8
Antirevolutionair
voor
nieuws- en Advertentieblad
Zeeland.
Uit do Pers.
Binnenland.
Buitenland.
Woensdag 7 November 1917.
I5e Jaargang.
No. 1481
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,Franco
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec
teuren en Brievengaarders.
Dit blad verschijnt Dinsdag» en Vrijdagavond,
uitgezonderd Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN.
Inzending van advertentiën vóór uren op den dag der uitgave.
ADVERTENTIEN:
Van 1—4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIËN TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER.
V De uitweg van art. 53.
Dat de salarissen der onderwijzers dringend
herziening behöeveu wordt thans allerwegen
en algemeen erkend.
Daarmede is de zaak evenwel nog niet veel
verder gekomen.
De vraag is nuwaar halen de schoolbe
sturen de noodige gelden vandaan
Over de gemeenten handelen we nu niet,
omdat zij voor hun scholen de beschikking
hebben voor de Rijkssubsidie eigen kas.
Maar de schoolbesturen komer. in het ge
drang.
Vast staat, dat zij de eersten zgn, die zich
ten taak gesteld zien, de salarissen te ver
beteren.
Zij zijn de betaalsheeren,
Maar óók staat vast, dat niet alle school
besturen de beschikking hebben over voldoende
geldmiddelen.
Hoe moeten ze daaraan komen
De ongelijkheid tusschen school-en gemeente
besturen ten opzichte van de beschikking der
publieke kassen springt thans nog scherper
in 'toog.
Daarom moet een uitweg gezocht, opdat
niet de ouderwijzers de dupe der historie
worden.
Deze uitweg zou kunnen gevonden worden
op de volgende wijze.
Art. 53 van de Wet o/h Lager Onderwijs
stelt de mogelijkheid, dat een gemeente, hoven
en behalve de 'gewone Rijkssubsidie, nog ont
vangt een tijdelijk subsidie uit 's Rijks kas,
indien n.l. een gemeente door de uitgaven
tot een behoorlijke inrichting van haar lager
onderwijs vereischt, in verhouding tot hare
middelen en andere uitgaven onbillijk zou
worden bezwaard."
Deze tijdelijk subsidies worden tamelijk
ruim verleend. Ze bedragen thans reeds jaar
lijks 9 ton.
Nu ziet men duidelijk den financiëelen voor
sprong van het openbaar lager onderwijs.
De gemeente krijgtten eerste de rijks
subsidie beschikt, ten tweede over de ge
meentekas en ontvangt ten derde als de nood
aan den man komt nog een extra-subsidie van
het Rijk.
Maar het bijzonder lager onderwijs krijgt
ten eerste de' Rijkssubsidie; ten tweeije uit
de gemeentekas nihil; ten derde als extra-
rijkssubsidie nihil.
Nu is volgens art. 3 der onderwijswet de
gemeente niet gerechtigd uitgaven te doen ten
behoeve van het bijzonder onderwijs.
Het Rijk evenwel staat tot het bijzonder
onderwijs in een andere verhouding,
tiet verleent immers subsidie.
Welnu, wat kan er dan tegen in te brengen
zijn, de bijzonderd scholen ook te doen deelen
iri een aanspraak op een buitengewoon, tijdelijk
subsidie als iu art. 53 aan de gemeenten wordt
toegekend
Op de Utrechtsche vergadering is door den
lieer Van der Molen hierop terecht gewezen.
Zoo zou een voorloopige oplossing zijn te
vinden.
Immers, dezelfde argumenten, welke dienst
doen in art. 53 om de gemeentelijke aanspra
ken geldig te maken, klemmen met dubbele
spanning voor de bijzondere scholen.
Daarom ware het gewenscht, dat vanwege
onze rechtsche kamerleden op zoodanige of
dergelijke noodregeling, in afwachting eener
definitieve oplossing, werd aangedrongen bij
de Regeering.
Een krachtige propageering voor meerdere
gelijkstelling moet allereerst ook uitgaan van
ile schoolbesturen, die zich daartoe te ver
eenigen hebben. Enkliuizers schoolbestuur
blijve toch geen roepende in de woestijn.
Gezamenlijk protest dringt beter, dan afzon
derlijke pogingen.
Dr. Kuyper schrijft in „De Standaard"
Winste in nationaal eergevoel.
Toen „De Standaard" in 1872 de politieke
„Heraut" verving, ontbrak ten onzent in de
pofftiek der partijen alle nationaal eenheids
gevoel.
