fltitireüo
en flftoemnfieblad
Zedand.
Uit de Pers.
Tweede Kamer.
Binnenland.
Buitenland.
No. 1275.
Zaterdag 13 November 1915.
13e Jaargang.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,Franco
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec
teuren en Brievengaarders.
Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. LITT00IJ Az. te TER NEUZEN.
ADVERTENTIËN:
Van 1 4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIEN TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER.
Alle stukken voor de redactie be
stemd, te zenden aan den Uitgever,
Vlooswijkstraat 21, Ter Neuzen, met vermel
ding „Aan de Redactie."
Aanname van Advertenliën tot 1 uur op
den dag der uitgave.
V f öo.ooo.
Minister Posthuma heeft een overeenkomst
aangegaan met de Hollandsche Lloyd, om deze
maatschappij de gelden ten goede te doen ko
men, die voor het vervoer van brief- en pak-
ketpost tusschen twee vreemde Staten aan
ons land wordt uitgckeerjl.
Een bedrag van f50,000.
Die Holl. Lloyd is bij lange na niet nood
lijdend.
De koers der aandeelen is gestegen tot 176
procent.
Waarom moet de post administratie, der
halve het Rijk, vijftigduizend gulden laten
schieten.
Is liet verplicht, die toe te kennen aan de
IIoll. Lloyd?
Ganschelijk niet, zei de heer Beumer.
Die IIoll. Lloyd heeft vroeger Staatssteun
genoten, op voorwaarde, dat alle post gratis
zou worden vervoerd.
Bovendien, het bedrag van 1' 50,000 kan nog
aanmerkelijk stijgen.
Heeft de Staat tegenwoordig geen geld van
noode
Hoe men hierover moge denken, merk
waardig is de houding van „Het Volk".
De Kameroverzicht-schrijver van dat blad
noemt die extra-subsidie overbodig.
Goed dan alle man op zijn post, nietwaar,
om die f50,000 (toch geen bagatelletje!) te
bewaren voor liet Rijk en ze niet in handen
te spelen van enkele „kapitalisten."
Maar
Bij de stemming waren van de zestien
socialistische Kamerleden slechts de helft
aanwezig.
Die stemden tegen.
Maar dat baatte niet. Met 33—32 kreeg
de minister zijn zin.
Roept Het Volk" nu geen wee en ach over
de weinige activiteit der partijgenooten Ze
hadden immers de zaak kunnen tegenhouden
Och neen, „Het Volk" geeft vooralsnog geen
kik. Z.
V Verdierlij king.
Telkens en telkens doet men zich zelf en
elkander, in de landen welke den zegen des
vredes nog mogen genieten, de vraag, waar
liet met Europa's beschaving heen gaat.
Voortdurend ontmoet men bij de lezing der
oorlogslectuur uitingen, die doen vreezen, dat
de demoraliseerende invloed nog lang zijn
uitwerking zal doen gevoelen.
Het hoogste gebod der liefde, 't welk God
den mensch stelde, blijkt ten duidelijkste
loodrecht te snijden den trek van haat', die
beangstigend onverholen zich openbaart.
Dat de oorlog wreed is, niemand zal het
ontkennen.
Hoe teugellooze haat de harten vervult
ziet en hoort men dag aan dag.
Het is niet te boud gesproken, als wordt
beweerd, dat de oorlog verdierlijkt.
Niet slechts in de bloedige, onredelijke
woede, van den razenden bajonet-aanval.
Ook bij het rustig liauteeren van de pen.
In het weloverdachte woord.
De Sunday Chronicle heeft het over het
uithongeringsstelsel, 't welk Engeland zoekt
toe te passen op Duitschland.
Het blad schrijft, dat ze met vreugde van
dat voornemen kennis nam.
Het vervolgt
„Het schouwspel van Duitsche vrouwen en
kinderen die oproerig worden en jammeren
om voedsel, is wel niet fraai, maar zoo is de
oorlog, en het is de oorlog, die Duitschland
zal dwingen, over vrede te denken."
Is het dan te veel gezegd, als we beweren,
dat dergelijke uitlatingen wijzen op een schro
melijke verdierlijking
01' ze alleen in Engeland wordt aangetroffen
Wie zou het durven volhouden?
