Van Houtens CACAO en verdijk deze dan blij ft drinken.-- Zuiv/er Goed en Goedkoop Overal verkrijgbaar. Vraag bij Uw winkelier een bus met andere soorten van denzelfden prijs Het is zeker dat 6e ze X K° bus ƒ1,50 X,. -0,80 XK? bus/OAS5, V ..-0,18 Buitenlandsch Overzicht.' Becla jen. e Bericiite ra.. Korte Berichten. tegelijk met die van de padvinders en meisjes- gezelien door het geheele land verkocht zullen worden. De Koningin bindt zelf aanhoudend mede, terwijl al het werk onder het persoonlijk toezicht van H. M. plaats heeft. In de vesti bule van het paleis zijn twee lange tafels op geslagen, waar de bloeiende heidebossen liggen opgetast, terwijl een vijf-en-twintigtal hofdames en leden van het vrouwelijk personeel bezig is de ruikertjes te schikken, waarbij ook de kleine Prinses nu en dan al spelende helpt. F R A N K R IJ K. Frankrijk in de klem. Marokko, het land der verrassingen, heeft Frankrijk weder nieuwe moeilijkheden bezorgd. Moeley Hafid, die als een halfbeschaafde wilde thans in Parijs goede sier maakt van het hem door de Fransche regeering toegekende pensioen, had een gunstiger oogenblik kunnen kiezen om heen te gaan van den Sultan's- zetel. Misschien ook niet. Misschien zou iedere Verandering van resultaat eenige nieuwe pretendenten brengen. Want die pretendenten zijn het die de moeilijkheden maken en de moeilijkheden maken nieuwe pretendenten. Daar is nu El Heiba, die zich zelf tot Sultan geproclameerd, de belastingen afgeschaft en het beleg voor Marakesj geslagen heeft. Die heeft Frankrijk leelijk in de klem gezet. Natuurlijk kan het dezen Sultan niet er kennen het heeft zelf Moeley Yoessoef aan gesteld. Maar wat doet nu El Heiba Hij weet van den Marokkaanschen bevelhebber der stad, El Glouis, gedaan te krijgen dat deze hem de negen Franschen uitlevert die bij El Glouis bescherming zochten. Als de beide zwarte broeders niet onder één hoedje spelen, geeft El Gloui al een heel dommeii streek uitgehaald. Want met zijn negen gevangenen is El Heiba voorloopig veilig voor de Fransche aanvallen. Men weet dat de Marokkaansche heeren er niet [tegen op zien hun gevangenen op allerwreedste wijze ter dood te brengen. Reeds wordt herinnerd aan het treurspel van Khartoom in 1884. Dus moet Frankrijk tegenover den pretendent, dien het eigenlijk als een opstandeling bevechten moet, zoete broodjes gaan bakken. Men heeft dan ook al dadelijk de operaties tegen EI Heiba gestaakt. Heel verkeerd, meent kolonel Patey in de Temps. Men moet integendeel krachtig en doortastend gewapend optreden. Het openen van onderhandelingen zou volgens hem den indruk van zwakheid maken op de Berbers. De negen gevangenen zullen dat wel niet met den kolonel eens zijn. Ook op andere wijze nog komt Frankrijk met den nieuwen toestand inde-klem. Want de Duitsche handel in Marakesj klaagt steen en been over den volkomen onzekeren toestand. Een briefschrijver aan de Voss. Zeit., uit Tanger, verlangt, dat het Duitsche ministerie van Buitenlandsche Zaken stappen te Parijs zal doen om vergoeding te krijgen voor de schade, die de Duitsche handel lijdt. Hij zegt verder, dat de huidige toestand geheel en al als een gevolg moet worden beschouwd van de lakschheid der Fransche Regeering, die niets gedaan heeft om het groote gevaar en den opstand te voorkomen. De schrijver hoopt, dat de Duitsche Regeering den Duitschen handel niet aan zijn lot zal overlaten en geen concessies zal doen ten nadeele van dien handel in Marokko. Geen wonder, dat er in de Fransche pers reeds stemmen gehoord worden, die aandringen op beperking van de bemoeiingen met Marokko. Het is de Radical die opmerkt„Wij weten dat de verwerkelijking onzer Suzereiniteit en de pacificatie van Marokko een werk van langen duur is. Maar het land kan niet ge- doogen, dat Marokko een afgrond wordt, waarin de kracht der natie verloren gaat. De Regeering moet zeggen tot hoever zij gaan wil, en dan daarbij blijven." T U R K IJ E. De Turksche beroerten. Naar luid van een telegram uit Konstanti- nopel, d. d. Dinsdag, heeft de koning van Montenegro de mogendheden verzocht, de kwestie van de grensregeling tusschen Mon tenegro en Turkije ter hand te nemen. Mid delerwijl nam hij op zich, militaire operaties op te schorten, De Times krijgt van zijn bizonderen corres pondent te Andriewitsa, d.d. Dinsdag, het volgende telegram „Vandaag hebben de opstandelingen van Berane een talrijke bijeenkomst gehouden. In wanhoop vroegen zij of het mogelijk was naar huis te gaan, nu hun huizen puin en asch en vol rottende lijken waren. De ouden