Buitenland.
Uit Stad en Provincie.
land bereid is, vetten en oliën door te laten,
welke deze industrieën noodig hebben.
Aanvaard is de voorwaarde om de uit de
fabricage als nevenproduct voortkomende
glycerine aan Engeland af te staan. Alleen
over den prijs kon men liet niet eens worden.
Engeland stelt den prijs op ongeveer 50
van den huidigen marktprijs.
Er zullen uog twee vergadering met de
N. O. T. gehouden worden. (Tel.)
DE OORLOG.
Engelsche vloot voor de Belgische kust.
Maandagmiddag te kwart over drie begon
een sterke Engelsche vloot de Belgische kust
te beschieten.
Den heelen dag was het zeer roerig in die
buurt. Dinsdagnacht te vier uur en later te
zes uur klonken zware dreuningen, vermoede
lijk afkomstig van bommen, neergeworpen door
vliegers. Van de Walchersche kust was het
springen der op de vliegers afgeschoten gra
naten te zien.
Later op den morgen verschenen in het
zicht der Walchersche kust een aantal En
gelsche torpedo-booten, die op verschillende
plaatsen door boeien met vlaggen de grens
van onze territoriale wateren aangaven. Onze
eigen oorlogsschepen voeren voortdurend heen
en weer binnen de grens.
Uit Westkapelle en Domburg waren na den
middag een groot aantal, blijkbaar eenige
tientallen oorlogsschepen, aan den horizon
waarneembaar. Het was eerst te nevelig om
ze duidelijk te onderscheiden. Later werd
het helderder.
Tegen drie uur stoomden ze in de richting
van de Belgische kust, en openden ze het
vuur daarop.
Van uit genoemde plaatsen was het vuren
duidelijk te zien. De booten zelf waren nau
welijks zichtbaar, gehuld als ze spoedig waren
in den nevel [en in den zwarten rook uit de
schoorsteenen. Maar telkens zag men, hoewel
het helder daglicht was, en de booten op zeer
grooten afstand waren, de vuurvlammen dei-
schoten.
Al schietende naderde de vloot meer en
meer de Belgische kust. Na vijven vermin
derde het schieten in hevigheid.
Vooral op den Iloogen Hil in Domburg was
het zwart van toeschouwers, die met spanning
het merkwaardige tooneel gadesloegen.
We willen hier nog enkele mededeelingen
aan toevoegen, schrijft de.Middelb. Crt verder.
Vóór de kanonnade 's middags begon werd
er een vlieger waargenomen.
Ook aan de Belgische kust zag men de
vuurvlammen van kanonschoten, vermoedelijk
van Duitsche kustbatterijen. Maar volgens
sommigen werden daar ook oorlogsschepen
waargenomen. Waren het Duitsche torpedo
booten of kanonneerbooten
Over de resultaten van de beschieting was
van de Belgische kust niets waar te nemen.
Daarvoor was het te nevelig en waren de
schepen op te grooten afstand. Wellicht dat
de bemanning van de patrouilleerende Neder-
landscbe oorlogsschepen er meer van gezien
heeft, want die waren veel dichter bij.
Gedurende den heelen strijd was de Duit
sche kabelballon bij Knocke in de lucht. Maar
die is in de laatste weken bijna voortdurend
zichtbaar.
Wat het doel dezer actie is geweest, valt
slechts te gissen. Een poging tot landing was
het blijkbaar niet. Wel was het te heiig om
uit te maken of er al "of niet transportschepen
waren, maar van Domburg uit waren aan de
horizon alleen silhouetten te zien van blijkbaar
kleinere booten. Ten Noorden van de schie
tende schepen voeren een aantal dier kleinere
schepen heen en weer vermoedelijk torpedo
booten die aan die zijde het terrein verkenden.
Alleen de Engelsche admiraliteit kan ver
klaren of de bedoeling was de kustverster-
kingen te vernielen, of wel door het uitlokken
van vuur der Duitsche kustbatterijen, de plaats
te weten te komen waar die zich bevinden.
Gisterenochtend in de vroegte werd weer
kanongedreun gehoord. Maar slechts voor
korten tijd.
Beschieting van de Belgische kust.
Men meldde Maandagnamiddag uit Vlissin-
gen
De Belgische kust is tusschen 3 en 4 uur
vanmiddag hevig gebombardeerd van zee uit.
De oorlogsschepen waren door kijkeis zicht
baar. Dikke rookbanken hingen aan den
horizon. Daartusschen waren goed zichtbaar
witte wolken van barstende projectielen. De
vlammen uit de kustbatterijen waren ook
zichtbaar.
