Antirevolutionair voor nieuws- en Advertentieblad Zeeland. De Gemeentelijke H. B. S. en de Mulo- school te Ter Neuzen. FEUILLETON. I Uit de Pers. Binnenland. No. 1366. Woensdag 27 September 1916 I4e Jaargang. Uit jonge Jaren. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,- per post: voor Nederland ƒ1,10. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, teuren en Brievengaarders. Franco Postdirec- Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op Feestdagen, bij den Uitgever D. H. LITT001J Az. te TER NEUZEN. ADVERTENTIËN: Van 1 4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIËN TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER. Alle stukken, voor de Redactie vaii dit blad bestemd, te adresseeren „Aan de Redactie van Luctor et Emergo te Ter Neuzen." Aanname van Advertentiën tot 1 uur op den dag der uitgave. i. De laatste weken is, wat sinds lang in stilte mokte, zich in een stroom van ingezonden stukken in de Terneuzensche Courant, in het openbaar gaan uitspreken. Een belangstellend ingezetene" opende de lij met een reeks klachten. Een en al misère is liet. Niet, dat een H. B. S. niet deugt, o, neen inaar de H. B. S. in Ter Neuzen schijnt tocli weinig deugdelijks te bezitten. Of liever, volgens den „belangstellenden ingezetene" deugt de H. B. S. te Ter Neuzen wel, maar de Mulo deugt niet. Het is inderdaad een eigenaardige quaestie. Men weet, hoe Luctor et Emergo" zich van meet af tegen een gemeentelijke II. B. S. te Ter Neuzen heeft verklaard. Hoe herhaaldelijk is gewaarschuwd, den onberaden stap niet te doen. Maar het was al tegen den kaaimuur ge vochten. Men moest gróóte dingen doen. In de roemruchte vergadering van den Ge meenteraad, waarin, ondanks de meest krasse veroordeeling van liet voorstel, geen der libe rale leden liet woord voerde ter verdediging, werd na het doorluchtig zwijgen, met de dommekracht der meerderheid besloten tot stichting der H. B. S. Men hééft groote dingen gedaan. Groote dwaasheden zelfs. De lasten der ingezetenen zijn onnoodig verzwaard we behoeven daaraan geen woord te verspillen. En bovendien lieeft men, om toch maar groote dingen te kunnen doen, een combinatie gemaakt van twee takken van onderwijs, lager en middelbaar, die te mal is om alleen te loopen. Het moest worden een II. B. S. met 5 ja rigen cursus, maar En toen heeft het zinnend vernuft uitge vonden een II. B. S. te stichten, bestaande uit een verlengstuk der lagere school plus de hoogere klasseu van een 5 jaars II. B. S. De combinatie lager middelbaar onderwijs. 52) „En vertel me nou eens, jongen", hoorde hij te midden van zijn gepeinzen ineens de stem van den oude, „wat heb jij in de vacantie toch uitgevcerd Je lieht geloof ik, nog ge zwommen ook, hé „O, dat was niets," zei Bertus. „Henk Dorsman was te water geraakt, en toen heb ik hem er uit gehaald." Hij zei het zonder verheffing; eigenlijk kon hij zicli zelf nooit geheel vrij pleiten van schuld, omdat hij door zijn dreigen en steenen werpen mee de aanleiding was geweest, dat liet ongeluk had plaats gevonden. „Hoe kwam Henk Dorsman te water?" vroeg Petersen, die liet verhaal al van de huren had vernomen, maar die het Bertus graag eens zélf hoorde vertellen. r "^e Z0U(len samen gaan vissclien," vertelde l ei'tus, „en Denk Dorsman ging ook mee." deelde Pietersen in het kort mede, hoe e Ipscliiedenis zich had afgespeeld. »Je bent een flinke jongen en je hebt je De som van deze termen moest leveren een complete H. B. S. J De oplossing van een probleem, dat inder daad er geen was. Immers een II. B. S. met 5 jarigen cursus bestaat voor elk gewoon menschenkind uit Ie _j_ 2c 3e 4e -j- 5e leerjaar van een n. b. s. Neen, zeiden de ontdekkers van nieuwe banen. De oplossing is zóó Lager onderwijs -j- middelbaar onderwijs Een H. B. S. met 5-jarigen cursus. Men hoeft nog niet eens een jongen au de II. B. S. te wezen, om in te zien, dat deze formule niet deugt. Het lager onderwijs, ook het meer uitgebreid lager onderwijs of mulo, is geheel andersoortig, is wezenlijk anders dan het middelbaar onder- wijs. Het is anders in aard, doel en methode. Daarmede werd echter in het geheel niet gerekend. Als of liet liet aan elkaar lijmen van twee scherven gold, die tezamen den