Antirmlutiottaif
Door
nieuws* en Advertentieblad
Zeeland.
Verkiezing voor de Provin
ciale Staten.
FEUILLETON.
1813-1815
NEDERLAND en ORANJE
mr. P. DIELEMAN.
P. F. FRUYTIER.
F. C. 0. I. HOMBACH
m C. YSEBAERT.
Na tien jaar.
Biimenlandsch Nieuws.
Buitenlandsch Overzicht.
No. 1022.
Woensdag 4 Juni 1913
lle Jaargang.
V Aan den Heer H. A. VANlALsi
te Hulst.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnea Ter Neuzen ƒ1,Franco
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec
teuren en Brievengaarders.
Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEtóEN.
Inzending van advertentlBn vóór uren op den dag der uitgave.
ADVERTENTIEN:
Van 1 4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naai plaatsruimte berekend.
INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIES TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER.
De drukte voor de Tweede-Kamerverkie
zingen zou ons haast die voor de Provinciale
Staten doen vergeten. Toch mag dit niet.
Links hoopt dit jaar wat te winnen als
'tkan, veel te winnen.
Zeelands rechtsche meerderheid in de Staten
is niet groot: 25 tegen 17 (als men den heer
v. Dalsum maar bij de linkschen indeelt).
Gaan er dus slechts 5 zetels verloren, dan
zijn we in de minderheid en worden er voor
de Eerste Kamer in plaats van de twee anti
revolutionairen twee liberale leden gekozen.
Het college van Gedeputeerde Staten zal
dan eveneens spoedig eene „zuivering" in
vrijzinnigen geest moeten ondergaan.
Op onze kiezers rust de plicht, voorzoover
dit in hun vermogen is, een dergelijke ramp
te voorkomen.
Dat men van de overzijde geen middel on
beproefd zal laten, om ook in 't district Hulst
eenige winst te behalen, is nu reeds zeker.
Dat daarbij Van Dalsum's hulp gaarne aan
vaard wordt, is reeds gebleken.
Het eenige doeltreffend middel om al die
pogingen krachteloos te maken, is reeds bij
eerste stemming tot den laatsten man in
't geweer te komen en alle 4 aftredende leden
te stemmen.
Wij drukken op dit laatste.
Reeds bij eerste stemming alle vier.
Niet wachten tot er bij herstemming een
Roomsch-Katholiek staat tegenover een Van
Dalsum-man.
Willen we ons niet op politiek terrein dood
laten drukken door de vrijzinnigheid, dan is
samengaan met de Katholieken ook voor
HEREENIG D.
Gedenkboek van Neerland's verlossing uit
de Fransche Dwinglandij.
Aan het Volk verhaald door L. PENNING.
Uitgave van D. A. DAAMEN te Den Haag.
Een gedeelte uit Hoofdstuk IX.
Oranje boven.
Het ongeduld der blijdschap prikkelde den
Prins, om zoo snel mogelijk de geliefde Neder-
landsche duinen te mogen begroeten, en geen
feestelijke huldigingen in Londen konden hem
langer vasthouden, dan onvermijdelijk nood
zakelijk was. De tocht naar Deal scheen één
zegetochtden 26sten November ging de Prins
scheep op het Engelsche linieschip „Warrior",
waar de Oranjevlag in den top van den grooten
mast werd geheschen, en onder een dubbel
salvo uit vier en zeventig geschutpoorten,
door alle oorlogsbodems op de rede beant
woord, bracht de Prins zijn hartelijken af
scheidsgroet aan de gastvrije kusten van Oud -
Engeland.
De wind was ongunstighij stond pal in
de Prov. Staten eenvoudig eisch van zelf
behoud.
Daarom reeds bij eerste stemming allen
naar de bus en gestemd op de heeren
Ons papieren kind bereikte reeds den leeftijd
van tien jaar.
Met dit nummer gaat de elfde jaargang in.
Ofschoon we heel ons leven niet te klacen
hebben gehad over gebrek aan werk, zijn
niettemin de laatste 10 jaar voor ons in 't bij
zonder een tijd van drukken, soms zelfs van
zenuwspannenden arbeid geweest.
Toen we een half jaar bezig waren, vreesden
we soms, dat we het zouden op moeten geven,
omdat we te veel werk hadden.
Langzamerhand is dit echter gebeterd, mede
door de hulp van een enkelen medewerker,
die onze taak eenigszins verlicht.
Of het altijd rozengeur en maneschijn was,
wat ons papieren kind op zijn levensweg ont
moette
Niet heelemaaler kwam menige donkere
dag met storm en hagel.
Ofschoon we met de paedagogie niet geheel
onbekend waren en reeds eenige ervaring
bezaten in het opvoeden van kinderen het
opkweeken van papieren kinderen moesten
ook wij nog leeren.
En ook hier geldt alweer het oude spreek
woord men moet door schade en schande
wijs worden. Niet zoo ergals men dan
nog maar wijs wordt.
