Antirevolutionair voor nieuws- en Advertentieblad Zeeland. 1 Uit de Pers. F E U IL L E T 0 i\. Binnenland. No. 1308. Woensdag 8 Maart 1916 13* Jaargang. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,—. Franco per post: voor Nederland ƒ1,10. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, I ostdirec- teuren en Brievengaarders. Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op Feestdagen, bij den Uitgever D. H. LITTGQIJ Az, te IT.R NEUZEN. ADVERTENTIEN: Van 1 4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DË RED AC REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIËN TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER. Alle stukken voor de redactie be stemd, te zenden aan den Uilgever, Vlooswijkstraat 21, Ter Neuzen, met vermel ding: „Aan de Redactie." Aanname van Advertentiën tot 1 uur op den dag der uitgave. zich ook Watersnood. Op verzoek van onzen uitgever, die voor de opzending der ontvangen giften naar het Alg. Watersnood Comité zorgde, doelen wij mede, dat door hem van den heer E. Sillem namens voornoemd Comité kwitantie is ontvangen van de verzonden som, gelijk die in ons vorig nommer is vermeld. Een begeleidend schrijven bevatte den dank der Commissie en de mededeeling dat het bedrag volgens de aangegeven bestemming zal worden besteed. Z. Y Schiermonnikoog. Met vriendelijken dank vermelden wij weder eenige giften. Ds. Hasper. schreef ons, dat nog f 40tX) noodig zijn. In een volgend nummer hopen wij die noodzakelijkheid nog nader aan te toonen. De belangstelling der kleine linksehe pers, ten minste van sommige dier organen, in de zaak van Schiermonnikoog blijft enorm. Ook de groote stelt ongemeen veel belang in de zaak. Altemaal belangstelling, die ons, betrekkelijk, weinig baat brengt. Toone ons belijdend volksdeel z(jn hartelijke sympathie en daadwerkelijken steun. We ontvingen: van Wed v. L. f2,50; van N. N. f 1,— van A. A. R. f 10van L. f 1,—. Totaal met het vroeger verantwoorde f 144,70. Z. Art. 8o en art. 192. Onder liet opschriftTot meedoen buiten staat'', constateert „De Standaard" In de Afdeelingen der Tweede Kamer zal men dan nu o. a. het ontwerp, dat voor de Grondwetsherziening is ingediend, voor liet Voorloopig Verslag in behandeling gaan nemen. Kan daaraan nu in de Afdeelingen ook deel nemen, wie ganschelijk van geen Grondwets herziening alleen in zake liet Kiesrecht weten wil Duidelijk heeft de Voorzitter van onze Club het uitgesproken, dat de Anti-revolutionairen Uit jonge Jaren. bedaar toch, je lijkt wel mal," ver- op haar allerlijzerigsten teemtoon over geen revisie van Artikel 80 c.s. maar kunnen uitspreken, tenzij gelijktijdig 111 behandeling kome de revisie van Art. 19l der Grondwet. Wel op zichzelf, natuurlijk. Ook wij toch hebben onze studiën over liet Kiesrechtvraagstuk sinds 1870 doorgemaakt, weten uitnemend wel, wat koers we dit vraagstuk uit wenschen tc sturen. Meer nog, voor zoover we tot eenige concessie bereid waren, is dit duidelijk aangegeven in het Concept voor Art. 80, dat door Minister Heemskerk in zijn project was opgenomen. We verschuilen ons dus in het minst niet. Thans echter geldt 't een ganscli ander geval. Thans wil men ons een compromis voor leggen. Ons zal men een concessie doen' rakende artikel 192, en daartegenover verlangt men van ons, dat wij dan een concessie zullen doen in zake liet kiesrecht. Er komt derhalve sprake van een vergelijk. Er wordt aangestuurd op een accoord. Men wil dat we saam een ruil zullen aangaan. Doch hoe ter wereld wil men nu, dat wij in de Afdeelingen over den éénen term van het accoord ons zullen uitlaten, zoolang men in gebreke blijft,.ons den anderen term, be hoorlijk geformuleerd, voorteleggen Als 't een rechte balans zal geven, kan men niet de ééne schaal vullen, en de andere leeg laten. Om te kunnen beoordeelen, of het ééne tegen het andere opweegt, moeten beide schalen tegelijk gevuld voor ons hangen. "Zoo alleen kan men teooodeelen, of de balans er door op waterpas komt te staan. De Invaliditeitswet. „De Standaard" merkt op Y -De drie jaren. De invaliditeitswetten vroegen respijt voor uitwerking en worden er dit zes. Doch wat beteekent nu dit uitstel V Oorspronkelijk hield deze bepaling der drie jaren in, dat 111 die drie jaren hard gewerkt zou worden, zonder oponthoud en verpoozing hard doorgewerkt zou