Oorlogsberichten. Binnenlandsch Nieuws. Uit Stad eii Provincie. king hebben aan den linkervleugel! zoo vloog een uitroep weer langs de linie. En weinige minuten later kropen troepen voorbij, die men ons gezonden had. De vijand echter haalde steeds meer naar rechts uit, kwam steeds nader en maakte zich gereed om onze stelling te bestormen. Een-lange schaduw sprong als uit den grond opgeschoten, midden op den dijk en riep in het Duitsch„Geeft u over „Geef jij je over!" werd er teruggeroepen. Twee schoten knalden en de schaduw viel in elkaar. En nu kwam het. Kleine troepen van vijanden doken in in het donker onmid dellijk voor ons op en trachtten den wal te bestormen. Doch als tijgers, tot den sprong gereed, zaten onze manschappen achter den dijk, sprongen naar voren als zich een zwarte schaduw vertoonde en sloegen er met de kolf op los. Het bliksemde en knalde van rechts naar links, het ging op en neer, men hoorde geschreeuw, gevloek, gehijg en gesteun door elkaar, he; was een wilde en warme worste ling om iederen pas, om iederen duims gronds en niemand wilde wijken. Van links werden wij zeer in het nauw gedreven en de vleugel moest teruggebogen worden, zoodat hij tegen de rivier kwam. Van rechts werden er pa tronen-pakjes in onze gelederen gegooid, die opengescheurd, verdeeld en verschoten werden. Het ging alles in razende, koortsachtige haast. Wij moesten het in ieder geval houden, dat wisten wij, want achter ons lag de rivier en als wij teruggedrongen werden, waren wij reddeloos verloren. Met vast opeen geklemde tande en brandende oogen lagen wij gereed om op het juiste oogenblik er uit te springen en den vijand te pakken. Toen werd er plot seling met een hooge stem en duidelijk over het water geroepen „Hier komt een bataljon om jelui linkerflank te dekken!" Reeds blik semde het links achter ons, reeds werden de vijandelijke gelederen, die ons omsingelden, teruggeworpen. Dat was hulp op het juiste oogenblik. De donkere gestalten voor ons drongen naar rechts vormden een zwarten hoop, gingen verward heen en weer. „Vuren, mannen, wat je kunt, de vijand wijkt!" en uit honderden geweren sprongen blauwe vlammetjes, knalden dood- brengende schoten, tot de schaduwen in het donker van den nacht verdwenen waren. Een schel gefluitOphouden met vuren Een paar maal nog knalde het over het veld en toen was alles stil. De vijand was teruggeslagen. De helmen werden van het hoofd genomen en de nachtwind koelde de gloeiende hoofden. En nu kwam eindelijk de Berlijner weer aan 's woord. „Justav, Mensch, ich dachte, jetzt liegste in de Yser". Toen had ieder van die brave kerels wat te vertellen, ieder had wat „gedacht", „ge zegd", „geloofd" en „gemeend". Men hoorde hen halfluid spreken, men hoorde ook hoe zij vriendelijke, opmonterende woorden tot de gewonden spraken. Aan slaap was voor de rest van den nacht niet te denken, want de zenuwen werkten onder hoogen druk en wilden niet tot rust komen. Eindelijk brak een grau we morgen aan De Duitschers in Frankrijk en België. PARIJS, 21 Nov. (Reuter). De Fransche officieele kennisgeving van vanmiddag drie uur behelst: In België heeft onze artillerie bij Dixmuiden een voordeel behaald op die van den vijand. Bij Verdun en in de Vogeezen zijn wij wat vooruitgekomenwij hebben ons daar op ver schillende punten in verschanste stellingen genesteld op minder dan 30 M. van de Duitsche posities. PARIJS, 21 November. (Reuter.) Officieele kennisgeving van 's avonds elf uur Lr is heden niets belangrijks gebeurd, behalve in YVoevre waar vijf aanvallen der Duitschers, in een tijdsverloop van twee uur ondernomen, door de Fransche artillerie zijn afgeslagen. PARIJS, 22 November. (Reuter). De offici eele kennisgeving van