Antirevolutionair
nieuws- en Advertentieman
Zeeland
De Oorlog,
TJit de Pers.
FEUILLETON.
jDe Broeders.
Uit de Tweede Kamer.
No. 1219.
Zaterdag 1 Mei 1915.
12e Jaargang.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,Franco
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec
teuren en Brievengaarders.
Dit b!ad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond
uitgezonderd op Feestdagen,
hij den Uitgever 0. H, LITTÖO» Az. te TER NEUZEN
_L
ADVERTENTIÊN:
Van 1—4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIES TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER.
Advertentiên voor dit blad worden
aangenomen tot 's namiddags I UUR op
den dag der uitgave.
Leugen-actie?
Van een „actie tegen den honger" spreken
de socialisten, en ze organiseeren er algemeene
uitgaansdagen voor, ook wel nationale meetings
genoemd.
Zou echter de naam „leugen-actie" voor
deze beweging niet iets juister zijn We vragen
dit naar aanleiding van de Zondag te Rotterdam
gehouden meeting.
Men luistere naar den heer Vliegen, wet
houder van Amsterdam. Sprekende over de
levensmiddelen-circulaire van Minister Posthu-
ma zegt hij algemeen is ze slecht ontvangen,
ook door ons. Mogelijk dat de heer Vliegen
met ons B. en "W. van Amsterdam bedoelt,
dan heeft hij gelijkcolleges die handelen
moeten, zijn, ook als er socialisten in zitten,
gewoonlijk wat gereserveerder dan socialis
tische praters en schrijvers.
Want de socialistische pers, met Het
Volk voorop, heeft niet nagelaten om be
zwaren tegen de circulaire-Postliuma in anderen
dan socialistischen kring uitgesproken, ver
dacht te maken als uitingen van reactionaire
gezindheid tegenover de Regeering die de
arbeiders wilde helpen.
De circulaire begon pas „slecht ontvangen"
te worden in socialistischen kring, toen bleek
dat ook Amsterdam, waar de heeren mede
groote verantwoordelijkheid dragen, er niet
aan durfde of wilde meedoen.
Nü heet liet natuurlijk dat de circulaire
onder de critiek is bezweken. Wij zeggen
niet, dat dit onjuist is, schoon ze toch bezweken
zou zijn om hare onuitvoerbaarheid. Maar de
critiek is voornamelijk van niet-socialistischeu
kant gekomen, en wat do Minister thans wil
doen nl. brood en meel tot goedkooper
prijzen beschikbaar stellen voor iedereen
dat is reeds aanbevolen in de adressen dei-
drie groote steden (Amsterdam, Rotterdam en
Den Haag).
Toch grijpen alweer de socialisten naai
de eerepalm voor deze nieuwe poging. De
heer Vliegen „zou niet zeggen dat er ver
band bestond tusschen die nieuwe circulaire
en deze actie, maar de rest begrijpt ieder
een die de socialistische „bluf" keiit, gelijk
de heer Schaper die ten Congresse van Arnhem
heeft geteekend.
lutusschen schijnt de „actie tegen den
honger" te zullen worden omgezet in eene
„actie voor wittebrood". De heer Wibaut
Z E L A N D I A.
51)
„Waar de jongen toch zitten mag," mompelt
hij. Hij wordt al onrustiger. Hij begint zijn
drift te verwensclien. Wat nioet hiervan
komen. „Als de jongen eens in zijn angst,
in die duisternis, te water is geloopen Te
waterOch kom, zeker in de sloot dan, die
langs den weg ligt. Kan immers niet. Ver-
driuken in een sloot. Toch het is wel meer
reeds gebeurd; als... Neen, 't kan niet;
'titan niet. Hij neemt het geval veel te zwaar.
