Buitenlandse!» Overzicht.
Korte Berichten.
Uit Stad en Provincie.
Eerste Kamer.
Naar de Asser Crt. verneemt, heeft mr. W.
Eilerts de Haan, advocaat en kassier te Mep-
pel de candidatuur voor het lidmaatschap van
de Eerste Kamer aanvaard.
Politiek debat in de Fransche Kamer.
Het derde politieke gevecht is Zaterdag
volgens de N. R. C. bij de interpellatie in de
Kamer over het financieel beleid van minister
Caillaux geleverd. Ditmaal was de aanval
breeder en ernstiger opgezet, en Briand, de
groote leider der oppositie, verscheen in eigen
persoon op de tribune om Caillaux te be
strijden. Men wilde blijkbaar van beide
kanten den strijd. De oppositie, ten einde
het kabinet omver te krijgen of althans het
ondermijnende werk voort te zetten, en de
regeering in de hoop op een flinke overwinning,
die haar misschien een goede week rust zou
geven.
Het was ruim 5 uur, toen pa een wel
scherpe, maar niet boeiende rede van den
progressist Dubois en een als altijd knappe
en duidelijke, zij het ook niet zeer nieuwe
uiteenzetting van Caillaux, Briand met zijn
bekende sleepende stap de tribune opkwam.
Er heerschte groote stilte en spanning in de
Kamer. Men wist namelijk heelemaal niet,
hoe Briand zijn aanval inkleeden zou, hoe en
op welk punt hij de regeering wilde aanpakken.
Ten eerste is Caillaux in het financieel debat
zeer sterk, dan is de positie van Briand in
zooverre moeilijk, dat hij zich als minister
steeds vóór een inkomstenbelasting uitge
sproken had, maar dat hij voor het slagen
van zijn aanval van heden den steun der ge
matigden, dat zijn de tegenstanders van de
inkomstenbelasting, noodig had. Briand had
een taktiek gekozen, die wel theoretisch handig
was, maar toch eigenlijk zonder solieden onder
grond. Hij kwam Caillaux met scherpe gees
tigheid verwijten, dat hij eergisteren in den
Senaat de vertrouwenskwestie niet gesteld
had, teneinde alles in het werk te stellen om
de inkomstenbelasting erdoor te krijgen. Gij
zijt, zeide Briand, zich over de tribune in de
richting van Caillaux buigend, bij uitstek de
man der inkomstenbelasting. Sedert jaren
zoekt gij daarin uw kracht en uw voetstuk,
en verwijt gij andere regeeringen, dat zij geen
voldoenden ijver betoond hebben om den
Senaat tot het aannemen van het door de
Kamer goedgekeurde voorstel te brengen.
Welnu, thans zijt gij minister van financiën,
juist op het oogenblik, dat de Senaat over de
zaak beslissen moet. Als er ooit een oogen
blik en een kwestie was, waarbij gij den moec
hadt moeten hebben dapper ten strijde te
trekken en uw volle verantwoordelijkheid in
het debat te brengen, dan was het eergisteren
in den Senaat, en als gij het gedurfd had,
zoudt gij een meerderheid gekregen hebben
daar u eergisteren maar 5 stemmen ontbraken
Briand haalde enkele voorbeelden aan van
ministers, die den moed gehad hebben in den
Senaat hun portefeuille op het spel te zetten
om een belangrijk punt van het program te
doen aannemen, maar Caillaux, inplaats van
zijn plicht te doen en met de gevechtsdegen
in den strijd te gaan, was met een floret met
een guttapercha dopje erop in den Senaat ge
komen en het resultaat was dau ook, dat de
belastinghervorming door den Senaat ernstig
vertraagd is.
Briand werd vooral in het centrum toege
juicht. Hij was echter niet in een van zijn
gelukkigste dagen, al had hij geestige en
scherpe woorden. Hij scheen eenigszins ge
hinderd [door het zwakke van zijn standpunt.
