Antirevolutionair voor nieuws» en Advertentieblad Zeeland. Op ouden Trant. Binnenland. Zaterdag 17 Februari 1917. 14" Jaargang Uo. 1406. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,Franco per post: voor Nederland ƒ1,10. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec teuren en Brievengaarders. Dit blad verschijnt Dinsdag» en Vrijdagavond, uitgezonderd op Feestdagen, bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN. Inzending van advertentiën vóór uren op den dag der uitgave. ADVERTENTIEN: Van 14 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIEN TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER. Alle stukken, voor de Redactie van dit blad bestemd, te adresseeren „Aau de Redactie van Luctor et Emergo te Ter Neuzen." Aanname van Advertentiën tot 1 uur op den dag der uitgave. Het heeft in de Kamer gespaanderd. Het ging tusschen den Minister van Oorlog en den anti rev. afgevaardigde voor Steenwijk, Duymaer van Twist, in 't bijzonder. De minister wil de lichting 1918 vervroegd oproepen. Alle vrijstellingen komen te vervallen. Van loten geen sprake meer. Feitelijk dus algemeene dienstplicht. Vele leden achtten, wat thans met de lichting 1918 staat te geschieden, tegenover vorige lichtingen onbillijk. Immers, die waren nog steeds gesplitst in militie en landstorm. Deze onderscheiding vervalt nu voor lichting 1918. Allen van de lichting 1918 behooren dus tot de militie. Bij démobilisatie nïi den oorlog zal lichting 1918* toch weer gesplitst moeten worden. Hoe dan De minister wou geen duimbreed toegeven. Maar de „vrienden" staken de hoofden bijeen, de socialisten incluis, en een poosje later verklaarde de minister dat hij wèl thans 1918 in zijn geheel zal oproepen, doch zoo spoedig mogelijk voorstellen zal doen, ten einde te verkrijgen, dat bij demobilisatie een splitsing zal tot stand zijn gekomen in militie en landstorm. Het kón niet, en het zou niet, de minister stelde zelfs nog eens eventjes de portefeuille kwestie en een uurtje later kon het weer in eens heel goed. De heeren hebben een beetje water in den wijn gedaan, want, de minister moest in bescherming genomen tegen de booze aanslagen van rechts. Van rechts werd betoogd, dat met het oproepen van grootere contingenten ineens niets werd gevorderd, indien niet gelijktijdig werd gezorgd voor daarmee verband houdende organiseering, encadreering en aanvoering. Die bezwaren waren zoo overwegend, dat de heer Scheurer verklaarde, op die gronden tegen het wetsontwerp te zullen stemmen. Vrijwel links tegen rechts werd het wets ontwerp aangenomen. Intusschen was nog een ander punt, deze zaak betreffende in het debat betrokken. De heer Duymaer van Twist wees er op, dat bij aanneming van dit ontwerp zeer jeug dige personen onder de wapenen moeten ko men en vroeg daarom den minister de jonge lieden tegen de zedelijke gevaren te behoeden, beter dan tot nu toe was gedaan. Direct of indirect worden de gemobiliseerden soms verplicht de meest walgelijke vertoo ningen bij te wonen en de meest schunnige liedjes aan te hooren. Daar stoof de Minister op. „Dat moet nu maar eens uit zijn met dien afgevaardigde". Zijne Excellentie waande zich wellicht een oogenblik voor den troep. Maar hij was in de Kamer. En de heer Duymaer liet zich niet over bluffen. Hij hield voet bij stuk. Niemand wordt verplicht, zei de Minister. O, neen, repliceerde de heer Duymaer, nie mand wordt verplicht, maar stel eens, dat er zijn die weigeren, hoe gaat dat dan later, als die menschen om permissie of een gunst komen vragen In Tilburg werd een wedstrijd gehouden, waarbij militairen gedwongen werden aanwe zig te zijn, een bijeenkomst, waarbij ze ge tuigen moesten zijn van schunnigheden. In de cantine te Loosduinen gaven een zekeren heer en mejuffrouw Wolf een voor stelling, waarbij men allerlei schunnigheden te hooren kreeg. In Amsterdam werd een vertooning gegeven, waarover indertijd de kranten vol stonden, een vertooning, al even schunnig en onzedelijk. En wat antwoordde de Minister? Och wat, onzedelijk In Tilburg is niets schunnigs geschied. Het blad „De Middernachtzending" beeft die ge schiedenis overdrevende redacteur bood zelfs den Minister zijn excuses aan. Maar wat blijkt Dat de minister er op los fantaseerde. In „De Nederlander" lezen we ten minste van de hand van dien redacteur, den heer Van Munster, het volgend telegram als een antwoord om inlichtingen Geen excuus aangeboden. Feiten uit mijn artikel bleken bij herhaald onderzoek onder eenige restrictie waar bataljonscommandant minder schuldig