Yan andere zijde meldde men uit Vlissingen
Nadat in den afgeloopen nacht velen door
hevig schieten in hun slaap waren gestoord
en het springen van granaten goed zichtbaar
was, werd na een vrij stillen morgen heden
middag opnieuw een ongekend hevig schieten
waargenomen van bijzonder langen duur. De
schoten volgden elkaar bijna zonder ophouden
op. Honderden op den boulevard zagen zelfs
bij dag de lichtstralen der projectielen.
N. R. C.
Vervoer van troepen en kanonnen.
Men deelt aan de N. R. C. mede
De laatste dagen is het reizigersverkeer
naar en van België zeer beperkt. Er worden
slechts heel enkele passen verleend. Reden
is het kolossale vervoer, niet alleen van troe
pen, maar ook van kanonnen en munitie voor
liet westelijke front.
Russische troepen in Frankrijk.
De Russische soldaten die te Marseille zijn
geland, hebben de reis gemaakt met. de Hima
laya en de Amiral Latouche-Treville. Ze
werden door kruisers begeleid. De correspon
dent der Corriere della Sera meldt dat het
keurtroepen zijn, die zich onderscheiden hebben
in Galicië en Polen. Hun aantal is echter
gering en hun verschijning heeft dan ook geen
andere beteekenis dan die van een betooging
van de eenheid der bondgenooten. Tengevolge
van storm in de Middellandsche Zee is de
aankomst aanmerkelijk vertraagd.
De militaire medewerker der Corriere be
weert dat de aangekomen Russen het contin
gent vormen, dat den vorigen winter in
Bessarabië werd saamgetrokken, oorspronkelijk
voor Saloniki was bestemd, door zijn ver
schijning de Russisch gezinden in Bulgarije in
opstand bracht en daarna bestemd was de
Frausch-Engelsche bezetting te Saloniki met
het oog op een aanval der Duitschers te
versterken. Hij berekent dat zij over land
8600 kilometer hebben afgelegd, namelijk van
Odessa tot Wladiwostok, en daarna over zee
via Suez nog 16,500 kilometer, waarover zij
ongeveer 3 maanden moeten hebben gedaan.
De Russen voeren slechts de allernoodzake
lijkste uitrusting mee. Frankrijk zorgt voor
de rest.
Een medewerker van de Franl furter Zei-
tung veronderstelt dat de Parijsche conferentie
de bestemming van de Russen heeft veranderd
en besloten ze in plaats van naar Saloniki,
waar ze na de aankomst van het Üardanellen-
korps niet meer noodig waren, naar Frankrijk
over te brengen.
De Temps zegt onomwonden dat de komst
der Russen geen strategische beteekenis heeft,
slechts een betooging van Rusland is voor de
eensgezindheid der bondgenooten. Ook het
Journal merkt op dat deze troepenzending
geen versterking beteekent en herinnert er
aan dat het Russische leger behalve Fransche
artilleristen, ook Fransche militaire genees-
heeren en Fransche vliegers in zijn midden
heeft.
Volgens het Lyonsche blad La Nouvelliste
zijn andere Russische afdeelingen reeds eeni-
gen tijd geleden in Engeland aangekomen,
vanwaar zij over Havre naar het Fransche
front werden gezonden. (N. R. C.)
Van het gevechtsterrein in Mesopotamië.
KONSTANTINOPEL, 23 April. (Wolff.) Of
ficieel. De aanvallen van den vijand op onze
stelling Breitissa is gemakkelijk afgeslagen.
Van den 21en tot den middag van den 22en
beschoot de vijand tusschenpoozend onze stel
lingen van Fellahie op den linker Tigris-oever.
Tegen den middag versterkte hij de beschie
ting en deed terstond daarop op dit front een
aanval met een troepenmacht, die op een
halve divisie geschat werd. Onze reserve
troepen deden echter .onmiddellijk een hevigen
tegenaanval op de aanvallende vijandelijke
kolounes. Na een gevecht met de bajonet
van twee uur liet de vijand ongeveer twee
duizend dooden op het slagveld liggen en werd
gedwongen al vluchtende naar zijn oude stel
lingen terug te keeren. De verliezen van den
vijand gedurende den slag van 22 dezer heb
ben meer dan drieduizend man bedragen.
Onze verliezen waren onbeduidend Bij Koet-
el-Amara is de toestand overanderd.