Maar juist het algemeene maakt de zaak
nog erger, en doet huiveren voor de toekomst.
Z.
Een batterij op Golgotha?
Dr. Kuyper schrijft in „De Standaard"
Het Heilige Land.
Gelukkig vond liet afstootelijke bericht
tegenspraak, dat van Turkscho zijde een
batterij op Golgotha zou zijn aangelegd.
Reeds in dit bericht school voor menig lezer
een vergissing.
In Jerusalem zijn namelijk twee plaatsen
die ondersteld worden, het Kruis te hebben
gedragen en wat men meldde bedoelde nu
niet, dat er een batterij zou staan op wat thans
schier in aller schatting Golgotha's imuvel was,
maar onderstelde, dat men die andere plek
op het oog had, waar, als men er komt, niets
hoegenaamd van de oude traditie te bespeu
ren is.
Wie op dit een en ander niet lette, kon zich
daarom niet anders inbeelden, of liet Turksche
legerbestuur was in de beroemde kerk inge
broken, en had in die kerk zijn batterij
geplaatstiets waaraan vanzelf niet gedacht
was.
De besliste tegenspraak was ons daarom
een pak van 't hart.
Toch neemt dit niet weg, dat men nog
verre van zeker is, dat er in Jerusalem niet
allicht iets te gebeuren staat, dat ons ergeren
zou.
De bedevaart maakt Ruslands invloed in
Jerusalem zelf en in den omtrek meer dan
beduidend, en die invloed van Russische bede
vaartgangers is in do heilige stad zelfs over
wegend.
De pelgrims uit Rusland kwamen er steeds
in 't grootste aantal. Dit komt hierdoor zoo
uit, dat de Russische eerste familiën plaats
vervangers als pelgrims plegen te zenden naai
de heilige plaatsen.
Men neemt dan aan, dat 't loon der genade
•even groot is, onverschillig of men zelf gaat,
dan wel een ander in zijn plaats zendt. Nu
kan men in Rusland voor een bekend, niet
al te hoog bedrag, zulk een plaatsvervanger
krijgen. Dit zijn dan meest bejaarde vrouwen
uit den meer behoeftigen stand. Die hebben
dan 't voordeel van een prachtige reis, die
voor haar betaald wordt, van een bezoek aan
de heilige plaatsen, en van een nog klein loon
bovendien.
Als men op de heilige plaatsen zich bevindt,
ziet men dit soort plaatsvervangende pelgrims
dan ook de meeste plaatsen innemen.
Zet men nu van Duitsche zijde het plan
door, om over Constantinopel naar Jerusalem
te trekken, dan kan dit uiteraard op de heilige
plaatsen tot hoogst ongeweuschte botsingen
leiden.
De Keizer van Duitschland deed zijn be
kende reis door Palestina met het uitgesproken
doel, om te Jerusalem ook een Duitsche
oflicieele positie te winnen.
Do Duitsche kathedraal verrees dan ook,
en de weg dien de Keizer door Samaria volgde,
is nog als aangewezen.
Toch zou 't stuitend zijn, indien opnieuw
Jeruzalem en Palestina oorlogsterrein werd.
De bede van heel de Christenheid moge
daarom Rusland en Duitschland van het
vijandig tegen elkander optreden op de heilige
plaatsen afhouden.
Zuid-Afrika.
„De Bott." schrijft:
Prof. Bodenstein, hoogleeraar in het Zuid-
Afrikaansch Recht aan de Amsterdamsclie
Gemeente-Universiteit, schreef in het Handels
blad een belangwekkend hoofdartikel over
den politieken toestand in Zuid-Afrika, zulks
naar aanleiding der jongste verkiezingen
aldaar.
De schrijver meent, dat die politieke toe
stand over 't algemeen lang niet ongunstig is,
en dat de verkiezingen volstrekt niet zulk een
overwinning voor de politiek van Botha be-
teekenen als men wel hier te lande soms
meende. Botha heeft van de 70 zetels, waarop
hij hoopte, voor zijn partij slechts 54 gekregen.
