Hntirmlutionaif
ooor
nieuws* en Advertentieblad
Zeeland.
X" 2rr EN adverted te bezoeoen bu den_utoeve*
FEUILLETON.
Langs eigen Spoor.
Binnenlaiidsch Nieuws.
No. 1065.
Zaterdag 1 November 1913.
11" Jaargang.
Franco
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,—.
per post: voor Nederland 1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec
teuren en Brievengaarders.
Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. L1TT00IJ Az. te TBR NEUZEN.
Inzending van advertentlEn vóór uren op den dag der uitgave
ADVERTENTIËN:
Van 1—4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën voor dit blad worden
aangenomen tot 's namiddags 1 UUR op
den dag der uitgave.
V Een dankbaar werk.
Het overkomt den heer De Jager niet eiken
dag, dat hij van den voorzitter van Neuzen s
Raad een prijsje ontvangt.
Doch in de laatste zitting kreeg hg toch een
goede aanteekening op zijn rapport. I)e heer
De Jager had een dankbaar werk verricht,
niet nog eens te wijzen op de schandeigke
wijze, waarop met de belastingpenningen dei
gemeente wordt omgesprongen ten behoeve
van een handjevol bevoorrechten.
Dit zijn we volkomen eens met den voor
zittcr.
Wel heeft deze getracht door een vloed van
woorden en gegoochel met cijfers liet betoog
van den heer De Jager te verdrinken en den
indruk van diens woorden weg te nemen,
maar hij zal, hopen we, bij nader inzien wel
begrijpen, dat dit een liopelooze poging was.
Ge moet zoo heette liet het totaal
der kosten niet deelen door 7, doch door 30,
want de leerlingen van de twee hoogste
klassen van het M. U. L. O. kunt ge ook rekenen
tot die der H. B. S. We merken in 't voorbij
gaan op, dat deze officiëele mond thans alvast
niet mèer spreekt van 73 leerlingen der H. B. S.,
zooals het vroeger heette.
We willen een oogenblik zgn cgfers aan
nemen, doch er volgt dan uit", dat ook een groot
deel der kosten, die de heer De Jager op het
M. U. L. O. schoof, bij die der H. B. S. moet
gevoegd worden. En dan zal het wel niet
voor tegenspraak vatbaar zijn, als we beweren,
dat die 30 leerlingen aan de gemeente jaar
lijks een drie honderd gulden per hoofd kosten.
Evenwel, heel de redeneering van den
voorzitter raakt kant noch wal.
De drie klassen van M. U. L. O. brengen de
leerlingen tot de eerste klasse der H. B. S.
en zijn daarop geheel aangelegd.
Behalve dat daardoor dit M. U. L. O. voor
het grootste deel der leerlingen totaal be
dorven wordt en aldus de groote middenstand
en de arbeiders, die een enkelen leerling na
de lagere school nog een paar jaren op school
kunnen laten, aan de H. B. S. worden opge
offerd was de nieuwe M. U. L. O.-school
voor dit doel geheel overbodig.
Aan de school van den heer Van Dixhoorn
had men hetzelfde en werd dit doei eveneens
bereikt.
Als bewijs voor onze bewering wijzen wij
er op, dat' een der leerlingen van den heer
Van Dixhoorn thans zit in de eerste klasse
der H. B. S. Dat er niet meer waren, moge
als bewijs strekken van de weinige behoefte,
die Ter Neuzen gevoelde aan eene H. B. b.
doch is niet de schuld van het hoofd van
school B.
Wat men met de nieuwe M. U. L. O.-school
bedoelt, was dus reeds aanwezig en de stich
ting der nieuwe school was uit dit oogpunt
totaal onnoodig.
Thans neemt men geheel nieuw personeel
aan de M. U. L. O.-scliool en heeft althans
de eerste jaren nog een groot deel der
meerdere kosten aan school B te betalen.