worden, om te bewer ken, dat, waren die drie jaren om, 't dan ook alles als vanzelf vlot loopen zou. Bedoeld was niet een drietal jaren pauze. Een drietal jaren van nietsdoen, om 't zoo eens aan te zien. Niets hiervan, het zouden drie jaren van harden, stoeren arbeid zijn. En als die drie jaar om waren, zou in De cember 1916 het gaaf afgetuigde scheepke, met een slier en hoera van stapel loopen. Nu echter zijn er drie jaar voor goed wog, zonder dat er ook maar iets op stapel is gezet. drie jaren invoering. Nu 21) „Kind, maande Pietje. Bertha nam er niet de minste notitie van. „Vin-je ze niet prachtig, zeg? Kijk eens, die van het Suez-kanaalen die andere van Genua, die is eigenlijk nóg mooier hé. Ik wou, dat er eens een van Napels kwam met den Vesuvius er op, daar heeft de meester net van verteld rammelde zo door. „Kind," kwam Pietje weer, (als ze al haar minachting in één woord wou belichamen, zei ze altijd kind",) „ze zijn toch niet voor jou. Ze zijn toch maar voor hèm Moeder was achter in de keuken. „Och tante, zeur niet bitste Bertha. „Kan ik de kaarten toch zeker mooi vinden, als ik wil, hé?" 't Is nog al wat bijzonders ook," sarde Pietje terug, „op d<? Zaterdagavojidmarkt in de stad koop je ze twaalf voor een dubbeltje." Dat maakte Bertus wat kregel. Waarom moest ze op vaders mooie kaarten schimpen Niets dan jaloerschheidze is altijd zoo stekelig. Een scherp woord lei hem al op de lippenmaar hij bedwong zich de kaarten voerden zijn gedachten terug naar wat den vorigen avond was voorgevallennaar het geen hij vannacht had beraamd, n.l., om aan Keetje Brand eenige van de mooiste kaarten te geven. En de heele geschiedenis stond hem weer helder voor den geest. Neen, nu weer niet zoo driftig, zoo oploopend zijn liever Pietje laten praten. Maar Bertha diende al van antwoord op Pietjes stekelig gezegde. „We zullen jou op een ansicht zetten," zei ze, en dan verkoopen we jou twaalf vooreen dubbeltje." Pats Pietje, in furie, diende haar liefhebbend zusje een oorvijg toe, die klonk. „Da 's valsch," riep Bertus. „Ik heb met jou mks te maken, hoor beet Pietje hem toe. Hier werd ze in haar minzame toespraak gestoord, want Bertha diende haar een paar klappen toe, waarin de intrest van den oorvijg op volle honderd percent was berekend. Het was misschien een formeele vechtpartij geworden, maar gelukkig kwam juffrouw Van Men heeft met zijn handen die drie jaar in zijn haar gezeten. Men heeft allerlei heel andere plannen op 't papier gebracht. Men is aan het gissen en missen gegaan. En als straks die drie jaren geheel 0111 zijn, is er nog niets, is men precies even ver als men in 1913 was, en moet alles van meet af weer nieuw opgezet. Nu goed. Dit is nu eenmaal zoo. In 't passen en meten zijn drie jaar versleten. En er zat nu wel niets anders op, dan dat men weer drie jaar nam als tweede termijn. Alleen maar, nu zou men toch verwacht hebben, dat men, door zijn slordig verspeeld verleden geleerd, dan nu ook met bezielden ijver het eigenlijke werk zou begonnen hebben. Én het vreemde is nu maar, dat 't thans al den schijn heeft, alsof men nu weer drie jaar bestemd heeft, aiet om voort tc werken, maar weer drie jaar 0111 nogmaals te apengapen. en niets doende af te wachten, hoe 't nu loopen zal. In 1913 was met die drie jaar van '13—'16 zeer zeker ook bedoeld, dat de Tariefwet in middels tot stand zou komen. Als toch het scheepken van stapel liep, moest 't betaald en moest er geld zijn. Bij 't ingaan van de periode die met 1913 begon, had daarom onverwijld, grif en gul, de toebeschikking van het noodige geld moe ten zijn afgekomen en althans in December 1916 liad dan dit geld er moeten zijn. Ook hiervan echer hoort men weer niets. Treub had er zijn plan voor klaar, en wilde zekeyheid hebben. Nu ging Treub, en kwam Van Gijn. Die laat Treubs plan van zelf los. Doch dan staat nu ook alles weer op losse schroeven. Immers de Ouderdomsrente, ook al kreeg men die er door, geeft nog lang niet, wat voor de invoering en uitvoering van alle Invaliditeitsbepalingen van noode is. Mijn God is goed. Want Gij zijt goed! Vaak mocht ik dit ervaren: wanneer ik, stug en trouwloos, U begaf, dan wildet Gij, de trouwe, mij bewaren, trokt Gij van mij Cw liefdehart niet af. En bad ik weer Gij wildet mij verhooren, hergaaft me Uw heil, Uw vreugd, Uw zoeten vree mijn stem, ik