Hij kan nu alleen maar regeeren met behulp
van andere imperialistische partijen en komt
dan voor allerlei moeilijkheden te staan. Men
moet dan ook niet meenen, dat het volk aan
zijn roeping ontzonk. De eenige fout is, dat
het politiek veel te weinig ontwikkeld is, veel
te veel blind zijn leiders vertrouwde niet om
hun beginselen, maar om hun persoon en
zóó door dezen werden gebruikt voor doel
einden, die zij eigenlijk niet dulden.
Het artikel besluit aldus
Het Hollandse volk in Zuid-Afrika is
kerngezond en nationaal gezind, ofschoon
wel wat te goedgelovig het zijn alleen de
leiders, die verrot zijn en misbruik maken
van de aanhaukelikheid en trouw van het
volk. Dat begint men bij ons meer en
meer in te zien, getuige het groot aantal
stemmen op de Nationalisten uitgebracht,
niettegenstaande de leiders anders
bevalen.
De uitslag van de verkiezingen is voor
mij het bewijs, dat men in steeds bredere
kring de grootste nadruk begint te leggen
op liet beginsel en dat is voor mij het
meest verblijdend teken. De toekomst zal
het leren, dat het nationale leven in
Zuid-Afrika opgewekter is dan ooit te
voren.
Het deed ons groot genoegen dit te lezen.
Wij hopen van harte, dat Prof. Bodenstein
juist zal hebben gezien en dat de toekomst
de bevestiging zal brengen van zijn verwach
tingen.
Veel belangrijks leverden de zittingen nog
niet op. Er werd wat „kleingoed" opgeruimd.
Het Rijk en de gemeente Rotterdam zullen
eenig terreinen ruilen. Grond zal onteigend
worden, ten behoeve Van de uitbreiding halte
„Noord Kraaijert. De Holl. Lloyd krijgt een
extra-tje van f50,000, (d.i, J/s 'lo dividend
meer voor de aandeelhouders, die stakkers
De heer Eland deed een voorstel in het
belang der officieren bij de Landmacht, om
dat hij vrzesde, dat hun kans op bevordering
verminderd was, maar de minister betoogde
het tegendeel, en de heer Eland nam wijselijk
zijn voorstel terug. De wettelijke bepalingen
omtrent den accijns op het zout maakte de
tongen los. Geraffineerd zout. gebruikt voor
industrieele doeleinden, is vrij van accijns.
Van buitenlandsch geraffineerd zout wordt
invoerrecht geheven. In ons land wordt
thans 60 miljoen K.G. zout in binnenlaudsche
fabrieken accijns vrif verbruikt. Daarvan is
58 miljoen ruw zout. Geraffineerd zout werd
in 1913 voor verbruik in de huishoudens ver
accijnsd voor 64J/a K.G.ingevoerd 21/i miljoen
K.G. Die importeurs moeten invoerrecht
betalen. Daardoor komen ze tegen de inland-
sche industrie in ouguustige positie Daarom
stelde minister Treub (financiën) voor, het
heele iuvoerrccht af te schaffen. Als dat
geen vrijhandel heelHet werd over die zout-
geschiedenis natuurlijk een hartelijk debat.
Getracht werd nog bij amendement slechts
van 8/i van het ingevoerde zout vrijdom te
verleenen. Het onbevlekte vrijhandelaars-
geweten verzette zich daar heftig tegen, doch
(alweer) met 33 tegen 32 stemmeu werd het
amendement aangenomen.
Toen volgde een taai bebat over de „Djambi-
concessies". Wie gaat ontginnen? De Staat
of particulieren. Petroleum moet er komen
maar wie haalt ze uit den grond Daarover
liep de vraag in hoofdzaak. De meeningen
waren zeer verdeeld. Hoe het is afgeloopen
is ons op het oogenblik, dat we dit schrijven,
niet bekend.
KERSTGAVE.
Ter rectificatie der desbetreffende berichten
uit Apeldoorn kunnen wij mededeelen, dal
II. M. dc Koningin reeds geruimen tijd ge
leden besloten heeft om aan eene talrijke
groep van het personeel in Hdr. dienst eene
bijzondere Kerstgave uit te reiken voor hen
en hun gezin.
REGEERINGSVET.
