Buitenland. Uit Stad en Provincie. eenenmale onvoldoende bestaan oplevertdat bij voortduring van deze wantoestanden liet bakkersbedrijf op vele plaatsen met volledigen ondergang bedreigd wordt. Redenen waarom adressante zoo dringend mogelijk verzoekt, maatregelen te treffen, om liet bakkersbedrijf vóór verderen teruggang te behoeden. NEDERLAND EN AMERIKA. Reuter seint uit Washington: President Wilson heeft heden een commis sie van Nederlandsche regeeringspersonen en handelslieden in gehoor ontvangen, die de han delsbetrekkingen tusschen Nederland en de Vereenigde Staten trachten te versterken. Van de commissie maken deel uit de heer J. E. Inckle, directeur van de technische afdeeling van het departement van koloniën; de heer J. C. Ankersmit. en de heer D. de Vries, als vertegenwoordiger voor de handel. De secre taris Redfield, van het Amerikaansche depar tement van handel, heeft de commissie voor gesteld. BOND VAN JONGELINGSVEREENIGINGEN OP GEREF. GRONDSLAG. De Bondsdag van den Geref. Jongel.-Bond wordt op Hemelvaartsdag gehouden te Arn hem. De Bondsvoorzitter, ds. J. E. Vonken- berg, houdt een rede over de gevolgen der Mobilisatie voor het vereenigingsleven. De heer J. Schuringa spreekt over „Ringleven" en Ringleven, de heer Jac. van Oversteeg over het gebed op de Jongel.-Vereeniging. De middagvergadering heeft als sprekers de heer J. Schouten van Rotterdam over het karakter van den Bond, dr. K. Dijk over de propaganda onder jongelingen van meer ge vorderde ontwikkeling, terwijl dr. B. Wielenga een opwekkende rede houdt. LANDSTORM. Bij kon. besluit is bepaald, dat van 1 Juni 1916 af ook tot den Landstorm belmoren de personen, geboren in 1890. DE KONINGIN IN NOORD-BRABANT. Naar Het Huisgezin verneemt, zal H. M. de Koningin Woensdag a. s. in Den Bosch aankomen, om van daar uit te paard en per auto een tocht te ondernemen ter inspectie van in deze provincie gelegerde troepen. GEEN VTJEESCHNOOD. Naar aanleiding van onrustbarende berichten omtrent reusachtige uitvoeren van runderen naar het buitenland en daarvan te verwachten vleeschnood, vernemen wij van betrouwbare zijde dat van overheidswege behoorlijk toezicht op dien uitvoer gehouden wordt en dat er geen gevaar bestaat dat zou worden toegelaten dat onze veestapel door dien uitvoer werd uitgeput of belangrijk werd verminderd. DE OORLOG, Vredespogingen? De New-Yorksehe „Evening Post" zegt over de tusschen Duitschland en de Vereenigde Staten gewisselde nota's, dat Wilson onom wonden te kennen heeft gegeven, de duikboot- kwestie buiten elk verband met iets ander te willen regelen. Niettemin is de voelhoorn, door Duitschland naar den vrede uitgestoken, de aandacht van Wilson niet ontgaan. Het is niet zeker, dat de president zijn bemidde lingspogingen zal hernieuwen, maar vast staat, dat wordt overwogen in welke richting de Vereenigde Staten het herstel van den vrede zouden kunnen dienen. De Hearst-bladen vinden dat de Duitsche nota Wilson een schoone gelegenheid biedt om als bemiddelaar op te treden en zijn er zeker van dat het Amerikaansche volk een poging, om aan den oorlog een einde te maken, zou toejuichen. Het Parijsche „Journal" verneemt uit New- York, dat kolonel House opnieuw naar Europa denkt te komen. Delbrück's ontslag. Naar wordt vernomen heeft dr. Delbriick, staatssecretaris van binnenlandsche zaken, zich genoodzaakt gezien, wegens gezondheids redenen zijn ontslagaanvrage in te dienen. De beslissing over 's ministers opvolger kan in verband met de nog hangende organisatie kwesties eerst over eenigen tijd verwacht worden. Zal de Russische vloot 'in actie komen Naar de Magdeburgische Zeitung uit Bazel verneemt schrijft de Roesskoje Slowo: De benoeming van een nieuwen chef van den generalen staf voor de Russische vloot bij het hoofdkwartier van den tsaar