Want al vinden wij het heneden alle critiek,
dat men den heer Van Dixhoorn en een deel
van zijn onderwijzend personeel op hun eens
verkregen rechten heeft beknibbeld al mag
men er misschien met de wet in de hand
het recht toe hebben - de gemeente heeft
toch ook de overblijvende meerdere kosten
te betalen. En dit'staat wel als een paal
boven water, dat met de meerdere uitgaaf
van, zeg maar, ongeveer 8000 gulden per jaar
Ter Neuzen niets anders en niets meerheeft
verkregen dan eene Hoogere Burgerschool,
die thans schijnt bezocht te worden door 7
en bij de opening door 6 leerlingen.
Dié 6 of 7 leerlingen kosten dus per hoofd
aan de gemeente dit jaar meer dan duizend
gulden.
Dat de heer De Jager luerop wees, was
ongetwijfeld een dankbaar werk, want de
burgerij' weet nu, waar het overschot van
vorige jaren blijft en hoe het komt, dat voor
de overige uitgaven ditmaal zooveel minder
wordt uitgetrokken dan vroeger.
37)
Onder druk spreken vervolgden ze hun weg.
„Weet je den weg hier goed, met dien mist
vroeg Frans er tusschen door.
Kaatje lachte.
„Wel in den donker," zei ze.
„Nu; dat scheelt op 't oogenblik zooveel
niet. Welk huis is dat dan, daar links voor
uit?" kwam hij schertsend om haar op de
proef te stellen.
„Dat is geen huis, dat is een hooiberg.'
„Je ziet scherp moet ik zeggen."
„Omdat ik het weetkijk maar
Op 't zelfde oogenblik stonden beiden plot
seling stil.
Ze hadden een gedaante ontdekt, zijwaarts
gezakt tegen den hooiberg. Het witte gelaat
teekende akelig in de grauwe mist. Als door
een zelfde vermoeden gedreven deden zij eenige
passen er heen. Hier was geen plaats voor
vermoedens, daar lag Emile Bekkersof
was het zijn lijk
Snel hadden ze zich overtuigd, dat Ennle
nog leefde.
De goede ruil.
We wezen er dezen zomer na de verkie
zingen voor den Raad reeds op, dat Ter
Neuzen een goeden ruil had gedaan door den
heer Drost als raadslid te vervangen door den
heer I). Scheele Az.
Er waren mensclien, die over onze bewe
ring een heelen boom opzetten en o. a. het
Tern. Volksblad ging geweldig tegen ons te
keer.
Natuurlijk hebben we dit kalm over ons
hoofd laten gaan.
We kunnen thans echter met nalaten te
vragen, of we niet juist gezien hebben?
De heer Scheele heeft met een paar kalme
volzinnen, die heel wat aangenamer klinken,
dan de snorkende taal, waarvan de heer Drost
zich gewoonlijk bediende', toch juist den spijker
op den kop geslagen.
,Ter Neuzen is een vreedzaam plaatsje,
er' is hier geen bijzondere drukte en als
liet hoofd der pol'itie niet te vrijgevig is
met liet verleenen van zekere vergunnin
gen, kan de politie het met de sterkte,
waarop ze nu staat gemakkelijk af, vooral
wanneer de Inspecteur en de agenten
door een gerechtvaardigd optreden voor-
Frans zette hem recht met den rug tegen
den hooiberg.
Emile sloeg de oogen op.
Hij scheen zich niet te kunnen begrgpen,
water voorviel en waar hij zich bevond.
Wezenloos blikte hij beurtelings Frans en
Kaatje aan.
Eensklaps bedekte een diep-rood zgn gelaat.
Hij verborg zijn gezicht tusschen zijn handen.
'Kaatje had 'den blik afgewend. Hoezeer ze
hem moest verachten, die met haar liefde had
gespeeld en de oorzaak was geworden van
velerlei leed, toch vervulde deernis haar ziel,
nu ze hem in zöó berooiden toestand moest
ontmoeten.
„Waar ben je vannacht geweest? vroeg
Frsns
„Ik weet het niet. Ik denk hier," luidde
het antwoord, dat met toonlooze stem werd
gegeven.
„Heb je dan nog niets gegeten en gedronken l
Je moet opstaan, kerel; je zult hier verstijven
Kan ik je soms met een of ander helpen
voegde Frans er aarzelend aan toe.
Afwerend strekt de ellendige de handen uit.
„Laat me alleen," klonk het bijna smeekend.