Immers al mocht de redeneering van Briand,
dat Caillaux niet dapper geweest was bij de
verdediging van de inkomstenbelasting in den
Senaat, juist zijn, in Briand's mond was het
een zwak gelegenheidsargument, daar degenen,
die Briand steunen, juist tegen de inkomsten
belasting zijn.
Minister Haillaux en de socialistische leidei
Jaurès kwamen dan ook beiden, onder dave
rende toejuichingen van radicalen en socialisten.
Briand voor oogen stellen, dat alle vrienden
van Briand in den Senaat tegen het door Cail
laux voorgestane amendement gestemd hadden.
Verder voegde Caillaux er tot zijn verdediging
bij, dat het laatste woord over die kwestie
nóg niet gesproken was en zonder het precies
te zeggen, zinspeelde hij er op, dat de re
geering desnoods de voornaamste bepalingen
van het ontwerp-inkomstenbelasting in de
middelenwet voor 1914 op zal nemen om zoo-
doendo den Senaat als het ware het mes op
den keel te zetten. Dat was waarschijnlijk
meer bluf dan ernst van Caillaux, maar het
sloeg in. Verder wist de minister als altjjd
ook in zijn antwoord aan Briand door zijn
groote helderheid en financieele kundigheid
indruk op de Kamer te maken.
Om 7 uur beproefde Millerand nog een aan
val door een listige motie in te dienen, maar
ook hier wist Caillaux de baas te blijven.
Om 8 uur; na een paar korte [republikeinsche
verklaringen van den minister-president Dou-
mergue, kreeg de regeering bij de stemming
over een vectrouwensmotie groote meerder
heid. De Kamer steunt dus voorloopig het
kabinet Doumergue-Caillaux tegen den Senaat.
Vooral trok de weinige eenheid in de fe
deratie Briand de aandacht. De verschillende
kopstukken van dezen nieuwen groep schijnen
ieder op zich zelf te vechten, misschien wel
afgunstig op elkaar te zijn. Als zij niet spoedig
wat meer eenheid in hun groep weten te
brengen, zullen zij het kabinet Doumergue-
Caillaux bij de verkiezingen wel niet omver
kunnen krijgen.
ZUID-AFRIKA.
Een stakingswet.
De Volksraad heeft, zegt de N. R. C., in
eerste lezing een wetsontwerp aangenomen,
waarin „bizondere maatregelen worden ge
troffen voor de openbare veiligheid in tijden
van bestaande of voorziene ernstige stoornis
van de openbare orde en gewijzigd worden
de wet op oproerige bijeenkomsten en de op
heffing daarvan en, op zekere punten, de
strafwet."
Blijkbaar wil de regeering nu in de wet
strafbaar stellen wat zij alleen bij de wette
loosheid van den staat van beleg heeft kunnen
straffen. In de laatste rede, die minister
Smuts vóór de tweede lezing van de indem
niteitswet uitsprak, zeide hij, volgens een
telegram „Onder de Zuid-Afrikaansche wet
bestond er geen ernstige misdaad, waarvoor
de verbannen leiders hadden kunnen terecht
staan. Ik had een bizondere misdaad moeten
scheppen en een bizondere straf bedenken."
„In gewone woorden", teekent de radicale
Nation (Londen) hierbij aan, „hadden die
mannen dus niets onwettigs gedaan daarom
werden zij verbannen zonder terecht te hebben
gestaan."
Nog bij een ander woord van Smuts maakt
de Nation een opmerking. „De waarborg van
de vrijheid is in den grond het geweld", zei
Smuts. Waarop de Nation zegt„Hij was
vergeten, dat hij en zijn volk hun tegenwoor
dige macht oni anderen van hun vrijheid te
berooven niet aan geweld danken, maar aan
de edelmoedige gevoelens van het liberalisme."