Van liberale zijde stelde men zich aan, alsof
geen andere groep, welke ook, iets in de melk
te brokkelen moest hebben.
De Roomschen gingen, sinds Thorbecke in
Limburg gekozen werd, na het gebourde in
1853 (de dusgenaamde Aprilbeweging) schier
in alles met de Liberalen meê, en Groen van
Prinsterer's groep kromp ten slotte tot het
drietal van 1870 ineen. Met Groen's dood in
1876 beeldde men zich dan ook niet anders
in, of 't was met ,;de fijnen" nu uit, en de
fijnen zeiven duchtten het evenzoo.
Doch zie nu hoe 'top 29 October toeging.
De Voorzitter van de Tweede Kamer, hoewel
streng liberaal, kwam geheel eigener beweging
den antirevolutionairen jubilaris begroeten
de liberale partijgroep deed evenzoo; en zelfs
geheel op zich zelf staande liberalen deden
insgelijks. Zelfs de Journalistenkring voelde
drang, om, in weerwil van het vroegere dis-
plasir, van welwillende gezindheid te doen
blijken. Zoover ging men zelfs, dat niet
weinige liberale ministers zich bij den geiuk-
wensch zelfs op den voorgrond stelden.
Ongetwijfeld nu heeft de drukkende stem
ming, die de oorlog ons bracht, hiertoe het
hare bijgedragen. Men voelde over en weder,
dat het niet aanging om de tactiek, waaronder
Bilderdijk en Da Costa, en na hen Groen en
Elout, leden, door te zetten.
Er bleek nu van een zelf beseffende nationale
saamhoorigheid, die verkwikkend aandeed.
Eerst zag men dit bij Lohman's festijn, nu
bij Kuypers jubileum.
De „fijnenhaat" zwicht. We voelen ons
meer één.
L. S.
Het zij ondergeteekende vergund, hiermede
openlijk zijn dank te betuigen aan allen die
op 29 October j.l. hem de eere aandeden, van
hunne zoo gewaardeerde belangstelling in de
viering van zijn Tachtigsten Jaardag, hetzij
door persoonlijk bezoek, hetzij schriftelijk of
langs telègrafischen weg, te doen blijken. Tot
zijn leedwezen is hij door de gevolgen van
liet hem onlangs overkomen ongeluk nog buiten
staat, om persoonlijke contrabezoeken af te
leggen, of op elk bewijs van deelneming, dat
hij ontvangen mocht, zijnerzijds te antwoorden.
KUYPER.
Den Haag, 30 October 1917.
DEPUTATEN-VERGADERING.
Het Centraal-Comité van Antirevolutionaire
Kiesvereenigingen roept de aangesloten kies-
vereenigingen en Provinciale Comité's op tot
een Deputaten-vergadering, welke D. V. ge
houden zal worden op Vrijdag den 23en No
vember e.k. in liet gebouw „Tivoli", te Utrecht.
De vergadering zal aanvangen te elf ure.
De toegang tot de zaal zal geopend zijn te
tien ure.
De opgave van de namen en voornamen
der afgevaardigden moeten uiterlijk vóór Dins
dag 13 November e.k. bij het Bureel van het
Centraal-Comité, N. Z. Voorburgwal 5860,
Amsterdam zijn ingekomen.
Hierbij zij herinnerd le. aan het bepaalde
in Art. 6, dat aldus luidt„De vertegenwoor
diging van de aangesloten Kiesvereenigingen
in de vergadëring van Deputaten heeft plaats
naar den regel, dat voor 50 of minder leden
slechts één afgevaardigde, voor 51 tot 100
twee, en voor elke honderd daarenboven tel
kens één afgevaardigde meer optrede.
„Elke plaatselijke Kiesvereeniging vaardigt
naar de Deputatenvergadering af, onverschil
lig of de Gemeentb waarin zij gevestigd is,
slechts een deel van een Kiesdistrict vormt,
of ook meer dan één Kiesdistrict omsluit,
„Indien meerdere Gemeenten tot éénzelfde
District behooren, verkiezen de plaatselijke
Kiesvereenigingen saam een Centrale, d.i. een
Districts-bestuur. Zie Artikel 28. In Gemeen
ten van één District is het bestuur van de
plaatselijke vereeniging zelf Centrale of Dis
trictsbestuur. En in geval de gemeente meer
dere Kiesdistricten insluit, heeft elk District
een Centrale of een Districtsbestuur, en heb
ben bovendien alle Districten saam een Bonds-
bestuur.
