flntirmlutionai»
coot
nieuws- en Advertentieblad
Zeeland
De Oorlog»
Uit de Pers.
Uit de Tweede Kamer.
Woensdag 26 Augustus 1914.
12e Jaargang.
No. 1148.
Franco
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen. Ter Neuzen ƒ1,
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec
teuren en Brievengaarders.
Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond
uitgezonderd op Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az, te TER NEUZEfö
ADVERTENTIËN;
Van 1 4 regels ƒ0,40 Voor eiken regel meer ƒ0,10
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend
In Oorlogstijd.
Ds. Chr. Warner, pred. der Geref. Kerk te
Brussel, schrijft in de Geref. Kerkbode voor
België het volgende
Wat verleden week nog dreigde, dreigt nu
niet meer, maar is reeds outzeltende werke
lijkheid geworden.
Haast, eer we liet wisten, zaten we midden
in den oorlog.
In den oorlog, met al de verschrikking en
ontzetting, die hij thans over liet arme België
brengt.
Wat rampzalige gevolgen dezen krijg na zich
zal sleepen in pestilentie, armoede en alge-
lieele ontwrichting van liet maatschappelijk
leven dat zal de tijd, dat zullen de weken
en maanden, die straks volgen, ons leeren.
Wat ons hart thans liet meest benauwt, is
de vreeselijke slachting, die eerst nog moet
worden aangericht.
Reeds zijn er vele duizenden gevallen.
En wat zal liet zijn, wanneer deze regels,
aan onze lezers onder de oogen komen
Hoe schreit en bloedt het hart van tallooze
ouders, vrouwen en kinderen, en hoe krimpt
liet ineen van angst bij de gedachte aan wat
nog gebeuren kan en moet.
Ook leden van Brussels gemeente zijn opge
roepen ter verdediging van liet vaderland.
Menigeen naar Nederland, waar echter de
oorlogsvlam nog niet is ingeslagen.
Onze Belgische broeders hebben natuurlijk
hun eigen vaderland te dienen, en loopen hier
voorloopig veel grooter gevaar.
Voor zoover wij weten, zijn uit onze gemeente
onder de wapenenbroeder Timmermans,
onze" colporteur Debontridder, en de nog zoo
jeugdige Prosper Lesire.
Van laatstgenoemde was tot op gisteren nog
niet veel gehoord.
Onze colporteur was tot op Zaterdag j.l.
nog niet in den slag geweest. Hij ligt in de
vesting Namen, nog wachtend op de dingen,
die komen zullen. De brieven die hij schreef,
en waarin hij ook de broeders en zusters der
gemeente liet groeten, ademden bij allen
weemoed over de scheiding van vrouw en
kinderen, een stil en kalm vertrouwen. Hij
is in zijn Heer gerust, wetend in leven en
sterven het eigendom van den Heiland te zijn.
Broeder Timmermans is reeds in den slag
geweest. Hij behoorde tot liet regiment, dat
bij Luik grootendeels is vernield. Gode zij
dank was hij Zondag j.l. nog in leven. Aan
zijn zijde zijn er duizenden gevallen, maar tot
hem is het niet genaakt. Wel schreef hij, dat
de geweldige inspanning voor zijn zwakke
lichaam spoedig te zwaar zou zijn.
Onze God zij zijne sterkte, en zij ook onzen
anderen broeders nabij
Hopen en bidden wij, dat onze beide kerken
voor oorlogsjammeren worden gespaard
Ja, zenden wij een gedurig gebed omhoog
voor al de mannen en zonen, die strijden voor
liet recht en de vrijheid v«n dit arme vertrapte
volk
Wij hebben reeds veel voor hen gebeden.
Zondagmorgen in den kring onzer eigene
gemeente.
En Zondagavond te zamen met de broeders
en zusters van de kerk op de St.-Kathelijne-
plaats.
De leiding berustte hij Ds. Crispeels, die
een zoon in liet vuur had gehad.
Gesproken werd o. a. nog door den Evange
list de Schepper, die een zoon in liet vuur
had gehad.
Aanwezig was natuurlijk ook Ds. Hoek, die
een schoonzoon in liet vuur had gehad
Gelukkig vernamen wij ook in dien kring
nog van niemand, die gesneuveld is.