geheeien pot weer zouden leveren, werd een combinatie bedacht van mulo onderwijs en middelbaar onderwijs. In verband hiermede willen we eens her inneren aan de reeds meermalen geuite be zwaren, die vaak zijn ingebracht tegen den overgang van het lager naar liet middelbaar onderwijs in het algemeen. Deze bezwaren golden in Ter Neuzen niet sterker, men ging zelfs lager onderwijs de functie toedenken van middelbaar. Nog pas wees Dr. C. P. Gunning, leeraar aan liet lyceum te's-Gravenhage, op de groote moeilijkheden welke de overgang van het lager onderwijs naar de H. B. S. meebrengt. In het verslag, dat de N. R. C. van Dr. Gunnings rede gaf, heet het o.m. „Spr. wees verder op liet groote euvel, dat ontstaat door den zeer grooten overgang van liet lager onderwijs met zijn klasse-onder wijs, naar de II. B. S. en Gymnasium met hun vakleeraren. De leerlingen, die op de lagere school door hun onderwijzers steeds in alles werden gadegeslagen, komen op H. B. S. en Gymnasium opeens bijna geheel zelfstandig te staan. Deze overgang is te groot en niet zelden liet ongeluk voor de leerlingen." Deze overgang is dus groot. Verstandig zal dus doen hij, die tracht hem zoo geleidelijk mogelijk te maken. En wat deed men in Ter Neuzen. Men maakte den overgang zoo groot mogelijk. Leerlingen, die nog geen ander dan lager onderwijs hebben genoten, stappen ineens over in de derde klasse eener H. B. S. goed gehouden", verklaarde Pietersen. „Heel goed. Die jongen (ik ken hem welhij doet me vaak genoeg overlast), had het niet ver diend. „Maar jij hebt je kranig gehouden, dat heb je. Je vader zal blij zijn, als hij liet hoort." Bertus' gezicht betrok. „Vader..." Hoe zou het met vader wezen? Hij had nog steeds geen nader bericht gehad. Hij zat hier gezellig en goed, en wie weet, of vader op dit oogenblik De oude Pietersen bemerkte, dat er iets aan haperde. „Scheelt er wat aan niet je vader vroeg hij. Toen kwam het verhaal. Van vaders ziekte, van Bertus' angst. Van zijn teleurgestelde verwachting. Van zijn hopen en vreezen. „En wat heeft je vader je nou eigenlijk geschreven „Vader was aan liet beteren, maar 'tzou nog wel een paar maanden duren, eer hij naar Holland terug mocht." „Wel nou jongen, waarom zou je non weer zw.arigheid gaan maken Geduld, en alles komt terecht." - Bertus keek den oude eens aan, zeidc hij dat alleen maar, om hem wat op te beu ren „Ben u ook wel eens ziek geweestik bedoel, in den vreemde Kan het dwazer? In een vólgend artikel willen we eens nader bezien, tot welke toestanden deze manier heeft geleid. Y Geïnterneerden voor den Bieten-oogst? In de Hoofdbestuursvergadering van de Zeeuwsclie Landhouw-Maatschappij kwam ter sprake de scliaarsclite van arbeidskrachten voor de komende bieten campagne. Behalve dat de mobilisatie veel krachten onttrekt, ontneemt ook de toenemende vlas- industrie werkkrachten aan den arbeid op den akker. Natuurlijk moet getracht worden, in liet te kort aan arbeiders te voorzien. Sympathiek is de gedachte van leden der afdeeling Axel, uitgesproken door den heer Van Dixhoorn, om te trachten op ruimer schaal verlof te krijgen voor gemobiliseerden. Heel wat is er te verdienen. Waarom zal het ten deel vallen aan de Belgische geïnterneerden gelijk de heer Kiel- stra voorstelde? Hoopt men op goedkooper arbeidskracht En zou de Nederlandsche arbeider buiten gesloten moeten worden Ons dunkt, dat als er eenigszins kans be staat op een ruim verlof voor onze eigen menschen, teneinde hen in staat te stellen, hun arbeid te verrichten, wat met liet oog op den naderenden winter toch wel noodig zal zijn, dit zeer verre te verkiezen is boven een te werk stellen van Belgische geïnter neerden. Reeds meermalen lieeft de geïnterneerde den eigen werkman schade gedaan. En bovendien mag óók wel eens gevraagd, of, speciaal in Zeemvsch- Vlaanderen, het zoo wenschelijk is, geïnterneerden te werk te stellen. Wij meenen van niet. De Z. L. M. zal liet toch beproeven. We hopen ten zeerste, dat de Militaire Commandant het verzoek der Z. L. M. zal afwijzen. De Axelsclie idee heeft alles vóór. Het Tubantia-geschil. „De Nederlander schrijft Vriendschaps-bewijzen. Het bericht, ons door Wolff uit Berlijn ge seind, dat de Duitsclie Regeering, als resultaat