dan eerst werd ondersteld dit den Minister gemeld. Schriftelijke breed voerige correspondentie beschikbaar." „Onder" waarschijnlijk seinfout voor „zonder" zegt de red. van „De Nederlander.") En het geval in het circus te Amsterdam Zijne Excellentie ontzag zich niet den heeren toe te voegen, dat het geen onzedelijk stuk was, want Spreker vroeg een officier, een eerzaam huisvader, die opgaat in zijn werk en in zijn gezin een man is, voor wien spreker in ieder opzicht kan instaan, daar heen te gaan. Spreker vroeg den volgenden dag, hoe het stuk was. Hij zeide „Excellentie, ik heb wel voor een maand gelachen." Spreker zei: „Neen, neen, daar gaat het niet om. Was het stuk onzedelijk „Onzedelijk zeide hij toen. „Neen, Excel lentie. Of, ja toch Het stuk was onzedelijk voor hem, die zelf onzedelijk denkt of on zedelijk is." Goed begrepen dus. Vindt gij een stuk onzedelijk, gemeen, lieder lijk, dat komt, omdat ge zelf een man zijt, die onzedelijk denkt of onzedelijk is. Wat zegt men er van? Is het niet fraai En tochde minister heeft gelijk, en Duy maer en zijn roomsche medeafgevaardigden, die voor de handhaving der zedelijkheid op kwamen, ongelijk. Hoort maar, hoe de deftige N. R. C. uit vaart. Een paar zinnetjes slechts „Farizeeïsme, schijnheilige vitzucht, die als zij bij zoovelen weerklank vindt demoraliseerend moet werken." Verder „Hun ideaal van een minister van oorlog schijnt een even kerksche als zeurige kinder meid te zijn, die al maar zit te piekeren over de vraag, of dit wel goed voor de jongetjes is en of dat hun zieleleven niet schaadt." Ten slotte „Wat ruimer blik, mijne heeren Bedenkt ook, dat de soldaten (ondanks de tendenzieuze beweringen van den heer Duymaer van Twist) „direct noch indirect verplicht" zijn, feest avonden bij te wonen, en dat (vrij naar den minister) menige zaak alleen onzedelijk is voor hem, die onzedelijk denkt of is." En „Het Volk" ('t is geen schokkende over gang van het deftige oud-liberale orgaan naar het proletarenblad, want Pilatus en Herodes worden vrienden lucht zijn hart aldus Het heeft het over den heer Duymaer van Twist „Gesteund door de katholieken putte hij er kracht uit, om z'n specifiek christelijke kampagne tegen Bosboom met hernieuwden ijver voort te zetten. Het was een lange litanie over gemis aan zedelijke zorg voor „onze jongens" bij dezen paganistische minister. Een misselijk farizeeërsch gedoe, om wee van te worden. De minister sloeg hierbij trouwens raak en stevig van zich af". Opkomen voor zedelijkheid heet farizeïsme. Roerend zijn N. R. C. en Volk het hierover eens. Maar onze mannen wijken voor dergelijke „argumenten" niet. Wij zijn onzen rechtschen Kamerleden dank baar voor hun kloek optreden. Het is gesproken naar het hart van ons christelijk volksdeel. V De bakker moet hangen De broodrantsoeneering veroorzaakt heel wat rompslomp. Papier schijnt waarlijk niet duur meer De bakkers kunnen er van profiteeren. Naarstig tellen en scheuren, En 's avonds komt het grootste genot. Als de klanten slapen,mag de bakker plakken. Honderden, neen duizenden bonnetjes, netjes op rijen. In vakjes. Soort bij soort. Precies afgepast. Inderdaad een aangenaam tijdverdrijf. Zou het waarlijk onmogelijk zijn, den om slag wat te verminderen en den bakkers wat minder onbetaalden arbeid, nachtrustroovenden arbeid te bezorgen In Duitschland lijken de broodkaarten toch heel wat eenvoudiger ingericht. En minder kostbaar We lazen daarvan in „Het Volk" het vol gende „Dezer dagen zagen wij een Duitsche broodkaart, welke kaart weliswaar grooter is dan de onze maar èèn zoo'n kaart is dan ook geldig voor bijna twee maanden, Aan den rand dier kaart zijn 112 vierkante vakjes aangebracht, van ongeveer één centi meter in 't, vierkant, waarvan ieder vakje geldig is voor een brood of hoeveelheid meel van 350 gram per dag (dus 50 gram minder dan bij ons). Het vakje wordt dagelijks met een tang geknipt. Deze kaart is zoowel ter bezuiniging van papier en om de oneindig veel gemakkelijker behandeling, veel praktischer dan onze week kaarten." Kan dat bij ons ook niet En zou dan niet een minder omslachtige en tijdroovende manier te vinden zijn, om de geknipte bonnen ter contröle in te leveren? Zóó als het nu gaat, legt de bakker het loodje. De bakker moet altijd hangen LANDSTORM LICHTINGEN 1906 en 1907. De Minister van Oorlog heeft toegezegd, deze lichtingen niet op te roepen, behoudens buitengewone omstandigheden. Het nieuwe oorlogscrediet, dat dezer dagen afgekondigd zal worden zal bedragen 127.000000 gulden. DE TIMES OVER NEDERLAND. De N. R. C.