Uit de Pers.
Binnenland.
Buitenland.
Niet zorgeloos zijn.
Geheel naar ons hart gesproken is onder
staande driestar uit „De Rotterdammer"
Niet te spoedig worde het woord gesproken
Vrede, vrede, geen gevaar!
Gansch begrijpelijk is dat degenen, die hun
leven lang geworsteld hebben om de bereiking
van een ideaal, licht geneigd zijn van ver
wezenlijking van hun levenswensch te spreken,
als aanmerkelijke vooruitgang is verkregen,
zonder dat het einddoel bereikt is.
Zoo ook meenen wi] te moeten verklaren
menige uiting, die de kloeke strijder voor het
christelijk onderwijs, Mr. de Savornin Lohman,
bij de parlementaire behandeling van art. 192
ten beste gaf.
Hij is de kampioen geweest voor de school
met den Bijbel als geen ander.
Het onrecht op schoolgebied aangedaan,
bracht hem in het politieke strijdgewoel en
aan de zaak van het christelijk onderwijs heeft
hij zijn beste krachten gegeven.
Nu door den arbeid der Pacificatie-commis
sie zoo verrassende vooruitgang voor het vrije
onderwijs in het zicht is gesteld en door hem
ter dien arbeid zulk een belangrijke stoot
werd gegeven is het alleszins verklaarbaar
dat de komende verademing ietwat wordt
overschat.
Met een wonderbaarlijk optimisme wordt
de toekomst tegemoet gegaan.
Een optimisme dat door ons niet kan worden
gedeeld, wijl het beroep op het verleden,
waarmee het verdedigd wordt, ons niet ge
rechtvaardigd voorkomt.
Bekend is hoe Mr. Lohman van additioneele
artikelen, die de goede uitvoering van art.
192 waarborgen, niet gediend is.
„Eene verachtelijke en dwaze veronderstel
ling" acht hij de gedachte dat de liberalen
het vastgestelde niet trouw zullen nakomen.
En dan wordt dit nader verdedigd met deze
redeneeringToen eenmaal de vrijheid van
onderwijs in de Grondwet stond, heeft de
-liberale partij die zorgvuldig geëerbiedigd de
wet-Mackay is stipt nageleefd Minister Goe
man Borgesius kwam met verhooging van
subsidiezeker in 1905 was er reactie onder
het Ministerie-Kuyper, maar toen was er toch
eigenlijk bij ons „onvoorzichtig beleid".
Over deze geschiedbeschouwing hebben wij
ons verbaasd.
De vrijheid van onderwijs sinds 1848 in
de Grondwet gebracht is door de liberale
partij „zorgvuldig geëerbiedigd Het zij zoo,
maar dan toch een vrijheid,» waarbij wc zoo
vrij waren als een vogel in de lucht, dat wil
zeggen vogelvrij. Zoo geëerbiedigd, dat van
een Staatsrechtelijk schandaal alom werd ge
waagd.
De wet-Mackay is nageleefd, ja, maar
door de gemeentebesturen zóó, dat alle doel
treffende werking is verijdeld en zij die in
1889 van pacificatie droomden, al spoedig in
dien boozen droom werden gestoord.
In 1905 de fout bij ons neen, ook toen
weer moest eene zware zonde worden geboekt
op het lange, lange schuldregister der liberale
partij.
Heel de geschiedenis van den schoolstrijd
is een lange aanklacht tegen de vrijzinnigen,
dat zij alleen door overmacht gedwongen, van
onrecht af wilden zien.
In 1889 is menige blijmoedige- verwachting
verijdeld.
Laat nauwkeurig worden gewaakt, dat thans
niet wederom door een misplaatst „Vrede,
vrede, geen gevaar" bittere ervaringen worden
beleefd.
Door den ontvanger der belastingen te
Arnhem, is ten behoeve van 's Rijks schatkist
ontvangen als geschenk f 5000.
