Antirevolutionair voor nieuws- en Advertentieblad Zeeland. FEUILLETON. Uit (le Pers. Woensdag 15 December 1915. No. 1284. Uit'jonge Jaren. 13® Jaargang. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,Franco per post: voor Nederland ƒ1,10. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec teuren en Brievengaarders. Dit blad verschijnt Dinsdag= en Vrijdagavond, uitgezonderd op Feestdagen, bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN. Inzending van advertentiën vóór uren op den dag der uitgave. ADVERTENTIEN: Van 1—4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Qrootere letters worden naar plaatsruimte berekend. INGEZONDEN STEKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIËN TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER. Alle stukken voor de redactie be stemd, te zenden aan den Uitgever, Vlooswijkstraat 21, Ter Neuzen, met vermel ding „Aan de Redactie." Aanname van Advertentiën tot 1 uur op den dag der uitgave. V Niets meer dan recht. Is de beloofde „pacificatie" op onderwijs gebied een kluifje die Links wel zoo vriendelijk zal willen wezen aan de Rechtsche partijen toe te werpen En moeten die dan maar gauw „koest wezen. Opzitten en pootjes geven? Immers neen De kwestie van bevrediging op onderwijs gebied is een kwestie van recht-doen. Rechts denkt er niet aan, dat recht te koopen. Slaagt de commissie in haar pogen, dan mogen allereerst, gelijk de lieer Lobman op merkte, de mannen van Links blij zijn, want dan hebben zij recht gedaan. Bovendien verdwijnt dan, zoo vervolgde het zelfde kamerlid, een punt van vereemging voor de Rechterzijde, wat een indirect voordeel voor de overzijde is. En in de derde plaats zal het onderwijs er door verbeterd kunnen worden. Waarom zou Rechts dan, indien niets meer dan de rechtvaardigheid wordt betracht, zoo bijzonder tegemoetkomend moeten zijn tegen over ontwerpen van Wet, die tegen ons be ginsel indruischen De heer Schaper zei het immers zoo juist herziening van art. 192 is een recht doen. En een recht koopt men niet. V „Vrederust" en zijn Kerkgebouw. De Vereeniging tot Clir. Verzorging van Krankzinnigen in Zeeland heeft tot alle chris tenen in Zeeland een oproeping gericht om mêe te werken aan den arbeid tot Kerkbouw op onze Stichting. p^_ houten hulpkerk is caduc en te klein ge!*f5fti. Zij diende dan ook alleen als hulpmiddel, om in tijdelijke behoefte te vooi- zien. Maar nu de Stichting de voltooiing nadert op 't oogenblik telt ze 450 patiënten wordt het eiscli dat een blijvend kerkgebouw middelpunt voor de samenleving op de Stichting zij en steun biede aan de geestelijke be hoeften van patiëntenen verplegend personeel. Een kerkgebouw op „Vredorust is het niet, moet het niet zijn, een aankondiging van hare bestemming als Christelijke Stichting Christus, de barmhartige Iloogepriester, de trooster, de medicijnmeester, Hem aan te roepen in don nooii, op Hem alle zorgen te werpen, is het niet de roepiug, maar ook hot voorrecht des Christens? En zal die roeping, dat voorrecht niet belmoren gevoed te worden om in stand te blijven? En is daartoe de kerk niet de eerst geroepene Maar ook als vereenigingspunt, als begrip van eenheid, is de kerk, het kerkgebouw niet uitdrukking van de bestemming eener Stichting als „Vrederust." Met eene eenparige belijdenis, te willen leven op den bodem des Christen- doms, gaat de Stichting haren weg, van de hoofden tot de werklieden, dat is aller roeping en wensch. Welbewust keert een Stichting als „Vrederust" zich tegen de