„In Districten van meer dan ééne Gemeente
vaardigt elke plaatselijke Kiesvereeniging naai
den in dit Artikel aangegeven maatstaf ter
Deputatenvergadering af, en bovendien bet
Districtsbestuur nog één lid. In Gemeenten,
die zelve een geheel District uitmaken, vaar
digt evenzoo ter Doputatenvergadering de
Kiesvereeniging af naar den boven aangegeven
maatstaf, en liet Districtsbestuur zelf evenzoo
een lid. En in de Gemeenten die uit meer
dan een District bestaan, vaardigt elk district
af naar den regel in de eerste zinsnede van
dit artikel bepaald, elk Districtsbestuur of
Centrale bovendien een lid, en tenslotte ook
het Bondsbesiuur een lid"
en 2e. dat bij de opgave van de afgevaar
digden moet gevoegd een opgave van het le-
denial der Kiesvereeniging.
Niemand mag iu de vergaderzaal of op de
galerij komen, dan voorzien van een afgetee-
kende toegangskaart.
Zij die liet woord wenschen te voeren, moe
ten hun naam schriftelijk aan den Voorzitter
opgeven, en om te spreken plaats nemen op
liet platform, daar wegens de grootte der
zaal alleen van een aan te wijzen plaats op
het platform zal mogen gesproken worden.
Antirevolutionaire leden der Staten-Geue-
raal of Staten-Provinciaal, en liet Gemeente-
raads-College, die de vergadering verlangen
bjj te wonen, wordt verzocht bun verlangen
uiterlijk vóór 13 November e.k. te doen ken
nen aan liet Bureel.
Den Redacteuren van bij het Centraal-Co
mité aangesloten nieuwsbladen, die gebruik
wenschten te maken van de hun bij Art. 30 le
lid, toegekende bevoegdheid, wordt verzocht
insgelijks vóór 13 November e.k. aan den daar
voor gestelden eiscli te willen voldoen.
PEROLEUM.
De Alg. Synodale Commissie der Ned. Herv.
Kerk had zich tot den minister van landbouw,
nijverheid en handel gewend met het verzoek,
zoo mogelijk, althans voor de catecliiseerka-
mers [een bijzonder rantsoen voor verlichting
en verwarming beschikbaar te stellen. Ze
ontving als antwoord, dat met het oog op de
geringe voorraden van petroleum hierte lande
aan predikanten en geestelijken geen petroleum
voor de studeerkamer meer kan worden ver
strekt. Voor liet houden van catechisatie
lessen kan echter door de Toewijzingscommissie
voor petroleum bij het Ontbreken van andere
kunstverlichting, een beperkte hoeveelheid
petroleum worden beschikbaar gesteld.
DE SCHEEPVAART.
Te Amsterdam is aangekomen liet stoom
schip Comméwijn, dat uit West-Indië ruim
110 ton cacao en ruim 1700 ton koffie heeft
meegebracht.
RIJWIELBUITENBANDEN.
De minister van landbouw heeft voer rij
wiel buitenbanden, gemerkt E, de maximum-
prijzeii$l&ls |volgt gewijzigd grootliandelsprijs
f 4 tusschenliandelprijs f 4.65 kleinhandels
prijs f6.15.
DE OORLOG.
DE TOESTAND
Naar drie zijden richt zich dezer dagen de
belangstelling der wereld. Het offensief der
Oostenrijkers en Duitschcrs tegen Italië, de
toestand in het Oosten en die in liet Westen
vragen beurtelings en gelijktijdig de aandacht.
Niet tegen te spreken is, dat Italië het meest
in die belangstelling deelt. Dit heeft voor liet
land evenwel een zeer bedenkelijke oorzaak.
Reeds is liet aantal gevangenen gestegen tot
2C0,000 en liet aantal veroverde kanonnen tot
1800, dat is. op elke 1000 gevangenen onge
veer 9 kanonnen, wat ook naar de tegenwoor
dige verhoudingen, nog al wat zeggen wil.