Tot 1 Januari 1917 zijn de zilverbons
van f 1,en f2,50, onderteekend door „Bert-
ling" van waarde en kunnen tot dien datum
ingewisseld worden.
ZOUTNOOD.
Hier en daar in ons land, vooral in Rotter
dam, begint zoutnood te heerschen.
Men schrijft dit aan de volgende oorzaken toe
Engeland voort geen klipzout uit op^grond
van den uitvoer door Holland van gezouten
groenten naar Duitschland. Duitschland voert
geen bergzout uit op grond van uitvoer van
visch naar Engeland.
OPVORDERING SCHEEPSRUIMTE.
De regeering heeft thans 75 pet. van alle
ruimte der vrachtschepen van de Stoomvaart-
Maatschappij Nederland, den Rotterdamschen
Lloyd en de Ned. Stuomvaart-Maatschappij
Oceaan gerequireerd tot het aanvoeren van
de Indische producten, die kunnen dienen tot
voeding van mensch en dier. Voor hetzelfde
doel is 25 pet. van de ruimte der mailschepen
opgevorderd.
De vrij blijvende scheepsruimte zal bestemd
worden tot het vervoeren van thee, koffie,
tabak, kina en kleinere producten van de
Indische markt.
DE KONINGIN-REGENTES.
De directie der Mij. „Zeeland" deelt mede,
dat, waar van de vrijlating der „Koningin
Regentes" nog steeds geen officieel bericht is
ingekomen, omtrent de hervatting van den
dienst nog niets is besloten.
DE „KEDIRI" GEZONKEN.
Reuter seint nit Londen, dat het ss. „Kediri"
gezonken is.
(Het s.s. „Kediri", groot 3781 ton, behoorde
aan den Rotterdamschen Lloyd. Het schip
was op reis van Batavia naar Rotterdam, en
11 November van Kaapstad vertrokken).
Reuters bijzondere dienst seint aan het
Ilbld. uit Las Palmas van 30 November
Hier is het Nederlaudsche mailstoomschip
„Rindjani" aangekomen. Het berichtte, dat
het namiddags twee uur het Nederlandsche
vrachtstoomschip „Kediri" had gezien, dat
door de bemanning verlaten was, met een
grooten Duitschen onderzeeër langszijde. Een
tweede onderzeeër van kleinere afmetingen
kwam langszijde van de „Rindjani". De
Duitsche officieren stelden een onderzoek naai
de scheepspapieren in en gaven het schip
vergunning zijn reis voort te zetten, onder
mededeeling, dat de heele bemanning van de
„Kediri" aan land gezet was.
Toen dë „Kediri" het laatst werd gezien,
beschoot de onderzeeër het schip, dat in
zinkenden toestand was.
DE OORLOG.
BERLIJN, 1 Dec. (Wolff.) Naar het schijnt
kon de Russische legerleiding het kabaal van
de ententepers en het hulpgeroep van Roe
menië niet langer weerstaan. Zeer hevige
afleidende aanvallen heeft zij op een front
van 300 kilometer breed ondernomen.
Het doel van deze aanvallen is in Zeven
bergen door te dringen. Alle aanvallen hebben
den Russen trots een vreeselijke verspilling
van menschenlevens en materieel, die bewijst
hoe ernstig zij den toestand inzien, geen
noemenswaard gewin gebracht. De gevechten
zijn echter nog niet "ten einde.
In Roemenië nadert het DonauLeger van
het Zuiden en het Zuidwesten den vesting
gordel van Boekarest. De vooruitgeschoven
troepen zijn de rivier de Argus genaderd, die
slechts 8 kilometer van de forten verwijderd
is. De vijand wordt in verwoedde gevechten
van man tegen man achteruitgeworpen.
In het Noorden worden de Roemeniërs
tegen de bergreeks aangedrukt, die den
Predealpas aan den Oostkant begrenst.