In een sloot, kom Karei in de sloot verdr
'tis om te lachen." En al is het om te lachen
toch neemt hij den lantaren weer op en begeeft
zich naar de bewuste sloot. De wind is aan
gewakkerd tot een storm. Hij drukt de pet
steviger op het hoofd knoopt de jas dichter
om het lijf. Daar is de sloot. Er is tamelijk
veel water in. Met waggelenden stap gaat
hij langs den kant, elk bosje gras, elke wilgentak
heeft althans betoogd, dat de nieuwe regeerings-
maatregel alleen afdoende zal zijn voor het
gebruik van bruinbrood. Alweer met zulk een
fraaie reservatie in den stijl-Vliegen
Nu wenschte spreker allerminst te beweren
dat bruinbrood een minderwaardig voedsel
is maar de groote fout van den Minister
is dat hij liet den arbeiders opdringt, omdat
liet goedkooper is
Dat mag dus niet.
Men moet „den arbeider" brood verschaffen
dat duurder is, want wat men „den arbeider"
verschaft, behoort vooral eenig geld te kosten.
En deze arbeiders hébben geen geld, tenzij
dan om naar meetings te gaan
Wij gelooven ook dat menig gezin moeilijke
tijden doormaakt. Vooral die met veel kinderen
leven onder hoogen druk, want liet brood i s
duur. Kan voor dezulken iets worden gedaan,
dat de prijzen van dit eerste der levens
middelen matigt, wie zal liet niet toejuichen
Maar wie werkelijk honger heeft die voert
geen meeting-actie tegen den honger, die zit
niet te juichen en te lachen bij grapjes die
men hem over wit- en bruinbrood verkoopt,
die is dankbaar voor wat hij nog hekomen
kar., al is liet dan ook „maar" bruinbrood.
Misschien zijn die mensclien niet „bewust",—
dat is liet verschil. (De Nederlander).
Zitting van Woensdag 28 April.
Aan den lieer van Vuuren wordt verlof
verleend op nader te bepalen dag den minis
ter van koloniën te interpelleeren over de
uitgifte van de Indische 1 e e n i n g.
Daarop wordt de algemeene beraadslaging
over liet o n t w e r p-Aalberse in zake de o n-
e e r 1 ij k e concurrentie voortgezet.
De lieer de Visser (C.-H.,) zegt voor
te zullen stemmen en is het alleen niet eens
met den rechtsgrond, door den lieer Aalberse
voor zijn voorstel aangevoerd.
Ook spr. meent, dat men er met de civiel
rechtelijke bestrijding niet komt en verdedigt
liet ontwerp nader.
De heer van Hamel (U.-L.) zal even
eens zijn steun aan liet voorstel geven. Hij
verdedigt dit vooistel en bestrijdt de heeren
Schim v. d. Loeff en Limburg, wil o. a. van
dit delict geen klachtdelict maken, en kant
zicli verder ook togen de anti-kapitalistische
beschouwing van den lieer Mendels.
Besloten wordt om lieden na de pauze
eindstemming te houden over liet ontwerp-
oo rlogszeeon gevallen wet, voorts om
den lieer Schaper toe te staan den minister
van landbouw enznu diens circulaire van
neemt bij het lantarenlicht reusachtige af
metingen aan zachtjes klotst liet water tegen
den ietwat steileu rand. Drijft daar geen pet
op liet water?Kom, 'tis niets dan een
takje, met den zacliten stroom van den water
gang medegevoerd bah wat stelt hij zich
kinderachtig aan. Zou Karei, indien hij'
dan niet geroepen, geschreeuwd hebben'! De
deur stond toch immers wagenwijd open.
Terug, naar huis! Maar, waar moet de jongen
dan zijn. Zou hij dan nergens op liet erf zijn
Zou hij naar het dorp zijn gevlucht!
Hij keert op zijn schreden terugwendt
zich dan wéér naar den waterkantheft op
nieuw den lantaren, hoog opmaar bespeurt
niets dan liet zwarte water. Wég met die
dwaze gedachteHij zal zich hier niet langer
ophouden. Wat een onzin. Dat zoo'n kwa
jongen in een dolle bui wegloopt, moet lieni
dat zóó verontrusten. Hij zal zich wel hier
of daar verscholen houden misschien is hij
nog wel bangbang voor hem zijn vader.
Nu, en er is geen reden voor. Wat had hij
zoo te doen Moet hij zich dan maar door
zjjn jongen laten bedriegen, laten bestelen
zijn kostelijke, lieve geld, moet hij zich zóo
maar zien ontvreemden. Zeker, hij,'Wouters,
hij heeft zich niets te verwijtenwaarom
Klonk daar geen hulpgeroep?