van hare besprekingen met de onze, zich „Jongen, ja," zei Pietersen, „jongen jaen knapjes ook." „En vroeg Bertus. „En Ja, ze hebben me, net als je vader nou, ook aan land gebracht en me netjes achtergelatenmaar ik werd best opgepast, dat moet ik zeggen." „Zou vader „Of je vader goed verzorgd zou worden Wel wis en zeker, wat denk jij? Hij lieeft aan niets gebrek hoor, geloof dat uiaar gerust. Maar met die koortsen kan liet wel eens een beetje langer duren, dan je in 't eerst vermoedten daarom, geduld, geduld „Ik heb sinds geen brief meer gehad," wierp Bertus tegen. „O, maar dat beduidt niets. Hoe lang is liet nu al geleden „Drie weken." „Kijk aaneerst heb jij teruggeschreven nou, daar gaat weer een tijdje mee heen, hè En dan, eer dat er weer een brief terug is, duurt natuurlijk ook een poos. Neen, je bent te haastig. Geduld 1" Geduld, ja, maar dat had Bertus nooit te veel. Toch, hij moest liet zichzelf bekennen, was hij wel wat erg haastig geweest. Wie weet, misschien kreeg hij aanstaande week alweer bericht. „En dan is er nóg een ding, dat je vast bereid verklaard heeft de quaestie van de Tubantia na den oorlog aan eene interna tionale commissie van onderzoek voor te leggen, maakt een goeden indruk. In de eerste plaats omdat deze zaak, waarbij een klaarblijkelijk onrecht is geschied, thans niet als een afgedane wordt beschouwd. Wij hebben dus nog kans, en ook hoop, op ons recht. In de tweede plaats omdat hiermede een der nobelste gedachten, tot bestendiging van goede verhoudingen tusschen de volkeren ge propageerd de arbitrage van-geschillen, eene overwinning heeft behaald. En wel juist in het land aan hetwelk door zijne vijanden verweten wordt, dat het, ter verkrijging van zijn recht, en van misschien méér dan zijn récht, alleen op wapengeweld zou willen steunen. Het is, alsof Duitschland aan die beschuldi ging metterdaad een knauw lieeft willen geven liet is alsof het, voor de toekomst, geneigdheid wil toonen, om aan de arbitrage-gedachte in het volkeren-verkeer de plaats te geven die haar toekomt; het is, in dezen zin, we zouden bijna zeggen een nieuw geluid, maar we zijn niet optimistisch genoeg om nu ook reeds aan de nieuwe lente te gelooven. Te minder, omdat op dezen zelfden dag, Duitschland ons liet genot der vreugde over zijn bewijs van „vriendschap en goede na buurschap" vergalt, door een onzer Zeeland booten, de Prins II e n d r i k, te doen op brengen naar Brugge. Waaraan we dit vriend schapsbewijs te danken hebben, weten we nog niet, maar iiet zal aan den door liet Tuban- t i a-bericlit gewekten goeden indruk niet weinig schade doen. Wat men ook van onze Oosterburen zeggen moge dat zij de kunst verstaan zicli blijvend de vriendschap en de goede nabuurschap hunner naasten te verzekeren, dat zeker niet. Aan den goeden wil om dat te doen, mag men niet twijfelen, aan den tact om te slagen zeker wél. Intussclien, wij zullen alvorens te oordeelen, nadere inlichtingen moeten afwachten. DE PRINS HENDRIK OPGEBRACHT EN WEER VRIJGELATEN. Het stoomschip Prins Hendrik, van de Maatschappij Zeeland, is Zaterdag naar Zee- brugge opgebracht. De mailboot, uit Vlissingen naar Gravesend vertrokken, had geen lading aan boord. De Prins Hendrik is weder vrij gelaten en niet moet vergeten, Bertus." Nieuwsgierig keek Bertus den ouden man aan. Ja, een heel voornaam ding, m'n jongen. Ik heb de waarde er van steeds meer leeren kennen. Ik heb de kracht er van ondervonden in vele omstandigheden van mijn leven. Het is een middel, dat nimmer faalt", zei de oude, bijna plechtig. Bertus keek hom ernstig aan. „Weet je, welk middel ik bedoel „Ik denk liet wel," zei Bertus, schuchter, „te bidden „Juist, liet gebed. Heb je wel eens voor je vader gebeden „Ja Pietersen. Maar „Nu, spreek maar uitzeg maar opwat heb-je „Maar", zei Bertus, „u zei daar pas, dat liet bidden nooit faalt: wordt dan ons gebed altijd verhoord „Meen jij van niet „Och, ik weet hot niet; maar toen moeder zoo ziek werd, heb ik óók wel gebeden en tóch is moeder gestorven." „Da's waar," stemde Pietersen in. (Wordt vervolgd.) Inzending van advertentiën vóór uren op den dag der uitgave. DOOR ZELANDIA. Nadruk verboden

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1916 | | pagina 1