Dientengevolge wordt aan deze Roemeensche
groep den terugtocht naar het Oosten zeer
moeilijk gemaakt. De Troemsoeer-pas wordt
ernstig bedreigd.
De Balkancorrespondent van de Times
heeft de inneming van Monastir het antwoord
van Sarrail op de hulpkreet van Roemenië
genoemd. De Roemeniërs zullen hem niet
recht begrijpen. Voorts is het optreden van
Engelsche pantserauto's, zijnde deze al de
hulp, die Engeland aan Roemenië heeft ver
leend. voor de Roemeniërs slechts een schrale
troost. Twee ervan zijn stukgeschoten. In
de laatste twee dagen zijn 83 kanonnen buit
gemaakt.
PARIJS, 30 Nov. (Ilavas). De berichten
uit Roemenië maken een gunstigen indruk.
De Roemeensche troepen houden den opmarsch
van von Mackensen in de richting van Boeka
rest op en geven daardoor een geschikte
gelegenheid voor de Russen om op andere
punten op het front van Mackensen aan de
Alt afleiding te brengen.
WEENEN, 2 December, fWolff.) Officieel
Ten Z.W. van Boekarest is de beneden Ar-
ges bereikt. Alle pogingen van den vijand, om
den opmaasch van het Donau-leger door te
genaanvallen tot staan te brengen, zijn mis
lukt.
Ten Z.O. en ten oosten van Pitesei had het
eerste Roemeensche leger opnieuw stand ge
houden en generaal Stzatilesten had in zijn
bevel alle officieren en troepen opgedragen op
hun post te sterven, aangezien van dezen slag
het lot van Roemenië afhing. De O.-H, en
Duitsche troepen hebben den vijand na ver
woeden strijd niettemin teruggeworpen en een
Beiersch regiment is in het Arges-dal tot ver
voorbij de doorbroken vijandelijke linie door-
gedrongeij. De Roemeniërs zijn in wanorde
teruggeweken.
Ook in het Dambovita-dal ten Z. O. van
Campolmig is de tegenstand der Roemeniërs
gebroken.
Een vijandelijke tegenaanval in het Prahova-
dal is door den tegenstand van de daar strij
dende O.-H. regimenten mislukt.
Gisteren en vandaag zijn 6000 gevangenen,
49 kanonnen en 100 gevulde munitiewagens
ingeleverd. Dit is een maatstaf voor den
omvang van den nederlaag, die de vijand
heeft geleden.
Tevergeefs hebben de Russen getracht, door
hun offensief in de Karpathen den druk op
de Roemeniërs te verlichten. In het grens
gebergte ten westen van Toesani zijn de storm-
loopen van twee Russische legers tegen de
linies der generaals von Arz en von Koevess
gisteren, evenals de voorgaande dagen, mis
lukt. De buitengewoon groote verliezen van
den vijand zijn tot dusver het eenige resultat
van zijn verlichtingsoffensief.
Trepof, de voorzitter van den RussiSchen
ministerraad heeft in de Doema de onder
staande zeer belangrijke verklaring afgelegd
„Engeland, Frankrijk en Rusland hebben
in 1915 een overeenkomst gesloten, waarmee
ook Italië zich heeft vereenigd, waarbij defini
tief de rechten van Rusland worden erkend
op de Dardanellen en Konstantiuopel.
De verwezenlijking van de wenschen, die
Rusland 1000 jaar lang koestert, is dus nabij.
En daar het Russische volk behoort te weten,
waarvoor het zijn bloed vergiet, wordt deze
overeenkomst in overleg met onze bondge-
nooten thans van deze tribune bekend
gemaakt."
Svenska Dagbladet schrijft dat de ontploffing
in de haven van Archangel veel erger is
geweest dan het officieele Russische bericht
meldde. Er zijn wel 5 a 6000 menschen
gedood en gewond, 3 stoomschepen zijn ge
zonken, 6 of 7 zwaar beschadigd.