Maandagmorgen zijn de Brusselsclie predi
kanten van alle nationaliteit, behalve de
Duitsclie, saamgekomen om liet bezoek aan de
gewonden in de ambulances te regelen.
De predikanten, die Belg zijn en de Staats
kerk dienen, hebben daartoe liet rechtaan
de andere predikanten wilde de Minister dat
recht vèrleenen.
De daartoe benoodigde maatregelen zijn
getroffen en de arbeid aanvankelijk verdeeld.
Heerlijk werk
Geve God aan Zijn Woord een goeden in
gang in de harten 'onzer dappere gewonden,
maar die ondanks al hun dapperheid tocli den
eenigen troost in leven en sterven niet kunnen
missen.
Ons nieuwe Ziekenhuis kan nu ook uit
nemende diensten verrichten.
Gelijk wel van zelf spreekt, hebben wij al
de beècliikbare bedden vopr gewonden aange
boden.
Onze operatietafel is overgebracht naar liet
koninklijk paleis, waar de ambulancedienst
bestuurd wordt door onzen chirurg Dr. Hanne-
cart, en waar men onmogelijk meer eone
operatietafel bekomen kon.
In ons Ziekenhuis zullen daarom slechts
gewonden worden gebracht, die geen operatieve
hulp behoeven.
Wat schrikkelijke toebereidselen al te gader.
Och, dat deze tijden verkort wierden!
Gelukkig, dat wij vertrouwen mogen op een
God, die verwoestingen aanricht, maar ook de
oorlogen doet ophouden tot aan bet einde der
aarde.
Christen-Soldaten.
Een journalist-militair vertelt in de „Veluwe"
liet volgende
We mochten Zondagavond in de kerk hooien,
lioe David bij de puinhoop van Ziklag zicli
sterkte in den Heere ziin God.
Waarlijk,-ik geloof dat velen onzer, zoo niet
allen, gesterkt liet Godshuis hebben verlaten.
Ook in de kerk was liet Psalmgezang al
verheffend geweest. Staande hadden we ge
zongen „Maar de Heer zal uitkomst geven".
Later waren we samen geweest in liet
Militair Tehuis, 't Is wel eens heel belang
wekkend daar tegenwoordig te zijn. Waar
wordt daar al niet over gesproken In 't krin
getje, waar ik zoowat thuis hoor, kwam
Zondagavond maar eens even de Gezangen
kwestie aan de orde. Maar ik verklap natuurlijk
niet, wat over deze kwestie gesproken is
Ik wou iets anders vertellen.
We zouden maar eens naar ons kwartier
terugkeeren, want liet was zoo ongeveer tijd.
Zoo liepen we samen langs de straat. We
zagen toen, dat voor een gebouw nog al tamelijk
vele menschen staan bleven.
We hoorden gezang. En niet lang duurde
liet, of we konden de woorden verstaan van
een van die welbekende Psalmen, die altijd
spreken tot liet hart van alle kinderen Gods.
Wat zou dat hier zijn?
We stonden voor de Sint-Jozefs-school en
we wisten, dat daar ook militairen ingekwar
tierd waren.
En, jawel, toen we door de openstaande
ramen naar binnen keken, zagen we onze
kameraden staan.
Zo zongen er lustig op los.
Later vernamen we, dat in genoemde school
heel wat militairen lagen, levend uit liet
Christelijk beginsel.
'tZal nog wel niet heel vaak gehoord zijn,
dat in eon soldatcnkwarticr Psalmen werden
gezongen.
Onze lezers kunnen begrijpen, dat we niet
buiten konden blijven staan.
We moesten naar binnen.
Daarom drongen we maar flink door de
buitenstaanders been, waarvan sommigen ook
al zacht meezongen, en een oogenblik latei-
stonden we in de gang van de school.
We hadden geen tijd, liet beeld eens nauw
keurig te bekijken, dat in deze Itoomsclie
School natuurlijk niet mocht ontbreken.
We moesten zingen.
En zoo stonden we daar, en zongen en
zongen, tot liet tocli hoog tijd werd, dat we
naar ons eigen kwartier moesten terugkeeren.
Maar o, wat deed dat zingen ons goed
We voelden ons één met de kameraden, die
vóór hun slapen gaan, alles wat leefde in hun
hart, uitstortten in hun gezang.