KONSTANTINOPEL, 24 April (Wolff.) Of
ficieel. Wij konden den in den slag van den
22en dezer verslagen vijand tengevolge van
het wassen van den Tigris op sommige plaat
sen niet achtervolgen. Gisteren heeft de vij
and bij Fellahie zonder uitwerking onze stel
lingen beschoten. Eenigen onzer manschappen
hebben onder bezel van een officier een aan
val gedaan op met handgranaten gewapende
vijandelijke soldaten, die een deel van onze
stellingen bij Beitissa op den rechteroever
hadden kunnen naderenonze manschappen
doodden hen en maakten vijftien kisten met
granaten buit.
Bij Koel-el-Amara vluchtte de bevolking al
zwemmende naar ons toe.
Aan de overige fronten geen gewichtige
gebeurtenissen.
Een Japansch-Russisch verdrag.
KEULEN, 21 April. (V. D.) Uit Kopen
hagen wordt aan de „Kölnische Zeitung" ge
seind
Naar het Moskousche blad „Russkoje Slowo"
uit Tokio verneemt, deelt het Japansche blad
„Nischi Nischi" mede, dat Japan en Rusland
de volgende overeenkomst hebben gesloten
Rusland zal aan Japan de Chineesche baan
met dubbelspoor van Isjantsjoeng tot in de
nabijheid van Charbin afstaan, waartegen Ja
pan'zich zal verplichten Rusland met wapens
en voorraden munitie -gedurende den oorlog
bij te staan, zooveel er maar geproduceerd
kunnen worden. Ten opzichte van maatregelen
die Japan in China zal nemen, wordt aan
Japan de medewerking van Rusland toegezegd.
De Duitsch-Amerikaansche verwikkelingen.
BERLIJN, 22 April. (Korr. Nordeu). De
Amerikaansche nota is het onderwerp van
langdurige en uitvoerige beraadslagingen der
regeeringen. De rijkskanselier is naar het
hoofdkwartier vertrokken om met den keizer
te overleggen.
Het Duitsche antwoord zal waarschijnlijk
pas binnen eenige dagen kunnen worden af
gezonden, misschien eerst tegen het eind der
volgende week. Hoe het antwoord zal uit
vallen is nog niet bekend, doch men neemt
vrij algemeen aan, dat de regeering zich zal
blijven stellen op het standpunt, dat in de
rede van den rijkskanselier is uiteengezet.
De stemming van het volk ten opzichte van
de verscherping van den toestand is ernstig,
doch vol vertrouwen in de regeering, diejmet
de billijke eischen der onzijdige staten reke
ning zai houden, doch de waardigheid van
het Duitsche rijk ook zal weten hoog te hou
den. Niemand wenscht oorlog met Amerika,
maar evenmin een vtede ten koste van on
voorwaardelijke onderwerping aan eischen, die
algemeen overdreven worden geacht.
Duitschland—Amerika.
Eenige concessies
WASHINGTON, 24 April (Reuter). Gister
avond zijn telegrammen ontvangen .van den
Amerikaanschen gezant te Berlijn, Gerard.
Zij hadden de strekking, dat Duitschland be
reid is zekere concessies te doen. Het heeft
echter de moeilijkheid op te lossen de Ver-
eenigde Staten tevreden te stellen, zonder de
Duitsche openbare meening te prikkelen.
De ambtenaren van het departement van
Staat, die kennis dragen van vorige Duitsche
„concessies" blijven een voorzichtige houding
bewaren.
Hoogstens een dozijn
Nog eens de Sussex.
Wolff seint uit Berlijn
De Zwitsersche journalist Johann Niederöst,
die jarenlang iu Engeland aan Engelsche en
Amerikaansche bladen heeft meegewerkt, be
hoort tot de geredde passagiers van de Sussex.
Hij heeft zijn ervaringen bij de scheepsramp
beschreven in de Berner Bund van 2 April en
deze mededeelingen thans aangevuld met de
navolgende gegevens, welker juistheid en
waarheid hij bij notarieelc akte verklaard
heeft onder eede te willen bevestigen.
Niederöst verteltOp den dag van het on
geval sprak geen enkele passagier er over dat
het schip ten offer zou zijn gevallen aan een
torpedo. Eerst den volgenden dag meenden
verschillende menschen alle mogelijke dingen
als torpedo's, duikbooten, te hebben gezien.
De ontploffing geschiedde aan de voorplecht.
Ik heb samen met scheepsmachinisten de
plaats waar het schip getroffen werd bezichtigd.
