Oorlogsberichten. Bimienlandsch Nieuws. Uit Stad en Provincie. In de omstreken van Bixschoote zijn wij een kilometer naar het Oosten toe opgeschoten. BERLIJN, 14 November. (Wolff.) Ambte lijke mededeeling uit het groote hoofdkwartier De gevechten in West-Vlaanderen duren nog voort, maar werden gedurende de laatste dagen verhinderd door regenachtig en storm achtig weer. Onze aanvallen hebben verder langzame vorderingen gemaakt. Ten Zuiden van Yperen werden 700Franscheu gevangen genomen. Ten westen van Rijssel zijn aanvallen van de Franschen afgeslagen. Bij Berry-au-Bac hebben de Franschen een beheerscliende stelling moeten ontruimen. In Argonne heeft onze aanval goede vorde ringen gemaakt. De Franschen leden ernstige verliezen en lieten ook gisteren meer dan 150 gevangenen in onze handen.' PARIJS, 15 Nov. (Reuter). Het officieele bericht luidt De dag van gisteren is over het geheele front betrekkelijk kalm verloopen. Hij is voornamelijk gekenmerkt door artillerie-duels. Intusschèn hebben de Duitschers opnieuw aanvallen beproefd ten Noordoosten en ten Zuiden van Yperen, welke alle zijn afgeslagen met aanzienlijke verliezen voor hen. In 't kort zijn alle pogingen, door de Duit schers de laatste dagen gedaan, slechts uit- geloopen op de inneming van het in puin geschoten dorp Dixmuiden, waarvan de afge zonderde positie op den rechteroever van het kanaal de verdediging moeilijk maakte. BERLIJN, 15 Nov. (Wolff.) Het groote hoofdkwartier heeft hedenmiddag het volgende ambtelijke communiqué uitgegeven De gevechten op den rechtervleugel werden gisteren wederom doorslecht weer belemmerd. Wij kwamen slechts weinig vooruit. Bij het voorwaarts rukken, dat met groote moeite ge paard ging, namen wij een paar honderd Franschen en Engelschen gevangen. Verder werden twee machinegeweren buitgemaakt. In het Argonner Woud slaagden wij er in een sterk punt van de Fransche linie met een stormaanval te nemen. De bewering, van Fransche zijde gedaan, dat zij de Franschen bij Coincourt (zuidelijk van Matsal) een Duitsche afdeeliug in wanorde hadden gebracht, is uit de lucht gegrepen. Daarentegen hadden hier juist de Franschen aanzienlijke verliezen, terwijl wij geen enkelen man verloren. PARIJS, 15 November. (Reuter.) Officieel bericht van 11 uur 's avonds: Het belangrijkste voorval van den dag van gisteren is het terugwerpen van den vijand op den rechteroever van het Yser-kanaal. Het gedeelte van den linkeroever, dat de Duit schers uog bezet hielden, is nu geheel ont ruimd. Ten zuiden van Bixchschoote hebben wij een klein bosch heroverd, dat bij een nachte lijken aanval was verloren gegaan. Aan het einde van den dag beproefde de vijand ten zuiden van Yperen zonder succes een aanval. Van het overige gedeelte van het front geen nieuws. BERLIJN, 15 November. (Wolff.) Heden- middag heeft het groote hoofdkwartier offi cieel meegedeeld, dat de gevechten aan de grens van Oost-Pruisen en in Russisch Polen voortduren. Een beslissing is nog niet ge vallen. St. PETERSBURG, 15 November. Mede deeling van het Russische hoofdkwartiei In Oost-Pruisen, waar onze stellingen zich ongeveer uitstrekken van Stalluponen over Angerburg tot bij Johannisburg, zijn onze troepen al vechtende met succes vooruitge komen. In de buurt van Soldau en Neidenburg, waar wij, niettegenstaande den hardnekkigen tegenstand van den vijand, vorderingen maken, wordt de actie voortgezet. Aan den linkeroever van de Weichscl ont wikkelt de slag zich over een front van Plotsk tot aan de Warta. Op het front Kalisj—Velioune trekken de Duitschers terug. In de buurt van Czenstochau en in het Zuiden trachtte de vijand aanvallend op te treden, hetgeen mislukte. De Russische opmarsch naar Krakau wordt voortgezet. In Galicië trachten de Oosten rijkers een verdediging voor