Eén der soldaten, die daar klaarblijkelijk
ook zijn kwartier had, zei dat iiij liet niet
wilde 'hebben, maar de dienstdoende sergeant
antwoordde, dat hij liet zingen vóór 10 uur
niet verbieden kon,
Hoe liet ook zij, wij werden bepaald bij
liet woord uit onze schoone belijdenis„Ik
geloof in de gemeenschap der heiligen."
Ook onder onze kameraden daar, die we
persoonlijk tocli niet kenden, waren vrienden,
broeders in Christus.
En eerbiedig hieven we met elkaar aan
„Zend, Heer, Uw licht en waarheid neder".
Menschen, die zóó kunnen zingen, hebben
liet nog niet zoo slecht.
Stel u voor, lezers. Daar stonden mannen,
die van vrouw en kinderen hadden afscheid
genomen, omdat liet vaderland riep. Ze hadden
allen hun zorgen en nooden en behoeften.
Maar ze waren niet ontmoedigd, want ze
zongen.
Ze zongen blij en opgeruimd „Dan ga ik
op tot Gods altaren".
Met een verruimd hart hebben mijn kame
raden en ik ons kwartier opgezocht.
En hiermee wil ik nu maar weer eindigen.
Nog/iets.
Onze godsdienstige bijeenkomsten worden
eiken avond gehouden en zijn flink bezocht.
Zoo was gisterenavond het kerkgebouw ei-vol,
Is dat niet verblijdend
Laat er maar veel voor onze militairen
gebeden worden. Wie weet voor hoevelen
liet verblijf hier tot rijken zegen zal zijn.
Dat hopen en bidden we.
Mogen onze miliciens en landweermannen
op gepaste wijze, vooral in déze dagen, maar
laten zien en hooien dat ze trouw zijn aan
hun Koningin en bovenalaan „den Koning" 1
Pro Rege 1
Beurswet 1914.
Ingediend is een wetsontwerp houdende
bepalingen betreffende den geld- en Ion d-
senliandel in de tegenwoordige buitengewone
omstandigheden.
Vooral met het oog op de Amsterdamschc
effectenbeurs, wordt in de eerste plaats voor
gesteld de beurzen van koophandel, voor zoo
ver zij bestemd zijn voor den geld- en fondsen
handel, onder toezicht van den minister van
landbouw, nijverheid en handel te stellen, tot
dat de Koningin heeft verklaard, dat de tegen
woordige buitengewone omstandigheden zich
niet meer in den geld- en fondsenhandel doen
gevoelen. Dit toezicht zal medebrengen, dat
de minister voorschriften kan geven omtrent
de opening en de sluiting der bedoelde beurzen,
alsmede omtrent de wijze waarop aldaar zaken
zullen worden gedaan en omtrent de notcering.
Zoolang het toezicht van de regeering op
de beurs duurt, zullen in de prijscourant alleen
de door den minister aangewezen fondsen
.worden opgenomen. Trapsgewijze kan dan,
naar bcviud van omstandigheden, de geheele
prijscourant weer in eere worden hersteld.
Opdat de koersverlagingen althans van in
onderpand gegeven fondsen zich niet verder
uitstrekken dan door den economischen toe
stand wordt geboden en dat met. name ge
dwongen verkoopen zooveel mogelijk worden
vermeden en executies tegen spotprijzen streng
worden tegengegaan, wordt voorts de volgende
regeling voorgesteld.
Als maatstaf ter berekening van de waarde
van fondsen, strekkende tot onderpand voor
niet afgeloste prolongaties, voorschotten in reke
ning-courant of voor andere leeningen, welke
van vóór 29 Juli 1914 loopen, worden aange
nomen de koersen door of vanwege den mi
nister bepaald. Daarmede vervallen dus de
verplichtingen uit alle daarmede-niet overeen
komende bepalingen van reglementen en over
eenkomsten, voortvloeiende voor het geval,
dat de noteering van den dag een lagere markt
mocht zijn dan bedoelde koers. Echter zal
ook in dat geval een verplichting tot aanvul
ling van liet surplus bestaan, doch binnen een
termijn door den minister bepaald. De be
doeling is, tot die aanvulling trapsgewijze te
geraken.