Hij staat stil, om scherper te kunnen luiste-
20 Maart is ingetrokken, te interpel
leeren naar aanleiding van zijn circulaire
van 24 April in verband met die van 20
Maart. Eindelijk om een aantal kleinere
wetsontwerpen toe te voegen aan de agenda
voor de openbare vergadering.
De voorzitter zegt den lieer Schaper
toe in de vergadering der centrale sectie ter
sprake te zullen brengen diens verzoek, om
vóór de Kamer uiteengaat, afdeelingsonder-
zoek te doen houden van liet sociaal-demo
cratisch wetsvoorstel tot invoering van den
10-, r e s p. 8urigen werkdag in de
Arbeidswet.
Daarna worden de algemeene beraadsla
gingen over liet wetsvoorstel-Aal-
b e r s e voortgezet.
De lieer Van Hamel verklaart
niet voor chantage te vreezen als gevolg van
dit wetsvoorstel. Spreker geeft den voor
steller een aanvulling van liet artikel in over
weging om ook strafbaar te stellen den direc
teur van een vennootschap, den agent of
handelsreiziger, die oneerlijke concurrentie
pleegt ten voordeele van de zaak waaraan hij
verhonden is.
De heer Van Doorn (U.-L.,) bestrijdt
liet wetsvoorstel als te vaag en te alge
meen, aan zulk een caoutchouc artikel geeft
spreker zijn stem niet.
In de stukken worden ook geen feiten op
genoemd, waartegen de voorsteller wil op
komen. Spr. meent, dat de werkelijk karak
teristieke vormen van oneerlijke concurrentie,
met name de vliegende winkels, het aftroggelen
van geheimen van concurrenten enz. niet door
het voorgestelde artikel worden getroffen.
De lieer Beumer (A.-R.,) zal voor liet
wetsvoorstel stemmen, zij het niet met geest
drift.* De omvang der oneerlijke concurrentie
in verband met de niet-afdoeiide civielrecliter-
lijke bestrijding van dit euvel, wettigt deze
op zichzelf niet toe te juichen uitbreiding
van de strafreclitbepalingen.
DE TOESTAND.
Om de Dardanellen duurzaam te forceeren,
aldus de N. R. C., is niet slechts een vloot,
maar ook een leger noodig.
Dit gold al sedert jaren als een axioma, en,
naar de bondgenooten op den 18den Maart
zich hebben kunnen overtuigen, niet ten on
rechte. Het verlies van drie en de bescha
diging van enkele andere linieschepen was hun
leergeld.
De 18de Maart leerde nog iets meer. Een
sterke vloot, zoo had men altijd gemeend, als
ren. Zou dat Karei Maar waar maakt
hij zicli ook druk om. De jongen zal immers
wel terugkomen is liet vanavond niet meer
dan toch zeker morgen. Welja', die jongens
weten schuilhoekjes genoeghij zal zicli wel
weten te bergen.
Toch hoort hij daar werkelijk niet roepen
o 't Is Anna. Staat zeker daar weer in de-''
deur. Ja. „Karei, KareiHij maakt zich
hoos. Waar moet- ze zoo'n tumult voor maken
Straks krijgt hij nog last van nieuwsgierigen
en dan Hij verhaast zijn schredenbe
reikt spoedig zijn woning.
„Ga naar binnen," gromt hij.
„Waar is Karei?"
„O, die zal wel gauw genoeg komen, hoor.
Maak je daar niet bezorgd in. Die zal in
geen zeven slooten gelijk loopen 1"
„Waar is liij
„Natuurlijk hier in de buurt. Maar hij houdt
zich weg; ik zou hom anders moeten gevon
den hebben hebben. En 't is aardedonker
je kunt niet
Hij is weer binnengetreden. Hij sluit de
deur; blaast den lantaren uit.
.Ze valt hem in de rede.
„Waar is mijn kind geef me m'n kind
terug."
