Antirevolutionair
voor
nieuws* en Advertentieblad
Zeeland.
FEUILLETON.
Langs eigen Spoor.
No. 1001.
Zaterdag 15 Maart 1913
10e Jaargang.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen. Tet Neuzen ƒ1,-
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars,
teuren en Brievengaarders.
Franc®
Postdirec-
Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op Feestdagen,
bij den Uitgever D. H. LITTblIJ Az. te TER NEUZEN.
Inzending van advertentlSn vóór uren op den dag der uitgave.
ADVERTENT1ÈN:
Van 1—4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
INGEZONDEN STUKKEN TE
^WI^TdF UEUACTlE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTlfeJ TE BEZOROEK BIJ DEN UITGEVER.
=3?
Bij dit nnmmer behoort een bijvoegsel.
Advertentiën voor dit blad^vorden
aangenomen tot 's namiddags 1 UUR op
den dag der uitgave.
V Betalen en trekken.
Niets gemakkelijker toch dan Staatspensioen.
Ge wordt ziek en kunt niet meer werden.
Of ook, ge zijt 65 jaar en hebt genoeg ge
daan voor de maatschappij.
Zonder dat ge ook maar een cent hebt be
hoeven te betalen, zorgt de Staat voortaan
voor u en de uwen.
Ge gaat eenvoudig naar 't postkantoor
ge neemt beleefdheidshalve uw pet af, of
schoon ge 't volstrekt niet verplicht sujt te
doen en zegt eenvoudigik ben 65 jaar
en kom om mijn pensioen.
En zie direct betaalt men het u uit. Zijt
ge ziek, dan kan een der uwen het voor u
halen op 't kantöor.
Eenvoudig, niet waar
Maar vanwaar haalt de Staat de noodige
dubbeltjes?
Vroeger heette het: och, dat is gemakkelijk
genoeg. Ik en mijnsgelijken drinken dan per
jaar slechts eenige fless'chen champagne min
der dat is zoo erg niet.
Daar hooren we nu echter niet meer van
't zij, dat men de champagne niet kan missen
'tzij dat men heeft ingezien, dat het besparen
van die flesschen champagne toch niet vol
doende zou wezen, om den arbeider te helpen
aan een pensioen en ze nu dus maar is blijven
drinken.
Nu heet hetals daar een schele tante van
u éterft, die een millioen nalaat, dan neemt
de Staat daar een flinke duit van. En voorts
we betalen wel niet gaarne belasting maar
een pensioenbelasting is wat anders. We
zullen God danken, als we daarvoor 't biljet
thuis krijgen.
Met zulke praatjes reizen de mannen, die
prof. Treub indertijd „slimmelingen" noemde,
„dje uit de staatspensionneering politiek voor
deel lippen te kloppen", tegenwoordig den
boer af, om stempien te winnen voor hunne
candidatuur.
Daarbij wordt in aandoenlijke kleuren ge
schetst, hoe Talma's Invaliditeits-wet zelfs van
den armsten arbeider 20 ets per week vraagt,
om later geholpen te worden.
We weten die praatjes niet beter te be
antwoorden dan door het volgend stukje over
te nemen uit de Nieuwe Koerier, dan kan
elk oordeelen over hetgeen hij moet betalen
en wat hij later kan trekken.
5) door ZELANDIA.
Op zekeren avond na kerktijd was Kaatje
niet direct naar huis teruggekeerd. Er heersch-
te een onheilspellende stilte in de achter
kamer. Vader keek met booze, moeder met
schuwe blikken naar de altijd voortschrijdende
wijzers der klok. Frans duchtte een uitbars
ting. Hij wist wel waar Kaatje bleefwaar
ze al zoo vaak had vertoefd, als het voor
wendsel van een boodschap haar de gelegen
heid had geboden. Hij kende Bekkers, meneer
Bekkers wel. Hij wist het, hoe die Kaatje
altijd naliep, wat Kaatje gansch niet onplezierig
scheen te vinden en hoe die twee het samen
heel goed eens konden worden. Nu, Bekkers,
meneer Bekkers, was van knap postuur, had
vleiende manieren, kon mooi spreken was het
wonder, dat Kaatje gaarne het oor leende aan
zijn zoete woordjes Tot hiertoe was de
vrijage nog altijd geheim gebleven voor vader
en moeder, en Frans zou niet de eerste zijn
ze uit te brengen.
