Hntireooluttonair mi nieuws- en Advertentieblad Zeeland. De Oorlog» 40 cent. Uit de Tweede Kamer. Woensdag 23 December 1914. 12" Jaargang. No. 1182. ABONNEMENT: Per drie maanden binnea Ter Neuzen f\,Franco per post: voor Nederland ƒ1,10. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec teuren en Brievengaarders. Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op ^Feestdagen, bij den Uitgever D. H. LïTTOOïJ Az. te TER NEUZEN. INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIE TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER. ADVERTENTIËN: Van 1—4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.^j^ Het volgende nummer van dit blad verschijnt Donderdag- inplaats van Vrijdagavond (ie Kerstdag). Het nummer van Vrijdag i Januari verschijnt des morgens inplaats van des Vrijdagsavonds. Advertentiën voor dat nummer worden ingewacht tot Don derdag 31 Dec. des middags 3 ure. Nieuwjaarsmorgen wordt dit blad huis aan huis verspreid. Prijs per advertentie is Zitting van Vrijdag 18 December. Vergissen wij ons niet, aldus de Nederlander, dan heeft de Minister van Binneulandsche Zaken gisteren op zachte, maar niettemin besliste wijze gepoogd der Kamer duidelijk te maken, dat zij bezig is het begrip der ver houdingen van het oogenblik te verliezen. Er klonk iets spijtigs in zijn toon, iets alsof bij zeggen wildeBegrijpt gij dan niet, lieeren, dat ik meer aan mijn hoofd heb dan uw kleine klachten over speciale belangen van uw district Is het n u, nu van allen kant nog oorlogsgevaar dreigt, de tijd om te praten over een subsidie-tje, een toch zoo gewenschte Hoogere Burgerschool, een wandelleeraar of geen wandelleeraar Vermoedt gij niet, dat de Ministers arbeiden onder den zwaren druk van omstandigheden, die gij deels niet kent, deels ten eenenmale schijnt te vergeten De Kamer scheen er een oogenblik van onder den indruk. Niemand van de lieeren die, de een na den auder, hun bezwaartjes hadden uitgesproken, had den moed tot re pliek na de zachte reprimande die hen aldus was toegediend. Er kwam geen enkel voor stel om op het bezuinigingssysteem des Mi nisters, dat niemand méér dan hem zeiven teleurstelt, inbreuk te maken. Het zou ook waarlijk al te dwaas zijn geweest. Hoorde men de heeren klagen dan scheen het, of 't wel en wee van het land afhing van de vervulling van elk hunner speciale wenschen. Mogelijk dat bezuinigd moest worden, goed maar toch op dézen post nietEn op genen nietEn nog op een anderen niet. Van een systeem van bezuiniging doolde men over naar een bezuiniging zonder systeem. Was het vreemd dat de Minister dit alles afwees Zooals we zeiden scheen de Kamer een oogenblik onder den indruk. Maar lang be klijven doen zulke indrukken gemeenlijk niet. 'De heer Kleerekooper meende den Minister een soort examen te mogen afnemen ten aan zien zijner denkbeelden over gemeentelijke tram-exploitatie, en over 't verloop der Haag- sche in 't bijzonder, het antwoord des Ministers wasDaarover laat ik mij niet uit. Verbeelden we 't ons, of was inderdaad de wijze waarop later de Minister een vraag van den heer Visser beantwoordde, veel onvrien delijker dan het bescheid dat onderscheidene sprekers van links ontvingen Of is de Mi nister, door de omstandigheden begrijpelijk, wat prikkelbaar, en neemt de zekerheid zijner 'gemoedsrust en meestal placide kalmte af bij liet voortgaan van de wijzers op de klokke- plaat Wij mogen nauwelijks veronderstellen dat de pogingen van sommige linkerzijde-sprekers, om de politieke scheiding tusschen Kabinet en rechterzijde te verscherpen, ook op den Minister invloed zouden hebben. Daarvoor is de lieer Cort van der Linden toch de man niet. Men doet er evenwel links al zijn best