in de persoon van generaal Kontserovski moet opgevat worden als een teeken, dat de Russische vloot op het punt staat aktief in den wereldoorlog in te grijpen. Polen. Uiteen Britsch memorandum blijkt, dat Engeland thans wil toelaten, dat van uit Amerika de Polen zullen worden bevoorraad de invoer zal tot October 4000 ton per maand bedragen. Het oppertoezicht over de goede uitvoering van den maatregel zal aan neutralen worden opgedragen. Het bombardement van het fort Vaux. (Max Osborn in de Voss. Zeitg.) Plotseling klinkt een doffe slag van het plateau der vesting. Een breede ontzagwek kende, zwartbruine rookzuil stijgt omhoog en staat seconden lang stil als een sombere toren. Dat moet een zwaar projectiel geweest zijn. Een tweede rookwolk verrijst plotseling daar naast. De rookmassa's verbinden zich. Ze leggen zich als donkere wolken over den top, koken en rollen naar alle kanten en bedekken van tijd tot tijd het geheele muurwerk voor ons. Boven de donkere golven verschijnen lichtere, witachtige massa'sde rook van granaat-kartetsen. De rook en stofmassa's zakken allengs. Nu stijgt een nieuwe zuil uit het midden op, grooter dan de vorige naar het schijnt. Weer volgt een tweede. En nu gaat het voort in eindelooze volgorde. Rondom de linies van de wallen, iondom de pantsertorens, in het voorterrein, midden in den vesting-vierhoek woedt thans het ontzettende vuur. Aarde, stof, losse steenen, stukken rots worden hoog in de lucht geslingerd. Een heel gezelschap vuurspuwende bergen schijnt aan het werk om gloeiende lavastroomen en massa's puin en zand uit de afgronden van het binnenste der aarde omhoog te blazen. Het dreunt tegen de muren en torens van het fort. scheurt de gewelven uitéén, rukt en klopt meedoogen- loos aan de diepe kazematten van het fort. Vreeselijk moet het zijn, wat de Fransche bezetting daar door maakt. Nu antwoorden de Franschen. Zij verwach ten blijkbaar een aanval. Zij vatten de be schieting op als een voorspel van een beraamden stormloop. Zij nemen de loopgraven voor de vesting hevig onder vuur. Langs de geheele linie staat een rookwand. Zij leggen gordijn- vuur daar achter, een nieuwe wand verrijst uit den grond. Zij schieten op de verbindings wegen. Uit de kloof van Vaux, waarvan wij den bodem niet kunnen zien, op den Hardau- mont, op den top van den Douaumout, boven Dieppe en Mozeville schuimen de wolken omhoog. Wij antwoorden. Niet alleen opliet fort vallen de Duitsche granaten, maar ook op het parmanente batterijwerk hoog boven Damloup, onmiddellijk ten zuidwesten van het fort en op de Fransche artillerie in verren omtrek. Het geraas zwèlt aan. Het gehuil en gejammer van de onzichtbaar door de lucht snijdende granaten neemt toe. Het is alsof de wereld vergaat. Wordt het vuur plotseling zwakker? Wat beteekent dat? Witte wolkjes aan den helder blauwen hemel geven de verklaring. Fransche vliegers zijn opgestegen. Zij zoeken onze batterijen, die verstommen om niet door hun vuur hun stelling te verraden. Alleen de afweerkanonnen knallen. Ze omkransen de vijandelijke vogels met projectielen. Desniet temin komen de indringers verder. Nu bromt het van den anderen kanteen Duitsch vlieg- eskader komt aan. Geknetter van machine geweren in de lucht. Het metaal, de vleugels van de toestellen fonkelen en blinken in de zon. De Franschen trekken zich terug. De Duitschers patrouileeren dan in kringen door de lucht en vliegen als een beschermende keten voor de kabelballons, waarvan een uit gestrekte gele rij aan den hemel staat. Deze stoornis is weer weg. Het werk van de vuurmonden begint opnieuw. Steeds weer om en op het fort Vaux. De projectielen rukken en scheuren aan de muren, aan de rotswanden, aan de pantsertorens. Spoedig ligt het fort tusschen dikke rookbergen en is het geheel verdwenen in den nevel. Zoo