vanmiddag behelst dat het vandaag op het geheele front rustig is geweest. PARIJS, 22 November. (Reuter). Officieel bericht van 11 uur 's avonds Heden heeft een hevige beschieting van Yperen plaats gehad, waarbij de lakenhal en het stadhnis vernield zijn. Vrij hevig geschutvuur is er geweest in de streek van Soissons en Vailly. Van het overige gedeelte van het front valt niets te vermelden. BERLIJN, 22 November. (Wolff). Kennis geving uit het groote hoofdkwartierOp het westelijk oorlogsterrein is de toestand onver anderd. De Oostenrijkers in Servië. WEENEN, 22 November. (Wolff.) Van het zuidelijk oorlogstooneel wordt officieel mee gedeeld dat een sterke Oostenrijksch-IIongaar- sche troepenmacht de Kolubara reeds is over getrokken. De vijand biedt echter nog weer stand in verscheidene goedgekozen versterkte stellingen. Groote patrouilles hebben de laatste twee dagen weder 2440 gevangenen gemaakt. Het aantal Servische krijgsgevangenen in de ge vechten sedert 6 November is hiermee tot 13.000 geklommen. Het gevecht in de Zwarte Zee. Het bericht van den Russichen marinestaf over het gevecht in de Zwarte Zee luidt woor delijk als volgt: „Op 18 November kreeg een divisie van onze linieschepen van de Zwarte-Zee-vloot, tnrugkeerende van een kruistocht langs de kust van Klein-Azië, op 40 K.M. van den vuurtoren van de Chersonesus (Taurica), een Turksch smaldeel in het gezicht, dat uit de Göben en de Breslau bestond. De Russiche vloot schaarde zich onmidde- lijk in slagorde, zoodat zij den vijand aan stuurboord had en opende het vuur op 40 ka bellengten (6320 M.) De eerste ontlading van de 30.5 cM.-kanon- nen van de Swjatei-Jewstafi trof de Göben en veroorzaakten ontploffing aan boord, die brand deed ontstaan. Het Russiche vlagge- schip en andere schepen gingen voort met uitstekend te schieten, en aan boord van de Göben hadden nieuwe ontploffingen plaats. De Göben opende pas na eenig oponthoud het vuur, daar de vijand blijkbaar verrast was. De Duitschers gaven de volle laag met hun zware kanonnen, waarbij zij hun vuur op het Russische vlaggeschip samentrokken. Het gevecht duurde 14 minuten, waarna de Göben in den mist verdween. De Breslau trok partij van haar snelheid en nam aan het gevecht geen deel, maar hield zich terzijde. De Swjatoi-Jewstafi was het eenige Russische schip dat schade kreeg en deze was onbe- teekenend. Onze verliezen wareneen luite nant, drie adelborsten en 29 matrozen ge sneuveld, een luitenant en 19 matrozen ernstig gewonden vijf matrozen licht gewond." Aldus het Russische bericht van ambtelijke zijde. De Russische linie-schepen, die aan het gevecht deelnamen, waren blijkbaar be halve de Swjatoi-Jewstafi, de Joan Slatoest (een zusterschip) en de Panteleimon, die elk over 4 kanonnen van 30.5 c.M. beschikken. Tegenover deze 12 zware stukken kon de Göben slechts 10 stukken van 28 cM. en zes kleinere kanonnen stellen. Van hare veel grootere snelheid heeft zij gebruik gemaakt, om bijtijds te ontkomen. De Breslau kon het als pantserdekkruiser natuurlijk in het geheel niet tegen de Russische linieschepen opnemen. Indrukken van een officier. In een Engelsch blad vinden we een paar brieven van een officier der lanciers van 3 en van 6 November, waarin het volgende over het reusachtige Duitsche geschut Nadat we een schamelen lunch van wat brood en vleesch hadden genoten, moesten we opbreken, voorttrekkend van plaats tot plaats, steeds dichter bij de gevechtslijn. Den vol genden dag vielen de granaten aan alle kanten van ons: we waren een uur of twee, drie in de hel. Dat is het juiste woord in dezen. Gedurende al dien tijd werden we, zonder een oogenblik rust, genadeloos met projectielen uit de Duitsche „Jack Johnson's" gebombar