Daarin vergist zich de Nation. Het zelfbe
stuur van de gewezen republieken, dat tot de
Unie leidde, was hnn in het vredesverdrag
beloofd. Engeland was verplicht het hun te
verleenen. Dat de liberalen het eerder heb
ben gedaan dan de unionisten goed vonden,
lag slechts ten deele hieraan, dat de liberalen
beter den plicht voelden, het vredesverdrag
naar zijn geest eerlijk uit te voeren.
Maar anderdeels en vermoedelijk meeren-
deels lag die spoed aan volstrekt niet „edel
moedige gevoelens maar aan de Chineezen-
kwestie, die de liberalen hopeloos in de klem
had gebracht. Zij redden er zich uit door de
republieken zelfstandig te maken, zoodat, toen
Transvaal de Cbineezenkwestie regelde in
strijd met de beginselen, die de liberalen niet
weinig aan hun schitterende stembusover
winning van 1905 hadden geholpen, de Engel-
sche regeering kon zeggenhet spijt ons,
maar dit is een kwestie, die een zelfbesturende
kolonie het recht heeft zelf te beslissen.
Neen, de rol van de liberalen in dezen is
niet zoo fraai als zij zelf haar hebben voor
gesteld en de buitenwereld over het algemeen
onnadenkend heeft aangenomen.
En dat Lord Milner in het vredesverdrag
Engeland verplicht heeft, zoo spoedig mogelijk
in "de republieken zelfbestuur in te voeren,
danken de Boeren aan hun taai verzet, aan
geweld dus. De opmerking van de Nation
is er naast.
De ballingen te Londen.
LONDEN, 1 Maart. Drommen menschen
hebben hebben de arbeidersbetooging voorde
ballingen uit Zuid-Afrika in het Hyde Park
bijgewoond. Er is een besluit aangenomen,
waarin de handelwijze der Unieregeering wordt
afgekeurd en verlangd wordt, dat de rijks
regeering de indemniteitswet niet zal goed
keuren.
De betooging in het Hyde Park was Zondag
zeer geslaagd. Zelfs de Unionistische Daily
Telegraph erkent, dat zij indrukwekkend was
De bladen verzekeren, dat nooit grooter volks
menigte in het park heeft betoogd. Naar
schatting waren er 70,000 betoogers en tien
duizenden toeschouwers.
Bain opperde het denkbeeld van een staking
in het geheele Britsche Rijk op 5 Juli, ter
herinnering van het bloedbad te Johannesburg.
Volgens een spreker wendt de Arbeiders
partij een poging aan om van Asquith voor
de liegen ballingen verlof te verkrijgen om
te verschijnen voor de balie van het Lagerhuis
en een verzoekschrift aan te bieden.
Albanië.
Uit Athene aan de Kölnische Zeitung On
danks alle moeite, door de Grieksche regeering
gedaan om de orde in de grensstreken van
Zuidelijk Albanië te handhaven, breidt zich
de opstand daar uit
Te Delwino hebben 1500 opstandelingen de
stad bezet en 2000 zijn nog buiten de stad
gelegerd.
Te Santi Quaranta hebben 1200 opstande
lingen de autonomie uitgeroepen.
Bloedige botsingen kunnen elk oogenblik
voorkomen.
Te Koritsa heerscht groote ellende. De
bewoners vluchten naar Saloniki en trachten
vandaar naar Amerika te komen.
2 Samuel 7 186. Hij herinnerde aan de
velen die reeds vóór hem heengingen uit deze
gemeente, en waarmede Z.Eerw. op kerkelijk
gebied had saamgewerkt.
23 jaar is Ds. T. in Ter Neuzen werkzaam.
Zijn eerste gemeente was Cillaarshoek.
De heer J. Huizinga, burgemeester, sprak
Z.Eerw. toe, en de heer H. J. v. d. Ouden
liet hem Gezang 96 door de vele opgekomenen
toezingen.