gaat liet uur na uur, zonder verademing. Hoe moet het den menschen daar te moede zijn En hoe den onzen, in de dekkingen, in de loopgraven en op de wegen, waarop de Fran schen thans roffelvuur richten De dood raast over de Cote Lorraine. De vruchtboomen bloeien in het dal. De vogels tsjilpen, alle struiken staan in groen. Een prachtige Mei zon gloeit en daaf ginds sterven en steunen jonge menschenkinderen. Hoevelen zal de dag van heden aan beide kanten verslinden Honderdduizend, honderd Wij weten het niet. Onophoudelijk raast het verder. Sir Edward Grey geïntervieuwd. In een persgesprek van Grey met een ver tegenwoordiger van de Daily News, komen (naar Reuter seint) de volgende uitlatingen voor. De correspondent zeiU heeft opgemerkt, dat volgens von Bethmann Hollweg Engeland „het vereenigde vrije Duitschland" wil ver nietigen. Grey antwoordde We zijn nooit zoo krank zinnig geweest. Wij willen niets van dien aard. En von Bethmann Hollweg weet dat. Wij zouden blij zijn, als wij het Duitsche volk vrij zagen, gelijk wij zelf vrij willen zijn en wij de andere volken van Europa vrij willen zien. Het behoort tot de grondbeginselen van de politieke wetenschap, en de geschiedenis leert het overvloedig, dat men geen volk tot slaven kan maken. Het lukt niet. Men kan de ziel van een volk niet door bnitenlandsch despotisme of hardheid dooden. Wij denken er niet aan ons te begeven in zoo'n dwaasheid tegenover een ander volk. Wij gelooven, dat het Duitsche volk, wanneer eens de droomen van een wereldrijk, door de pangermanisten gekoesterd, vervlogen zijn, er op zal staan, dat het zijn regeering zal leiden. En daarin ligt de hoop om de vrijheid en de onafhankelijk van de naties in Europa te verwerven. Want de Duitsche democratie zal niet op oorlog komplotteeren, gelijk het Pruisische militai risme heeft gedaan om oorlog te maken, op het tijdstip dat het daartoe zou kiezen. Als de menschheid niet uit dezen oorlog leert om voortaan oorlogen t.e vermijden, is de worsteling vergeefs geweest. Bovendien komt het mij voor, dat dan de bedreiging van vernietiging over de menschheid zal hangen. En deze Is de ramp van de oorlogsmethode ten slotte niet aangetoond Industrie en handel zijn ontwrichtde lasten des levens zijn zwaar toegenomen millioenen mannen gedood een blinde internationale haat is sterker geworden. Het werk der beschouwing wordt bedreigd. Een conferentie, die wij voorstelden, of die de Tsaar voorstelde in Den Haag te houden zou het geschil in ongeveer één week beslecht hebben en al deze rampen zouden vermeden zijn. Bovendien zouden wij ver gevorderd zijn door de parmanente grondslagen te leggen voor den internationalen vrede. De corres pondent vroeg of Grey dacht, dat de onzijdigen ooit in staat zouden zijn den weg naar den vrede te helpen banen. Grey antwoordde De onrechtvaardigheid, door dezen oorlog be gaan, is niet weggenomen. De bondgenooten kunnen geen vrede dulden, die het onrecht van dezen oorlog onhersteld zijn. Soldatenlijden. In de Pall Mall Gazette beschrijft een ge wonde soldaat, die.zich thans in het hospitaal bevindt, onder hoe vreeselijke omstandigheden de Engelsche strijdmacht bij Koet-el-Amara, kort voor de overgave moesten leven en vechten „In het gevecht, waarbij ik gewond werd, hadden wij ontzettende moeilijkheden uitge staan. Wij hadden te voren een afstand van meer dan 280 kilometer gemarcheerd en onze compagnie had dien nacht de wacht, zoodat er geen tijd overbleef om te slapen. Vroeg in deu ochtend trokken wij weder verder en tegen 10 uur had het treffen met de Turken plaats. Zij openden dadelijk een vreeselijk granaatvuur op ons. Het gevecht duurde den geheelen dag, maar verminderde een weinig tegen donker. Wij hadden den geheelen dag niets te eten of te drinken gehad en waren volkomen uitgeput