Er zijn verscheidene personen in hechtenis
genomen en verhoore, doch men heeft ze na
eenigen tijd weer moeten vrijlaten.
ATHENE, 1 December, 7 uur 30 's avonds.
(Reuter.) In den loop van den dag speelden
zich opwinnende tooneelen af. De Grieksche
troepen trachtten den geallieerden te beletten,
sommige punten voorbij te komen. Er volgden
botsingen en geweervuurgevechten, die den
heelen middag aanhielden.
De minister-president en de Fransche ge
zant bezochten den Koning.
Uit officieele bron wordt verklaard, dat er
op voorstel van Fournet een wapenstilstand
beklonken was, maar de kanonnen bulderden
(bij de afzending van het bericht) nog. Men
zegt, dat de Franschen den heuvel achter
het paleis bombardeeren. Er heerscht een
groote paniek.
In de Technische Rundschau is een be
schrijving en een uitvoerige teekening van de
tank, overgenomen uit het Amerikaansche
vak-tijdschrift „The Iron Age". Zooals bekend,
hebben de tanks in het begin van het offensief
aan de Somme een groote rol gespeeld. Het
blijkt thans, dat de uitvinding gedaan werd
door een Amerikaan, Norman Leeds, ingenieur
van de Automatic Machine Comp. te Bridge
port. Daar zijn de machines ook gebouwd.
De uitvinder had in 1915 zijn constructie,
zoowel te Parijs als te Londen aangeboden,
doch zonder succes, totdat eindelijk dit jaar
het Britsche ministerie van oorlog eenige tanks
bestelde. De Automatic Mach. Cy. constru
eerde trekwagens voor de oerwouden in Oregon
en voor de steppen van Louisiania, met het
zelfde systeem van voortbeweging, dat thans
ook bij de tanks gebruikt wordt. Om 2 ver
uiteenslaande wielen, bij de tank 4,80 Meter,
loopt een breede band zonder eind, bestaande
uit zware geledingen, elk daarvan voorzien
van grijphaken. Deze band wordt door kleinere
wielen, die op en neer kunnen veeien, tegen
den grond gedrukt, zoodat de wagen als het
ware loopt over een breede vastliggende plank.
Dit systeem heet in het Duitsch Alligator-
systeem, in het, Engelsch noemt men de breede
banden zonder eindCatterpillars (rupsen).
De teekeningen, die de Techn. Rundschau
bij zijn beschrijving geeft, zijn die van een
wagen van gemiddelde grootte. De geheele
lengte bedraagt ongeveer 4 meter, de breedte
3 meter en de hoogte 3.30 meter. De wagen
kan echter ook grooter gebouwd worden. Het
geheele uiterlijk ervan komt niet in het minst
overeen met de onlangs gepubliceerde zooge
naamde authentieke fotografiën. Op het chassis
bevindt zich een pantserkoepel, 77 millimeter
dik. Van voren is zij puntig toeloopend, als
een scheepsneb. Van boven plat om met een
lichte kromming over te gaan in een lood
rechten achterwand. Een zeer lage koepel,
in het midden, geeft den bestuurder gelegen
heid, het terrein voor zich te overzien. De
bewapo»ing bestaat uit 7 machinegeweren.
De Delftsche Courant heeft een onderhoud
gehad met -den kapitein van het Indische
leger II. Kerremans, die van een tocht door
Duitschland en langs het Westelijke front is
teruggekeerd en die ons als „een betrouwbaar
entwikkeld man" wordt beschreven. „Op
geheel zijn tocht," zegt het blad, heeft de
kapitein alles kunnen bezichtigen wat hij
wenschte te zien. Men leidde hem niet rond
volgens een bepaald programma, maar bijgaf
zelf aan." Van het relaas nemen wij een
paar stukken over, zegt de N. R. C.