neutraliteit onzer dagen en tegen den grondslag der humaniteit, om zich te scharen onder de vaan van liet Christendom, dat de kracht des levens buiten zich zelf zoekt. De kerk van „Vrederust" zij middelpunt en vereenigingspunt, van de schoone Zeeuwsche Stichting. Ook middelpunt en vereenigings punt van aller, die den eerenaam van Chris tenen dragen, onder ons Zeeuwen. Tegenover lijden en smart zwijgen alle minderwaardige geschillen. Op de groote reis door dit tranendal, waarvan „Vrederust" een der stations is, spreekt alleen de barmhartig heid en anders niet. In naam der Christelijke barmhartigheid vraagt het Bestuur van „Vrederust" een gave der liefde van allen, om door een welgevestigd, blijvend kergebouw hare "Stichting met patiën ten en opwonenden te volmaken en te dienen, Middelburg. P. J. DE KRUIJ1ER. 0 Gaarne verleenen we aan dit schrijven van den Heer Do Kruijter, dat onze volle instem ming heeft, hier plaatsruimte. Z. id „En ze hadden er een heel verhaal van," ging Pietersen verder, ze maakten ons nieuws gierig. Het was al lang geleden, zoo vertel den ze, dat er in hun dorpje een onbekende toovenaar was aangekomen. Hij had zeven kameelen bij zich. Hij huurde zes fellah's „Wat zijn dat?" vroeg Kees. Bertus gaf hem een duw met den elleboog. Dat was altijd zoo met Kees, die liet iemand nooit vertellen en viel telkens in de rede. „Fellah's zijn, ik zal maar zeggen, „Egyp; tische boeren," verklaarde Pietersen. Hij huurde zes fellah's, zooals ik zei. Die moesien met hem meegaan. Waiit hij wist ergens een schat in den grond, zóó groot, dat je wel in eens schatiijk was, als je hem vondt. En denk eens aan elk van die zes fellah's zou één van de zeven kameelen mogen volladen met goud en zilver en diamanten dat zou dan zijn loon wezen. En de zevende kameel zou voor den toovenaar zijn. Je begrijpt, dat Oprechte Belangstelling Ds. Van Bemmel, Hervormd pred. te Bever wijk schrijft in de Zondagsbode voor N.- Holland „Op den Uitkijk" zit tegenwoordig iedere Redacteur van de rubriek „Kerknieuws" der groote liberale bladen. Voor eenigen tijd be vatte deze rubriek alleen de drie allinea's tellende annonce beroepen, aangenomen, be dankt. Sedert eenigen tijd echter werd deze rubriek langerze is gegroeid in de lengte. Gaat ze zoo door, ze zou wel eens uit hare krachten kunnen groeien en héél spichtig worden. Soms telt ze kolommen lectuur die fellah's daar ooren naar hadden. Ze lieten zich praaien en kwamen dadelijk aan boord." „Dat was ookbegon Kees, maar Bertus maande hem met een boos gezicht tot stil zwijgen. „Ze gingen mee," vervolgde Pietersen, „en hij bracht ze in de woestijn. Toen ze bij de rotsen gekomen waren, zei hij zoo iets van „Sesam open uen daar ontstond in eens een opening in den grond. En toen moesten de fellah's er in om goud "te gaan halen. Telkens kwamen zo met een zak vol boven en in een ommezientje waren zes kameelen beladen." „Hè!" zei Kees. „Nu gingen die zes fellah's weer de grot in, om schatten te halen en daarmee den zevenden kameel te bevrachten. Maar wat denk je, dat die schavuit van een toovenaar deed Hij begon allerlei vreemde, onver staanbare woorden te prevelen over den mond van de grond en geheimzinnige bewegingen met armen en handen te maken en opeens, zoo vertelden ten minste onze gidsen".... Pietersen hield even op Zijn pijp was uitgegaan en hij moest die, juist nu de jongens heel nieuwsgierig waren geworden, op zijn gemakje weer aansteken. Bertus zei niets. klein lettertype. Wat merken deze „op-den- Uitkijk" heeren