Antirevolutionair voor nieuws» en Advertentieblad Zeeland. FEUILLETON. Langs eigen Spoor. Staten-Generaal. No. 1052. IP Jaargang. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post: voor Nederland ƒ1,10. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec teuren en Brievengaarders. Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op Feestdagen, bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN. Inzending van advertentlSn vóór uren op den dag der uitgave. ADVERTENTIËN: Van 14 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIES TE BEZORGEN BIJ DEN Uil GEVER. Advertentiën voor dit blad worden aangenomen tot 's namiddags I UUR op den dag der uitgave. Y Een standaardwerk over het Panamakanaal. Onder dit hoofd schrijft een correspondent aan de N. R. Courant Onder den titelDe Panamapoort (The Panama Gateway) is er van de hand van Joseph Bucklin Bishop dezer dagen een boek verschenen, dat als een der degelijkste werken over het Panamakanaal wordt begroet, welke tot nog toe het licht hebben gezien. Terwijl op dit gebied kortelings zeer veel is uitgegeven waarin partijdigheid of ook wel neiging om bovenal het uiterlijke schoon te roemen door schemerde, heeft Bishop zicli daarvan vrijge houden en zich bepaald tot feiten. Als secretaris der Panama-Kanaal-commissie of Isthmian Canal Commission, aan welks hoofd kolonel ingenieur Goethals staat (wiens grootvader in Nederland's hoofdstad het levens licht had gezien) had Bishop gelegenheid, zijn gegevens uit de eerste hand te verkrijgen. Vóór zijn aanstelling als zoodanig in het jaar 1905 was hij werkzaam als persman. In genoemd boek zijn allerlei beschouwingen over de technische moeilijkheden evenzeer vermeden als pogingen om een letterkundig voortbrengsel van beteekenis te leveren. Daarentegen levert Bishop een bevattelijke verhandeling over de wordingsgeschiedenis van het Kanaal en haalt hij hierbij feiten en cijfers aan, die voor zichzelf spreken. Onder den indruk van de voorspoedige uit komsten. welke gedurende de laatste acht jaren zijn verkregen, is men geneigd te ver geten, hoeveel getwist daaraan was vooraf gegaan tengevolge van partijvooroordeelen en beroepsnaijver. Vooral werden venijnige aan vallen gericht tegen bet plan voor het leggen van den Gatoen-dijkdoch zij zijn ongerecht vaardigd gebleken nu dit gedeelte van den kanaalarbeid tot een goed einde is gebracht. Er werd destijds beweerd, dat de dijk zou wegzakken en een ondergrondsch meer nimmer te overwinnen moeilijkheden zoude in den weg leggen. Hierin stelde men zooveel geloof, dat President Roosevelt zich genoopt zag, die onrust weg te nemen door bet zenden eener commissie van onderzoek, onder voorzitter schap van minister van oorlog Taft, tot wiens departement de Panama-kanaalstrook en de eiland-aanlioorigheden van de Unie behoorden. De kwade geruchten vonden voornamelijk geloof bij tal van bezoekers uit de Vereenigde Staten. Dezen hadden zicli voorgesteld een 31) En nevens dit alles, was in den laatsten tijd met hoe langer hoe sterker kracht de vraag in haar ziel gerezen, of zij tegenover haar vader, haar moeder, haar broeder vrij uitging méér, of zij niet de oorzaak was van veel moedersmart en vaderlijken toorn. Er kwam een stem van zelfbeschuldiging, die steeds luider riep. En allengskens rijpte een plan in haar binnenste, om terug te keeren naar degenen, die zij had verlaten. Haar overleggingen en overpeinzingen deden haar de omgeving ten eenenmale vergeten en zonder er erg in te hebben, verwijderde zij zich verder van het dorp, dan in