Antirevolutionair
voor
nieuws- en Advertentieblad
Zeeland.
FEUILLETON.
3Be Broeders.
Binnenland.
No. 1249.
Zaterdag 14 Augustus 1915.
Jaargang.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,—. Franco
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec
teuren en Brievengaarders.
Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN.
ADVERTENT1ËN:
Van 1 4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver-»
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENT! ËN TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER.
Alle stukken voor de redactie be-
stemd, te zenden aan den Uitgever,
Vloosvvijkstraat 21, Ter Neuzen, met vermel
ding: „Aan de-Redactie."
Aanname van Advertentiën tot 1 uur op
den dag der uitgave.
V Nog nacht.
Telkens en telkens duiken in de groote pers
berichten op, over aanstaande vredesonder
handelingen.
De laatste dagen volgden deze berichten
elkander snel op.
Het is merkwaardig, hoe bijna elk der oor
logvoerende Mogendheden zich, zij het ook niet
officieel, dan toch officieus, haast, om te ver
klaren, dat de gemelde pogingen niet van haar
uitgaan.
liet kon immers als een zwakheid aange
merkt worden tegenover den tegenstander,
indien een der partijen van vrede dorst reppen.
Erger.
liet zinspelen zelfs op de mogelijkheid, om
in de huidige omstandigheden vredesonder
handelingen aan te knoopen, wordt met hoon-
geroep beantwoord.
Thans te trachten tot vrede te komen, werd
genoemd onzedelijk.
De voorstanders van den vrede staan in de
krijgvoerende landen vaak aan zeer onaange
name bejegeningen bloot.
Een Doema-lid in Rusland werd toegevoegd,
toen hij het waagde dit punt aan te voeren,
dat indien hij geen Doema-lid was, de strop
hem zou wachten voor zijn spreken.
Lijkt het er inderdaad niet op, dat werkelijk
de volken, althans de Regeeringen, totaal
verblind zijn
Leest men de verschillende redevoeringen
van hooggeplaatsten uit welk land ge wilt,
dan beweert ieder, dat de zaken er goed bij
staan.
Nederlagen zijn slechts voorbereidingen tot
de oindelijke zegepraal.
Een kwestie van lijd is het, anders niet.
De binnenlandsehe toestanden worden zoo
rooskleurig mogelijk voorgesteld.
Zelfs durft hier en daar iemand te gewagen
van zegen door den oorlogvan toeneming
van welvaart.
Een burgemeester wees b.v. op de afname
van het aantal werkloozen, als een bewijs van
maatschappelijken welstand.
Waar heeft echter die afname haar oorzaak in?
Het is immers zoo klaar als de dag, dat,
als bijna alle weerbare mannen onder de
wapenen staan, de kleine rest werk genoeg
kan vindenja, zou bij zulk een geprezen
welvaart dan niet mogen verwacht worden,
dat handen te kort waren, en er van werk-
ZELANDIA.
6G)
Zijn toon is ijzig hard.
Greta schrikt er van.
Hij leest dien schrik in haar oogen.
„Wees maar stil en rustig, Gree," tracht-
hij te bedaren. „Je hebt je veel te druk ge
maakt. Toe, ga nu liggen. Je moet zooveel
niet spreken. Je vermoeit je te veel."
Maar zij kan dien raad niet opvolgen. De
woorden, die haar vader zoo pas heeft ge
sproken, vervullen haar geheele ziel. „Erger
véél erger." Ze kan niet zwijgen.
„Vader, het staat zoo duidelijk in den Bijbel
„Het bloed van Jezus Christus, den Zoon
Gods,
„Reinigt ons van alle zonde voleindt Gerrit
Wouters.
Met sterke verwondering beschouwt ze op
nieuw haar vader. Wéét hij dat? En twijfelt
hij dan nóg?
„o Vader, hoe weet u dat? En gelooft u
dat dan niet?"
loosheid geen sprake meer kon vallen.?
Zoo maakt men zich zelf gaarne wat wijs.
