flntirmiutionair
ooor
nieuws* en Hdnertentieblad
Zeeland.
De Troonrede.
De Pers over de Troonrede.
No. 1053.
Zaterdag 20 September 1913.
11* Jaargang.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen ƒ1,-
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneerf zich bij alle Boekhandelaars,
leuren en Brievengaarders.
INGEZONDEN STUKKEN TE
Franco
Postdirec-
Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. LI7T'*#U Az. te TER NEUZEN.
inzending van advertentlSn vóór uren op den dag der uitgave.
Advertentiën voor dit blad worden
aangenomen tot 's namiddags I UUR op
den dag der uitgave.
Een stuk van buitengewone lengte, de rede
waarmee H. M. de Koningin ditmaal de gewone
zitting der Staten-Generaal opende.
Wat den vorm aangaat, klinkt het eenigszins
zonderling, dat Hare Majesteit na een paar
malen in den lsten persoon enkelvoud ge
sproken te hebben, ten slotte spreekt van de
„regecring" die dit of dat zal doen. Dacht
de beer Cort van den Linden soms aan zijn
„vliegwiel", toen hij de Koningin de woorden
in den mond lei: „zij (de regeering) zal baar
doel nastreven, enz.
Er staan in de Troonrede dingen, die we
reeds lang wisten, terwijl andere zaken bepaald
nieuw waren. Zoo was het bijv. geheel
onnoodig, te herinneren, dat de toestand van
's lands geldmiddelen voorziening eischt,
omdat eenige in de vorige zittingen aange
nomen roetten nieuwe middelen vragen.
Dat had de vorige minister van iinantiön ook
reeds gezegd en daarom had bij den weg
gewezen, waarlangs die middelen te verkrijgen
waren.
Nieuw daarentegen was het antwoord op
de vraag, hoe het ministerie zou staan tegen
over den eisch van linkschen kant, dat de
sociale wetten van minister Talma ingetrokken
moesten worden.
Of dat antwoord voor de linkerzijde,wel
geheel bevredigend was, betwijfelen we.
Het noodige geld hoopt het ministerie te
vinden niet door verhooging der indirecte
belastingen, doch door eene algcmeene inkom
stenbelasting en verhooging der successie
rechten.
Als de daarop betrekking hebbende voor
stellen aan de orde komen, zal het ons
benieuwen, wat de afgevaardigde voor Oostburg
van die algemeene inkomstenbelasting zeggen
zal. Hij heeft zoo aandoenlijk georeerd over
de arme boeren, die door verhoogde invoer
rechten misschien een stuiver meer moesten
geven voor een spade. Het is te vreezen,
dat de inkomstenbelasting heel wat stuivers
uit hun zak zal kloppen. Of dit al dan niet
gerechtvaardigd is, laten we voor 't oogenblik
onbesproken. We zijn alleen maar nieuwsgierig,
of onze afgevaardigde bij dit voorstel ook zoo
bezorgd voor onze boeren zal zijn.
Het lijkt ons iets onmogelijks toe, wat het
ministerie wil opdragen aan eene Staats
commissie, te onderzoeken, in hoever eene
algemeen bevredigende regeling mogelijk is
ter zake van de subsidiëering van het bijzonder
onderwijs en de voorwaarden welke daaraan
verbonden moeten wordqn. Algemeen zou
hier o. a. moeten beteekenen, dat èn de Bond
van Nederlandsche onderwijzers èn de voor
standers van het Bijzonder ouderwijs bevredigd
zouden worden. Én dit lijkt ons eene onmoge
lijkheid.
Waarom stelt het ministerie zelf niet voor,
bij de aangekondigde Grondwetsherziening dit
punt afdoende te regelen door eenvoudig vol
komen gelijkstelling, wat betreft de finantiëele
zorg der regeering voor het Lager onderwijs
betreft, in de Grondwet vast te leggen Dat
is toch de eenige manier, waarop een billijke
regeling kan getroffen worden al is het
dan ook, dat de tegenwoordig gepriviligeerden
wat zullen mopperen.
Of de leden der rechterzijde door het lokaas
dezer Staatscommissie zich zullen laten ver
leiden, te hulp te springen om het ministerie
te redden, als de eigen vrienden bij Oorlog
en Marine het Kabinet in gevaar mochten
brengen, moeten we voorloopig betwijfelen.