te bereiden aan dé Doenajetsrivier, op een front Jabno—Tarnof, en aan de Vilokrivier op een front bij Jaslo. Aan het Russische front in Galicië rukken wij aan op de passen in de Karpathen. Van Duitsche zijde schrijft men Dezer dagen zijn de ambtelijke statistieken aangaande het getal Duitsche reservetroepen opgemaakt. De vredessterkte van het Duitsche leger is 800,000 man, met inbegrip van offi cieren en kader. Tientallen van jaren zijn er jaarlijks 150,000 weerbare mannen voor den dienst onder de wapens niet opgeroepen. Daardoor is het te verklaren, dat Duitschland thans te beschikken heeft over twee millioen vrijwilligers. Dit zijn geheel voor den dienst geschikte mannen, die slechts daarom niet onder de wapens werden geroepen, om dat het benoodigde aantal manschappen niet over schreden mocht worden. Op dit oogenblik heeft Duitschland ongeveer ilj3' millioen sol daten onder de wapens staan. De door Engeland verspreide bewering, dat zich onder hen talrijke lieden bevinden van 50 tot 60 jaar is volkomen ongegrond. Er zijn slechts een gering aantal van vrijwilligers op dien leeftijd. Dit getal is volgens een vrij nauw keurige schatting niet hooger dan 5000. Nu zijn in de laatste weken preciese opgaven gedaan aangaande weerbare mannen, d.z. mannen op den leeftijd van 18 tot 4o jaar, die nog in Duitschland als reservetroepen beschikbaar zijn. Het resultaat is, dat Duitsch land in staat is, nog 6 millioen soldaten te velde te brengen, zonder dat jongelingen beneden de 18 en mannen boven de 45 jaar behoeven te worden opgeroepen. Onderdanen van neutrale staten, die in Duitschland komen, zijn dan ook verbaasd, als zij in alle steden nog zulk een groot getal soldaten rond zien loopen gereed om te velde te trekken. BERLIJN, 14 November (Wolff.) De Nord deutsche Allgemeine Zeitung maakt het ant woord van de Duitsche regeering openbaar op het protest van de Engelsche regeering tegen het leggen van Duitsche mijnen in de Noordzee. Daarin wordt ongeveer het volgende betoogd Ofschoon de achtste Haagsche conventie van 18 October 1907 waarop de EngelscAe regeering zich beroept, volkenrechtelijk ge sproken, iu dezen oorlog voor geen van de deelnemers bindend is, heeft de Duitsche re geering zich vrijwillig door haar gebonden geacht, met uitzondering van artikel 2c, ten aanzien waarvan zoowel Duitschland als Frank rijk uitdrukkelijk voorbehoud hebben gemaakt. De bewering van de Engelsche regeering, dat die bepalingen van Duitsche zijde ge schonden zouden zijn, wordt ten stelligste bestreden. De bewering van de Engelsche regeering, dat Duitsche mijnen blijkbaar door visschersvaartuigen, misschien zelfs onder onzijdige vlag zijn gelegd, is volkomen onge grond. De Duitsche mijnen zijn uitsluitend door Duitsche oorlogsschepen gelegd. Op hoe verren afstand van de kust en de havens van den vijand mijnen geankerd mogen worden, is in de Haagsche overeenkomst niet bepaald en ook niet door het volkenrechtelijke gebruik vastgesteld. De mededeeling van Engelsche zijde over den afstand waarop Duitsche mijnen zich van de bedreigde kust bevonden, is zeer overdreven. Die mijnen zijn integendeel zoo dicht bij de kust gelegd, als de gesteldheid van de ankerplaats en de toestand van de kust het mogelijk maakten. Onwaar is de bewering over de afsluiting van neutrale toegangswegen. Geen Duitsche miju is in den toegangsweg van de volle zee naar een onzijdige haven gelegd. Van Duitsche zijde zijn de mijnen met alle mogelijke zorg verankerd. Mochten enkele ten gevolge van stroomingen of stormen driftig geworden zijn, dan zijn die gevallen veel minder talrijk dan die waarin Engelsche mijnen aan de Belgische en Nederlandsche kust aangedreven zijn en daar schade veroorzaakt hebben. De plicht om op mijnen toezicht te houden bestaat in den