Men zou met hetzelfde recht kunnen spreken
van de zegeningen door groote rampen, als
aardbevingen, mijninstortingen, stormen, te
voorschijn geroepen, daar na deze onheilen
meerderen arbeid kan verwacht worden. Toch
zal niemand dergelijke catastrofen voor zijn
volk begeeren.
Dat niettemin dergelijke redeneeringen
worden gevolgd, bewijst slechts, dat de gees
ten verward zijn.
In wilden oorlogstuimel ijlt het voort.
Alle bezinning schijnt geweken.
Waar desniettegenstaande voortdurend het
vraagstuk van den vrede naar voren wordt
geschoven, openbaart zich onmiskenbaar
eenige kentering.
Het toont, dat de oorlogsrazernij nog niet
allen heeft aangetast.
Mocht het den Heero behagen, den vreese-
1 ijken hartstocht te breidelen.
Het doodelijke vuur van den haat te
blusschen.
Beluisteren we do stemmen der toonaan-
gevers, dan zou de gedachte vaak in ons
hart komen, dat nooit de vredesduif zal klap
wieken.
Maar die gelooft in den Almachtige, Schepper
des hemels en der aarde, vindt zijn sterkte
in en bouwt zijn hoop op Hém.
Hij herinnert zich het woord van onzen
Christen-zanger Da Costa
God als Koningis gezeten
Over d' opgezetton vloed
Die waarheid drijve een ieder tot gebed,
ook om den vrede
Z.
De regeering heeft op het eiland Texel
f200,000 voor schapenwol doen uitbetalen.
Men ontving f 1,60 per kilo.
ONGEGROND.
Naar aanleiding van het uit Genève geseinde
bericht, als zou de Koningin in verband met
het herstel van den vrede een schrijven hebben
doen toekomen aan den Paus, kunnen wij met
zekerheid verklaren, dat bedoeld gerucht ge
heel ongegrond is. Hand.
DE STEENKOLENKWESTIE.
Men seint uit Rotterdam aan het „Alg.
Handelsblad"
Naar aanleiding van de bijeenkomst der
vrije kolenimporteurs in het kabinet van den
Minister en diens verzoek hem schriftelijk
voorstellen te doen voor een bevredigende
regeling, vernemen wij, dat van deze zijde den
minister in overweging zal worden gegeven
„Ik weet het, ik weet het van klein kind
af, Greta. En omdat ik het zoo goed weet,
en er niet naar heb willen luisteren, daarom,
daarom zal het niet beter, maar erger worden
De deur wordt geopend.
Hendrik Wouters komt binnen.
Hij heeft de laatste woorden zijns broeders
verstaan. Diens aanwezigheid op deze plaats'
verwondert hem minder, dan de taal, die zijn
ooren nog juist opvingen.
Hij kan ze niet verklaren. Is het spot als
vroeger
Of is God bezig de zware, roestige grendelen
van die ijzeren deur af te schuiven
HOOFDSTUK XXII.
De inspanning is voor de doodzwakke Greta
te zwaar geweestvermoeid sluit ze eensklaps
de oogen, nog witter tint verft haar gelaat
het bewustzijn heeft haar opnieuw verlaten.
Nicht Hanna bemerkt hetze wenkt Wou
ters toe, met den vinger op den mond, de
zieke te laten rusten ze tempert het licht
der lamp, die ondertusschen aangestoken is.
Eva blijft trouvv aan het voeteneinde van
de bedstede de wacht houden het geopende
Bijbelboek nog in de hand.
Met zachten drang helpen Hendrik Wouters
en Karei den gebrekkigeu Gerrit naar het I
midden van het vertrek.
dat de vrije invoer niet aan banden zal worden
gelegd met dien verstande, dat de op deze
wijze ingevoerde kolen ter beschikking zullen
worden gesteld van de regeering tegen in
koopsprijs, vermeerderd met een door de
regeering te bepalen winst. De distributie
van deze kolen zou moeten geschieden door
een regeeringsbureau. Aanneming dezer voor
stellen zou moeten leiden tot de opheffing,
althans belangrijke reorganisatie van het be
staande kolenbureau.