van vermoeidheid, daar wij twee dagen reeds geen rust hadden en den geheelen dag in de gloeiende zon hadden gevochten. Maar de moeilijkheden begonnen pas. Zoodra het donker werd, riep de majoor vrijwilligers op om naar de rivier te gaan om water te halen en ik trok dus met een troepje mannén en twee muildieren door de woestijn naar de rivier, die wij na een tocht van twee uren bereikten. Daar gingen wij uitgeput zitten en vroegen ons af of onze beenen ons terug zouden kunnen dragen. Toch strompelden wij weer voort, maar toen wij een eindje vooruitgekomen waren, werd een der muildieren door een granaat gedood en de beide waterbakken, die het gedragen had, waren stukgeschoten. Na vijf uur weg geweest te zijn, kwamen wij, in het pikdonker den weg zoekend, weer bij onze compagnie terug. Daar een gedeelte van onzen water voorraad verloren was gegaan, was er slechts een halve liter en hoegenaamd geen voedsel. Het was nu vreeselijk koud en nauwelijks waren wij een half uur terug of de Turken deden een nachtelijken aanval. Van drie zijden tegelijk vielen zij ons aan. Inderhaast groe\en wij ons in en wij sloegen den aanval af. Het was nu begonnen te regenen, wij hadden geen jassen en waren meestal in onze Khaki-hemden gekleed sommigen van ons waren half waanzinnig van de koude. Den volgenden ochtend verwarmde de zon ons een weinigwij trokken vooruit en groeven ons weer in. Tegen het aanbreken van den dag begon onze artillerie hare actie de derde dag zonder rust was aangebroken. Om twee uur 's middags kregen wij bevel om de Turken tot iederen prijs te verdrijven. Wij zetten de bajonet op het geweer en deden een charge over een 1200 meter afstands over een terrein, dat zoo vlak was als een billard. De vijand opende een vreeselijk granaat-, geweer- en mitrailleurvuur op ons. Toen wij op een 200 meter afstands van den vijand 'waren gekomen, werd mijn geweer door een ontploffenden geweerkogel getroffen, die ook door mijn hand ging en de duim bijna wegscheurde. ïk viel op mijn rug, half ver stikt door stof, zand en dorst." Duitsche Zendelingen. De Golconda met de tweede bezending uit Engelsch-Indië verdreven Duitsche zendelingen is den 18en April aan de Kaap aangekomen- De zendelingen worden in de week vóór Hemelvaart in Duitschland verwacht. Vrijgelaten Afrikaansche rebellen KAAPSTAD, 10 Mei. Er werden lieden- ochteud nog zes en twintig rebellen voorwaar delijk in vrijheid gesteld, waaronder generaal Muller, Piet Grobler, oud-lid van den Volks raad, Ds. van Broekhuizen en Van Rensburg, de z.g. profeet. Twee en twintig rebellen worden nog gevangen gehouden, onder wie generaal Kemp en Wessel Wessels. TER NEUZEN, 16 Mei 1916. Donderdag 20 Juni wordt D. V. alhier een Diaconale conferentie gehouden vanwege de diaconieën der Gereformeerde kerken in de Classis Axel. O. a. komen de volgende vraag punten aan de orde Aan wie moet de uitdeeling der gaven geschieden, en hoe ver mag en moet men niet die uitdeeling gaan Kunnen diaconiën niet meer doen ter ver lichting van het lijden van tuberculose-lijders, .zoo ja, op welke wijze Wat kan gedaan 'worden in de Classis Axel voor de oprichting van een „Tehuis" voor ouden van dagen Adviseurs voor deze Conferentie zijn Ds. Lammertsma van Axel en De Wall'e van Zaamslag. Zondagmorgen werd de gemeente der Geref. kerk alhier bekend gemaakt, dat de Wel Eer w. Heer Ds. S. Groene veld van Oen- kerk het voor de tweede maal op hem uitge brachte beroep naar deze gemeente had aan genomen. Spoedig hoopt Z.Eerw. hier zijn intrede te doen. De heer A. F. Mannaert, brief- en tele- j grambesteller alhier, heeft voorloopig de poste rijen verlaten, om zich geheel aan zijn rijwielen zaak te wijden. Daartoe ontving hij een jaar zaken-verlof. Mej. J. van Wijck van Sluiskil, thans onderwijzeres aan de chr. school te