deerd. Die granaten zijn van zeer verschil lende uitwerking. De grootste maken een gat in den grond van vijf tot zes nieter in door snee, en van ongeveer vier voet diep. Er is een gillend geluid, als ze door de lucht voort razen, dat geluid wordt al luider en luider naarmate ze naderbij komen en het leven dat ze maken bij 't ontploffen, is in letterlijken zin oorverdoovend. De grond trilt mijlen in de rondte en de saamgeperste lucht doet je hoofd en je romp schudden. Gedurende dit bom bardement lagen we werkeloos in ouze loop graven met niets om onze gedachten bezig te houden. Ik geloof niet, dat ik bijzonder bang was daarvoor ben ik te fatalistisch aangelegd, maar als je niets te doen hebt, en aan niets hebt te denken, dan kun je al niet anders doen dan luisteren naar eiken granaat die in de buurt neerkomt, en je afvragen, of er iemand door getroffen is of niet. Na een poosje voelde ik me zoo ziek als een kat. Waar nog bij kwam. dat het dien heelen tijd stortregende. Het was een vreeselijke nacht misschien hadden we ondanks het bombarde ment op 't laatst nog een oogenblikje kunnen slapen, maar we waren zoo nat en koud, dat dat ook niet ging. Achter het front. Uit Maastricht wordt het volgende gemeld Te Luik kwamen Zondag 500 man Fransche krijgsgevangenen aan uit de richting van Ar- mentières. Onder hen bevonden zich 200 Turco's. Twee bataljons herstelde Duitsche soldaten kwamen eveneens aan, die in de eerste gevechten om Luik gewond werden. Ze gaan naar Brussel. Van Dixmuiden werden 840 zwaar gewonde Duitsche soldaten naar Luik vervoerd. Te Singapore bevinden zich, naar wordt gemeld, 150 matrozen van de Emden in krijgs gevangenschap. De Daily Chronicle krijgt uit Athene be richt dat de Bulgaarsche minister van oorlog een wetsontwerp heeft ingediend om van dienst vrijgestelden onder de wapenen te roepen, waardoor het Bulgaarsche leger met honderdduizend man zou worden versterkt. BERLIJN, 22 November. (Wolff.) Behalve de reeds gemelde gift van 375,000 mark, is een gelijk bedrag tot leniging van den oorlogs- nood ontvangen van Duitschers en vrienden van Duitschland in Argentinië. Turkije en Engeland. KONSTANTINOPEL, 22 November. (Wolff.) Officieel.) Naar het hoofdkwartier mededeelt zijn de Turksche troepen bij het Suezkanaal aangekomen. In een gevecht bij Kantars zijn de Engel- schen verslagen en na zware verliezen te hebben geleden, gevlucht. De burgeroorlog in Zui d-A f r i k a. PRETORIA, 22 November. (Reuter.) (Offi cieel.) De opstand is aan het tanen. De rebellen geven zich dagelijk in groote getalen over. Heden hebben zich twee zoons van De Wet overgegeven. De Oorlogsleening. Als middelen ter dekking, hiervoor te storten in een afzonderlijk fonds, worden aangewezen 20 opcenten op de grondbelasting, de be- brijfsbelasting, de personeele belasting, de vermogensbelasting 50 opcenten op de zegelrechten van buiten- landsche effecten 10 opcenten op de registratie-rechten; 20 opcenten op de successie-rechten 10 opcenten op de invoerrechten, behalve voor azijD, bier en zout 10 opcenten op den gedistilleerd-accijns 10 opcenten op den accijns voor geslacht vee 10 opcenten op den suiker-accijns 20 opcenten op de wijn-accijns. Waakzaamheid aan onze grenzen. Een der grenscorrespondenten van het „Vad." schrijft In' den laatsten tijd zijn de Duitschers nabij de Hollandsche grens (Hoog-Crutz) veel waakzamer geworden. Liep men vroeger van Hoog-Crutz tot Hombourg of Aubel (U/s uur) dan stootte men daar eerst op de Duitsche posten, die de spoorlijn bewaakten. Thans liggen ze met 4 man Uhlanen en 4 man infanterie vlak op de grens. In Teuven een dorpje van 500 zielen, een kwartier op Belgisch grondgebied gelegen liggen een onderofficier met 40 