haar voor nemen had gelegen. Ze keek vooruit. Een heer naderde. Wat deed haar plotseling stilstaan en ver- bleeken Wat deed den naderende den pas versnellen, om haar te eerder te bereiken ontzaglijk metselwerk te zullen aanschouwen, dat over eene groote lengte hoog in de lucht zou uitsteken. In plaats hiervan zagen zij eene waterscheiding, die liet aanzien had van den oever eener gekanaliseerde rivier. Zooals men weet dient de Gatoen dijk om het water der Chagres en van andere kleine rivieren af te dammen. James Bryce, de vermaarde schrijver en toenmalige Britsche gezant te Washington, noemde dat werk „de reusachtig- ste menschelijke onderneming om de natuur aan banden te leggen." En Bishop is het hiermede volkomen eens. Hij wijst jer op, hoe de wijze van aanleg van den dijk alle door sijpelen voorkomt en alle deskundigen zijne deugdelijkheid erkennen. Bishop verklaart volmondig, dat de totstand brenging der z.g. Coelebrakloof (Culebra Cut) de grootste hinderpaal is gebleken bij liet voltooien van het kanaal. Het daaraan be stede werk heeft aangetoond, dat liet ondoenlijk zou zijn geweest om een zeepcilkanaal aan te leggen in plaats van een sluispandenkanaal. Hoe kan Bishop echter beweren, dat degenen, die voor liet eerste ijverden, „schelmen vol veinzerij of partijvooroordeel" waren Gelukkig echter, dat de schrijver zich verder niet met dergelijke bijbeschouwingen inlaat. Hij behandelt de geschiedenis van den aankoop der kanaalstrook, maar laat de internationale verhoudingen onaangeroerd. Schr. wijdt veel aandacht aan de inrichting van het bestuur der kanaalstrook en haar arbeidsleger, dat tot zelfs plm. 65,000 man sterk is geweest. Zijn werkindeeling zoowel als zijn huishoudelijke dienst wordt in bijzonder heden uiteengezet en o. m. verklaard hoe Oom Sam als kruidenier en ellewinkelier is moeten optreden om de kosten van levensonderhoud voor zijn personeel te matigen. Dit stelsel, waarin Bishop nocli socialisme noch paterna lisme ontkent, duidt hij aan als welwillend despotisme in een uitgestrekt arbeidskamp, ingericht in een vreemd land. Door Bishop wordt niet met lof uitgeweid over kolonel Goethals' buitengewone verdien sten. Integendeel geeft hij een verslag van diens werk, aan anderen overlatende den man te prijzen, die als soldaat een voorbeeld is gebleken op liet gebied van burgerlijk bestuur en als ingenieur het ontzagwekkende ontwerp weet uittevoeren om twee oceanen met elkaar te verbinden dwars door „een bergkegel in Dariën." Bij schr.'s uiteenzetting van de wijze, waarop de landengte van een pesthol is veranderd in een lustoord, vermijdt'hij de overdrijving, die bij zoovele anderen tot onnauwkeurigheden heeft geleid. Wonderbaar noemt hij de wijze, waarop de geneeskundige dienst, onder leiding Nog een oogenblik en broeder en zuster staarden elkaar met een mengeling van blijd schap en schrik in de oogen. „Frans 1" „Kaatje Een tijdlang stonden ze zwijgend tegenover elkander. Wie zou het eerst het woord nemen? Plotseling strengelde zij haar armen om baars broeders hals en barstte in zenuwachtig snikken uit. Er naderden menschen. „Kom", zei Frans, „laten we een eind op wandelen, wil-je Hij gaf haar een arm ze had die onder steuning wel noodig. Toen ze eenigermate bedaard was, volgden de ophelderingen. Volgde de gansche geschiedenis na haar vertrek afgespeeld en waarvan ze nog geheel onkundig was. „We 'konden het niet meer uithouden," zei Frans„en moeder had geen leven meer. En toen ben ik gaan zoeken, tot ik je nu einde lijk heb gevonden. En nu Ja, en nu Wist