DE VERBANNING VAN Ds. DE LIGT.
Als antwoord op de vraag van het classicaal
bestuur van Eindhoven, op grond van welke
uitlatingen ds. B. de Ligt is verbannen, heeft
de commandant van het veldleger een afschrift
gezonden van het proces-verbaal, naar aanlei
ding waarvan het verbanningsbesluit genomen
is. De commandant verzoekt beleefd, dat stuk
als vrouwelijk te beschouwen. N. R. C.
De N(ederlaudsche) O(verzee) T(rust)
schonk f 100,000 aan het Kon. Nat. Steun
comité.
OUDERDOMSWET.
Minister Treub heeft het Nederlandsch
correspondentie-bureau in zake zijn voornemens
met betrekking tot het ontwerp van ouder
domswet en de verzekeringswetgeving in
't algemeen, waaromtrent de troonrede nadere
mededeehngen zal bevatten, gemachtigd tot
de verklaring, dat de regeering in de buiten
gewoon hoogo uitgaven, welke de tijdsomstan-
uiglieden van de schatkist vorderen, geen
aanleiding vindt uitgaven, welke in het belang
der ontwikkeling van land en volk noodzakelijk
zijn achterwege te laten.
ERNSTIG VERGRIJP.
Het Kamerlid, de heer Rutgers, heeft het
noodig gevonden, de volgende vraag te richten
tot den Minister van Waterstaat:
„Is het waar dat op Zondag II Juli te
's Gravenhage in strijd met bestaande voor
schriften, het weeklad „De Vrijzinnig-Demo-
craat in de postbestelling is opgenomen
Zijn door den Directeur-Generaal der Poste
rijen en Telegrafie of door den Minister naar
aanleiding daarvan maatregelen genomen, of
zullen maatregelen worden genomen
Minister Lely heeft daarop het volgende
antwoord ingezonden
„Inderdaad zijn op Zondag 11 Juli j.I. te
's Gravenhage exemplaren van het weekblad
„De Vrijzinnig-Democraat" in de postbestelling
opgenomen.
Van eene zending, bestaande.uit vele dui
zenden exemplaren van dat blad, den avond
te voren ter post bezorgd, zijn, ten gevolge
van een misverstand, enkele honderden ge
voegd bij de' poststukken, welke bestemd waren
om dien Zondag te worden besteld.
Na eenige oogenblikken komt Gree weder
bij een enkele blik overtuigt haar, dat haar
vader nog in het vertrek is. Nicht Hanna
verstaat die oogenvraag.
Ze bukt zich over de kleine heen en zegt
zacht„Blijf nu maar stil liggen niet meer
praten mijn kindje vader blijft van avond
hier."
Een dankbaar handbeweeg vertolkt, wat
blijdschap deze mededeeling het kind doet.
Dan schikt ze zich, als is ze nu gerust en
wil ze trachtten te gaan slapen.
Gerrit Woutfers voelt zich vreemd in dezen
kringhij heeft nicht Hanna's woorden ver
staan. Dat is ook zijn begeerte, hier te blijven
terwille van zijn kind, maar dat die begeerte
reeds uit zijn hart gelezen was en als een
van-zelfsheid reeds zwijgend was ingewilligd,
is meer, dan hij durfde te verwachten.
„Niet waar?" herhaalt Hanna. „Ge blijft
immers
„Ja, als tenminste ik
„O, geen bezwaar. We zullen ons wel be-
helpen. Wees daar maar gerust op."
Toch voelt hij zich vreemd hier, Anna en
Hendrik bemerken het welze zullen al hun
best doen hem te winnen.
Nog een poos zitten allen samen. Een een
voudig avondmaaltijd wordt gebruikt en Eva
begeeft zich, op aandrang van haar vader en
nicht Ilanna te bed. Na eenigen tijd vertrekt
Deze misvatting is onder de aandacht van
1 het betrokken personeel gebracht".
KILOMETERBOEKJES.