regel alleen voor defensieve, maar niet voor' offensieve mijnen. Het verwijt in het Engelsche protest dat de Duitsche regeering nooit een kennisgeving over de plaats waar de mijnen gelegd waren, heeft, uitgevaardigd wordt weerlegd door de mededeeling van den 7deu Augustus aan alle onzijdige mogendheden, dat de toegangswegen naar de Engelsche havens van Duitsche zijde door mijnen zouden afgesloten .worden. Het protest van de Engelsche zijde bij voorkeur gepleegde ernstige schendingen van het geldende volkenrecht te verbloemen. Intusschèn is de sluiting van de Noordzee gevolgd die in haar oeconomische beteekenis gelijk staat met een blokkade van de neutrale kusten. Vreedzame handel is blijkbaar voor het in oorlog verkeerende Engeland alleen die neutrale handel, die koopwaren naar Engeland brengt, maar niet die, w.elke koopwaren naar zijn vijand vervoert of moge lijk zou kunnen vervoeren. De Duitsche regeering is zich bewust van haar kant bij de maatregelen, die de militaire noodzakelijkheid gebood, het gevaar of de schade voor de neutrale scheepvaart binnen zoo nauw mogelijke grenzen gehouden en zich daarbij streng naar de regelen gedragen te hebben, die totdusver tusschen beschaafde volken voor oorlogvoering ter zee gelden. Daarentegen is de benadeeling van de neutrale levensbelangen van Engelsche zijde door gèe- nerlei militaire noodzakelijkheid te rechtvaar digen, daar zij niet met oorlogsmaatregelen verband houdt' en alleen de welvaart van den vijand door verlamming van den wettigen neutralen handel wil treffen. De principieele minachting van de vrijheid ter zee waarop zij zich beroept, ontneemt de Engelsche regeering alle recht om in de kwestie van het leggen van mijnen, welke voor de neutralen ongelijk veel minder schadelijk is als pleitbezorgster voor die vrijheid op te treden. trein dagelijks zijn emmer melk de mannen bereidden zich meelspijzen, pannekoeken en aten behalve het ingemaakte vleesch, gebraden kippen, duiven en konijnen. Onze soldaten hadden over 't algemeen den heelen dag door iets te koken en te eten. De lichte munitie colonne ligt echter niet alleen hier, nog drie andere zorgen er voor, dat alles wat maar te vinden i§ opgaat. Toen wij naar B. kwamen, gaven de drie gemeente-weiden ongeveer 60 stuks vee voor voeding, op vele erven vonden we gevogelte, ook boter was aanwezig, room, melk en eieren. En nu?! Eergisteren kwam het bevel, dat 9000 francs oorlogsschatting moest opgebracht worden de rijkere boeren waren echter met hun geld gevlogen. Hun groote voorraden ongedorscht haver worden nu door onze manschappen ge- dorscht. Van de ellende der bevolking vormt zich ons volk in het vaderland, dat steeds onge duldig reuzenoverwinteringen eischt, geen idee. Wat de strijd niet vernietigt, wordt door den Duitschen legerworm opgeknaagd, die eenvoudig onverzadiglijk is. Wij doen zelfs ons best zoo weinig mogelijk van ons eigen land te leven en zien alles te krijgen uit het land van onzen tegenstander. Is de oorlog uit, dan zijn die landstreken, waar de krijg gewoed heeft, tot den bedelstaf gekomen. Een land, dat meer dan een millioen vijande lijke soldaten moet voeden, is reeds over wonnen en wanneer dan nog het leger ver slagen wordt, dan is het totaal vernietigd Maar wanneer wij ook ons streng moeten gedragen, den vader van zijn haard, den man uit de armen zijner jonge vrouw, den 17-jarigen zoon uit de omhelzingen zijner moeder sleuren, met de revolver in de hand wanneer wij iedere flesch wijn, ieder ei, iedere handvol meel eerst met goede woorden op bevelenden toon vorderen, wanneer wij ook het laatste werkpaard tegen een requisitiebiljet uit den stal rukken moeten een onmensch is de Duitsche soldaat niet. Voor de kinderen blijven koeien staan en geen moeder, die jammerend komt