Het ontwerp waakt er voor, dat de geld-
nemer op prolongatie zijn onderpand niet be
neden een redelijken prijs kan verliezen, ook
al wil de geldgever de leening niet verlengen
en al gaat hij, na het verstrijken van den ter
mijn, tot executie van liet onderpand over.
Dezen waarborg vindt de geldnemer hierin,
dat de pandhouder de fondsen alleen mag
verkoopen, wanneer bij zich verbindt er een
bod op te doen tot een door of vanwege den
minister vast te stellen koers, indien geen
lioogere prijs ter beurze kan worden bedongen,
zoomede de voorwaarden na te leven door den
minister eventueel te stellen.
Indien voor éénzelfde verbintenis fondsen
in onderpand zijn gegeven, waarvan een deel
wèl en een ander deel niet in de prijscourant
is opgenomen, mogen de eerstbedoelde afzon
derlijk worden verkocht.
Ten slotte is nog een bepaling opgenomen
om tegenover de moeilijkheden, die de toe
passing van deze wet wellicht voor den geld
gever kan doen ontstaan, hem de gelegenheid
te geven door beleening van het onderpand
op zijn verplichtingen te voldoen.
De regeering zal bij de uitvoering van deze
wet voortdurend voorlichting van deskundigen
behoeven en uit den aard der zaak geen be
langrijke beslissingen nemen dan na liet noodige
overleg.
Deze wet kan worden aangehaald als Beurs
wet 1914.
Het bericht ovef de door de Duitscliers te
Brussel geëischte oorlogsschatting van 200
millioen francs wordt uit Parijs, maar niet uit
België bevestigd. Eveneens wordt gemeld dat
Namen gedeeltelijk bezet is. Eveneens wordt
gemeld dat Nanien gedeeltelijk bezet is. De
Matin teekent erbij aan dat in werkelijkheid
drie forten ten oosten van Namen door Duitsclie
kanonnen op grooten afstand beschoten zijn.
In veiband met liet westwaarts trekken der
Duitsclie ruiterij vermoedt men dat sedert
Zaterdagmorgen een slag aan den gang is.
De burgemeester van Aarscliot en zijn
16-jarige zooii zijn in tegenwoordigheid van
zijn vrouw op den drempel van zijn huis door
de Duitscliers gefusilleerd, meldt de N. R. Crt.
ANTWERPEN, 22 Aug. Volgens liet Han
delsblad v. Antwerpen is geen beleg van
Antwerpen te verwachten, liet Duitsclie leger
trekt dwars door België naar do Fransche
grens. Het heeft eerst al de dorpen tussclien
Leuven en Aalst bezet, waardoor liet gros van
het leger ruim baan kreeg. De Duitscliers
hebben Brussel links laten liggen, zich bepalend
tot liet zenden van een detachement. Het
leger is verder over Ninove, Sottegliem, naar
Oudenaarde opgerukt, waar men liet Vrijdag
zag. Men verwacht dat liet over Avelgliem
naar Frankrijk gaat. Te Gent was vanochtend
nog geen pinlielm gezien te Oudenaarde zag
men vele soldaten die van vermoeienis neer
vielen. Het is een geforceerde marscli. Het
blad besluit: „Gelukt liet den bondgenooten
op dc Maaslinie een overwinning te behalen,
dan zal dit Duitsclie leger een leelijke pijp
rooken."
Te Gent moet de paniek vrecselijk zijn ge
weest, de staf is naar Antworpeu vertrokken
met al de te Gent verblijvende oflicieren. De
treinen werden storuierliand ingenomen, de
burgerwacht werd ontbonden en alle wapens
naar Antwerpen gezonden. Uit Leuven en
Brussel hebben talrijke vluchtelingen de wijk
genomen naar Nederland. Het postkantoor
te Brussel is gesloten, de stadhuisbeambten
hebben vrij gekregen tot einde September.
inzending van advertentlBn vóór uren op den dag der uitgave.
U^UUl Utl O. I I r- A.—
iM<,P7n„l>PN sniKKHN TrViChA^ AAN UB REI,ACTIEABONNEMENTEN RN ADVERTBMlfe, TE BEZORtiEN B.J DEN IJlTtiEVER
■3
Advertentiën voor dit blad worden
aangenomen tot 's namiddags I UUR op
den dag der uitgave.
Geen beleg van Antwerpen te verwachten.