„Ik zeg je immers nog eens, dat hij morgen
ochtend wel weer present zal zijn. Zwijg
zij niet door een leger werd gesteund, zou
wel is waar de zeestraat der Dardanellen niet
duurzaam kunnen ontsluiten, maar er toch
met opoffering van een of meer schepen wel
doorheen kunnen varen. De deur zou echter
weer achter haar worden gesloten, zoodat
zoo'n vloot, om van haar uitstapje in do Zee
van Marmara terug te keeren, nogmaals voor
dezelfde taak zou komen te staan.
W aar zulk een bedrijf dus hachelijk was,
en, ook als het lukte, geen militair succes
beloofde, dat tegen het gevaar opwoog, kan
men veilig besluiten dat een macht, die de
onderneming toch aanvat, dwingende redenen
van diplomatiekcn aard moet hebben, waarom
voor haar een demonstratie voor de Turksche
hoofdstad van zeer groot belang is.
Dit is voor de bondgenooten bljjkbaar liet
geval geweest. Wat nu echter de gebeurte
nissen van 18 Maart, behalve een bevestiging
van het axioma omtrent de onontbeerlijkheid
van een landingsleger, ook nog heeft geleerd,
is dat zoo'n poging tot gewelddadige doorvaart
door een sterke vloot, zelfs al offert men
eenige schepen, ook nog wel mislukken kan.
Want zulks geschiedde, en aan het feit dat
de leiding van het krijgsbedrijf aan Turksche
zijde voor een goed deel aan Duitschers was
toevertrouwd, zal dit wel voornamelijk zijn
toe te schrijven. Want do Turk schijnt, mi'ts
hij goed wordt aangevoerd, een zeer bruikbaar
soldaat. Bij de verdediging, zooals die thans
werd geleid, vervulden de verouderde forten
een secundaire plaats en werd het gewicht
gelegd op de bewegelijke batterijen. De
kusten der Dardanellen zijn zoo vlak niet dat
het vuur uit de scheepskanonnen een breede
strook gronds kan bestrijken. De kusten zijn
heuvelachtig en de batterijen, waarvan de
vijand de opstelling had ontdekt, hervatten
haar vuur van een andere plaats tot zoolang
weer de vijand het werk van de ontdekking
van haar nieuwe plaats mogelijkerwijs zou
hebben volbracht.
Na ruim een maand voorbereiding hebben
nu Maandag de bondgenooten hun aanval op
de Dardanellen hervat en ditmaal opereeren
zij zoowel te land als ter zee.
De Noordwestkust van liet schiereiland van
Gallipoli, van waaruit schijnbaar de Turksche
verdedigingswerken het spoedigst in den rug
zouden kunnen worden aangevallen, is berg
achtig en voor een landing minder geschikt.
De Engelsehe en Australische troepen zijn
dan ook ontscheept op verschillende punten
aan de vlakkere Westkust. (Dat ook aan de
Golf van Saros en in Thracië troepen zijn
ontscheept is officieel rfiet bevestigd.)
Tegelijkertijd zijn de Franschen op den
Aziatisclien oever, bij Koem Kaleli, ontscheept.
er over."
„En moet Karei dan den heelen nacht
buiten zijn. Alleen in den nacht!"
Ze ijlt naar de deur.
Ilij dringt haar terug.
„Ik ga hem zoeken 1"
„Je blijft hier. Je kunt geen hand voor de
oogen zien. Gebruik je verstand. Denk liever
om Greta."
En dan, snikkend als een kind, laat ze zich
op een stoel neervallen hij de tafel en slaat
wanhopig met de armen in' liet rond.
De boer van den Eikenhof weet niet, wat
aan te vangen. Hier helpt geen barsclilieid,
geen geweld.
Uit de bedstede klinkt Greta's stem.
„Moeder 1"
In eens is ze bij haar.
„Wat is er kind?"
„Is Karei er al
Gerrit Wouters legt zijn hand op Gree's
hoofd.
„Wees maar niet bezorgd, hoor, voor Karei.
Hij kom straks."
Het kind rilt onwillekeurig, als haar vader-
zijn hand naar haar uitsteekt. In haar ge
dachten ziet zo die hand met liet mes!
Wouters merkt liet En hij voelt iets als
een stekende pijn in zijn hart.
(Wordt vervolgd.)
inzending van advertentiên vOór uren op den dag der uitgave.
Nadruk verboden.
DOOR