Uhlanen. Zij patrouilleeren den heelen dag de streek af, deels voor smokkelaars en deels, om Belgische jongelingen die vluchten willen, op te vangen. Over het algemeen zijn deze Duitschers goede kerels die hard naar vrouw en kind verlangen. Het zijn landstormsoldaten van Saksen. Een Uhlaan die aan de Hollandsche grens op wacht stond, vertelde mij dat in de afgeloopen maand op dit punt ongeveer 500 personen van 18 tot 40 jaar die zonder pas probeerden op Hollandsch grondgebied te komen, werden aangehouden. Ze zijn naar Aken getranspor teerd. Ook zag ik in Teuven de Duitsche vlag op het stadhuis fiangen. Op mijn vraag, waarom dit gebeurd was, vertelde de Uhlaan mij, dat zijn Hauptmann hem had verteld, dat de Duitschers het Russische leger hadden verslagen en dat Warschau bezet was. De Hauptmann had hun gelast, de vlag uit te steken. De Uhlaan werd even daarna afge lost en daardoor kwam er een einde aan ons gesprek. Ik liep een meter of 4 en stond weer op Nederlandsch grondgebied. Verloven aan militairen voor Kerstmis en Nieuwjaar. Door den opperbevelhebber van land- en zeemacht, is de volgende order aan de militaire autoriteiten gezonden. Daar het niet mogelijk is alle militairen in de gelegenheid te stellen de a. s. feestdagen (Kerstmis, Oud- en Nieuwjaar), in hunne ge zinnen te doen doorbrengen, wordt door mij ter tegemoetkoming hieraan, het volgende bepaald Aan ieder militair, die in het tijdvak van 1 December tot en met 2 Januari e. k. op zijn beurt met verlof gaat volgens de regelen, door mij vastgesteld, bij order van 24 September 1914, kan eenmaai in genoemd tijdvak twee etmalen langer verlof worden verleend, dan volgens genoemde regelen het geval zou zijn. Vau deze gunstige bepalingen zijn uitge zonderd a. Zij, aan wie in genoemd tijdvak inge volge bijzondere beschikking van den Minister van Oorlog of van mij een buitengewoon verlof van langeren duur dan vier dagen mocht zijn of worden verleend b. Zij, die wegens vervalscliing van vrij- biljetten voor vervoer per spoor zijn gestraft geworden. Ik behoud mij voor, bovenstaande gunstige bepaling op elk oogenblik in te trekken, waarop de tijdsomstandigheden en het belang van den dienst zulks mochten vorderen. Bovendien zijn de korpscommandanten en hoogere autoriteiten gemachtigd bij de uit voering van bedoelde bepaling zoodanige be perkingen toe te passen als door de eischen van den dienst of de veiligheid bepaaldelijk gevorderd worden. Niet rooken. De Staatsspoor heeft thans opdracht gegeven, de geëmailleerde plaatjss in de rijtuigafdee liugen met „nicht rauchen" te vervangen door bordjes met „niet rooken". TER NEUZEN, 24 November 1914. Het zeegeschut van gisteren middag. Gisterenmiddag werden de bewoners van Zeeuwsch-Vlaanderen opgeschrikt door hevig kanongebulder, dat alles op zijn grondvesten deed trillen. Te Cadzand kon men door den nevel de vuurstralen der kanonschoten zien van oorlogsschepen, welke bezig waren Zeebrugge en de kust te beschieten. Voor zoover ik door het nevelachtige weer kon zien, stond bezuiden de haven een groot gebouw in brand. Het kustgeschut, dat nog een poos het geschut der schepen beantwoordde, verstomde alras. Of het scheepsgeschut veel schade heeft aangericht, was wegens het invallen der duis ternis niet te zien. (N. R. C.) Scheepvaart op het kanaal Gen t—T er Neuzen. De bepalingen voor de vaart op het Belgisch gedeelte voor neutrale schepen zijn gewijzigd voor elke reis moeten de vaartuigen voorzien zijn van een Passierschein, die kan worden afgegeven door den vice-consul van Duitsch land te Ter Neuzen. De scheepvaartrechten worden weder geheven als voor den oorlog. In de op Donderdag, des voormiddags ten 10 ure te houden openbare vergadering van den gemeenteraad alhier, komen de volgende punten in behandeling 1. Notulen. I 2. Ingekomen stukken. 