Rntireoolutiotiair
ooor
nieuws- en Advertentieblad
Zeeland.
De Oorlog.
Uit de Pers.
Woensdag 13 Januari 1915.
12e Jaargang.
No. 1188.
Franco
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen. Ter Neuzen ƒ1,-
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec
teuren en Brievengaarders.
Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. L1TT00IJ Az. te TER NEUZEN.
inzending van advertentlSn vóór uren op den dag der uitgave.
ADVERTENTIËN:
Van 1—4 regels 0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIE^? TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER.
Krijgsrecht en Pedagogie.
De Volkstem, liet Zuid-Afrikaansclie re-
geeringsblad, schrijft, in een hoofdartikel over
krijgsrecht en pedagogie, over de schending
van de beschaafde oorlogsgebruiken, die de
Belgische commissie de Duitschers ten laste
legt. De Engelsche nieuwsagentschappen
hebben de ergste wandaden uit de akte van
beschuldiging wereldkundig gemaakt.
Zo hebben de Duitsche autoriteiten aan 'n
stad brandschatting opgelegd, waar 'n stuk
spoorweg vernield werd, de nabij wonende
Belgen met bestraffing bedreigd of bekend
gemaakt dat gijzelaars zouden gedood worden,
ingeval 't publiek zich niet rustig hield. In
dien met 't rondkabelen dezer bizonderheden
bedoeld was om baat te wekken tegen de
Duitsers, gaat de Volkstem voort dan
is die bedoeling in menig geval gelukt. Want
de Leader vermeldt de biezonderlieden onder
't hoofd „Barbaarsheid plus razernij" en de
Johbg. Star leidt 't bericht in met de woorden
„Methoden van Hunnen".
Is dit verstandig? Is dit voorzichtig? We
denken in de verste verte niet eraan om ons
waarborg te stellen voor de wettige manier,
waarop door 't Duitse leger oorlog wordt ge
voerd. 't Is best mogelik dat metboden van
barbaarsheid ook bun niet vreemd zijn geweest.
Doch de hierboven opgegeven gevallen kunnen
moeilik worden aangevoerd als argumenten
tot meerder verafschuwing juist van de Duit
sers, temeer omdat ze in recente oorlogen
ook door andere naties werden in praktijk
gebracht.
Op 16 Junie 1900 heeft Lord Boberts 'n
proklamatie uitgevaardigd, ten effekte dat „de
huizen nabij de plaats waar schade aan 'n
spoorweg werd gedaan, verbrand zullen
worden en de voornaamste bewoners krijgs
gevangen zullen gemaakt worden." 'n Verdere
proklamatie gaf verlof aan de spoorweg-autori
teiten om personen uit de burgerij op treinen
te plaatsen teneinde beschadiging der spoor
lijnen te voorkomen. Ook is er 'n Roberts-
proklamatie geweest, waarbij aan de eigenaars
van grond, nabij welke telegraaflijnen of spoor
wegen werden beschadigd, 'n schatting werd
opgelegd van 2/6 per morgen, ook al waren
die eigenaars volkomen onschuldig aan de
vernieling. En wie boeken over oorlogsrecht
raadpleegt, zal vinden dat in de loop van de
Anglo-Boeren oorlog soortgelijke dingen door
de Britse krijgs-oversten zijn gedaan als die
nu_ als zonderlinge vergrijpen voor de deur
der Duitse autoriteiten worden gelegd.
Indien onze kollegas van de Star en Leader
deswege gewag maken van „Hunne-methoden"
en van „barbaarse razernij", dwingen ze dan
niet 't publiek van Zuidafrika tot zekere kon-
klusies, welke uoch voor de nagedachtenis
van Lord Roberts, noch voor de eer der
Britse wapenen vleiend zijn? Menig Zuid-"
afrikaans journalist verliest, uit 't oog dat ons
land nog vrij kort geleden 'n grote oorlog
beeft doorgemaakt en dat 't geheugen der
genen, die daarin betrokken waren, scherp is
gebleven in weerwil van de naderhand zo
suksesvol doorgedreven toenadering tussen
Boer en Brit. Wanneer men dus middelen wil
gebruiken, die ons anti-Duits gevoel zullen
aanwakkeren, dan behoren die middelen zorg
vuldiger te worden gekozen dan voor de kon-
sunjptie van andere mensen goed genoeg
worden geacht.