„De verwoesting van Noord-Frankrijk is
volstrekt. Van elk dorpje of stadje dat
genomen wordt is niets meer te vinden dan
puin, geen enkel huis staat meer. De artillerie
der Franschen en Engelschen braakt onop
houdelijk stroomen van lóod en staal op de
ongelukkige plaatsjes en elke granaat vernielt
er iets van. Reeds nu is Bapaume, dat nog
in het bezit der Duitschers is, zwaar geteisterd
door artillerievuur der geallieerden. Ruim
2200, zegge twee-en twintighonderd gemeenten
ifioeten de geallieerden alleen in Noord-
Frankrijk aan de Duitschers ontrukken.
„Erger misschien nog dan de verwoesting
der steden en dorpen is het voor jaren en
jaren onbruikbaar maken van den grond. We
hebben kaarten gezien, die de heer Kerremans
had meegebracht, waarop eeu klein gedeelte
was weergeven van het Duitsche en het
vijandelijke loopgravennet. Een net Een
onontwarbaar kluwen over een groote breedte.
Niet een rechte loopgraaf met eenige ver-
bindingsgaogen naar een achtergelegen loop
graaf, maar een duizelig makend warnet van
dicht opeen loopende lijntjes en van onbereken
bare grilligheid. Men denke tens aan hoe
Frankrijks bodem daar wordt omgewoeld,
hoe de vrnchtbare humuslaag wordt onder
gewerkt en het zand boven komt. Waar de
pionierschop den grond onberoerd laat regent
het dag en nacht granaten, die op den grond
uiteenspatten, trechters graven en den omtrek
met brokken staal en ijzer bedekken. Over
de geheele linie is de bodem bezaaid met
granaatscherven, massa's prikkeldraad, deelen
van wapenen, voertuigen enz. Het zou jaren
duren om dat terrein, dat is dus heel Noord-
Frankrijk, weer bebouwbaar te maken als-
dat werk met vele en frissche krachten kon
aangevat worden. Maar welk een vreeselijk
tekort aan arbeiders zal er zijn, wanneer
eenmaal het moorden gestaakt zal worden.
„Men krijgt eeuig begrip van den regen
staal, die neerdaalt op Frankrijk, als men
weet dat de heer Kerremans reeds op eenige
kilometers achter de vuurlinie het kanon
gebulder hoorde zonder dat het ooit een
seconde werd onderbroken. Het was als een
roflel, die niet ophield en slechts onderbroken
werd door heviger slagen van het zwaarste
geschut. Dag en nacht gaat dat zoo door.
In huizen waar de heer K. overnachtte hield
het schudden en rinkelen der ramen tengevolge
van het artillerievuur geen oogenblik op. Wel
werd het nu en dan plotseling heviger als
ergens een aanval werd gedaan, maar nooit
zweeg het gebulder. De Duitschers hebben
nu op elke 10 K.M. 1000 kanonnen van
verschillend kaliber, de artillerie der entente
is 2 a 3 maal sterker.
„Tijdens zijn verblijf aan het front was de
bezoeker ook in dè gelegenheid geweest zich
te onderhouden met Fransche en Engelsche
krijgsgevangenen. De Duitsche officieren bleven
daarbij ver van den bezoeker, zoodaj de
gevangenen volkomen vrij waren in hun
uitingen. Het was den heer K. opgevallen,
dat de Franschen en Engelschen niet bij
elkaar kwamen, en toen hij eerst met een
Engelsehman en later met een Franschman
daarover sprak, bleek de verhouding tussch'en
hen zeer koel te zijn. De Franschen vooral
waren sterk ingenomen tegen de Engelschen,
die zij er van beschuldigden dat de Engelschen
het gevaarlijke en bloedige werk steeds door
de Franschen poogden te laten doen en zelf
achter bleven
„Over de verzorging en behandeling waren
de gevangenen tevreden. Over het eten niet
bijzonder. Men moet hierbij niet uit het oog
verliezen dat aan het Fransche en vooral aan
het Engelsche front op het gebied van spijs
en drank bijna overdaad heerscht. Komen
dan de krijgsgevangenen in Dnitschland, waar
zuinigheid en afgepast gebruik noodzakelijk is,
dan $al het verschil aan de Engelschen en
Franschen sterk opvallen en zullen zij over
het Duitsche eten zich beklagen.