voor. Wij wijzen er maar op, hoe de heer K. ter Laan de grofheid beging te doen uitkomen, dat 't voor den Minister wel onplezierig moest zijn te ervaren dat zijn bezuinigingsmethode alleen hij een lid van rechts (den heer VanVuuren) verdediging had gevonden. Wij wijzen voorts op de grofheden die de lieer Lieftinck zich tegenover dat zelfde lid van rechts veroor loofde, blijkbaar in de meening dat de nestor der Kamer ook het recht heeft zich als de mentor zijner medeleden op te werpen Maar misschien bewijst men deze grofheden nog te veel eer alleen met ze te noemen. De heer Van Vuuren heeft ze terecht met geen syllabe van een antwoord verwaardigd. Schoon algemeen-politieke beschouwingen waren uitgeschakeld, liet de Voorzitter bij eene onderafdeeling een vraag van den lieer Schaperhoe 't met de kiesrecht quaesti^ stond passeeren. De Minister antwoordde dat hij aan het door het Kabinet geformuleerd program vasthoudt, dat echter deze tijd voor grondwetsherziening allerminst geschikt is. Natuurlijk niet. Voor zoover de pacificatie op schoolgebied van Grondwetsherziening af hangt, zal ook deze alzoo tot meer rustigen tijd moeten wachtendat de Minister haar allerminst uit liet oog heeft verloren, bleek wel toen liij onder de maatregelen die finan- cieele offers in de toekomst zullen vragen, ook die pacificatie op onderwijsgebied opsomde. Van die toekomst ecliter, het was goed dat de Minister daarop nog eens den nadruk legde, is men kllerminst zeker. Wij weten niet, zeide hij, wat ons volk over drie, over zes maanden zal kunnen dragen. Maar klaart de hemel op, is de vrede geteekend, of zelfs wordt het uitzicht zóó dat wij onze mobilisatie kunnen afgelasten, en daardoor een stroom van uitgaven stuiten, dan zal de Minister niet aarzelen om in te halen wat nu moet worden verzuimd. Twee speciale punten ten slotte. Wij ge waagden reeds van de vraag van dr. De Visser. In 1911, zoo merkte hij op, is te Leiden een bijzondere leerstoel gevestigd voor de kennis van het Grieksch-Oostersch Christendom. Prof. De Zwaan werd daarvoor benoemd, doch nam kortelings een professoraat in Groningen aan. Inplaats van nu weder een man voor datzelfde vak aan te wijzen, benoemde de Minister dr. A. Eekhof tot hoogleeraar in de kennis van het Geref. Protestantisme in Amerika, werd erbij gevoegd, toen bleek dat dr. Knap pert het Geref. Protestantisme in óns land reeds behandelde als de hoogleeraar, die de geschiedenis der Hervormde Kerk doceert. Waarom schoon dr. De Visser het prees dat men den jongen geleerde Eekliof voor de Universiteit wilde winnen niet de leerstoel voor Grieksch-Oostersch Christendom openge houden Met dit niet te doen, had de Minister met een goeden regel zijner voorgangers ge- brokem De Minister antwoordde vrij bits, dat hij, als hij 't belang eener zaak anders inzag dan zijn voorgangers, zich door lmn inzichten niet zóu laten leidendat er op 't oogenblik nie mand was die den leerstoel van prof. De Zwaan kon bezetten, en voorts, dat hij zich aan zijn adviseurs hield, ook al stelde hij de adviezen van dr. De Visser op nog zoo hoogen prijs. Het tweede speciale punt wasKan de Regeering niet een officieelen biddag uit schrijven? De heer Brummelkamp had de vraag gesteld, en de heer Roodhuyzen achtte zich gerechtigd haar met een beroep op de Grondwet ontkennend te beantwoorden. Maar daarmee kwam hij van een koude reis. Niet alleen sloeg de Minister die toch óók wel iets van onze Grondwet weet, den lieer Roodhuyzen dit Goliathszwaard uit de hand, maar bovendien toonde de heer De Visser klaarlijk aan, dat in 1866, toen de laatste banden tusschen Kerk en Staat werden doorgesneden, door Minister Jolles uitdrukke lijk het uitschrijven van