering de vraag of men mij zou aanhooren en de vergadering sprak zich met eene overweldigende meerderheid hiervoor uit. 2o. Een voorstel om den voorzitter onder controle te stellen werd afgewezen. 3o. de rustversioring had plaats door twin tig a dertig lieden en verhinderde het hooren aan ongeveer vijfhonderd aanwezigen. 4o. Een aantal soldaten in uniform was aanwezig doch geen hunner nam eenig aan deel in de rustverstoring. Naar aan de „Frankfurter Zeitung" via Bazel woidt geseind, deelt do „Morning Post" mede, dat het Lagerhuislid Bellaars het voor nemen heeft eene motie in je dienen, waarin wordt voorgesteld, dat de Geallieerden alle wateren langs de kusten van Denemarken en Nederland binnen het bereik hunner oorlogs werkzaamheden en zoe-politie zullen brengen. Hierdoor zouden dus de zoogenaamde terri toriale watereu die in dezen oorlog meer dan eens bewezen hebben in de eorste plaats een onmisbaar steunpunt voor de ouzijdigen te zijn, komen te vervallen. Het Londensche weekblad „Truth" vestigt de aandacht op het feit, dat de rede die Lloyd George in Albert Hall heeft gehouden, ten einde het Engelsche volk tot spaarzaam heid aan te sporen, nu niet bepaald een voorbeeld van zuinigheid kan worden ge noemd. Afgezien nog van de gewone kosten der vergadering, die op zichzelf reeds fl. 2640 beliepen, bedragen de bijzondere uitgaven voor deze bijeenkomst die ten laste der schatkist komen, nog fl. 42.000. Dit hooge cijfer spruit voort uit de omstandigheid dat niet minder dan 1200 personen uit alle deelen des lands waren uitgenoodigd om ter vergadering aan wezig te zijn, welken echter allen aanspraak maken op vergoeding van reis- en verblijf kosten. Bovendien schijnt het dat alle b'e- treffennr declaraties nog niet zijn ingediend, zoodat eene stijging der kosten nog te ver wachten is. „Truth" merkt dan ook ironisch op: «Hoe minder spaarzaamheid-meetings Lloyd George houdt, des te beter De directie aan het Postkantoor alhier ver zoekt ons opname van het volgende Ten einde ophooping van p&kketpost goe deren de a. s. St. Nicolaasdrukte te voorko men, wordt het publiek dringend verzocht, in verband met den beperkten treinenloop, de ter post bezorging van pakketten, bedoeld als St. Nicolaasgeschenk, niet uit te stellen tot 3 of 4 December, maar deze pakketten reeds vroeger le verzenden. Hoek. Zaterdag werd een in de kade aan het Mauritsfort liggende kast geheel op de kade geworpen. De luiken van het schip kwamen over den hoogen zeedijk gevlogen. Aan den havendam is bovendien belangrijke schaee toegebracht, terwijl er veel bieten die op de kade lagen in zee dreven. Hoek In de Vrijdagmiddag gehouden raads vergadering werd benoemd tot onderwijzer met verplichte hoofdacte aan de O. L. S. de heer J, J. Bliek te Bolnes. In de plaats van J. L. Platteeuw die als zoodanih ontslag had gevraagd werd tot vuil nisman benoemd M. Meertens Jz. Aan Th. Vinke werd met ingang van 1 Januari 1918 op zijn verzoek eervol ontslag verleend met pensioen als vasten arbeider der gemeente. Zaamslag. Benoemd met ingang van 1 Jan. e.k. tot vast onderwijzer aan de Chr. school te Krabbendijke de Heer C. Jansen, thans volontair aan de Chr. school (dorp-Neuzensche straat.) Axel. Zaterdagnacht werd door don storm het bovenste gedeelte van een zolderraam en een zin! en dak, geheel opgenomen en een eind verder neergeworpen. Axel. De herstellingen aan den gashouder bij de gasfabriek zijn zoo goed als afgeloopen alle gaten aan den mantel en in den ketel (er waren ruim 70 gaten in geslagen) zijn dichtgemaakt. De ketel is reeds met water volgespoten, zoodat de afvoer van gas weer geregeld zal kunnen plaats hebben. Axel. Bij de gehouden verkiezing voor vier notabelen in de Ned. Herv. Kerk zijn herko zen de heeren F. Dekker Fz., J. A. van Hoe ve en C. Sinies Hz., terwijl in de vacature, ontstaan door het vertrek uit de gemeente van den heer F. Dekker Wz., een herstem ming moet plaats hebben tusschen de heeren P. de Feijter Wz. en Jac. do Kraker Cz. Axel. Ter gelegenheid van de gisteren al hier gehouden jaarlijksche veemarkt, waren aangevoerd 22 paarden, 100 stuks hoornvee, 9 varkens, 3 schapen en 4 geiten. De heer Ph. J. v. Dischoorn ontving vier prijzen. De handel was levendig, Hulst. De bekende firma Ls. van Waes- berghe-Janssens gaf wederom haar practische maandkalender uit, die aan duidelijkheid niets ontbreekt. Sluis. Vrijdagmiddag tusschen half twee en twee uur was het weer een schieten op vlieg machines van belang Duidelijk zag men boven deze plaats de rookwolkjes der ont plofte granaten en velen dachten aan 't gevaar dat de neervallende scherven konden opleve ren. En dat dit gevaar niet denkbeeldig was, bleek uit het feit, dat op de kaai vlak voor de voeten van een daar passeerend meisje een granaatscherf neerviel van ongeveer vier cen timeter lengte. Het meisje raapte het stuk op en nam het mee naar huis, onbewust van hot groo.te ge vaar, waaraan zij gelukkig ontsnapt was. Sluis Zondagmorgen werd door den hevigen stormwind een groot gedeelte van kap en klankbord van den muziektempel afgerukt Bedriegers b-e drogen. De smokkelaars in West-Zeeuwsch-Vlaande ren zijn thans bezig elkaar poetsen te bakken. Sommigen hunner stellen zich verdekt op en als collega's met smokkelwaar dan passeeren, lossen zij schoten op hen. De met smokkel waar beladen personen denken zich door koin- miezen ontdekt en slaan op de vlucht, met achterlating van de smokkelwaar, die nu dooi de collega's die er niets voor behoeven te betalen, naar de grenzen wordt gebracht, waar zij de smokkelgoederen voor goeden prijs van de hand doen. De politie te Vlissingen hield twee Rot- terdamscho kooplieden aan, die bij een win kelierster 26 K.G. bleekpoeder hadden ver kocht voor f 41.60, bij welke partij 20 K.G. fijn krijt werd gevonden, dat slechts 9 cent per K.G. waard is. De kooplieden bekenden te Rotterdam een pakhuis te hebben, waar zij bleekpoeder met krijt vermengen. DE TOESTAND Tusschen Brenta en Piave. De vredesbeweging. Nieuwe Engelsche maatregelen tegen de neutralen. Een dure meeting. TER NEUZEN, 27 November 1917.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1917 | | pagina 2