voelde 't, drong diep in Uwe ooren, Gij deeldet mij Uw Heiigen Geest weer mee. En daarom kan en zal ik steeds getuigen Mijn God is goed, barmhartig en getrouw der Steen juist de kamer in. „Wat nu weer?" zei ze; en ze zuchtte. Bertha hield natuurlijk op en bleef mokkend staan. Pietje begon al temende een over Bertha's boosheden. ,,'t Staat jullie aardig, dat moet ik zeggen twee zusjes en zóó met elkaar om te gaan. Pietje ga aan je werk en Bertha, houd je handen thuis. Pietje keerde als een gekwetste majesteit moeder, Bertha en Bertus den rug toe en ging in een hoek van de kamer zitten pruilen. Bertus had zijn album gehaald, 0111 er de prentbriefkaarten in te steken. Uit bijna alle oorden der wereld bezat hij er nu reeds. Dij was al begonnen te verzamelen, toen Moeder nog leefde en als hij van voren aan den album weer eens doorkeek, kwam hem onwillekeurig de heerlijke tijd weer voor den geest, toen hij met moeder samen de kaarten éen voor éen naging, en ze met elkander praatten over vader, over zijn schip, zijn reizen, zijn thuis komst. Bertha kwam naast hem zitten. Ze lei haar arm vertrouwelijk 0111 zijn hals. De booze bui was alweer voorbij. „Wat vin-jij de mooiste? Die?" „Nee, deze maar als je mocht kiezen, welke zou je dan nemen lang verhaal Ach, dat een elk zich voor Hem wilde buigen, ach, dat een elk de Zijne wezen wou („Rotterdammer.") NELLIE VAN KOL. WATERSNOOD. De Algemeene Vereenigde Commissie ter Leniging van Rampen door Watersnood in Nederland had Zaterdag in totaal f2,240,662,271/;! ontvangen. OPKOMST MILITIE EN LANDSTORM. Naar wij vernemen ligt het in het voor nemen, 0111 de dienstplichtigen van de militie, lichting 1916, toegewezen aan de lie batal jons of aan het tweede gedeelte van den genie-autodienst, ter inlijving op te roepen in liet tijdvak van 16 20 April e. k. De voor- geoeféndeu worden twee maanden later inge lijfd. Alleen om zeer gewichtige redenen (ook studiebelangen) kan uitstel van eerste oefening worden verleend. De dienstplichtigen van den landstorm, jaarklasse 1911, zullen als volgt worden op geroepen Zij, die bestemd zijn voor de genie ten deele omstreeks 20 April en overigens om streeks 31 Mei e. k.; zij, die bestemd zijn voor de infanterie ten deele omstreeks 31 Mei en overigens om streeks 10 Juli e.k. zij, die bestemd zijn voor den autodienst, omstreeks 31 Mei e.k. zij, die bestemd zijn voor de vestingartillerie omstreeks Juli e.k. zij, die bestemd zijn voor de wielrijders, omstreeks 20 April e.k. EEN LEGENDE MINDER. Geen geheim tractaat tusschen Nederland en Duitse h land. In de Eerste Kamer heeft de heer Van der Feltz aan de Regeering gevraagd, wat er nu eigenlijk waar was van de nog steeds loopende geruchten over een geheim tractaat tusschen ons land en Duitschlaud. Minister Loudon heeft daarop een verkla ring afgelegd, die ongeveer als volgt luidde Het doet mij genoegen, dat ik thans in de gelegenheid wórdt gesteld, mij over dit punt uit te laten. Ik heb daarnaar al lang verlangd. Met de meeste stelligheid en met de meeste beslistheid wenscli ik thans te verklaren, dat een geheim verbond, een geheim tractaat. of een geheime afspraak met Duitschlaud niet bestaat en nooit heeft bestaan Ook kan ik meedeelen, dat daarover nimmer eenige onder handeling is gevoerd. „o, Die en die en „Je zou ze toch allemaal niet willen hebben", lachte Bertus. „Op ééntje na natuurlijk. Ééntje zou jij er mogen houden," schertste Bertus terug. „Nee lieusch, Ber, welke zou je graag willen hebben. Je mag er drie uitkiezen." „Och, ik heb immers zélf een album zei Bertha. „Ja, maar nu moet je tóch eens zeggen, welke je de mooiste vindt, al moet je ze niet hebben." „Waarom?" Ze praatten zachtjes en heel vertrouwelijk. Bertus' stem daalde nog. „Ik wou een paar heel mooie aan Keetje Brand gevenje weet wel, dat ongelukkige meisje van den schoenmaker." „Cor z'n zusje „Ja." „Waarom „Omdat,omdat ik gisterenavond Bertha," klonk haar moeders stem, „je moet stiaks de schoenen van Jan eens weg brengen naar Brandhij moet er nieuwe zolen op zetten. „Ja, moe dadelijk al „Nu, je mag nog wel een oogenblikje wachten, als je het dan maar niet vergeet, hoor (Wordt vervolgd.) vól, Inzending van advertentiën vóór uren op den dag der uitgave. DOOK ZELAN01A. Nadruk verboden.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1916 | | pagina 1