3. Benoeming van een lid van het burger lijk armbestuur. Aanbevolen worden F. Dekker, aftredend, en M. van Dixlioorn. 4. Üitgifte in erfpacht van eenige percee- len grond. 5. Regeling van het bedrag, waarvoor de te benoemen gemeente-ontvanger ten behoeve der gemeente zekerheid moet stellen. 6. Vaststelling van een instructie voor den gemeente-ontvanger. 7. Regeling uitbetaling jaarwedden van O. Bakker, K. Duizendstra en M. C. Annot. 8. Voorziening kasgeld. 9. Vaststelling kohieren schoolgeld. Sluiskil. De militairen zijn hier een flink militair-tehuis rijk geworden. Een tweetal zalen van het Patronaat zijn er voor in ge reedheid gebracht. Zoowel spelen als een bibliotheek zijn ter beschikking. Een orgel, twee biljarts, dagbladen enz. Ook is er een cantine gevestigd. De avonden van 6 10 worden daar druk benut. Hoek. Op 1 December a. s. hoopt de heer C. van Veelen, vroeger hoofd der chr. school I alhier, thans te Ahnerk, den dag te herdenken dat hij 25 jaar geleden zijn onderwijzersloop baan begon. Na 7 jaren alhier gearbeid te hebben, vertrok hij 1 April 1907. Men schrijft aan de N. R. C. uit Koewacht Van Donderdag 19 November is alle verkeer met rijwielen in de Belgische grensdorpen verboden. Alle verleende verloven zijn inge trokken. Elk rijwiel, dat cp Belgisch grond gebied komt, wordt door de Duitsche soldaten in beslag genomen. De Duitschers gedragen zich tegenover de bevolking zeer minzaam. Het zijn meest Beiersche soldaten van de landstorm. Om aan den uitvoer van petroleum, meel en bloem voor goed een einde te maken, is door de Nederlandsche militaire overheid be paald, dat de Nederlandsche winkeliers deze waren slechts van 8 tot 10 uur des voormid dags mogen verkoopen en dan nog alleen aan Nederlandsche ingezetenen. Ter paarden- en veulenmarkt te Oostburg, op Zaterdag 21 Nov. jl. gehouden was de aan voer ruimer, dan verwacht werd. Een 40 dieren, meest oudere paarden, waaronder van België, stonden aan de lijn. De handel was vrij goed. Èen incident deed zich vooreen der jonge paarden werd door iemand uit Damme (B.) en een buurman, herkend als toebehoorende aan zijn vader bij wien het sinds eenigen tijd ontvreemd of vermist werdbij onderzoek kon men niet uitvinden door wie (naar gissing 2 personen) het ter markt gebracht was De marechaussee hebben het paard in bewaring genomen in afwachting van nader onderzoek. B M. Crt. Hansweert. Hier wordt nog dagelijks aan 4200 vluchtelingen spijzen uitgedeeld. Op de werf „Zeeland" te Hansweert is met goed gevolg te water gelaten het stalen Rijnschip „Lorette" voor den heer J. v. d. Abbeele te Antwerpen. Afmetingen 83 X 1°. 22 X 2,50 meter, inhoud 1500 ton. Daarna is de kiel gelegd voor een sleep- schip voor het Dortmund-Ems-kanaal, voor Duitsche rekening. Middelburg. Gevolg van den oorlogstoestand is dat een pianofabrikant alhier zijn personeel dat reeds een 30tal jaren van 7 tot 7 uur bij hem arbeidde, thans maar van 8 tot 1 uur kan laten werken. Zoowel voor patroon als arbeiders een hoogst treurigen toestand. Mijnen. Hden zijn door de bevoegde autoriteiten vier mijn, 'die te Domburg waren aangespoeld, onschadelijk gemaakt, door ze te doen springen. De ontploffing veroorzaakte groote schade aan de bij het badstrand gelegen hotels en pen sions. De ijzerscherven vlogen tot op grooten afstand. Er hadden geen persoonlijke onge lukken bij plaats. Naar aanleiding van een in de Times van 19 dezer voorkomend bericht, dat de te West- kapelle met zee noodlottig gevolg ontplofte mijn, naar men algemeen deukt, een Duitsche

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1914 | | pagina 2