bede- en dankdagen van Overheidswege waarvan er in 1820 officieel een was ingesteld als Overheids- bevoegdheid was gehandhaafd, onder instem ming der geheele toenmalige Kamer. Maar aangezien wij sinds in vrijzinnigheid enorm vooruitgegaan zijn, vreest men thans voorspot met het heilige, zoodra de Overheid op dit punt zich haar roeping als Christelijke Overheid weder bewust mocht toonen, en zelfs een man als de heer Cort van der Linden, wiens ruimen zin ten aanzien van godsdienstige gevoelens gemeenlijk te waardeeren is, durft zelfs een uitnoodiging aan de kerken tot het uitschrijven van eenen algeraeenen biddag om den vrede niet meer aan. De overgroote meerderheid des volks zou, zoo vreest hij, tegen zulk een Overheids- daad in verzet komen, en aangezien de volks wil nog altijd richting en beleid der Overheid schijnt aan' te geven, kan men van den heer Cort van der Linden het uitschrijven van een algemeenen bededag niet verwachten. Zeer terecht deed de heer Nolens opmerken dat overigens de lieer Minister zich in zijne schatting van de gevoelens der overgroote meerderheid onzes volks wel eens zeer vergis sen kon; de nieuw en krachtig opbruischende stroom van religieus leven in de eerste dagen der benauwenis, de behoefte aan gemeenschap met den Allerhoogste, die niet „den mensch siert", zooals de lieer Cort zuiver liberalistisch zeide, maar aan God Zijne eere toebrengt, bewees hoezeer ons volk in zijn innigst wezen nog een religieus volk is. Maar dit voelt het liberalisme niet, omdat het dit niet ziet. en omdat zijn belijders gewoon zijn, nog altijd, slechts aan de zienlijke dingen te gelooven. Zelfs in dagen als deze wordt deze anti these nimmer uitgewischt. PARIJS, 19 December. Officieel bericht van Reuter Op het front in Belgisch Vlaanderen is in de streek van Steenstrate een vijandelijke aanval afgeslagen. Wij hebben aanmerkelijke vorderingen gemaakt. De vijand heeft in de richting van Thiepval en Lelions bedrijvigheid getoond. Op laatst genoemd punt is een vijandelijke afdeeling verrast en letterlijk weggemaaid. Tusschen de Noordzee en de Leie hebben wij boven Nieuwpoort en St. Joris eenig terrein gewonnen. Ook ten oosten en ten zuiden van Yperen zijn wij eenigszins opgeschoten. Tusschen Leie en Oise hebben wij een deel der loopsraven van de eerste Duitsche linie op het front Richebourne-Lavoac-Givencliy- Loos-La Bassée genomen. BERLIJN, 20 December. (Wolff.) Officieele kennisgeving uit het groote hoofdkwartier Bij Nieuwpoort en Bixsclioote hebben onze tegenstanders hun vruchtelooze aanvallen ge staakt. De aanvallen der Fransclien en Engelschen bij La Bassée hebben wij met groote verliezen voor den vijand afgesiagen. Tweehonderd gevangenen (van de Engelsche en de gekleurde troepen) zijn in onze handen gevalleu, ongeveer 600 lijken' van Engelschen liggen voor ons front. Bij Notre Dame de Lorette (ten Z.O. van Bétliuue) hebben wij een loopgraaf van zestig meter lengte aan onze tegenstanders verloren onze verliezen zijn onbeduidend. In Argonne hebben wij kleine vorderingen gemaakt en drie machinegeweren vermeesterd. BERLIJN, 20 Dec. (Wolff.) Officieele ken nisgeving uit het groote hoofdkwartier Aan de grens van Oost- en West-Pruisen is niets van belang gebeurd. In Polen doen de Russische legers pogingen om zicli in hun nieuwe, van te voren gereed gemaakte stelling aan de Rawka (rechter zij rivier van de Bzura ten oosten van Lowicz) en de Nida te handhaven. Wij vallen hen daar overal aan. In de Karpathen zijn de vijandelijke voor hoeden in het gebied van de Latorcza terug geworpen. Ten noordoosten van de Lupkowerpas ont wikkelen zicli groote gevechten. Bij onzen aanval op het front Krosno—Zak- liczyn hebben wij