„Ik heb aan het front en elders veel met
Duitsche officieren gesproken, zeide onze
zegsman, van jonge luitenants tot vergrijsde
armeekorpscoraraandanten en natuurlijk het
meest over den oorlog. Welnu, in al dien
tijd, bij al die gesprekken, met vele personen
op vele plaatsen heb ik nooit ook maar eén
enkel woord gehoord dat kwetsend of grievend
klonk voor de geallieerden. Ik moest dikwijls
denken aan Grey, Briand, Asquith, Poincaré
en anderen die, over de Duitschers sprekend,
gaarne de grofste beschimpingen bezigen. De
Duitschers bewonderen vooral den moed en
het gedrag te velde der Franschen. Een
armee-commandant zei tot den heer K.Ik
heb de Franschen bestreden van de Noordzee
tot de Vogezen en overal heb ik hun schitte
rend gedrag bewonderd. Ik heb meer dan
eens gevangen genomen Franscheu mijn hulde
gebracht voor hun ontembaren moed. Zoo
was het oordeel van alle Duitsche krijgslieden."
„Twaalf K.M. achter het tegenwoordige
gevechtsfront zijn de Duitschers al bezig
nieuwe linies aan te leggen en als 't noodig
is, als zij geen onnoodige verliezen willen
leiden, trekken zij terug... „Aber durcli
kommen sie niehad de stafofficier gezegd
met die zelfde onfeilbare zekerheid, welke de
heer K. bij allen had aangetroffen
„Van de hoogte, waarop de vliegdienst staat
kreeg de heer K. een verstommend bevvjjs.
Men toonde den gast eenige vliegmachines
van de nieuwste constructie. Deze kunnen
een hoogte bereiken van 5300 M. en een
snelheid van 200 K.M. per uur De bestuurder
en de waarnemer spreken met elkaar door
spreekbuizen. Teekenen kunnen zij elkaar
niet geven, omdat de luchtdruk achter de
schroef zoo geweldig is, dat die in staat zou
Zijn een opgestoken hand te ontwrichten."
De New Statesman had „de beweging voor
oogeirblikkelijken vrede" in Engeland nietig
van omvang genoemd. Daar komt in het
laatste nummer A. W. Humphrey tegen op.
Vooreerst acht hij de beweging, waarover het
blad het heeft, verkeerd omschreven (ook de
Nation heeft, gelijk men weet, die opmerking
gemaakt). Zij wil, dat de Engelsche regeering
onmiddellijk een poging zal doen om onder
handelingen te openen met het doel, aan den
oorlog een einde te maken. Voorts acht de
schrijver den omvang van die beweging niet
nietig.
De voornaamste lichamen, die een vrede
door onderhandeling nastreven, zijn de Onaf
hankelijke Arbeiderspartij, het Comité voor
Vredesonderhandelingen en de Unie voor
Demokratisch toezicht (op de buitenlandsche
politiek). Al eenige maanden, zegt Humphrey,
hebben die lichamen elke week tientallen
vergaderingen gehouden, vermoedelijk hon
derden in de week. De opkomst hangt, als
op alle andere vergaderingen, van de naam
van de sprekers af. Maar haast altijd slagen
V üVrede, vrede, geen gevaar
Het Roemeensche gevechtsterrein.
Belangrijke verklaring.
De ramp te Archangel.
Griekenland en de Entente.
Een beschrijving van de „tanks".
Aan het Westelijk front.
Vredestemmen in Engeland.