van dagen zeiden, dat er zelfs in 1877 niet zulke gruwelen waren bedreven. Allen kwamen tot het be sluit, dat het eenige mogelijke redmiddel was, alle Mohammedanen, die in de minderheid zijn, uit de streek weg te voeren. De christenen namen op zich, alle belastingen te betalen. Als dat niet ging, dan was het beter, zeiden zij, hun vrouwen en kinderen te dooden dan ze aan de pasja uit te leveren. Zij vroegen of geen groote mogenheden genade kende, en of de Serviërs van Turkije ter dood veroordeeld moesten worden. In Ipek heerscht er anar chie, vertellen menschen, die van daar zijn gevlucht." Volgens een officieuse mededeeling van de Agence Ottomane te Konstantinopel is het valsch genoemde gerucht van den moord op Serviërs veroorzaakt door een paniek, die de Christelijke Slaven in het sandzjak Nowibazar beving, toen zij hoorden, dat Albaneezen de tuighuizen te Ipek en Dzjakowa hadden ge plunderd. De protestvergadering, die de studenten te Belgrado Woensdag zouden gehouden hebben, is tot Zondag uitgesteld. Naar de Kölnische Zeitung, dd. Woensdag uit Uskub vernam, breidt de anarchie in Al banië zich uit. Tot nog toe laat de regeering de bandeloozen begaan. De scholen, die te Ipek en Dzakowa in aanbouw waren, zijn ver woest. Te Ipek vèehten de Albaneezen onder elkaar. Daar zijn ook de magazijnen van een Duitsche zaak, die wegen aanlegt, geplunderd. Een ingenieur is een groote som gelds ontstolen. De wali van Monastir, een Jong-Turk, is afgezet. Enver bei en twee andere aanvoer ders, die in Tripoli en Bengazi tegen de Itali anen vechten, zijn, naar het heet, door het Jong-Turksche comité naar Turkije ontboden om aan het partijcongres deel te nemen. Overstrooming in Engeland. Londen, 28 Augustus. Berichten van heden- namiddag stellen den toestand in Norwich nog als ernstig voor. Nu wordt bericht, dat Yar mouth en Lowestoft, die vol vacantiegasten zitten, ook zoo goed als afgesneden zijn van de gemeenschap per spoor. Londen, 28 Augustus. Een telephonogram uit Norwich van hedennamiddag beschrijft de stad als een doode stad geen treinen komen aan of vertrekken het zakenleven staat zoo goed als stil; de inwoners kunnen de winkels en kantoren niet bereikenduizenden zijn dakloosopenbare gebouwen, schoollokalen en kerken zijn in beslag genomen om hun een onderdak te verschaffenmen is begonnen met werkverschaffing, waarvoor geld is toe gestaan. De gemeenteraad komt vanavond bijeen om over den toestand te beraadslagen. In vele gevallen bereikte het water de vensters van de slaapkamers. De politie is in roeibooten bezig de menschen uit de be dreigde huizen te redden. De ambtenaren van de waterleiding vreezen, dat de voorraad water maar voor een paar dagen voldoende zal zijn zij waarschuwen de menschen om zoo weinig mogelijk te gebruiken, daar de pompmachine door de overstrooming niet kan werken. Duizenden kostbare kanaries, waarvoor Norwich een belangrijke fokplaats is, zijn om gekomen. Over een groote oppervlakte is groote schade aangericht aan marktplaatsen en tuinen. Vaak zag men verpleegsters op den rug van mannen naar de zieken brengen. De overstrooming vermindert snel. Het bureau van een plaatselijk nieuwsblad is ge deeltelijk ingestort. Vandaag heeft niemand letsel bekomeneen kind echter verdronk, terwijl men des nachts met de reddingswerk zaamheden bezig was, en het lijk van een man is in de rivier drijvende gevonden. Rapport der Commissie inzake de Gasfabriek te Axel. Op '21 Aug. j.l. is bij den Raad der Gemeente Axel het Rapport ingekomen der Com., benoemd om een onderzoek in te stellen naar het beheer en de inrichting der Gemeente-Gasfabriek alhier. Deze Comm. bestond als men weet uit de heeren F. de Coster van Sluiskil, Th. van Mierlo van Tilburg en H. v. d. Woude van Hulst. Aan deze commissie was door B. en W. van Axel de uitspraak opgedragen over de volgende 6 punten inzake het beheer der Gasfabriek 1. Niet voldoende toezicht gehouden bij het leggen van het buizennet, meer bijzonder bij de aansluitingen van de perceelen op de hoofdbuis, waardoor financiëele schade niet is uitgesloten. 2. Een voortdurende verwarrende toestand bij de aansluitingen, van de perceelen der afnemers, waardoor het publiek in moeilijkheden geraakte, er nadeel uit voortvloeide voor het bedrijf, en de ge meente niet altijd heeft kunnen naleven de eenmaal gesloten contracten. 3. Een niet regelmatige in- en bijboeking van de posten, waardoor de verwarring in de admini stratie derwijze toenam, dat na gemeen overleg werd goedgevonden de geheele administratie in gereedheid te doen brengen door een boekhouder van elders. 