Aan den boeg, een voet boven den water
spiegel, was het schip over een afstand van
ongeveer 10 tot 12 voet overschuins openge
scheurd, terwijl de eetsalon van de eerste
klasse was vernield. Ware er geen paniek
aan boord uitgebroken, dan zouden slechts
ongeveer 14 of 16 passagiers eerste klasse zijn
omgekomen. De mannen van het schip die
met mij het lek bezichtigden, lieten zich uit,
dat het ongeluk slechts door een mijn kon zijn
ontstaan en dat er aan een torpedo bezwaarlijk
kon worden gedacht. Want was er sprake
van een torp.edoschot, dan was het een slecht
schot geweest, zoodat de betrokken duikboot
een tweede zou hebben nagezonden.
Van de Sussex ben ik op de Engelsche
torpedoboot Afrig naar Dover teruggebracht.
Aan boord liet ik mij in een gesprek uit dat
de Sussex naar de meening van de leden der
bemanning zelf niet door een torpedo, doch
door een mijn was getroffen. Mijn uiting moet
ter kennis zijn gebracht van de autoriteiten.
Mijn papieren werden althans te Folkestone,
waarheen ik mij van Dover moest begeven,
achtergehouden. Te Folkestone werd ik op
het bureau van den generalen staf eerst door
een Engelschen adjudant ondervraagd. Ik gaf
hem een uitvoerige beschrijving van de toe
dracht van de ramp. Later kwam de gene
raal in de kamer, zoomede de Fransche consul-
generaal. Men ondervroeg mij over de oorzaak
van de ramp. Ik zeide dat er naar mijn
meening een mijnontploffing had plaats ge
vonden en gaf daarvoor mijn redenen op. De
generaal viel mij scherp in de rede en zeide
„Iedereen is het er over eens dat het een
torpedo was, en u zegt dat het een mijn is
De heeren beraadslaagden nu ongeveer een
half uur lang buiten mijn tegenwoordigheid.
Daarna werd ik naar het bureau van de ge
heime politie gebracht, waarheen de boven
genoemde adjudant ons volgde en waar ik de
met roode inkt geschreven verklaring teekende,
„dat naar mijn meening de Sussex was ge
torpedeerd". Ik legde op '26 Maart deze ver
klaring af, alleen om vrij te komen, hoewel
ik in werkelijkheid deze waarneming niet had
gedaan. Op 27 Maart kwam ik te Boulogne
aan en werd daar door een Engelschen de
tective ontvangen. De majoor op het Intel
ligence Office te Boulogne eischte dat ik mijn
te Boulogne afgelegde schriftelijke verklaring
voor een Fransch notaris zou beëedigen. Ik
moest voor den notaris herhalen dat mijn te
Folkestone afgelegde verklaring juist was,
moest deze verklaring onderteekenen en be
ëedigen. Eerst nadat dit was geschied, mocht
ik de reis naar Zwitserland voortzetten.
Onder de passagiers van de Sussex waren
verscheidene soldaten in uniform. Ik herinner
mij met zekerheid dat er een paar Belgische
soldaten onder waren, een Belgisch officier,
twee of drie Engelsche en twee Fransche
soldaten.
TER NEUZEN, 26 April 1916.
Bruinbrood.
De Burgemeester '.van Ter Neuzen, uitvoe
ring gevende aan een schrijven van den Mi
nister van Landbouw, Nijverheid en Handel
van 20 April jl. brengt ter algemeene kennis
lo. dat de hoofden van gezinnen die een
kaart ter bekoming van goedkoop brood wen-
schen, deze kaart persoonlijk moeten af
halen dan het broodbureau (voormalige on
derwijzerswoning op Java).
2e. dat onder geen omstandigheden Witte
brood, waaronder ook is te verstaan klein
wittebrood en beschuitbollen, gebakken mag
worden. Het bakken van beschuit kan worden
voortgezet.
3e. Het zoogenaamde Loonbakken door
bakkers voor particulieren wordt verboden
met ingang van 24 April 1916.
4e. Na 23 April zal al het bruinbrood, ook dat
wat niet op broodkaarten verkrijgbaar wordt
gesteld, uitsluitend worden gebakken van on-
gebuild meel en zal daaraan in geen geval
bloem mogen worden toegevoegd.
5e. Door mij zal een controleregeling wor
den vastgesteld voor het bakken van witte
brood ten behoeve van hen die zulks op me
disch advies behoeven.
Eerst na de invoering dezer regeling mag
wittebrood worden verstrekt.
6e. De bakkers worden gewaarschuwd
zonder buitengewone dringende noodzakelijk
heid, als gevolg van het tijdelijk niet bakken
van wittebrood, personeel te ontslaan.
7e. Het voederen aan vee van bloem of
meel, zoowel van inlandsche als van regee-
ringstarwe is verboden.