Overigens gelooven we, dat er genoeg wordt
voorgesteld, waartoe ook de rechterzijde hare
medewerking zal verleenen.
Men moet het echter afwachten, op welke
wijze het ministerie zijne aangekondigde
plannen wil uitwerken.
RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIES
ADVERTENTIËN:
Van 1—4 regels ƒ0,40 Voor eiken regel meer ƒ0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. -
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER.
V Hoe de schare voorgelicht
wordt.
Onze lezers herinneren zich, hoe we voor
een paar weken de Midd. Courant opmerk
zaam maakten op hare eenzijdige voorlichting
der lezers omtrent het bestuur van den Gou-
verneur-generaal van onze Oost en lioe de
Nederlander uit de stukken had aangetoond,
dat de laffe bekladding van den heer Iden-
burg, waaraan zich een zoogenaamd deskun
dige in het Middelburgsche blad had schuldig
gemaakt, kant noch wal raakte.
Sinds dien kwamen Indische vrijzinnige
bladen aar., die de mededeelingen in de Ne
derlander bevestigden.
De lezers van de Midd. Courant hebben
tot hiertoe van een en ander nog niets mogen
vernemen.
Dinsdag werd de eerste vergadering gehou
den van de Tweede Kamer. De oudste in
jaren, de heer Lieftink, leidde volgens ge
woonte deze eerste vergadering.
Hij hield daarbij een redevoerinkje, waarin
hij o. a. aan de rechterzijde het snuifje pre
senteerde, dat er voor de verkiezingen zooveel
gebeden was. Ja, viel de heer De Savornin
Lobman in en zelfs veel gelogen
De N. B. Courant vermeldt in haar Kamer
overzicht wel liet laatste en geeft den heer
Lobman de vriendschappelijke vermaning mee
„Laat men elkander toch niet zonder noodzaak
prikkelen 1"
De hatelijke uitval van den lieer Lieftink
wordt daar echter niet vermeld en van hem
heet het„zijn speechje was weer een en al
gemoedelijkheid."
Zoo lichten de vrijzinnige bladen limine
lezers voor en weiden voorts gaarne uit over
de domperstactiek aan de rechterzijde!
Als naar gewoonte wordt de rede, waar
mede Hare Majesteit de zitting der Staten-
Generaal opende, door de verschillende bladen
beoordeeld.
En even belangstellend als het publiek was
voor de Troonrede zelf, even nieuwsgierig is
het nu naar de critiek, die er op geleverd
wordt.
Een kort uitknipsel uit enkele bladen volgt
hier ten dienste van onze lezers.
Wij waren zeer benieuwd, wat het s.-d.
Volk er van zeggen zou.
Daarom ga dit blad dezen keer voorop.
„Het Volk" vangt zijn beschouwingen aan
met er op te wijzen, dat de hoofdinhoud van
deze troonrede een zuiveren weerklank geeft
op den uitslag van de verkiezingen. Voorop
toch staan algemeen kiesrecht en staatspen
sioen. Beide echter blijven beneden onze
wensclien, zegt „Het Volk":
Van het pensioen worden de bedeelden uit
geslotenin Engeland was dit oorspronkelijk
ook het gevalmen is er op moeten terug
komen. De kiesrecht paragraaf is niet geheel
bevredigend, omdat wel wordt toegezegd het
wegnemen van de belemmering voor vrouwen
kiesrecht, maar niet zoo, dat de welstand bij
de toekenning van het vrouwenkiesrecht niet
als maatstaf mag gelden.
Op deze beide punten staat dus voor de
sociaal-democratie een stuk strijd te wachten.
Mocht de nieuwe regeering van plan zijn, een
artikel voor te stellen voor liet vrouwenkies
recht dat meer is dan een blanco-artikel, dat
nieuwe klassebevoorrechting brengt in de
grondwet dan zou onze strijd zich tegen de
regeering richten. Onze steun is haar ver
zekerd waar zij aan klassebevoorrechting een
einde maakt, maar wilde zij de machtspositie
der heerschende klasse bevestigen en daartoe
het vrouwenkiesrecht bezigen, dan zouden wij
ons niet door schijn laten verblinden, ^maar
zulk een verraad aan den uitslag van 25 Juni
met alle macht pogen te verhinderen.