Het werd al later en ja, eindelijk, daar kwam
de langverwachte. In 't geheel niet bloo of
De Tweede Kamer heeft de Invaliditeits-
en Ouderdomsverzekering afgehandeld.
We kunnen derhalve weten, hoeveel be
taald moet worden en hoeveel men ontvangt.
Vooreersthoeveel men betaalt.
Er zijn vijf loonklassen waarin de volgen
de premiën betaald worden.
Week-
Jaarloon, premie.
Ie loonklasse beneden f 240, 20 cent.
He loonklasse, van f 240—400, 24 cent.
Ille loonklasse, van f 400—600, 32 cent.
IVe loonklasse, van f 600—900, 40 cent.
Ve loonklasse, boven f900. 48 cent.
Deze premiën worden betaald door den
werkgever, den patroon. Doch deze is be
voegd, een bepaald gedeelte der premiën af
te houden van het loon van den werknemer,
den arbeider. Hoeveel hij mag afhouden,
hangt af van de loonklasse, waartoe de ar
beider behoort. Dit is geregeld als volgt:
De patroon mag voor de premie van het
weekloon afhouden bij arbeiders in de
Ie loonklasse 4 cent.
He loonklasse 6 cent.
Ille loonklasse 11 cent.
IVe loonklasse 20 cent.
Ve loonklasse 24 cent.
Zien we thanshoeveel men ontvangt.
De invaliditeits- of ouderdomsrente, die
men ontvangt, wordt berekend naar een
grondslag en een verhooging.
Den grondslag berekent men door het
totaal bedrag van alle betaalde premies te
vermenigvuldigen met 325 en het product
te deelen door het aantal weken, dat de
verzekering heeft geduurd.
Een voorbeeld ter verduidelijking.
Voor iemand is vanaf zijn 16e jaar premie
betaald in de derde loonklasse. Op zijn
50ste jaar wordt hij geheel ongeschikt voor
zijn handwerk hij is invalide geworden.
Voor hem is gedurende 34 maal 52
1768 weken premie betaald. Het totaal be
drag dezer premiën is 1768 maal f 0,32
ruim f560. Dit bedrag wordt met 325 ver
menigvuldigd. Men krijgt dan f 182.000.
Dit gedeeld door het aantal weken geeft
f 103.
Nu heeft men den grondslag van zijn in-
validiteitsrente gevonden.
Daarbij wordt gevoegd de verhooging,
zijnde 14 pet. van het totaal der premiën,
dus in het voorbeeld ongeveer f79.
De geheele rente zal dus f 103 en f 79
f 182 bedragen.
In dit voorbeeld heeft de arbeider zeifin
al die jaren aan premiën betaald 1768 maal
f 0,11 f 194.48.
deemoedig, zooals Gravels het zich met zeker
welbehagen reeds had voorgesteldvolstrekt
niet als een zondares, die de huisorde had
verstoord, érger, die vaders decreten overtrad
en schond, maar als een, die zich van geen
kwaad bewust wil zijn.
Toen was de storm losgebarsten.
Maar Kaatje had hem stil laten razen en
niets geantwoord. Gravels schreef het toe
aan vrees en ontzag.
En hij maakte zich sterk, dat het niet meer
zou gebeuren.
Hij bedroog zich.
Het gebeurde nog dikwijls.
En de oorzaak bleef niet verholen.
Wel ja waarom zou ze het verbergen Vader
en moeder, en de geheele wereld mocht het
weten en ze zou het niet laten ook.
Gravels stond verbluft.
Hij had zulk een stoute taal niet kunnen
denken.