Dezer dagen, bijvoorbeeld, is door de Direk-
teur van 't Onderwijs in Transvaal 'n pamflet
verbreid voor de schoolkinderen van genoemde
Provincie, waarin getracht wordt de verhou
ding tussen 't Britse Rijk en België als buiten
gewoon nobel af te schilderen, speciaal wat
eerstgenoemd rijk betreft. Op zichzelf be
schouwd kan zo'n les in internationale moraal
zielsverheffend wezen voor ons jonge geslacht.
Dat Groot-Brittannië vandaag wordt beschouwd
als dc paladijn der kleine naties, zal 'n wel
dadig effekt teweeg breugen, ook op de trans-
vaalse schooljeugd. Maar ging onze Direkteur
van Onderwijs niet 'n beetje te ver, toen bij
z'n pamflet voorzag van bet navolgend verzoek
„Neem dit mee naar buis en lees aan uw
ouders voor, hoe Groot-Brittannië de kleine
natie bijgestaan heeft Zijn er niet nog
duizende Vrijstaatse en Transvaalse ouders,
die bij harde ervaring weten wat Zuidafrika's
historie dienaangaande te zeggen heeftEn
wat moeten zoodanige ouders dan wel aan
hun kinderen antwoorden, nadat hun 't pam
fletje werd voorgelezen Heeft onze Direkteur
van Onderwijs nooit gehoord van 't spreek
woord dat verbiedt om in 't huis van 'n ge
hangene van touw te praten En is 't niet
tragiekomies, dat huiselike lektuur van boven
genoemd kaliber ambtelik word rondgedeeld,
juist veertien jaren nadat op 25 December
1900 Lord Roberts onze Transvaal formeel
bij 't Britse Rijk annekseerde, enkel steunende
op 't recht van de veroveraar
Maar versta ons goed. De sints 1903 door
do Volkstem gevolgde politiek vrijwaart ons
van suspicie, als zouden we ontrouwheid aan
't Rijks verband willen prediken. En onze
houding der laatste maanden sluit eenige
beschuldiging van pro Dnitsheid vierkant uit.
Docli we kimnen moeilik verdragen dat ons
publiek wordt behandeld als 'n publiek van
idioten en onnozelen. Dat Duitsland de neder
laag verdiend beeft in de geweldige krijg,
welke tans de ganse wereld bevangen houdt-,
staat ook voor ons vast. En dat Groot-Brit
tannië ook Zuidafrika's hulp behoort te ge
nieten, is 'n eis van puur Zuidafrikaans staats
belang. Doch 't is verkeerd om, bier te lande,
de Duitsers als razend barbaarse Hunnen te
brandmerken wegens opvattingen van oorlogs
recht, welke ook door Engelse leger-oversten
werden toegepast. En 't wordt de meesten
onzer onmogelik gemaakt om 'n ernstig gezicht
te bewaren, wanneer onze kinderen ons, uit
boog-officiele boekjes, komen voorlezen boe
idyllies charmant John Bull's geaardheid is
jegens kleine naties. Zelfs ouderlike goedge
lovigheid beeft limieten, altans langs Vaal- en
Oranje-rivier. Als 'n unicum van pedagogies-
politieke ironie is 't direkteurlike pamflet voor
noemd 'n meesterstukje, dat klassiek verdient
te worden
PARIJS, 10 Jan. (Reuter). De ambtelijke
mededeeling van de Fransciie regeering be
helst
Ten Noorden van Soissons zijn onze vorde
ringen gisteren gehandhaafd. Een nieuwe
tegenaanval van de Duitschers werd 's ochtends
afgeslagen.
Tegen de door ons veroverde loopgraven
tussclien Perthes bij Hurlus en de hoogte 200
deed de vijand ook een lievigen tegenaanval.
Hij werd, na zware vèrliezen geleden te
bobben, geheel teruggeworpen.
'In Champagne, van Reims tot Argonne,
heeft ons geschut met groote uitwerking de
Duitsche loopgraven beschoten.
De stellingen die wij te Pertbee hebben
genomen, zijn door ons ingericht.
De Duitsche tegenaanval ten Westen van
Perthee is teruggeslagen.
In 't gebied buiten de hoeve Beau Séjour
hebben wij dubbele vorderingen gemaakt.
Wij wonnen er terrein naar 't Westen en
namen een redoute ten Noordon van de hoeve.
Ons geschut heeft een aanval in bet bosch
van Apremont tot staan gebracht. Ook hebben
wij aanvallen afgeslagen in de Vogezen bij
Waltwiller en Thann.
BERLIJN, 10 Jan. (Wolff.) Gisteren was
het weer wederom slecht. De Leie is op
sommige plaatsen tot een breedte van 800
meter buiten baar oevers getreden.