We zouden onoprecht zijn, als we zeiden,
dat we van dezen arbeid niets dan genoegen
hebben ondervonden.
Want er was veel, dat minder aangenaam
was.
Daartoe rekenen we vooral onze polemiek.
Er zijn heel wat menschen in onze naaste
omgeving, met wie we nooit iets gehad hadden
en ook nooit eenig ongenoegen hadden ge
kregen, indien we niet de redactie van ons
blad op ons hadden genomen. En thans zijn
het Oosten. Doch het was de laatste beproe
ving, voordat de vaderlandsche duinen in zicht
kwamen en in den Dinsdagmiddag van den
30sten November werden de Nederlandsche
torenspitsen ontdekt.
Waar zou men echter landen De Per-
poncher ging op kondschap uit, en bracht het
bericht, dat Brielle en Hellevoetsluis nog in
's vijands handen waren. Zoo werd dan de
steven naar Scheveningen gericht, en daar te
Scheveningen, op die duinen, stond het Neder
landsche volk, om zijn vorst te begroeten.
Reeds dagen achtereen had men daar ge
staan, den blik op die deinende golven gericht,
de oogen als blindstarend op den gezichts
einder, waar de bruine en witte zeilen der
op den uitkijk liggende pinken scherp uit
kwamen in het heldere zonlicht.
De reeder Pronk tuurde, met een grooten
verrekijker gewapend, onafgebroken naar den
horizonzijn oog ontdekte de seinen van
vlaggen en even later doemden twee groote
oorlogsschepen aan den horizon op. Een sloep
naderde over de golven, en twee in pelsjassen
gedoken heeren kwamen aan land. Zij vroegen
aanstonds naar Pronk, en een der heeren,
Fagel, fluisterde hem in het oor „Zijne Hoog
heid is aan boord 1"
Toen ontroerde Pronk hij gordde zich met
degen en sjerp, steeg te paard, en gaf bevel
aan vier en twintig der wakkerste maten, hun
lederen broeken aan te trekken, en bij ^s Prinsen
landing behulpzaam te zijn. De spanning was
er velen, met wie we reeds een appeltje ge
schild hebben.
Het heeft ons menigmaal leed gedaan, dat
we iemand in 't publiek moesten aanvallen,
doch we meenden het verplicht te zijn aan
onze beginselen, waarvan we nu eenmaal de
verdediging op ons hadden genomen.
Men kan van meening zijn, dat we het
soms wel op wat zachter wijze hadden kunnen
doen, en we zullen dit niet geheel tegen
spreken. We kunnen echter de verzekering
geven, dat we nooit iemand opzettelijk leed
hebben gedaan, of aangevallen uit lust om
zeer te doen. Doch we zijn van meening, dat
ook hier de eisch geldt, die bij de opvoeding
in 't algemeen van toepassing isgebruik zoo
weinig mogelijk de roede, doch als ge slaat,
moet 't raak zijn anders is 't beter het
na te laten.
Intusschen zijn we reeds 10 jaar met
dezen arbeid bezig.
Ofschoon we nog altijd meer spreken van
Ludor dan ons Emergo uitjubelen, we gaan
vooruitmet Gods hulp komen we er wel
Aan allen die onzen arbeid tot hiertoe
steunden, betuigen we daarvoor onzen op
rechten dank. Als er meer waren, die dit
wilden doen, zou onze taak aangenamer zijn
én ons blad er hij winnen.
Doch hoe dan ook, we hopen voort te gaan
met dezen arbeid zoolang God ons daartoe
de kracht geeft. Ook in dit werk gevoelen
we ons afhankelijk van Hem, die wijsheid
geeft aan allen die ze van Hem vragen.
En bij den ingang van den elfden jaargang
bevelen we ons blad hij vernieuwing aan in
de gunst van allen die ons tot hiertoe op de
eene of andere wijze steunden.
Gij vraagt ons, aan welk verzoek gij ge
weigerd hebt te voldoen. Er is U niets van
bekend.
Mogen wij U dan even herinneren, dat we
zeer onlangs eene discussie met hebben
gehad en dat we destijds tot bescliamens toe
hebben aangedrongen, dat gij een antwoord
zoudt geven op deze vraag
Als mr. Dieleman niet in de Staten mag
zitten, omdat hij Secretaris is van het bestuur
der Tramwegmaatschappij en als lid der Sta
ten zijn invloed gebruikt ten voordeele dier
maatschappij (ge herinnert U toch nog wel,
waarvan ge hem en den Heer Fruytier in dit
buitengewoon honderden liepen vooruit zee
in de voorzichtigen vreesden voor ongelukken,
doch alles liep goed af.
Thans was het groote oogenblik gekomen
liet was nu vier uur in den namiddag; de
Novemberzon dook ter Wester kim.