- Gelukkig is de mist opgetrokken. De
Prov. boot die Vrijdagavond om 5 uur hier
bleef liggen, is Zatermorgen om elf uur eerst
kunnen vertrekken. Tegen 11 uur kwam
de eerste boot uit Vlissingen ook hier aan.
Beiden vertrokken naar Vlissingen terug en
waren om 1 uur aangekomen. Na 11 uur is
er geen boot meer aangekomen voor Zondag
morgen. Toen was er reusachtig veel post
en pakketten. De boot die Zaterdagmorgen
tegen elf uur hier aankwam, had van Vrijdag
avond 6 uur op de Schelde voor anker gelegen
tusschen Vlissingen en Borssele, dus 17 uur.
Er waren nog al wat passagiers aan boord.
Velen probeerden Vrijdagavond met den trein
6.12 van hier, over Antwerpen, Holland nog
te bereikener was echter in Antwerpen
geen aansluiting op den trein naar Roozendaal,
deze was juist eenige minuten weg.
We vernamen van een stadgenoot, die met
dien trein meegegaan was, om over Antwerpen-
Roozendaal, Zierikzee te bereiken, dat hij
wegens het missen van die aansluiting te
Antwerpen, den ganschen Zaterdag gereisd
heeft en Zondagnacht om 2 uur eerst te
Zierikzee aankwam. Dit was in dezelfde
provincie van Ter Neuzen naar Zierikzee
van Vrijdagavond 6 uur tot Zondagnacht 2
uur.
De Tern. Crt. schrijft betreffende de
Prov. boot op de Wester-Schelde dat Zaterdag
toen de boot door mist voor anker lag, bleek
dat er geen voldoende proviand aan boord
was en hetgeen er was peperduur moest be
taald worden. Een der reizigers moet bij
aankomst alhier flauw gevallen zijn. Dat is
dus nogal kras.
Ons kwam ter oore dat de vorige week
conducteur D. aan een vrouwelijke passagier
weigerde een kaartje voor den trein af te geven,
zeggende, dat er nog tijd genoeg was, om het
te Vlissingen in het station te halen. Dit was
Dinsdag en toen was er juist niet veel tijd
voor den trein van 9,10. Dat is óók kras.
Vrijdag viel het 13jarigzoontjevanH.de
Jonge Hz. in de Neuzenpolder alhier van een
wagen met vlas; Het voorwiel ging over zijn
buik heen en bewusteloos werd hij wegge
dragen. Zijn toestand is ernstig.
Door Gedep. Staten van Zeeland is be
sloten aan de Kroon ter goedkeuring voor te
dragen hun besluit waarbij de jaarwedden
van den burgemeester en den secretaris dezer
gemeente, worden verhoogd van f 1700 tot
f 1900.
Axel. Alhier is overleden de heer M. L.
van Vessem, in leven gemeenteontvanger
dezer gemeente. Hij bereikte den leeftijd van
50 jaar.
IJzendijke. De openbare raadsvergadering
van gisteren (Maandag) leverde niet veel
merkwaardigs op. Aan den heer A. B. Plas-
schaert, onderwijzer aan school I werd op
verzoek eervol ontslag verleend wegens be
noeming te Vlissingen. Het ontslag gaat in
met 1 Mei, of zooveel eerder als zulks voor
den richtigen gang van het onderwijs moge
lijk is.
Over den tragen gang, waarmee de elec-
trische verlichting vordert, schijnbaar een
paradox! was de raad niet goed te spreken.
Om verschillende redenen achtte men dat
niet profijtelijk voor de gemeente. En er valt
nog zooveel te doen! De binnenleiding nog
niet geheel gereed, het buitennet pas begon
nen, aan de centrale nog te verbouwen
Na hierover het zijne gezegd te hebben,
ging de raad in geheime zitting over ter be
handeling van den hoofdelijken omslag.
Breskens. Wegens mist kwam Zaterdag geen
enkele Prov. boot hier aan. Per hoogaarts
werd tweemaal de post en enkele passagiers
overgebracht tot aan de Mariuesluis.