hij iets van haar innerlijken strijd, van den aanvankelijken ommekeer, die bij haar had plaats gegrepen Hij vermoedde hij zijn van Kolonel Gorgas, de Kanaalstrook nagenoeg heeft weten vrij te maken van gele koorts en malaria door zich „met alle mogelijke geest kracht daarvan een levenstaak te maken." Als „de feitelijke pioniers van hot Kanaal- werk" worden door Bishop aangemerkt de mannen, die den Panama-spoorweg hebben aangelegd. Hun arbeid heeft z.i. meer inspan ning gevorderd dan al, hetgeen er later op de landengte moest worden uitgevoerd. On verschrokken ingenieurs als Jolin Lloyd Stephens, Georg, -Totten, John Trautwiue, James Baldwin en John Joseph Williams hebben hun gezondheid of zelfs hun leven ten offer gebracht aan de uiterst zware taak van spoorwegaanleg in die bar ongezonde wildernis vol moerassen. Totten was de eenige, die in liet begin van 1855 den feestrit mede- maakte bij de inwijding van den spoorweg. Aan geld heeft deze plm. 8,000,000 gekost aan menschenlevens onberekenbaar veel meer. Totten's raming, dat er 835 personen omkwa men, o.w. 295 blanken, plm. 140 negers en plm. 600 Chineezen op een totaal van plm. 6000 personen, wordt als vrij betrouwbaar beschouwd. Veler gezondheid werd voorts voor goed geknakt. Van de wijze, waarop De Lesseps het Kanaal- werk aanving, geeft Bishop een treffend beeld. Terwijl nu Kolonel Goethals S 15,000 en zijne voornaamste medewerkers 14,000 's jaars ontvangen, ontvingen de Lesseps en zijn staf van 50,000 tot 100,000 per jaar behalve allerlei andere vergoedingen. Tot Juni 1886 was er o.m. aan woonhuizen en kantoorgebou wen niet minder dan 5,250,000 besteed. Minstens de helft van hetgeen de Fransche Panama-Kanaalmaatschappij heeft gekost, werd misbruikt of ontvreemd. De quaestie of een kanaal op zeepeil en zonder sluizen, dan wel een boven zeepeil met sluizen (zooals liet kanaal thans wordt uitgevoerd) de voorkeur zou hebbeu verdiend, is natuurlijk nog niet uitgemaakt De voor standers van een kanaal zonder sluizen, o. w. Nederlandsche waterbouwkundigen van be teekenis, zijn volstrekt niet overtuigd van hun ongelijk. De praktijk gedurende ettelijke jaren zal ten dezen het antwoord kunnen geven. (Red. der N. R. Ct.) VEREENIGDE VERGADERING VAN BEIDE KAMERS op Zaterdag 13 September 1913 tot sluiting van de zitting der Staten-Generaal (Geopend te 3 uur.) De heer SCHIMMELPENNINCK VAN DER OYE bekleedt den voorzittersstoel. zuster nog dezelfde onbuigzaamheid van ka rakter, den vasten wil, die niet te breken zou zijn. „Ik ga met je mee, Frans," zei ze vastbe sloten. „Ik ga, zoodra ik maar kan." „En vader dan kwam Frans. Ze keek hem aan. „Ik heb verkeerd ge daan en zal vragen of ik mag terugkomen," sprak ze. Frans kon zijn ooren niet gelooven. Was dat Kaatje die zoo sprak? „Luister," zei ze. „Jo kijkt me zoo ver wonderd aan. En 't moet je wel vreemd voorkomen ook. Eigenlijk ben ik me zelf vaak een raadsel. Maar ik wil je niet verbergen, dat ik nu een heel anderen kijk op vele zaken heb, dan vroeger. Frans, ik heb vergeten, dat het vader was, dien ik had te gehoor zamen. 