Over de militaire paragraaf en de verzeke
ringswetten zegt het soc.-dem. blad het vol
gende
Op militair gebied heeft de regeering een
program, waarhij zij direct afhankelijk is van
den steun der rechterzijde. Heeft deze in het
algemeen, door haar meerderheid in de Eerste
Kamer het lot van het kabinet in haar hand,
de clerikale minderheid in de Tweede Kamer
krijgt ook een stuk in de melk te brokkelen,
nu blijkbaar de militiewet-Colijn „loyaal zal
worden uitgevoerd, nu, met andere woorden,
de stijging der oorlogsbegrooting zal worden
doorgezet. En de aankondiging van een slag
schip voor Indië geeft eveneens een verhoogde
beteekenis aan de rechterzijde. Op beide
punten zal de sociaal-democratie de regeering
moeten bestrijden.
In hoever de coalitie gezind zal blijken,
met dit kabinet in zee te gaan, moet de naaste
toekomst leeren. Schijnbaar is het regeerings-
program ten aanzien van Talma's verzeke
ringswetten een uitdaging van de lieeren van
rechts. Inderdaad echter hangt hier alles
van de uitvoering af. Het betrekken ook van
de doktersliulp in de ziekteverzekering was
oorspronkelijk een algemeene wensch van de
Kamerde lieeren van rechts hebben hun
overtuiging geofferd aan hun politiek belang.
Mocht het gelukken, voor dit belangrijk stuk
sociale wetgeving alsnog een meer bevredi
gende regeling te vinden, dan zouden wij ons
daarover ten zeerste verheugen. Ook tegen
Talma's regeling der invaliditeitsverzekering
bestonden aan de rechterzijde groote bezwaren.
Wij kunnen slechts hopen, dat Treub's ver
eenvoudiging voor alle partijen aannemelijk
blijkt.
Het (jlad wijst er dan op, dat de zinsnede
betreffende het bijzonder onderwijs, verzoenend
werken zal en schrijft aan het slot o. a.
In het algemeen mogen wij constateeren,
dat door het kabinet de lijn der politieke ont
wikkeling, gelijk die door onze kiesrechtactie
is geteekend, wordt vervolgd. Wellicht in een
tempo, dat ons niet geheel bevredigt, en met
de mogelijkheid van afwijking, als het vrouwen
kiesrecht aan de orde komt. Maar de hoofd
zaak is, dat de kiesrechtkwestie haar oplos
sing naderbij wordt gebracht. Bi] iederen stap
op dezen wég kan de regeering op onzen steun
rekenen misschien zullen wij haar nog wat
sneller voortstuwen dan zij zelf van plan was
te gaan.
De (v.-d.) Middélb. Ct.
De eisch der Concentratié tot onverzwakte
handhaving van de openbare school heeft in
de Troonrede plaats gemaakt voor een voorstel
om aan een staatscommissie het onderzoek
op te dragen in hoever een bevredigende
regeling van de subsidiëering van het hijzonder
onderwijs mogelijk is. Dat laatste klinkt veel
verzoenender dan liet eerste, hok al volgt er
op een verwijzing naar de aan die subsidi
ëering verbonden „voorwaarden wat.. de
netelige kwestie van liet toezicht er bij in
mengt.
De ouderdomsrente aan „behoeftige zeventig
jarigen" is slechts een vervulling van wat ook
gevorderd werd in het verworpen amende-
ment-Tydeman-Drucker-Borgesius op art. 357
der Invaliditeitswet, dat nu alleen voor loon-
trekkenden geldt.
Dat het Kamerlid Treub vóór dat amen
dement stemde, maakt liet volkomen begrij
pelijk, dat de Minister Treub nu met dit
voorstel komt.
Maar waarin minister Treub zichzelf gelijk
blijft, en niet meegaat met de Concentratie
plannen welke hij niet deelde, dat is in hetgeen
er met de verzekeringswetten van Talma zal
gebeuren.
Door de vrijzinnige leiders in de Tweede
Kamer is er herhaaldelijk over gesproken dat
de Concentratie bij een eventueele overwinning
do verzekeringswetten van Talma niet zou
uitvoeren. In de herstemmingseischen werd
ook gesproken van intrekking of althans niet-
uitvoering van de Invaliditeitswet-Talma be
halve dan art. 369 (357) dat tot alle behoeftige
zeventigjarigen zou worden uitgebreid.