Ging hem thans het licht op? Begreep hij
thans, dat hij slechts maaide, wat hij zooveel
jaren had gezaaid De eigen onverzettelijkheid,
waarmee hij altijd alles en allen naar zijn zin
en meening had doen schikken, vond hij nu
tegenover zich in zijn eigen kind. De geest
van slaafsche onderworpenheid, dien hij met
zooveel trotsch welgevallen bij zijn kinderen
meende te hebben opgemerkt, bleek niet te
V Zij wordt het moede.
De Midd. Courant virffLt het vervelend, dat
de Tweede Kamer na de Paaschvacantie de
Ziektewet gaat behandelen.
Om de waarheid te zeggen, ze wordt het
moede al dat praten over de sociale wetgeving.
't Is altijd weer minister Talma die het
woord voert, afgewisseld door de verzekerings
specialiteiten Treub, Duys, Patijn terwijl
de rechterzijde maar steeds zwijgt en het den
minister alleen laat uitvechten.
Nu, daar kunnen we inkomen, dat de Midd.
Courant zich verveelt en zich een beetje dik
maakt over al die verzekeringswetten.
Kijk, men heeft 't volk aldoor wijs gemaakt
die rechtsclie regeering doet zoo wat niets
voor den minderen man. Wel mooie beloften,
maar geen daden
En nu beloopt de Middelburgsche de kans,
dat ze met Juni zal moeten bekennen een
goed deel der beloften is reeds vervuld en
't zal aan het zittend ministerie niet liggen,
om ook het andere deel tot da'den te maken.
Wie het wel meent met den minderen man,
kan hem geen slechter dienst bewijzen, dan
deze ministers weg te jagen.
En dat is toch niet aangenaam voor onze
Middelburg sche
Geen wonder dus, dat ze al dat praten over
de verzekeringswetten moede wordt.
V Wat ze niet begrijpen kan.
Er is in de „stelsels" van minister Talma
wat de Midd. Courant met geen moge-
lrMbeid begrijpen kan.
Dit namelijk„waarom wel de eerste de
beste en ook de eerste de slechtste arbeider
op zijn zeventigste jaar een toelage krijgt,
terwijl ieder klein baasje dat door hard wer
ken zich zelfstandig heeft weten te houden,
maar het geenszins beter heeft, niets ontvangt."
Ons dunkt, er zijn wel dingen, die veel
moeilijker zijn te begrijpen, dan dit geval.
Want zelfs een kind kan begrijpen, dat een
minister die baan moet breken op een terrein,
dat zijn voorgangers totaal verwaarloosd heb
ben, niet alles in eens kan doen. Eerst het
een en dan 't ander. Als noodig blijkt, dat
de kleine baasjes zonder de hulp van den
Staat zich op hun ouden dag niet redden
kunnen, dan zal dat ook wel komen.
Doch niet alles te gelijk een verstandig
minister gaat eerst na, wat een en ander zal
kosten en vraagt zich af, hoe hij aan de mid
delen moet komen.
Dat is dus zoo moeilijk niet te begrijpen.
Maar wat in onze oogen veel duisterder is
wat wij met geen mogelijkheid kunnen be-
bestaan. De zucht naar vrijheid en onafhanke
lijkheid, die hij nooit in de geringste mate
gelegenheid had willen schenken ook niet op
gepaste wijze zich te uiten, keerde zich thans
vijandig tegen hem.
Geen moederlijk vertoog baatte. Kaatje gaf
niet op. En de vader gaf oók niet op. Kaatje
moest buigen; maar Kaatje boog niet.
Tot eindelijk de crisis kwam, door den dwazen
man uitgelokt, door de ijdele dochter gansche-
lijk niet ontweken.
Ze moest dan maar kiezen of kavelen. Zich
onderwerpen aan vaders bestel, Bekkers laten
loopen en als vroeger zich geheel naar zijn
wil schikken, ófde deur uit.
't Was op een zomeravond geweest toen de
dochter voor dit dilemna gesteld werd. Moeder
Gravels durfde er zich niet in mengen. Frans
zat met verkropte ergernis toe te luisteren.
Kaatje was spoedig beslist; 't was als had
ze er op gewacht.
„Nu," zei ze trotsch, „dan ga ik er uit."