Aan de Tagliamento houden de Italianen stand
echter zinspelen Fransche berichten er reeds
op, dat de terugtocht naar een meer westelijk
gelegen frontlinie zal moeten voortgezet worden,
de Pinave. E11 dan, (een klein weinigje opti
misme schaadt niet!) dan komt er gelegenheid
voor liet leveren van een grooten slag in liet
open veld. De Matin ziet reeds sclioone
vergezichten. Het leger der Centralen wordt
dan in een hachelijke positie gebracht, de
bergen in den rugaangenomen dan alvast,
dat die bewuste slag in het nadeel der Cen
tralen zal eindigen. Maar dat kan wel, zegt
de Matin. Een groot leger moet maar opeens
een forschen slag zijn niet schoksgewijs. Als
men dit leest, krijgt men zoo den indruk,
alsof er bijgedacht is: zooals op het Westelijk
frontFrankrijk en Engeland zullen helpen,
maarhet groote leger is toch in dit geval
het Italiaansche. Daarom, geen nood. Er
komt een beslissende slag enz. enz. Een
onbevooroordeeld toeschouwer zou kunnen
vragen, waarom Italië met dat groote leger,
dat toen immers nog 200,000 man en 1800
kanonnen sterker was, niet reeds lang zulk
een beslissenden slag geslagen heeft. Inder
daad, indien groote woorden in staat waren
een vijand vrees aan te jagen, dan zou gewis
liet leger der Centralen reeds in de pan ge
hakt zijn. Een nuchterder Fransch oordeel
geeft dan ook de Débats ten beste, die aan
spoort open kaart te spelen, liet succes der
Centralen te erkennen eu de natie niet te
verleugenen.
De eerstvolgende dagen zullen wel nadere
aanwijzingen geven omtrent den vermoedelijken
loop, dien de zaken in de Italiaansche vlakte
zullen nemen.
Kerenski heeft van zich doen spreken en
wel op een wijze, die de hoop even krachtig
aanvuurd, als ze anderzijds met bezorgdheid
moest vervullen, althans indien de man
van de Assiciated Pres Kerenski's woorden
getrouwelijk heeft overgeseind. Het eerste
bericht, ingeleid met het veelbeteekende „naar
men zegt", gaf reeds grond genoeg tot de
onderstelling, dat liet min of meer eenzijdig
was opgesteld. Niets meer of minder werd
er iu medegedeeld, dan dat Kerenski, na
verklaard te hebben, dat Rusland uitgeput
was, den last des oorlogs afwentelde op de
geallieerden. Daaruit werd door sommigen
reeds afgeleid, dat Rusland onverwijld afzon
derlijk vrede ging sluiten, Maar ...er kwam
tegenbericht. En dat luidde eenigszins anders.
Ja, Rusland blijft meestrijden, doch het heeft
zijn groote prestaties reeds achter den rug.
Thans, dit schemert in Kerenski's antwoord
aan den correspondent door, is de beurt aan
de andere geallieerden. Maar toch, en dit
blijft zeer merkwaardig, ook in verband met
den toestand in Rusland, Kerenski vond liet
noodig nadrukkelijk te constateeren, dat Rus
land uitgeput is. Een uitlating, die in Duitscli-
land zeker wel eenige voldoening moet wekken,
maar den wapenbroeders vanwege liaar open
hartigheid en waarheid, niet dan zeer
onaangenaam kan zijn.
Op het Westelijk gevechtsterrein zijn de
Franschen, bjj gebrek aan beter, maar eens
aan liet natellen der in October gemaakte
gevangenen gegaan en hebben de buitgemaakte
vuurmonden wat aandachtiger bekeken. In-
tusschen hebben ze ook een werkelijk succes
te boeken, daar ze de üuitscliers genoodzaakt
hebben, bun stellingen op den Chemin des
Dames 3 K.M. achteruit te brengen. De
Duitscliers stellen dat nu wel voor als een
handige zet, en liet is hunnerzijds dan ook
wel een mooie prestatie, ongemerkt en onge
hinderd dien zet te hebben gedaan, maar met
dat al had de zet toch wat meer op een suc
ces geleken, indien hun frontverlegging in
tegenovergestelde richting had plaats ge
grepen.
Westelijk Front.
BERLIJN, 2 Nov. (Wolff.) Officieel avond-
bericht: In Vlaanderen levendige vuurbedrij-
vigheid aan de IJzer.
Zonder dat de vijand liet bemerkte of be
lemmerde, hebben wij in den afgeloopen nacht
onze linie van het bergfront van den Chemin
des Dames overeenkomstig liet plan verlegd.
(2 a 3 K.M.)
I11 den nacht van den 30sten October hebben
onze vliegers Londen en Engelsche kustplaat
sen met goed gevolg aangevallen.
De Italiaansche verliezen.
BOEDAPEST, 2 Nov. De oorlogscorres
pondent van de „Pesti F 'Tap" meldt, dat
de verliezen der Italianen aan dooden en
gewonden reeds meer dm 250.1 0 man be
dragen.