't Is Gods gebod. Och, mijn rust is geheel en al verdwenen. Ik moet voortdurend me-zeif beschuldigen. Door mijn hoogmoed en koppigheid heb ik heel ons huisgezin in ellende gebracht. En moeder, o, die arme moeder Wat zal ze een verdriet hebben, nu ze ons beiden mist. En zie eens, hoe ik al gestraft ben. Emile Bekkers, om wien ik alles trot seerde, heeft me schandelijk bedrogen en mis leid. Voor hém," en tranen van spijt springen in haar oogen, „voor hém, verliet ik alles, ging ik mijn eigen wegberokkende moeder De Voorzitter laat door den griffier- van de Eerste Kamer voorlezen een Koninklijk besluit van 5 September 1913, no. 26, waarbij de minister van binnenlandsche zaken wordt gemachtigd lieden, te drie uren des namiddags, zich te begeven naar de vergadering der Staten-Generaal, ten einde in een vereenigde vergadering der beide Kamers de zitting in naam der Koningin te sluiten. De Voorzitter benoemt in de commissie, die den minister in het gebouw der Tweede Kamer zal ontvangen en uitleiden, de heeren Tjarda van Starkenborgh Stachouwer, lid vail de Eerste KamerRink en Van Veen, leden van de Tweede Kamervan den Berg, lid van de Eerste Kamer; en Limburg en De Monté VerLoren, leden van de Tweede Kamer. Kort daarna treedt de minister, voorafgegaan door de commissie, de vergaderzaal binnen. De MINISTER VAN BINNENLANDSCHE ZAKEN (de heer Cort van der Linden) neemt plaats achter de ministerstafel en houdt de volgende rede Mijne Heeren Het heeft Harer Majesteit de Koningin be haagd mij op te dragen de Zitting van de Staten-Generaal in Haren naam te sluiten. Dank zij Uwe medewerking, kwamen in het afgeloopen zittingjaar onderscheidene wette lijke voorzieningen tot stand. Goedkeuring werd gehecht aan wetsvoor stellen betreffende de toetreding tot de te Berlijn tusschen Duitschland en Frankrijk gesloten overeenkomst nopens Marokko betreffende liet te Brussel gesloten verdrag tot het vaststellen van eenige eenvormige regelen nopens de aanvaring met bijbehoorend protokol van onderteekening betreffende liet te Brussel gesloten verdrag tot het vaststellen van eenige eenvormige regelen nopens hulp en berging met bijbe hoorend protokol van onderteekening houdende wijziging der wet van 16 Juli 1869 (Staatsblad no. 139) tot uitvoering der bepa lingen van de artikelen 33, 36, 37 en 38 der herziene Rijnvaartakte betreffende te Washington gesloten ver dragen tot bescherming van den industriëelen eigendom de bescherming van handels- en fabrieksmerken in exterritoriale landen liet te Cliristiania tusschen Nederland en Noor wegen gesloten verdrag van handel en scheep vaart liet te 's Gravenhage tusschen Neder land en Japan gesloten verdrag van handel en scheepvaart. In verhand met de toetreding tot de Linie voor de bescherming van liet auteursrecht op werken van letterkunde en kunst, kwam een nieuwe wettelijke regeling van liet auteurs recht tot stand. en vader verdriet en vertrad ik Gods ge boden Vreemd staarde Frans haar aan. Zóó had hij Kaatje nooit liooren spreken. „Ja", vervolgde ze, „ik vat wel dat je me niet begrijpt. Hoe het alles zoo gekomen is, zou ik je moeilijk precies kunnen zeggen maar ik heb leeren inzien, Frans, dat ik me op een zondigen weg bevind en al was je niet gekomen, ik zou uit eigen beweging misschien, ja stellig zijn teruggekeerd. De Ileere is me te sterk geworden ik mag niet niet langer zoo voortleven; ik kan niet." Daar trilde iets van den ouden hartstocht in haar stem. „Nee Kaatjenu maak je het te erg. Jij hebt geen schuld alleen. Wat had vader zoo onredelijk te wezen tegen jou, tegen moedertegen mij. Dat was niet uit te houden. En dat moeder er zoo onder lijdt, is dat onze schuld „Nee, vaders, en vaders alleen." Frans begreep, dat liet dien weg niet op moest, dien Kaatje thans ingeslagen had. Want dan was niet slechts zij, dan was hij zélf ook ten eenenmale veroordeeld. En hij zou in geen geval schuld bekennen. Nooit (Wordt vervolgd.) V DOOR ZELANDIA.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1913 | | pagina 1