-correspondent te Londen seint De Times besluit een hoofdartikel, waarin zij eerst opmerkingen maakt bij Balfour's brief van dankbetuiging aan de Amerikaansche vertegenwoordigers voor hetgeen die ten be hoeve van de Engelsche belangen gedaan hebben, als volgt De regeeriug der Nederlanden is zoo vrien delijk geweest, om de taak, die Gerard en andere leden van het Amerikaansche gezant schap te Berlijn gedwongen waren op te geven, over te nemen. Wij zouden niet kunnen wenschen, dat zij aan bekwamere of vrien delijker handen waren toevertrouwd. Barou Gevers, de Nederlandsche gezant te Berlijn, is goed bekend als een bekwaam diplomaat en zal bij alle pogingen om den toestand van onze gevangen soldaten en medeburgers te verlichten, door de gevoelens van zijn land- genooten hartelijk gesteund worden. Dat de Nederlandsche regeering zich met de zorg voor onze belangen belast heeft, bewijst hoe volkomen de wolk is voorbijgetrokken, die onze oude vriendschap ten tijde van den Zuid- Afrikaanschen oorlog verduisterd heeft. Die vriendschap dagteekent, zooals wij dikwijls in het licht hebben kunnen stellen, van den tijd, toen Brandenburg nog maar een klein vorsten dom was en heeft diepe wortelen in de ge schiedenis en de beschaving. Zij heeft zich in vele opzichten .volgens dezelfde algemeene lijnen ontwikkeld in niet weinige overeen komsten in karakter en gemeenschappelijke en levensbelangen. Zij is verstoord geworden door verwoede twisten, maar is steeds weer herleefd en thans, nu een Botha en een Smuts zich bij de verdediging van het rijk met roem bedekt hebben, is zij geheel hersteld. Niets heeft er meer toe bijgedragen, om haar hier te lande te versterken don de ruime en alge meene edelmoedigheid, die de Hollanders in den oorlog getoond hebben. De menigte vluchtelingen uit België, de geïnterneerde Engelschen uit Antwerpen en de gewonden, die door Nederland op hun weg naar huis zijn gekomen, die even teeder en sympathiek als grootmoedig was. Onder de hoede van zulk een volk zullen onze belangen in Duitschland en in het bijzonder de zorg voor onze gevangen medeburgers veilig zijn. Wij danken de Neder landsche regeering en het Nederlandsche volk voor de bereidwilligheid, waarmee zij de taak aanvaard hebben. NEDERLAND ALS BEHARTIGER VAN DUITSCHE BELANGEN. De correspondent van de Köln. Ztg. te Berlijn zegt Het Duitsche volk is er dankbaar voor, dat Nederland de behartiging van de Duitsche belangen in de streek van Tandzjer op zich genomen heeft. VERBOUW VAN GEWASSEN. Het Stbl. no. 201 bevat een Kon. besluit van den 3den Februari 1917, tot aanvulling van het Kon. besluit van 30 September 1915 (Stbl. no. 463) tot aanwijzing van de gewassen, waarvan de verbouw kan worden verboden, beperkt of niet dan voorwaardelijk toegestaan. Daarbij is bepaald Het eenig artikel van het Kon. besluit van 30 September 1916 (Stbl. no. 463) tot aan wijzing van de gewassen, waarvan de verbouw kan worden beperkt, verboden of niet dan voorwaardelijk toegestaan, wordt aangevuld en gelezen ais volgt Door onzen minister van landbouw, nijver heid en handel kan, indien naar zijn oordeel de verbouw van andere gewassen van meer belang voor de voeding van inensch en dier is, het verbouwen van de navolgende gewassen in het algemeen of in bepaalde gedeelten des lands worden verboden, beperkt of niet dan voorwaardelijk worden toegestaanbruin mosterdzaad, geel mosterdzaad, karwijzaad, blauwmaanzaad, kanariezaad, spinaziezaad, radijszaad, sluitkool- en bloemkoolzaad, kool rapen- en knollenzaad, Westerwoldsch raygras- zaad, vlas, suikerbieten, zaai-uien, cichorei, penen, koolrapen, knollen, kool, spinazie, spersieboonen, snijboonen. MOTORTANKS VOOR IIET NED. LEGER. Naar het Centrum verneemt, zal het Neder landsche leger binnenkort ook kunnen be schikken over zoogenaamde motortanks. Uit Amerika zijn veertien dagen geleden twee geraamten gearriveerd voor twee dezer aller modernste strijdmiddelen. Ze zijn uitge rust met vier-cylinder explosiemotoren van het viertakt systeem, welke een geweldige kracht kunnen ontwikkelen. De pantsering zal aan de constructiewerkplaatsen van het leger hier te lande worden aangebracht. Het plan bestaat het aantal dezer tanks binnenkort uit te breiden. MAXIMUMPRIJZEN. Omtrent de quaestie, tusschen liet gemeente bestuur van Amsterdam en den minister van landbouw, nijverheid en handel gerezen be treffende het verlagen van den maximum-prijs voor aardappelen en rijst meldt het Nederl. I

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1917 | | pagina 1