Pogingen des vijands om ons uit onze stel
lingen bij Nieuwpoort te dringen zijn mislukt.
Ten Noordwesten van Soissons hebben de
Franschen hun aanvallen herhaald. Deze aan
vallen zijn alle met voor de Franschen groote
verliezen afgeslagen. Meer dan honderd ge
vangenen bleven in onze handen. De gevechten
daar ter plaatse worden lieden voortgezet.
Ten Westen en ten Oosten van Pertes(ten
Noordoosten van Champ des Chalons) hebben
de Franschen opnieuw lievig aangevallen.
Deze aanvallen berokkenden hun groote ver
liezen en liepen op niets uit. Wij maakten
daar 150 gevangenen.
De Fransche legatie deelt omtrent de krijgs
verrichtingen het volgende mede
Den 8en Januari hebben wij vóór Lombaert-
zijde drie mitrailleurs vernietigd. Ten zuiden
van Yperen hebben wij de loopgraven van
den vijand beschadigd en zijn mijnenwerpers
tot zwijgen gebracht.
In de streek van Soupic (ten oosten van
Vailly) hebben wij den heuvel 132 stormender
hand -genomen. In den loop van den dag
heeft de vijand drie malen een lievigen tegen
aanval gedaan, welke alle drie werden afge
slagen. Onze winst is drie linies vijandelijke
loopgraven over een front van 600 meters.
De vijand, die niet kon heroveren wat hij ver
loren heeft, bombardeerde Soissons en schoot
het paleis van justitie in brand. Ten zuiden
van Laon en van Craonne heeft onze artillerie
een loods met mitrailleurs vernield, de vijan
delijke artillerie tot zwijgen gebracht en zijn
loopgraven stukgeschoten.
In de streek van Perthes heeft de vijand
een aanval ondernomen, waarop wij onmiddel
lijk hebben geantwoord door een tegenaanval
en wij hebben niet alleen onze stellingen op
den heuvel 200 (westelijk van Perthes) be
houden, maar zelfs hébben wij ons van 200
meter vijandelijke loopgraven meestergemaakt
tussclien den heuvel 200 en bet dorp Perthes
daarenboven heeft een aanval rechtstreeks
tegen Perthes ondernomen op liet oogenblik
van onzen tegenaanval op den heuvel 200 ons
in liet bezit gesteld van liet dorp Perthes.
Wij hebben er ons gevestigd en zjjn vooruit
gekomen tot over den rand van liet dorp.
Onze winst aan dien kant is meer dan 500
meters.
In Wocvre, ten Noordwesten van Flirey,
hebben wij een nieuwe loopgraaf stormender
hand genomen. Wij hebben eveneens 100 meter
vijandelijke loopgraven in het bosch van Ailly
en een loopgraaf in liet bosch Lc Prêtre ge
nomen.
In de streek van Cernay hebben wij onze
stellingen gehandhaafdmeer zuidelijk beeft
de vijand na aanzienlijke versterkingen te
hebben ontvangen, Bur'nhaupt-le-Haut weder
bezet, maar wij hebben hem zware verliezen
toegebracht en een vijftigtal gevangenen ge
maakt.
Nachtelijke aanval.
In den nacht gaat een Duitscli bataljon
over een moerassig bietenveld in moeilijken
marsch zoo stil mogelijk vooruit. Tot op 50
M. afstands naderen do soldaten de vijande
lijke draadversperring. Tot nu toe heeft geen
vijandelijke patroelje de troep gezien.
Maar als de bestorming begint, schreeuwen
de sper-patroeljes der tegenstanders ontzet.
Deze staan bij de doorgangen door liet
prikkeldraad. Men begrijpt toch, hoe die
noodig zijn, om den eigen soldaten na een
aanval de gelegenheid te bieden, zich weder
in bun stellingen terug te trekken, vooral
indien de aanval mislukte en ze door de vij
anden op de hielen worden gezeten. Daartoe
zijn zig-zag-paden in liet prikkeldraad uitge
spaard, welke de bezetting nauwkeurig be
kend moeten zijn, terwijl een patroelje be
trekkelijk gemakkelijk den toegang daartoe
aan den tegenstander kan verhinderen.
Ook thans vuren eerst bedoelde soldaten
als razend bun alarmsclioten in de donkere
menscbenmassa, die nu zichtbaar wordt.