En ze zocht haar kleeren bijeen en pakte-
ze samen en vertrok. Bijna had ze de voor
deur bereiktze kwam terug, drukte moeder
Gravels een lange kus op 't voorhoofd Frans
voelde zich eensklaps stijf de hand drukken,
ze keek nog eenmaal Gravels aan en zei
„Dag vader"en verdween in de gang.
„Nooit kom je er weer in, nooit 1" hijgde
grijpen ishoe de vrijzinnigen nu in eens zoo
vurig het Staatspensioen begeeren zonder
premiebetaling.
Vroeger waren ze er vierkant tegen en kon
daarvan ook volgèns hen niets komen.
En -^..ze lieten den arbeider over aan zijn lot.
Doch nu de rechtsche partijen zich 't lot van
den minderen man hebben aangetrokken, zijn
onze vrijzinnigen in eens omgeslagen.
Dat kunnen wij nu eens onmogelijk begrijpen,
'tls toch niet om met prof. Treub te
spreken om uit al die zorg voor den min-
deren man, „politiek voordeel te kloppen" bij
de aanstaande verkiezingen
V Het Licht uit het Oosten.
Wie prijs stelt op 't hooren van een schoone
rede, ga a. s. Donderdagavond naar de Geref.
kerk te Ter Neuzen.
Blijkens achterstaande advertentie hoopt
daar op te treden de heer ds. Meijster van
Rotterdam.
Het onderwerp van den gevierden spreker
zal bij die gelegenheid zijn Het*Licht uit het
Oosten.
Den hoorders wacht ongetwijfeld'een genot
volle ure we verwachten een groote opkomst.
De toegang is vrijalleen zal aan 't slot
een collecte gehouden worden tot bestrijding
van de onkosten.
V Snelle afloop.
De Christen-socialisten «uilen tweeden
Paaschda.g te Haarlem hun jaarvergadering
houden.
Natuurlijk komt daarbij de houding ter sprake
bij de a. s. algemeene verkiezingen aan te
nemen.
Merkwaardig is het, hoe snel deze actie
zich ontpopt als zuivere klassenstrijd,
Enka, de leidster van den Bond, ging, gelijk
men zich herinnert, verleden jaar over tot de
Sociaal-Democratische Arbeiderspartij.
En, voor wie wat dieper nadacht, stond het
vast, dat zij spoedig door velen zou gevolgd
worden.
Toen werd een besluit, om zelfstandig te
blijven voortbestaan, nog met kleine meerder
heid genomen.
Maar let nu eens op.
Thans stelt het hoofdbestuur voor, bij de
verkiezingen in drie (zegge driedistricten
een eigen cancfidaat te stellen.
Eu in de 97 andere den S. D. A. P'er te
steunen.
Kan het krasser
Jawel, zeggen de afdeelingen Groningen,
Haarlem en Leeuwarden.
Gravels. Nooit kreeg zijn trots harder klap
hij voelde zich, of hij 't zich wilde bekennen
of niet, gesmakt van zijn troon van eigenliefde
en lieerschzucht, in het slijk.
Kaatje was gegaan en tot heden niet terug
gekomen. 't Liep nu al tegen 't einde van 't
't jaar. Waar was ze? Wat deed ze?
Moeder Gravels wist het niet, wat moeite
ze deed er achter te komen. Een enkele maal
had Frans ze gezien in de verte, maar nog
nimmer gelegenheid gehad, ze te spreken. En
Gravels vroeg er niet naar. Haar naam werd
niet meer genoemd. Haar beeltenis verdween
van den wand.
Maar ze lééfde in moeders hart, dat bloedde.
Waar zwierf haar kind. In welk een om
geving
Och, Rotterdam was zoo groot
Ze zei het zich zelf en ze zuchtte.
En als vader nöeh zoon thuis waren, knielde
ze vaak bij de Iade neer, waar, diep verborgen,
het portret lag van de dolende dochter.
'„We hebben al verdriet genoeg," had ze tot
Fraus gezegd.
Sprak ze to veel
En wat zou het nu zijn
(Wordt vervolgd.)
-i