Naar de „Tijd" verneemt, is bij den minis
ter van Landbouw, Nijverheid en Handel een
regeling in bewerking ter voorziening in de
behoefte aan vet, en verwacht de minister
hiervan spoedig een gunstig resultaat.
DE STEENKOOLVOORZIENING.
Naar men aan de N. R. C. nader uit zeer
goede bron mededeelt, hebben de conferenties,
welke te Londen zijn gehouden met de vrije
importeurs en met de vertegenwoordigers van
het kolenbureau. geleid tot een resultaat, het
welk de vrije importeurs van Engelsche steen
kolen wederom tot ongehinderden aanvoer in
staat stelt.
AFMAKEN VAN VEE.
Het Kamerlid Duymaer van Twist heeft
tot den Minister van Landbouw de volgende
vragen gericht
le. Waarom heeft de Minister van Land
bouw, toen in de Gemeente Staphorst het
mond- en klauwzeer zich snel verspreidde, en
van het binnen zekere grenzen houden der
ziekte geen sprake meer kon zijn, het af
maken van vee toch voortgang doen hebben
2e. Geeft uitbreiding van het mond- en
kla uwzeer in de provincie Overijssel den
Minister geen aanleiding met het afmaken
van vee te eindigen?
3e. Welke omstandigheden waren oorzaak,
dat eerst geruimen tijd nadat het vee uit de
stallen verwijderd was, deze zijn ontsmet ge
worden
4e. Is het juist, dat vee, dat niet afee-
maakt werd, verkocht is geworden tegen f0,30
het pond en daarna het vleesch met hooge
winst is uitgevoerd geworden Waarom werd
vleesch niet voor consumptie hier te lande
beschikbaar gesteld?
5e. Naar welke regelen wordt de bedrijfs
schade van hen, wier vee is afgemaakt, ver
goed
DE OORLOG.
Servisch gevechtsterrein.
SOFIA, 9 November. (Wolff.) Officieel
Bulgaarsch bericht van den 7en dezer
Onze troepen, die het verslagen Servische
leger vervolgen, hebben heden op het geheelo
front de Morawa bereikt en treffen maatregelen
voor den overtocht der rivier. Bezet zijn de
steden Aleksinats, Wlasotinje, Iltow-ats, en in
Macedonië Tetowo.
Op de audere gedeelten van het front is de
toestand onveranderd.
Onze troepen zijn te Nisj mot bloemen en
hoerageroep als bevrijders ontvangen. De
stad was door de aftrekkende Servische
soldaten geplunderd.
Te Nisj en in de omgeving der stad hebben
wij 42 stukken vestinggeschut, duizenden geweren
en kisten met munitie, 700 spoorwagens, voor
't meerendeel geladen met levensmiddelen, veel
automobielen,' veel verplegingsmateriaal, (o.a.
12 desinfectiemachines), 500 waterpompen, 500
nieuwe vlaggen, 100,000 stuks militair ondergoed
en uniformen buitgemaakt. Er zijn nog vele
opslagplaatsen van munitie in en nabij de stad.
Voorts hebben de Serviërs bij hun terugtocht
veel kanonnen en machinegeweren achtergelaten.
Ze zijn nog niet geteld.
Bij Nisj zijn totdusver 500 gevangenen geteld.
De landing te Saloniki.
BERLIJN, 9 November. (Korres. Norden).
Het Wenizelistische blad Makedonia te Saloniki
heeft aan de gezanten te Athene van Engeland,
Rusland en Frankrijk gevraagd, welke de
verdere plannen waren jegens Griekenland.
Alle drie de gezanten moeten hebben verklaard,
dat zij geen nieuwe stappen zouden onder
nemen, daar zij overtuigd waren, dat Grieken
land neutraal zou blijven.
De Voss. Ztg. verneemt uit Geneve, dat
volgens berichten uit Havre een aanzienlijk
aantal Belgische automobielkanonnen met
bedieningsmanschappen, niet lang geleden naar
het Russische front gezonden, bevel ontvingen
terug te keeren en niet goedkeuring der
Russische regeering naar Saloniki zij gezonden.
PARIJS, 9 November. (Havas). De Temps
Inzending van advertentiën vóór uren op den dag der uitgave.
Oorlogsellende.