Van „the Warrior" werd de groote sloep
gestreken en de Prins van Oranje stapte er
in. Hij naderdshij zocht het volk, en het
volk zocht hem. Zij behoorden immers bijeen
Nederland en Oranje
God was een Hoorder en Verhoorder des
gebeds thans werd het als met de oogen
gezien, als met de ooren beluisterd, als met
de handen getast. Het Nederlandsche volk
had een weg moeten bewandelen, vol van de
scherpste distelen en de schrijnendste doornen
de weg van het Oranjehuis was niet minder
bang en smartvol geweest. Door de diepste
vernedering leidden beide wegen heen, en zij
zouden elkander ontmoeten in de schaduw
van een koningstroon.
Die duizenden oogen waren op één punt
gericht dat Avas de Prinsen al waren die
oogen vol tranen, zoodat zij hem slechts als
door een floers konden zien hij was liet
toch, de Prins, onze Prins, de erfgenaam eener
onmetelijke liefde 1
De grond, dat duinzand, begon die Neder
landers als onder de voeten te brandende
schuiten, de pinken, met oranje getooid, werden
bestormd, om den Prins tegemoet te snellen,
en opgetild door de golven eener eenige geest-
verband hebt beschuldigd?) waarom vindt gij
liet dan niet onzedelijk, dat gij den Heer Van
Dixhoorn ten sterkste aanbeveelt voor liet
lidmaatschap der Prov. Staten, terwijl gij
toch weet, dat deze als lid van den Raad van
Advies dier Maatschappij hetzelfde zal doen
als de heeren Dieleman en Fruytier?
Op deze vraag wachten wij nog altijd, doch
te vergeefs, op een antwoord van U.
De a. s. Kamerverkiezingen.
De anti-rev. kiesvereeniging in Rotterdam
II heeft, naar de „Rott." meldt, candidaat
gesteld mr. A. de Jong, wethouder der plaat
selijke werken aldaar.
De anti rev. kiesvereeniging te Rotterdam
in district V heeft den heer J. F. Heemskerk
weer candidaat gesteld.
De R. K. kiesvereeniging in liet district
Rotterdam III heeft candidaat gesteld den heer
II. Stuleineyer, wethouder van Rotterdam.
De anti-rev. kiesvereeniging in dit district
heeft met algemeene stemmen besloten deze
candidatuur over te nemen.
Ds. Hofstede heeft bedankt voor de can
didatuur, hem door de centrale anti-rev. kies
vereeniging in het district Hoogezand aange
boden. Thans is gesteld mr. R. Koppe, van
Groningen, die de candidatuur aangenomen
heeft. (N. Pr. Gr. Crt.)
Naar het N. v. d. D. vertelt zou de be
grooting 1914 voor Amsterdam een tekort
aanwijzen van meer dan 2 millioen. Om dit
bedrag uit de inkomstenbelasting te vinden
zou het percentage met 2 verhoogd moeten
worden.
Dit zal men trachten te ontgaan, doch een
verhooging met 1 °/o is onvermijdelijk, zoodat
liet tenminste op ö1/* pCt. gebracht zal worden.
De Gorlog op den Balkan geëindigd.
Omtrent liet teekenen van liet verdrag
werden uit Londen nog de volgende bijzonder
heden geseind
Het vredesverdrag werd precies om 12 uur
geteekend, vijf minuten nadat de conferentie
bijeenkwam.
Toen de gedelegeerden de conferentie-zaal
.drift, verachtten zij de golven der zee.
De sloep naderde, en eer zij nog den grond
raakte, had een Scheveningsch visscher,
(Maarten Mos) in het zeemanspak haar bereikt.
„Wie is de Prins?" vroeg iiij, en toen het
gevolg op den Prins wees, vroeg hij„Zijt gij
onze Prins?"
Deze bevestigde liet. Toen nam de een
voudige visscher diep bewogen de hand des
Prinsen, om ze eerbiedig aan zijn lippen te
brengen dat was de eerste groet van het
volk.
Pronk wenkte, en een driespan ging tot den
buik in liet water, zoodat de Prins gelijkvloers
uit de sloep in de wagen kon overstappen en
ongeveer op dezelfde plaats, waar hij negentien
jaar geleden op een visscherspink in droeve
ballingschap was gegaan bereikte de wagen
het strand.
De vrachtwagen was in een zegekar ver
anderd, want zij droeg Neerland's kostbaar
kleinood, en met de witgeschuurde klompen
op den dissel, reed de voerman (Dirk van
Duyne) stapvoets langs het juichende volk.
De Prins stond rechtop in den wagen, opdat
al liet volk hem zou kunnen zien. En het
volk hem in de volle kracht zijner een en
veertig jaren.
De dag was nu gedaald liet was een milde,
stille, Novemberavond, die vervuld werd door
het „Oranje boven 1" geroepen met gelach en
geween, onder een eindeloos gejubel.
(Slot volgt.)
-=7^"