Vlissingen. De ontaarde vader, van wien wij
reeds melding maakten, is door de rechtbank
te Middelburg veroordeeld tot 3 maanden ge
vangenisstraf. Hij was wegens overtreding
der Arbeidswet reeds veroordeeld 8 weken
hechtenis en is door den voogdijraad uit de
ouderlijke macht ontzet.
Vlissingen. Wegens dikken mist is de dag
boot Prins Hendrik Zaterdagavond eerst om
halftwaalf binnengekomen. De Zuidduitsche
mail trein was zonder aansluiting vertrokken.
De Noordduitsche vervoerde toen alle reizigers
en post. De trein kon echter eerst 's nachts
om 1,50 vertrekken, doordat op de Noord
brabant-Duitsche spoor geen nachtdienst is.
TER NEUZEN, 3 Maart 1914.
Zondagmorgen was een groote schare hoor
ders opgekomen naar de Ned. Herv. kerk
alhier om de gedachtenisrede aan te hooren
van den WelEerw. heer Ds. A. Timmerman,
naar aanleiding van zijn 25jarige ambtsbe
diening. Tot tekstwoord had Z.Eerw. gekozen
Berooving, poging tot chantage, enz.
Het is, zoo schrijft men uit Middelburg,
aan de N. R. C., der politie gelukt de
hand te leggen op twee gevaarlijke per
sonen. Een inwoner van Domburg had een
brief ontvangen, waarin hem gevraagd werd
Vrijdagmiddag om twaalf uur aan het station
Middelburg te komen, waar hij van twee
mannen tegen betaling van f 300 de voorwerpen
zou terugontvangen, die hem te Amsterdam
eenigen tijd ereleden ontstolen zijn. Indien
-hij de f300 niet gaf, zouden de mannen van
hem dingen bekend maken, die zijn goeden
naam ten zeerste zouden schaden.
De bedoelde heer uit Domburg ging naar
de plaats van samenkomst en vervolgens met
de beide mannen in een café. Daar bevonden
zich ook do inspecteur van politie S. en een
agent, beiden in burgerklecren. Toen de
beide personen met hun slachtoffer het café
wilden verlaten, werden zij aangehouden en
naar het bureau van politie overgebracht.
Daar gaven de aangehoudenen op te zijn de
50-jarige A. v. O. en de 27-jarige H. J. G. en
beiden te Amsterdam te wonen. Het schijnt
dat men te doen heeft met oude bekenden
der politie, met wie ook te Amsterdam nog
wat valt af te rekenen. Beide mannen zijn
gisteren naar Amsterdam overgebracht.
Uit Amsterdam schrijft men aan hetzelfde
blad
De lotgevallen, die dezer dagei^ te Am
sterdam aan een eerzaam inwoner van
Domburg zijn overkomen, kunnen zonder veel
moeite tot een boeienden vervolg-roman
worden samengedicht.
De Domburgsche burger bezocht een paar
weken geleden een familie-lid in de Van
Eeghenstraat te Amsterdam, 's Avonds ging
hij op zijn eentje naar Flora of een ander
theater in den omtrent van het Rembrandt-
plein, en op dat plein geschiedde het, dat hij
aan een jongmensch den weg vroeg. Hoe
kwam hij op de gemakkelijkste wijze naar de
Van Eeghenstraat? Moest hij dan niet lijn
2 nemen Zeker, antwoordde het jongemensch,
maar hij zou den vreemdeling wel even
brengen. Hij moest toch dien kant op, en
het was mooi weerSamen hebben de twee
toen een heele wandeling door de stad ge
maakt. Zóó lang duurde de kuier, dat de
Domburger herhaaldelijk zijn bevreemding te
kennen gaf.
Was de Van Eeghenstraat zóó ver P Het
was ongeloofelijk. Eindelijk belandde het paar
op een terrein achter den Koninginneweg.