Deze Troonrede spreekt niet van intrekking
of niet-toepassing, maar van vereenvoudiging
van Invaliditeitswet en Radenwet bij
welker behandeling het Kamerlid Treub ook
bovenal scherpe kritiek heeft uitgeoefend op
de omslachtige en onpractische uitwerking van
een beginsel dat hij zelf ook steeds voorstond.
In hoever de in de Troonrede aangekondigde
uitbreiding der Ziektewet (die nu slechts de
verzekering van een ziekteg e 1 d invoerde, en
die deze regeering wenscht uit te breiden tot
ziekte-v erzorging nl. tot het toekennen
van een recht ook op geneeskundige hulp)
in hoever die uitbreiding zal leiden naar de
in het concentratieprogramma genoemde „al
gemeene voorziening op 't gebied van de ge
neeskundige en geldelijke hulp bij ziekte en
invaliditeit van on- en minvermogenden", liet
zal eerst kunnen blijken als 't voorstel volledig
bekend is.
Het (lib.) Handelsblad is blijkbaar omtrent
de wetten van min. Talma ook niet erg gerust
en schrijft er van
Doch, wat de verwondering harende opne
ming van den heer Treub in het ministerie
reeds deed vermoedendit kabinet wil de
voorziening in de nooden van oude behoeftigen
op andere wijze regelen dan de geconcen
treerde partijen wenschen. Zal dat met steun
der kerkelijke minderheid in de Kamer ge
schieden De invaliditeitswet blijft gehand
haafd, zal slechts herzien en vereenvoudigd
wordenDe ziektewet blijft gehandhaafd en
de beginselen dienaangaande in het concen
tratie-program verkondigd worden niet uit
gevoerd. Wel zal echter worden voorgesteld
de staatsuitkeering aan oude behoeftigen uit
te breiden allen die zeventig of ouder zijn
en behoeftig, ontvangen een staatsrente, zoo
zij niet bedeeld zijn geworden. Doelenstrek
king van die beperking is ons niet duidelijk.
Zooals bekend, wordt thans die rente slechts
verstrekt bij vroegere invoering dier wetver-
zdteringsplichtig zouden zijn geweest. In dit
opzicht wordt dus getracht het concentratie
programma gedeeltelijk uit te voeren.
De (lib.) N. B. Courant vindt ook dat de
sociale paragraaf veel op een rebus gelijkt
en „de heer Treub heeft wel eens duidelijker
gesproken" in al wat wij er van weten te
vertellen.
Aan de (c.-h.) Nederlander valt het aan
stonds op, „dat liet thans opgetreden Kabinet
een linksch Kabinet wenscht te zijn, dat de
eischen der concentratie zooveel mogelijk
tracht uit te voeren, doch dat tegelijkertijd
een poging wil doen, om de rechterzijde
aan zich te binden door eene, althans in deze
Troonrede uiterst vage belofte ten aan
zien van de onderwijs-quaestie."
Afgezien nog hiervan zegt het blad
verder dat liet vinden eener algemeen
bevredigende regeling zooiets is als
de „quadratuur van den ciïkel", lijkt de in
stelling eener Staatscommissie, wier arbeiden
„met bekwamen spoed" spreekwoordelijk is,
wel de meeste geschikte kapstok om een, in
de schatting der rechterzijde urgent vraag
stuk, voorloopig aan op te hangen. Wij zijn
benieuwd of de rechtsche groepen met dezen
wissel op de toekomst in den zak, bereid zullen
worden bevonden om de andere wisseltjes
der firma Concentratie en Co. (van welke
vennootschap de S. D. A. P. de stille vennoot
mag heeten) te honoreeren. Ons komt dit
nogal twijfelachtig voor.
Minister Treub komt niet met een voorstel
tot invoering van Staatspensioen, maar wat
hij er voor in de plaats stelt is toch niet heel
veel anders dan wat hij vroeger veroordeeld
heeft. Voorgesteld wordt eene regeling, om
aan alle behoeftige zeventigjarigen een dus
genaamde „ouderdomsrente" toe te kennen,
zonder premiebetaling dus, en zonder beperking
tot hen die in loondienst hebben gearbeid.
De Minister Treub is dus over het
onoverkomelijk bezwaar van het K a -
m e r 1 i d Treub heengekomen.
ar*
11 raai