en vertelt, dat zij en hare kinderen sedert twee dagen geen stukje brood meer gegeten hebben, gaat ongetroost van ons weg. Alle vrouwen, die daarom vragen, krijgen vleeseh en wasschen, als tegenpraes- tatie, ons linnengoed. Mij is het eens gebeurd in S. bij het requi- reeren van paarden, dat een oude, zwakke man zijn knie voor mij boog, terwijl zijn vrouw mij trachtte te omhelzen en de dochter zich als waanzinnig op het paard, dat ik nemen wilde, wierp, en het met tranen bedekte en toen, toen het paard weggevoerd was, schrei end ter aarde stortte„Je mourraiDe zoon drukte zijn gezicht tegen den deurpost en weende bittér. Een van hun paarden wilde ik den menschen wel laten; maar het ging niet. Ik moest mijn bevel uitvoeren. Ja, lieve moeder, zoo is de oorlog. Een jong Beiersch luitenant bij de veldar tillerie, toegevoegd aan een lichte munitie colonne, heeft den volgenden brief aan zijn moeder geschreven Zoo is de oorlog 1 Sedert veertien dagen liggen wij hier in B. Sedert veertien dagen geen conserven meer, maar steeds versch varkens-, kalfs- en rundvleesch voor de 200 man van de lichte munitie-colonne. Bij zijn vleeschportie maakt de soldaat zich nóg een bord gebakken aardappelen. Tot voor èen week had zoo ongeveer iedere wagen- Duitsche bladen hebben in den laatsten tijd verhalen gebracht over menschen, die door bijzondere omstandigheden, ofschoon in Duitsch land wonend, nu eerst vernamen, dat er een wereldoorlog uitgebroken was. Te Sydney is nu het Duitsche zeilschip „Ernst" uit Hamburg binnengeloopen, dat niets van den oorlog afwist en fluks werd aangehouden. Op het oogenblik bevinden zich 731 officieren en 79.314 manschappen als krijgsgevangenen in Oostenrijk-IIongarije, aldus meldt het Wolff- bureau uit Weenen. Naar de '„Köln. Ztg." uit Antwerpen ver neemt, brengen de treinen dagelijks van Ro- sendaal uit ongeveer 7 tot 80ÜÜ Belgische uitgewekenen naar de Scheldestad en de om streken terug. Naar uit Geut van Duitsche zijde wordt gemeld, blijken de geruchten dat Ieperen in brand staat, onwaar te zijn Slechts eenige huizen werden ineengeSchoten. De beroemde Lakenhal moet volkomen ongedeerd zijn. Het N. v. d. D. acht waarschijnlijk dat ge sneuveld zijn 350,000 Duitschers, 100,000 Oostenrijkers, 250,000 Franschen, 100,000Belg., 60,000 Engelschen, 5000 Serviërs, 600,000 Russen. Te zamen 1.565.000 man. Welk een menschenslachting. Spek. Het verbod van uitvoer van gerookt, ge droogd en gezouten spek is, naar de N. R. C. meldt, niet van toepassing op spek, dat vóór 13 dezer ten uitvoer ingeladen of aan een middel van vervoer tot uitvoer aangeboden was. Uitvoer van brood. Aangezien berichten bij het departement van oorlog zijn ontvangen, volgens welke in sommige grensgemeenten tengevolge vaji uitvoer op groote schaal van brood, broods gebrek voor de inwoners dreigt te ontstaan, heeft de minister van oorlog den autoriteiten, belast met de uitoefening van bet militair gezag in herinnering gebracht dat zij de be voegdheid hebben om, na overleg met het betrokken burgerlijk gezag, zoo noodig, de maatregelen vast te stellen, welke genomen moeten worden om te voorzien in het onder houd der inwoners en de behoeften der be zetting. C h i 1 i-s a 1 p e t e r. t Het Chileensche gezantschap in Den Haag meldt, dat de handel in Chilisalpeter, die sedert het uitbreken van den oorlog was stop gezet, weder hersteld zal worden. Nu zal elke lading Chilisalpeter, voor Nederland be stemd, geadresseerd worden aan de Neder landsche regeering. De oorlogsleening. Het bedrag hiervoor is gesteld op 275,000000 gulden. De deelneming er aan is vrijwillig. Indien deze leeniug niet volteekend wordt, dan wordt ze als omslag bij de hoogst aan- geslagenen geplaatst. Voor het eerste is de rente 5 en voor het tweede geval 4 procent. Indien