De Paasclidagen zijn wederom voorbij.
Prachtig weder werd o(ns geschonken. Zeer
onder den indruk van het wereldgebeuren,
verkeerden echter velen. In onze stad was
het een kermis gelijk. Een stoomdraaimolen
met een groot orgel er in geplaatst had toe
stemming van den burgemeester gekregen om
te draaien. In de café's muziek en dans, op
straat draaiorgels, doch ook op straat een
schreeuwen en tieren. In een danszaal brak
een meisje al dansende haar been. Maandag
is er zéér veel volk in onze stad geweest.
Vele inwoners vonden dit kermisvertoon in
deze tijden vooral, dieptreurig en menig ouder
paar zeer onaangenaam met het oog op hunne
kinderen. Men danste en dronk terwijl men
de kanonnen van de oorlogschepen hoorde.
Wat, een sterke tegenstelling!
Zondagmiddag na afloop van de gods
dienstoefening werd door de gemeente der
Geref. kerk alhier het voorstel van den kerke-
raad om Ds Groeneveld van Oenkerk voor
de tweede maal te beroepen, met groote meer
derheid aangenomen. De goedkeuring van de
Classis, die 11 Mei hoopt te vergaderen, wordt
alsdan ingewacht.
De heeren P. de Feijter te Woerden en
G. J. van der Bent te Nieuw Helvoet, beiden
van Ter Neuzen, zijn benoemd tot onderwijzer
aan de openbare lagere school te Rotterdam.
Benoemd tot onderwijzer aan de openbare
lagere school te Amsterdam, de heer C. J.
Bakker te Sliedrecht, eveneens van Ter Neuzen.
Sluiskil. Aan de christelijke school alhier
is tot volontair onderwijzer benoemd de heer
A. Jansen, van Driewegen.
Gisterenavond was een Zeppelin waar te
nemen, die zich waarschijnlijk boven Belgisch
grondgebied langs de grens bewoog.
Spui. De ring „Zeeuwsch-Vlaanderen" der
Gereformeerde Jongelingsvereenigingen hield
gisteren (Dinsdag) z.iju vergadering alhier in
de Chr. school.
Tot voorzitter, in plaats van den heer C. van
Alten, van Hoek, die bedankte, werd gekozen
de lieer G. den Deurwaarder, van Axel.
Door penningmeester en secretaris werden
de gewone verslagen uitgebracht.
Na afloop daarvan werden een drietal in
leidingen geleverd. Vriend Van Drongelen
(Spui) sprak over„Tweeërlei levensbeschou
wing" vriend v. d. Broeke (Axel) over
„Verschillende typen op de Jongelingsvereeni-
ging"terwijl vriend J. Verlinde (Zaamslag)
het onderwerp behandelde „Het maken van
inleidingen op de J. V."
Op deze onderwerpen volgde een aangename
bespreking.
Als plaats voor de volgende ringvergadering
werd aangewezen Oostburg. Deze vergadering
zal D. V. gehouden worden op Hemelvaartsdag.
Na afloop der bijeenkomst werd de „ring-
maaltijd" genuttigd en te ongeveer half zes
ging de vergadering, die te twee uur was
aangevangen, uiteen.
Axel. Woensdag geraakte de heer Ph. J.
v. Dixhoorn met zijn auto aan den Nieuw en-
dijk door het niet behoorlijk uitwijken van
een tegenkomenden wagen, in een sloot. De
auto werdt belangrijk beschadigd. Van de
inzittenden werden twee licht en een zwaar
verwond.
Roda Roda, de bekende oorlogscorrespon
dent van de Neue Freie Presse, heeft generaal
Sjekof, den opperbevelhebber van het Bul-
gaarsche leger, gesproken. Deze verklaarde
dat het oorlogsdoel van Bulgarije in alle op
zichten hetzelfde is als van zijn bondgenooten.
Hij geloofde niet dat zich nog iemand bij de
entente zou aansluiten en was overtuigd dat
Roemenië in elk geval onzijdig zou blijven.
Op een vraag naar den duur van den oorlog,
antwoordde Sjekof„de aanstaande zomer zal
ons een eervollen vrede brengen. Alle oorlog
voerende volken verlangen vredeer zijn
hoogstens een dozijn menschen die nog door
willen vechten en men kan ze bij name noemen
Briand, Poincaré, Grey, Sonniuo, Salandra,
Iswolsky, Sasonof, die ofschoon zij beseffen
hun spel verloren te hebben, nog alles op één
kaart willen zetten om de bank die sedert
maanden steeds gewonnen heeft te laten
springen."