Rockanje, is benoemd als zoodanig te Honselersdijk. Door de alhier opgerichte reederij, di recteuren de heeren R. Nolson F. de Meijer, zijn nog aangekocht een stalen schoener groot 280 ton en een, groot 250 ton. De schepen zijn bestemd om te varen tusschen Nederland sche- en Oostzeehavens. Aan een landbouwer te Ter Neuzen is voor 450 de weegbrug bij het Hellegat aan den dijk van den Van Lijndonpolder, door de aandeelhouders verkocht. Hoek. Door periodieke aftreding van den dijkgraaf van den Koudenpolder werden op de voordracht geplaatst de heerenM. de Jonge, Jac. van Wijck en Joz. de Kraker. De heer Jac. van Wijck werd herbenoemd als afgevaardigde in het waterschap de Nol. Als verbetering dient te worden gemeld dat de heer F. Tollenaar van Zaamslag, Theol. cand. aan de Theol. school te Kampen, prépa ratoir geëxamineerd werd door de Classis Axel der Geref. kerken en met algemeene stemmen beroepbaar verklaard is. Zaamslag. Tot tijdelijk onderwijzer aan do Chr. school alhier (Tern, straatweg) w»»-U benoemd de lieer G. Meijer uit Ter Neuzen, die dezer dagen de acte L. O. behaalde. Zaamslag. Met verlangen wordt uitgezien, naar het in gebruiknemeu der nieuwe tramlijn. Eerst noemde men 17 Mei als datum van indienststellingnu fluistert men weer 1 Juni en een derde, die zegt er meer van te weten, beweert ste.lig, dat het niet zal zijn vóór de bietencampagne begint. Dat we nog wat ge duld zullen moeten oefenen is te begrijpen, gezien alweer de vertraging bij het leggen van het bruggetje over de Kraag. Voor den opbouw van het fundament waren o. a. ook noodig geweest [een paar groote kwartcirkel- vormige bazaltsteenen. Toen men [ze op de bestemde plaats wilde leggen, bleken ze 7 cM. te breed. Een steenhouwer moest er 6 dagen aan hakken om ze op de vereischte afmeting te brengen. Dus weer 6 dagen latei- klaar met het leggen der brug. Misschien krijgt zoodoende no. 3 toch nog gelijk. Te Hulst is door den heer Wittouck een vlasfabriek gesticht, die ten doel heeft de be werking van vlas en vlasafval. Een commissie van enkele Belgen stichtte een mandenfabriek voor export. Hulst. Burgemeester en wethouders hebben de inschrijving opengesteld op eene geldleening ad f 27.000 rentende 4V2 pCt. De leening ten behoeve der gasfabriek in deze gemeente, groot f 3500 is toegewezen ad 100 pet. tegen 4V2°/o rente. Zondagnacht om 1 uur zijn aan de Wie- lingsche haven te Cadzand drie Russische krijgsgevangenen erin geslaagd over de grens te komen. Ze waren in Knocke gekampeerd, waar ze volgens hun zeggen met nog een 300-tal anderen aan de batterijen werkten, en hadden aan de grens de kans schoon gezien onderdoor den ijzerdraad te kruipen, niettegen staande het heftig vuur der Duitsche marine- posten. Bij het zien van Hollandsche soldaten klapten ze'van blijdschap in hun handen. Een hunner droeg de orde van St. George ze waren gevangen genomen in Polen bij Lodz. Daar z(j niet in uniform waren, worden ze als gewone vluchtelingen behandeld en zijn ze door den heer Pattist te Aardenburg, ge- delegeerde voor de vluchtelingen in Zeeuwsch- Vlaanderen, onder geleide naar Rotterdam door- gezonden waar zij zich natuurlijk vrij mogen bewegen. Ook nabij Overslag zijn twee Russische krijgs gevangenen over den draad naar Nederland ge komen' Zij zijn via Neuzen naar Rotterdam vertrokken. Zondagmiddag viel nabij St. Anna ter Muiden een Duitsch militair, die een zak pas gemaaide In verband met de betreffende circulaire van den Minister van Landbouw is namens B. en W. alhier een onderzoek ingesteld om trent de financieele draagkracht van ver schillende ingezetenen en zullen, in verband met een aangenomen basis, aan een aantal ingezetenen met Juni geen nieuwe brood kaarten meer worden verstrekt.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1916 | | pagina 2