al niet op Heel scherp be- spioiineeren zo de worsteling van Links tegen Rechts. Leg nu s.v.p. het accent op Links. Wat Links zegt op meetings op verkiezings vergaderingen, op stembusactieavonden, wordt steno, rafischjuist weergegeven. Wat Links wint, wordt met stafkaart accuratesse geboekt. Wat Links verliest wordt met waardig rouw misbaar betreurd in oprechte droefenis. Men heeft 'n bijzonder interesse tegenwoordig in ethischen vooral in die links-etischén, die in bun vaandel schreven „Evenredige Vertegen woordiging". Het laatste snufje op dit terrein vindt ge in de liberale bladen. Men is hoog- neutraal. Men legt alleen het accent op links. Denkt niet dat men Rechts passeert. Welnecn Daarvoor staat men te hoogeen neutraal mensch heeft van niets zulk 'n immensen af- dan van partijdigheid. Belangstellend stelt men in alles belang; maar de fijnproever proeft den graad der belangstelling. Die belangstelling doet ons héél-wonderlijk aan. Waarom Wat publiceert men van Roomsclie zijde? Zoo goed als niets. Te Rome is men op z'n hoede Donsules caveant I at wordt er gepubliceerd van Protestantsche zijde? Als men het maar weet: alles. Alles wordt gehangen aan de groote klok. Iedere vlek op 't kleed van 't Protestantisme wordt telegrafisch der wereld bekend gemaakt. Ieder barstje in het Protestantsche gebouw wordt dadelijk geannonceerd. Speurende naar vlekken en barsten, rest er weinig tijd voor het groot geheelvoor de heerlijkheid van liet groot geheel. Men kan niet alles doen dit ligt in de rede. Die belangstelling doet ons héél wonderlijk aan. Waarom In 'n spoorcoupé zit 'n rijke Jodenhcer, '11 goedgekleed, correct man. IRj leest een krant. Geen nieuws! „Kerknieuws" trekt z'n oog. Lange rubriek Even neuzen Hij begint te glimlachen stoot een anderen correcten Jodenheer naast zich aan. „Zeg wat 'n herrie onder die ProtestantenEr was geen nieuws, toch vond meneer amusant die Cnristeuherrie. Die belangstelling doet ons héél-wonderlijk aan. Waarom? Waarom dikwijls zoo stekend- pijnlijk Sociteits-menschen smullen in „zaak jes"; vooral in „Christelijke zaakjes". Iemand 'mompelt onder z'n cognacgrocje „Farizeeërs 'n Ander geeuwt bij bittertje no 4 „Ruzie zoekers, die domineesMenschen niet op de hoogte der dingen, oordeelen, bcoordeelen, veroordeelen op verkeerde wijze. Die belangstelling doet ons héél-wonderlijk aan. Onlangs zei iemand tegen me „zou het propagandeeren zijn, van de liberalen, voor eigen beginsel, met dat lange kerknieuws Kees maakte al aanstalten, om den verteller een of andere vraag te doen, maar hij werd door een duw van Bertus' elleboog bijtijds daarvan weerhouden. De pijp- brandde weer „O ja, nou, toen begon ineens de grond onder de voeten van de fellah's te branden en die arme boeren konden niet meer ont vluchten. Ze zijn heelemaal, letterlijk, ver brand. Eu de 'toovenaar ging er met al de schatten alleen van door." „Zou dat waar gebeurd zijn vroeg Kees. „Die gidsen van ons vertelden ^et zoo. Maar of het waar gebeurd is, weet ik niet ik geloof het eigenlijk niet, maar ik heb het jullie maar eens verteld, omdat ik ook in die grot geweest ben." „Brandde het er nog in?" kwam Kees. „Luister maar. We gingen met ons gezel schap naar de grot de gidsen liepen voorop. Ze hadden fakkels meegenomen, die we in de grot noodig zouden hebben, omdat het er natuurlijk aaTdedonker was. We kwamen op een soort vlakte, waar alles op den grond glinsterde in de stralen der heete zon want de grond was bezaaid met een soort van kristalachtige