noodig dan zal in Juni 1915 opnieuw de schatkist aangevuld worden. H. M. de Koningin te Scheveningen. Onze Banier, het orgaan der Chr. Onder officieren Vereeniging, bevat het volgende Toen H. M. de Koningin voor eenige weken Scheveningen bezocht om daar met eigen oogen te aanschouwen op welke wijze Haar gemo biliseerde soldaten gehuisvest waren, stroomde begrijpelijkerwijze weldra een groote menigte samen om de geliefde Vorstin te zien en te huldigen. Voor Hare Majesteit vertrok, noodigde Zjj de schare uit met Haar aan te heffen Psalm 33 9. En spontaan klonk het uit den mond van de Hooge Vrouwe en Haar volk, wijd over strand en golven Het brieschend paard moet eind'lijk sneven, Hoe snel het draav' in 't oorlogsveld 't Kan niemand d'overwinning geven Zijn groote sterkte baat geen held. Neen, de Heer der heeren Doet ons triumfeeren Hij, geducht in macht, Slaat elk gunstig gade, Die op Zijn genade In benauwdheid wacht. Te Kijkduin zijn Zondag 4 mijnen en 2 lijken aangespoeld. Wij ontvingen voor het Comité tot ontwik keling en ontspanning der gemobiliseerde troepen alhier, van W. R. een halven gulden. Gaarne nemen wij nog meerdere giften daarvoor aan. Bij de gehouden inschrijving door het plaatselijk Steuncomité alhier voor aardappelon werd ingeschrevendoor J. de Bruijne Jz. voor f3 per 100 kg., gegurtd. Voor steenkolen door F. van de Ree voor f0,65 per 50 kg. afgehaald, door O. Hamer- linck voor f 1.20 per 100 Kg. afgehaald, door J. van Rompu voor f 13,per 1000 Kg. tehuis geleverd binnen de kom. Gegund aan O. Ilamerlinck als laagste inschrijver. Voor de levering van boonen en erwten waren geen inschrijvers. Zaterdag kwam hier per trein uit St. Nicolaas een meisje aan om petroleum te koopen. Aangezien zij het peFron niet mocht verlaten, moest zij zonder petroleum terug- keeren. Axel. Tot tijdelijk secretaris en ontvanger der gemeente Zuiddorpe is aangesteld de heer L. J den Hollander, burgemeester alhier. Alleen bij daglicht vaart de Prov. boot met de meeste nauwkeurigheid. Zaterdagen Zondag zijn reeds van af de boot drijvende mijnen gezien en door een marineschip werden er reeds een 40-tal opgevischt. De postver- traging is daardoor ook groot, 's Morgens om elf uur krijgt men nu post, besteld wordt deze een paar uur latei, benevens om 5 uur. De boot die 's avonds om 5 uur hier aankomt, blijft liggen tot den volgenden morgen 10 minuten vóór 8 uur, zoodat alles wat 's avonds hier gepost wordt, eerst den volgenden avond in IHolland besteld wordt, terwijl in de noor delijke provincies van ons land de bestelling nóg een dag later wordt want de Prov. boot naar Vlissingen is thans het eenige communi catiemiddel voor de post. Gevolg van het stormachtige weder was dat natuurlijk eeu aantal mijnen op de Noord zee los sloegen. Bij Breskens was er een in het zicht, doch verdween in de diepte. Aan liet strand te Cadzand is er een aangedreven. Ook op de Schelde zijn er gezien, een tweetal bij Borssele. Te Oostkapelle is een Fransch- man gearresteerd die teekeningen maakte. Door het ruwe weder en de vele drukte op de lijn Breskens-Vlissingen, ging lhet ver voer per Prov. boot de vorige week ongeregeld en vielen nogal eens reizen uit. Daardoor ondervonden we in Ter Neuzen ook het on gerief. De boot van 's middags half 2 kwam Donderdagmiddag pas om half 4 hier aan. Sinds Zaterdag is er vertraging ontstaan door de vele mijnen die op de Schelde rond drijven. Aangespoelde mjjnen. We ontvingen de volgende berichten van aangespoelde mijnen Van het Oostelijke front. Duitschland. Zes millioen Duitsche reservetroepen De mijnen in de Noordzee. Een brief aan zijn moeder. De verliezen in dezen oorlog. TER NEUZEN, 17 November 1914. Drijvende mijnen.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1914 | | pagina 2