Met moeite strumpelde hij overeind en,
zwaaiend als een beschonkene, verwijderde
hij zich. In den dikken mist was hij spoedig
uit het gezicht.
komen, dat er aan de inwoners reden tot
ergernis wordt gegeven. kan ^et
best blijven, zooals het nu is."
Natuurlijk, als men uitgaat van de gedachte
van den heer Donze, dat men nooit po
litie genoeg kan hebben, ja, dan is hetgeen
de heer Scheele zei, reine onzin.
Maar hoeveel inwoners van Ter Neuzen
zouden de meening van dit vrijzinnig raadslid
onderschrijven
Van de honderd zeker geen drie!
Ook is het niet te verwonderen, dat de
liberale heethoofden het heengaan van den
lieer Drost betreuren.
Behalve dat de Burgemeester zich altgd
haast, de heeren ter linkerzij te hulp te komen,
als hij merkt, dat ze het benauwd krijgen,
hebben ze nu een stel voorvechters in den
Raad, waarvan naar het schijnt de heeren
Waalkes en Donze als de besten worden be
schouwd en tot woordvoerders zijn gepromo
veerd.
Nu gaan we natuurlijk van deze mannen
niets kwaads zeggen, daar we beiden kennen
als beste, brave burgers doch we kunnen
't ons indenken, welk gevoel de liberale partij
leiders vervult hij de gedachtedat zijn nu
onze voormannen
De heer Donze, die in zijn angst nooit po
litie genoeg heeft en de heer Waalkes, die
om een eenvoudig speechje van den lieer De
Jager te beantwoorden waarvan hij van te
voren wel kon begrijpen, dat t komen zou
eerst nog eens naar buis moet om zich te
prepareeren en dan na vier uren studeerens
niet eens weet, hoe in 1910 de vork aan den
steel heeft gezeten. Men leze slechts het
stukje van X onder onze Ingezonden stukken.
Kijk, dan had de heer Drost er beter slag van.
Natuurlijk kon ook hij de argumenten van
den lieer De Jager niet ontzenuwen, maar
hij wist toch met een stroom van groote
woorden wel zooveel vertooning te maken,
dat de groote menigte de innerlijke voosheid
en leegte der redeneeringen van het vrijzinnig
intellect van Ter Neuzen niet merkte.
En dus is het niet te verwonderen, dat men
aan den linkerkant verbeten is en geen ge
legenheid voorbij laat gaan om de heeren De
Jager en Scheele te kleineeren en bespottelijk
te maken en op hen zijn woede te koelen
Wie zich daarvan wil overtuigen, leze liet
artikel in het Ter Neuzensch Volksblad van
Woensdag, waarin een van die overkropte
heeren zijn gal eens uitstort.
Het spreekt van zelf, dat de beide anti-
revolutinaire woordvoerders zich van 's mans
geschetter niet veel zullen aantrekken. Hij
kent Ter Neuzen niet.
Laat hij eens onderzoeken hoe t publiek
denkt over de woorden ven den heer Scheele.
Hoe de ingezetenen denken over het op-
treden van de politie in den laatsten tijd
niet slechts hij de schandelijke behandeling
van den heer Le Mat, maar herhaaldelijk.
En dan zal hij gewaar worden, dat de heer
Scheele op kalme en eenvoudige, maar daarom
niet minder rake wijze, juist heeft uitgesproken
wat er leeft in 't hart van verreweg het
grootste deel van Neuzen's ingezetenen.
En daarom herhalen wijwe durven Ter
Neuzen gerust feliciteeren met dezen ruil.
Dubbelzinnig.
De heer Huizinga, burgemeester van Ter
Neuzen, stelt zich gaarne beschikbaar in ver
kiezingsdagen en daarbuiten om als spreker
op te treden voor anti-revolutionaire kiesver-
eenigingen.
Zelfs was lnj eenmaal onze candidaat in
Amsterdam.
Hij is bij zulke gelegenheden zeer principiëel
en lijdt, als hij 't heeft over onze groote voor
mannen, niet aan overmaat van bescheidenheid.
Gaat men nu zijn houding na als voorzitter
van Neuzen's Raad, dan valt het op, dat jiij
geene gelegenheid voorbij laat gaan, om zijne
politieke vrienden tegen te spreken en voor
de liberale meerderheid de kastanjes uit 't
vuur te halen.