Laat ons maar even binnen doorgaan, dan zijn
we er dadelijk, stelde de vriendelijke bege
leider voor, en aldus geschiedde. Nauwelijks
was men echter in het donker aangeland, of
de Domburger voelde zich plotseling door zijn
maat bij de keel gegrepen en tegen een hek
geduwd, en in minder dan geen tijd was hij
beroofd van zijn gouden horloge, zijn porte
feuille en zijn portemonnaie. Zóó snel en zóó
plotseling ging alles in zijn werk, dat de
goede provinciaal als 't ware geheel versuft
was en geen poging deed om zich te verzetten.
De gids verdween toen met den buit, maar
oogeublikkelijk daarop verscheen een tweede
persoon op het terrein, die nog eens een
onderzoek in de zakken van den beroofde
instelde. Hem viel toen nog eenig los geld
ten deel. Het bankpapier, dat geborgen was
in een zak aan de binnenzijde van het vest,
vond de tweede zoo min als de eerste.
Vervolgens stelde de nieuwe vriend zich
voor als onbezoldigd rijksveldwachter. 'tTrof
goed, dat hij juist in de nabijheid was geweest.
Nu zou hij wel zorgen, dat de Domburger al
't gestolene terug kreeg. Aangifte bij de
politie? Wel neen, dat zou het slechtste zijn
wat men onder de gegeven omstandigheden
kon doen. Mijnheer moest morgenavond maar
op het Leidscheplein bij Americau-hötel
komen hij wist wel, dat bekende en ver
trouwde café dan zou de oubezoldigde
rijksveldwachter wel zorgen, dat de geroofde
zaken weer terug waren gevonden. Aldus
geschieddeNa een nacht en dag vol onrust
begaf de beklagenswaardige provinciaal zich
naar den hoek van American, maar zijn
belangelooze helper verscheen niet.
Maar hiermee zou de geschiedenis niet ten
einde zijn
Toen de bewoner van Domburg, het hart
vol bitterheid over de listen en lagen van
het duistere Amsterdam, in zijn vaderstad
was teruggekeerd, deelde zijn echtgenoote
hem mede, dat er zoo juist een heer uit
Vlissingen voor hem was geweest. Den vol
genden dag zou die heer wel terugkomen.
Aldus geschiedde, en wie denkt gij, dat de
bezoeker was? De onbezoldigde rijksveld
wachter uit Amsterdam, die door de visite
kaartjes van mijnheer, in diens portefeuille
(trouwens de naam stond ook in het gestolen
horloge gegraveerd) het adres te weten was
gekomen, en nu pogingen wilde aanwenden
om nog wat langer van dit melkkoetje te
profiteeren. Hij kwam nu niet als onbezoldigd
rijksveldwachter, maar als vader, als diepbe
droefd vader van een slechten zoon, een jongen,
die voor galg en rad opgroeide, in het kort
de aanrander van mijnheer. De jongen moest
zoo spoedig mogelijk do grenzen over, qm in
verre landen een nieuw leven te beginnen.
Zou mijnheer, die den jongen van nabij gekend
had, nu niet een handje willen helpen Dat
was den Domburger toch wel wat erg
Bescheiden merkte hij op, dat hij nu toch al
genoeg voor dens zoon gedaan, en dat de
vader nu maar de verdere opofferingen moest
betalen. Ook de echtgenoote van den boroofde,
die op het gesprek afkwam, verzette zich
tegen die aderlatingen, en daar de vrouw in
dit opzicht hardnekkiger was dan de man,
nam de bezoeker ten slotte den man mee
naar buiten, waar hij hem bozwoer dan ten
minste honderd gulden te willen geven, en
die den volgenden dag te Amsterdam, bij
Kras, aan hem, den beklagcnswaardigen vader,
te willen overreiken. Dan zou hij zorgen,
dat het horloge, de portefeuille en de porte
monnaie werden teruggegeven.
Deze nieuwe wending van het geval had