Met ingang van 1 October zullen de kilo
meterboekjes op de spoorwegen niet meer
onbepaald geldig zijn, maar zal evenals vroeger
een K.M.-boekje van 1000 K.M. een geldigheids
duur van 12 maanden en van 500 K.M. 6
maanden geldigheid hebben.
CENTRALE LANDBOUW-BOND.
In Den Haag werd gisteren de centrale
land- en tuinbouwbond opgericht voor het
verleenen van krediet aan bollen- en boom
kweekers met winstdeeling Directeur is de
heer Brugsma.
Naar wij vernemen, zijn maatregelen in
voorbereiding, waardoor uitvoer van hengsten
en ruinen beneden den leeftijd van 20 maanden
op 25 Augustus mogelijk wordt.
OORLOGSBELASTING.
De lijd meldt dat de Nederlandsche regee
ring een speciale ooi logsbelasting zal instellen.
Hieraan moeten ook bijdragen zij die geen
militie- en landweerplichten vervuld hebben.
Dit ontwerp is reeds bij den Raad van State
ingediend.
Vernomen wordt, dat het aan den Raad
van State gezonden ontwerp wecrbelasting,
op te leggen aan diegenen, die persoonlijk
geen dienstplicht vervullen (dus ook aan vrou
wen en daarmee gelijkgestelde personen) een
zeer matige opbrengst zal leveren, welke naar
raming niet meer dan een half millioen gulden
zal bedragen.
UITVOER VAN AARDAPPELEN.
In een te Groningen gehouden vergadering
van aardappelhandelaren uit Groningen en
Drente, is besloten de Regeering te verzoe
ken de grenzen voor den uitvoer van aardap
pelen open te stellen.
Tevens wordt daaraan een voorstel verbon
den, dat de burgerij de aardappels kau ver
krijgen tegeu f 1,50 a f 1,75 per ILL.
In beginsel werd besloten om een Vereen,
van Nederl. Exporthaiidelaren in aardappels
op te richten.
NEDERLANDSCH SCHIP GESTRAND.
Reuter seint uit Londen, dat het groote
Nederlandsche stoomschip Betsy Anna, van
Amsterdam, twee mijlen ten zijden van Flam-
boro Hend gestrand is.
Thans is het schip vlot gekomen en heeft
het de leis vervolgd.
AMSTERDAM EN DE TIJDSOMSTANDIG
HEDEN.
Naar de Tel. verneemt, hebben de laatste
vijf maanden van 1914, de eersten van den
oorlogstoestand, de gemeentelijke schatkist
Kareihij zal thuis slapen.
Hoe meer de kring slinkt, hoe minder Gerrit
zich op zijn gemak gevoelt. Hij schuift wat
heen en weer, kijkt telkens naar de plaats
waar Greta licht sluimert en vermijdt zooveel
mogelijk zijn broeder of de oude vrouw aan
te zien.
„Gerrit," zegt Hendrik, „wat ben ik blij,
dat we nu weer samen onder dit dak zijn,
al is het waar, dat de oorzaak heel droevig is."
Gerrit antwoordt niet. Hij blijft stug voor
zich uitzien.
„Ik heb er altijd zoo naar verlangd," gaat
Hendrik voort, dat we elkander weer zouden
ontmoeten als broeders: We waren zoo ver
van elkander gescheiden. Maar nu zijn we
weer samen."
Het wordt op zulk een ongekunstelden toon
gezegd. Zonder eenige hatelijkheid. Mocht
Gerrit vroeger bij zulk een uitspraak zijns
broeders, argwaan gevoed hebben en had dan
wellicht de booze gedachte bij hem post gevat,
dat in zulk zeggen leedvermaak school,thans, na
de herhaalde gesprekken, welke hij met Hendrik
reeds had gevoerd, thans komt zelfs de onder
stelling niet bij hem op, dat zijn broeder hem zou
willen krenken.
Toch antwoordt hij niet.
Wat zou hij ook moeten zeggen.
(Wordt vervolgd).
Inzending van advertentien vóér uren op deii dag der uitgave.
Nadruk verboden.
DOOR