Bijzonder komt dit uit, als t gaat over
onderwijszaken.
Dan schijnt het, alsof de heer Huizinga
ineens vergeten is, welk een bitteren strijd
de rechterzijde nu reeds gedurende driekwart
eeuw heeft 'gestreden voor vrijheid en rechts
gelijkheid.
Indien hij als overheidspersoon zich m den
Raad bij den strijd der partijen zooveel mo
gelijk op den achtergrond hield en onze mannen
het alleen liet uitvechten, zou er voor zijn
houding nog iets te zeggen vallen.
Doch neen, zoodra een onzer mannen een
mond durft open te doen, om de onrechtvaar
dige practijken van de linksche meerderheid
te brandmerken, is hij er als de kippen bij,
om die practijken te verdedigen en goed te
praten.
Gevoelt hij niet, hoezeer die houding zijn
naaste vrienden moet grieven
Laat hem, gelijk andere zaken van over
heidsbeleid, ook dit koud
Ziet hij niet in dat zulk een dubbelzinnige
houding ten slotte toch ook buiten Ter Neuzen
de aandacht moet trekken
Frans en Kaatje vervolgden eenige oogen-
blikken zwijgend hun weg. 't W as haar, als
zag ze thaiis pas voor liet eerst de grootte
van 't gevaar, waaraan ze was ontsnapt.
„Je zou hem haast niet meer herkennen,"
brak Frans het stilzwijgen af.
„Nee," zei Kaatje.
En ze zweeg weer. Maar haar gedachten
vertoefden opnieuw bij den droeven zwerver.
En ze herinnerde zich het gesprek, waarbij
ze tegenwoordig was geweest op den verjaar
dag van baas Harder. En hoe dankbaar ze
ook [wezen mocht, intijds van haar dwaalweg
te zijn teruggekeerd, toch vervulde een groot
medelijden haar hart met den laaggezonkene.
„Waar zou hij heengaan
't Was meer een overlegging van haar hart
dan een rechtstreeksche vraag
Hoe kan ik 't weten", luidde het antwoord.
Geld heeft hij niet en als hij werkelijk den
nacht buiten heeft doorgebracht; zal hij met
ver komen ook. Hij zag er werkelijk naar uit.
Maar wat hebben we ons ook over hem te
bekommeren; wat gaat hij óns aan, vervolgde
hij ruw. „Dat hij er zoo aan toe is, is zijn
eigen schuldhij verdient volstrekt geen me
delijden zeker liet jouwe niet, Ka
„Als God ons slechts jnaar verdienste deed,
zag het er niet goed met ons uit, Frans!
Ze zei het schuchter, maar beslist.
„De Standaard."
De Staatscourant bevat de statuten
van de NI. Venn. Drukkerij De Standaard,
te Amsterdam.
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt
Bijna heftig was het antwoord van Frans.
„Kun-je hem nóg niet vergeten, Ka, dien
lagen bedrieger. O, als je hem eens hadtge-"
zien, als ik, met die andere
„Je begrijpt me niet, Frans," zei ze ernstig.
Hij keek haar onder het voortwandelen met
een mengeling van toorn en bevreemding aan.
„Nee," zei hij eindelijk, „ik begrijp je niet."
Ze waren het station genaderd.
Maar hun reis was vergeefsch. Geen en
kele trein was nog gepasseerdde mist werd
al dikker.
Ze wachtten.
De bestemde tijd was reeds lang verstreken.
„Zou er spoedig een komen? informeerde
Frans bij een der beambten.
Deze gaf niet veel moed.
't Was kil, koud zelfs in den natten nnst.
„We moesten maar terugkeeren," stelde
Kaatje voor. „Wacht in liet dorp, tot de mist
opgeklaard is. We kunnen hier toch niet
blijven wachten."
Hoezeer Frans ook verlangde te vertrekken,
hij begreep dat Kaatjes voorslag verstandig
was. Langzaam namen ze den terugweg aan.
„Hier zijn we weer, tante,' zei Kaatje, toen
ze de smidse hadden bereikt.
(Wordt vervolgd.)
DOOR ZELANDIA.