steenen je oogen deden zeer van al dat geschitter." „Net als wanneer je in de zon over de sneeuw loopt," viel Kees in de rede, wat hem We betwijfelen dit. Met deze wijze van schrijven wordt de nog-resteerende sympathie voor de kerk dikwerf ondermijnt. Rome glimlacht véélbeteekenend Het Jodendom grinniktDe lieele wereld spol Het „dédain" voor het kerkelijke groeitHoogst-onkerke- lijke kenissen hebben me wel eens gezegd „'Wat 'n rale boel tegenwoordig bij jullie Het waren ijverige lezer van de N. R. C. Handelsblad'; 'n enkele las ook wel eens De Telegraaf of Nieuws van den Dag. Misschien meenen de „Op den Uitkijk" heeren der liberale pers het interesse in „Godsdienst" te bevorderen door een breede rubriekKerknieuws. Misschien leeren ze later het mooie spreekwoord verstaan „eigen ruiten ingooiën". Openbaar öf Bijzonder onderwijs? „De Bott." wijst op een uitlating van mo derne zijde. V Regel en uitzondering. Het bijzender onderwijs regel, het openbare uitzondering ter aanvulling, het wordt almeer ingezien dat dit de eenige juiste toestand is, die aan de behoefte voldoet. Thans is het weder de moderne Dr. A. Rut gers van der Loeff, die te velde trekt tegen de openbare school. Na uitvoerig den verkeerden toestand te hebben beschreven en gecritiseerd besluit de schrijver aldus Voor velen van onze godsdienstige geest verwanten is deze toestand die voort komt, voort moet komen uit de omstan digheden waaronder wij met onze scholen leven, een reden te meer om aan te stu ren op het tot stand komen van bijzon dere scholen in vrijzinnig godsdienstigen geest. Die kunnen wij inrichten geheel in onzen geest, zonder iemand aanstoot te geven, zonder afhankelijk te zijn van onderwijzers-benoemingen waarop wij geen invloed kunnen uitoefenen. Daar zijn er, die wel voor onze bijzon dere scholen sympathie gevoelen, maar ach meewerken aan de totstandkoming van bijzondere scholen en (bedoelde per sonen sloten zich aan bij een der liberale staatkundige partijen daarbij liberaal bljj- ven, dat kan immers niet, meenen zij. Compromitteerd men zich dan als liberaal mensch door aan bijzonder onderwijs de voorkeur te geven boven openbaar onder wijs? Moeten de eischen van het gods dienstige leven achtergesteld worden bij eischen der politiek Van iedere liberale staatkunde mag men toch verwachten, een gramstorigen blik van Bertus bezorgde. „Alleen", vervolgde Pietersen, „het was daar niet zoo koud als op de sneeuw. Op eens stonden we voor een soort van opening, de mond van de grot, moet je weten. Ik dacht, waar zullen we nu belanden We moesten langs'een smal en heel ongelijk pad naar beneden. Het werd al donkerder en donkerder, en dat niet alleen, maar het werd ook kil en koudik begon te rillen en te huiveren, maar dat ging langzamerhand weer over. We waren nu aangekomen in een soort van kelder, dat wil zeggen, een natuurlijke kelder, een tamelijk ruim vierkant hol. De gidsen maakten licht. We zagen nu in alle richtingen gangen, die uit den kelder leidden. Waarheen We wisten het niet. 't Was net een doolhof. En al die gangen waren even donker en sombereen eindje konden we er in kijken bij het licht van de fakkels. Eigenlijk had ik weinig zin om nog verder onder den grond te gaan, maar ik wou toch niet weten, dat ik bang was en zoo volgde ik met de anderen de gidsen. We gingen zoo'n onderaardsche gang inhij was laag genoegwe moesten bukkende voort. (Wordt vervolgd.) DOOR ZELANDIA. Nadruk verboden.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1915 | | pagina 1