De hand-bommen vliegen en springen, alles
vernietigend, waar zij treffen, liet geweer
vuur uit do vijandelijke loopgraven knettert
en suist den Duitschers om de ooren. Deze
kunnen enkel voor zich uit zien. De menschen-
menigte stort voorwaarts, valt, staat weer op,
trekt met bloedende banden het prikkeldraad
van de voeten en beenen.
Het is liet werk van een oogenblik. Op
de smalste plaatsen was de daarmee bezette
strook maar 5 M. breed. Tandenknarsend,
dc handen om de bajonet geklemd, dondert
de Duitsche inenschengolf voorwaarts. Mijnen
ontploffen, lieele dozijnen van de bestormers
vliegen, bloedend en verscheurd uit elkaar.
De liandboni vernietigd de vijandelijke borst
wering. Kolfslagen, bajonetten, en dat alles
in liet pikdonker. Van de borstwering af
springen de Duitschers in de loopgraaf. Met
de bajonet wordt deze ten slotte veroverd.
Aldus wordt ongeveer in „Ueber Land und
Meer" deze ontzettende bestorming beschreven.
Een van de Engelsche vliegers, die over
liet noorden van Vlaanderen zijn getrokken
zou volgens de Duitsche grenswachten
bij Knocke zijn gedaald. Aan de algemeene
beschieting door kanonnen, mitrailleurs en
geweren is ook deelgenomen van uit de meer
oostelijk gelegen dorpen Dainme en Oosthoek,
want lot vlak langs onze grens breiden de
Duitschers bun versterkingen en verdedigings
werken gestadig uit. In beide genoemde
plaatsen zijn vele kanonnen opgesteld en loop
graven aangelegd. Dicht bij Sluis zijn, langs
het kanaal naar Brugge, tal van boomeii om
gehakt en is geschut neergezet. Of de vliegers
bommen hebben uitgeworpen is nog niet be
kend. Wat Brugge betreft zijn wij hier in
Sluis in zeker opzicht daarbij direct betrokken.
De gasfabriek van Brugge immers helpt, ons
hier aan de verlichting.
Het requisitioneeren wordt met de uiterste
gestrengheid voortgezet. Zoo kregen de be
woners van bet naburige Middelburg (België)
allemaal een briefje om in te vullen, hoeveel
haver, stroo. boonen, erwten, koeien, varkens,
ki|ipen en eenden ze aan de Duitsche militaire
overheid kunnen leveren. Hedenmiddag moeten
ze op liet raadhuis komen om die briefjes in
te leveren. Wie dan niet naar genoegen van
den Duitschen officier heeft ingeschreven, wordt
bedreigd met ernstige straffen.
Duitsche landweermannen vertelden dat zij
't hier in de buurt heel goed hebben. Alleen
van den opgeëisebten wijn kregen de minderen
niet mee. Hun is het gebruik van alcohol ver
boden zij ontvangen ieder dagelijks twee si
garen. Een hunner had nu al twee van de
vier broers, die in den oorlog waren aan 't
oostelijke en het westelijke front verloren.
De derde broer klaagde in zijn laatsten brief
uit Rusland bitter over de koude. Hij droeg
vier broeken over elkaar, maar vervolgden
de mannen hoe liet met den oorlog staat,
daar weten we niets vanwant wat onze
Duitsche couranten schrijven, dat kunnen we
slecht vertrouwen, en bovendien is dit nieuws
altijd veertien dagen oud.
Zij vertelden dat de Duitsche linie, waarvan
liet front met den konden, natten wind in
't gezicht, staat, daar droevig veel van te lijden
heeft. Gevallen van longontsteking komen
veel voor.
SLUIS, 11 Januari. (N. R. C.) Zondag
middag, te een uur, zijn te Middelbnrg, het
dorpje vlak bij dc grens van Zeeuwsch-Vlaan-
deren, 84 uhlanen van het eerste garde-regi
ment uit Potsdam aangekomen. Ze zijn bij
de burgers ingekwartierd. In Lapsclieure
zijn er 100 en in Hoorn, behoorende onder
Moerkerke, 80 binnengerukt. Hun paarden
worden bij de inwoners gestald.
De komst van deze ruiters bracht groote
opschudding teweeg iu de geheele streek..
Verscheidene menschen trokken, angstig voor
de baldadigheden der Duitsche soldaten, reeds
een paar uur na bun aankomst met pak en
zak over de grens op Hollandsch gebied.
Advertentiën voor dit blad worden
aangenomen tot 's namiddags i UUR op
den dag der uitgave.
Van het Westelijke gevechtsterrein.
Van Fransche zijde.
De Duitschers in België.