aanmerkelijke vorderingen gemaakt. In het dal van de Biala zijn onze troepen tot Tuchow (20 K.M. ten Z. van Tarnow) doorgedrongen. De gevechten aan den benedenloop van de Dunajec duren voort. De Russen hebben daar, evenals in Galicië, met sterke strijdmachten opnieuw stand gehouden. In Zuid Polen hebben wij de rivier Nida bereikt. Ten zuidoosten van Albert hebben wij de loopgraven, waarvan wij ons Donderdag hadden meester gemaakt en die wij Vrijdag weer hadden verloren, hernomen. In de streek van Lihons zijn twee verwoede aanvallen der Duitschers, die ten doel hadden de Vrijdag door ons genomen loopgraven te heroveren, afgeslagen. Tusschen de Oise en Argonne blijft onze artillerie het Duitsche geschut de baas. In het bosch van La Grurie hebben wij aanvallen op Fontaine Madame en St. Hubert afgeslagen. De correspondent van De Tijd meldt: Een dubbel doel zat er achter de aanval lende beweging van de Belgiscli-Fransche troepen boven Nieuwpoort, samengaande met de beschieting van Westende door de Engel sche oorlogsschepen. Vooreerst het algemeene doel van vooruit te komen, maar in de tweede plaats een verdedigingsdoel om een voortschui- ven van den vijand zijnerzijds bij Nieuwpoort te beletten. De Duitschers zijn nl. geregeld en volgens goed opgezet plan voortgegaan de kust te versterken. E11 steeds dringen ze meer en meer op bij Nieuwpoort. Men herinnert zicli nog wel hun aanvallende beweging van enkele weken terug. Eu nu was het gevaar, dat ze zich met hun ku^tbatterijen steeds dichter en dichter hij Nieuwpoort zouden nestelen. Van daar de Belgische aanval op Lombaerdzijde vandaar ook deze gemeenschappelijke onder neming van Belgen en Fransclien. Er moet lucht gemaakt worden voor Nieuwpoort, zeide mij een officier. Dit stelt ook liet feit in het licht, dat de Engelschen vloot zoo heftig uren lang Westende heeft gebombardeerd. Tevergeefs trachtten de Duitschers door tegenaanvallen op St. Joris (St. Georges) onze voortgaande beweging te verijdelen St. Joris bleef in onze handen. Ook meer Zuidwaarts bleef liet goede gevolg onzer krijgsverrichtingen aanhouden. Yperen krijgt eveneens meer lucht. De Duitschers worden ten Oosten daarvan langzaam teruggedrongen. Zuidwaarts bij St. Eloy gelukte het nog niet zoo goed als iets noord-oostelijker, hij Klein Zillebecke. En ook noordwaarts van Yperen en meer naar den westkant toe, zuid oostelijk vau Bixschoote, werd terrein gewonnen. Henri Masson, advocaat te Brussel, heeft berekend, welke verliezen Duitschland aan België berokkend heeft, gedurende de eerste 82 dagen van den oorlog. De rekening is in Engelsche ponden (f 12) opgemaakt en ze geeft de volgende bedragen Luik en omstreken, gebouwen handel en forten 6.916 000 pd. Tirlemont, handel en gebouwen 1.104.000 pd. Leuven, universiteit, gebouwen en liaudel 7.482.000 pd. Mechelen, kathedraal, kunst werken enz. 1.532.800 pd. Aerschot 248.000 pd. Namen, gebouwen, handel en forten 4.786.400 pd. Dinant (de kasteelen aan de rivier inbegrepen, 3.134.000 pd. Charleroi en omstreken, ge bouwen en fabrieken 20.632.000 pd. Bergen 136.000 pd. Doornik, Leuze en Ath 100.000 pd. Hasselt, Thourout en Moll 308.400 pd. Aalst 392.000 pd Dendermonde 834.000 pd I I Inzending van advertentlBn vóór uren op den dag der uitgave. Advertentiën voor dit blad worden aangenomen tot 's namiddags I UUR op den dag der uitgave. NIEUWJAARSWENSCHEN en ADVER TENTIËN worden spoedig ingewacht bij den uitgever van dit blad. Wat de Kamer niet voelt. De Minister geprikkeld Liberalisme en vroomheid. Van het Westelijk gevechtsterrein Van het Oostelijk gevechtsterrein. Uit Duinkerken. De verwoestingen in België.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1914 | | pagina 1