4. Gemis aan leiding bij de technische in werking stelling van het bedrijf, waardoor groote nadeelen zijn ontstaan voor de exploitatie en rentabiliteit der fabriek terwijl gevaar voor personen en goede ren daarbij niet was uitgesloten. 5. Nalatigheid in het onderhoud der machineriën, het niet behoorlijk gebruiken van de fabrieksge bouwen, en te weinig goede zorg voor de op het terrein aanwezige goederen. 6. Gemis aan administratieve en commerciëele leiding bij de exploitatie van den Gemeen te-gas- winkel. Hierbij waren op voorstel der heeren Dregmans c s. nog gevoegd de volgende 7 punten inzake de inrichting der fabriek 1. Zijn de mijnen, klimpijpen en retortenslui tingen in onze nieuwe gasfabriek, geleverd door de gasfabriek te Vlissingen, waarvan directeur is de heer J. G. v. Niftrik Jz., technisch adviseur onzer nieuw gebouwde gasfabriek, van een verouderde j constructie 2. Zijn de mijnen en klimpijpen goed passend op den oven en kon wegens het doen plaatsen dezer mijnen en klimpijpen, de oven afgewerkt worden zooals het volgens de voorschriften van het bestek behoorde 3. Moesten de klimpijpen te dicht bij den oven worden geplaatst, tengevolge waarvan de klimpijpen te warm worden en teerverdikking en alzoo ver stopping ontstaat 4. Is de door de voorschriften van den technischen adviseur, de heer J. G. v. Niftrik Jz. aangebrachte teerleiding wensclielijk waar deze op den oven ligt en zoodoende warm wordtkan daardoor de teer verdikken en deze pijpen verstopt raken 5. Of door verouderde of gebrekkige constructie van het door bemiddeling van den heer J. G. v. Niftrik Jz. bovengenoemd geleverde, minder gas verkregen wordt dan door de tegenwoordige in nieuwe gasfabrieken geplaatst wordende retort sluitingen, klimpijpen en mijnen 6. Is bij het bovengenoemd geleverde storing in het bedrijf menigvuldiger en het schoonmaken moeilijker dan bij de nieuwe constructie 7. Kan met een dip van 12 c.M. zonder stoornis worden gewerkt of moet het werken op deze wijze noodzakelijk verstopping veroorzaken Bij de beantwoording dezer vragen begint de Comm. met op te merken dat door de leden op meerdere tijdstippen de gasfabriek in oogenschouw is genomen en inlichtingen zijn ingewonnen, terwijl daarna door de Comm. eene vergadering werd ge houden waarin alle punten ampel werden behan deld, terwijl een reeks vragen werden geformuleerd waaromti ent in eene te houden samenkomst nadere toelichtingen zou worden verzocht. Deze samenkomst heeft plaats gehad op Woensdag 26 Juni jl. ten raadhuize der gemeente Axel en werd bijgewoond, behalve door de Comm. door het college van B. en W. van Axel, door den vorigen burgemeester dhr. J. Huizinga, door den Adviseur der gemeente dhr. J. G. v. Niftrik Jz. en door den vorigen directeur, dhr. G. v. d. Berge. Als resultaat der besprekingen in deze vergade ring, bleek de Comm. omtrent de punten 1—6 be treffende het beheer der gasfabriek o. m. het navol gende 1. Aan den heer G. v. d. Berge is na zijn in diensttreding opgedragen door B. en W. om toezicht te houden bij de uitvoering der werkzaamheden, behoorende tot de installatie der gasfabriek, op den aanleg van het buizennet en op het maken der -aansluitingen, met welke laatste werkzaamheden op het tijdstip der indiensttreding nog geen aan vang was gemaakt. Bij de werkzaamheden voor den aanleg van het buizennet, welke aanvankelijk naar behooren werden uitgevoerd, schijnt later door den Directeur geen voldoende toezicht te zijn uitgeoefend, althans door hem werd niet voldoende aangedrongen op het deugdelijk aanvullen der uitgegraven sleuven, zoo- dat belangrijke hoeveelheden grond moesten worden weggevoerd, waarvan later verzakkingen in de straten het gevolg waren. Verder blijkt dat tusschen 25 en 50 der aan sluitingen door de Firma G. Wilson van den Haag niet met in teer gedrenkt linnen werden omwonden. Volgens overtuiging der Comm. had de Directeur niet mogen toestaan dat van dit voorschrift werd afgeweken. De Directeur is echter nog verder gegaan en heeft buiten voorkennis of medeweten van het Gemeentebestuur aan den aannemer van het buizen net te verstaan gegeven, dat het omwikkelen der buizen niet meer behoefde te geschieden. De Direc teur is in deze volgens oordeel der Comm. zijne bevoegdheid te buiten gegaan. In elk geval had hij met B. en W. overleg moeten plegen. Daar de buizen die niet omwikkeld zijn, toch behoorlijk geverfd schijnen te zijn, moet echter de tijd nog leeren of door deze handeling de gemeente werkelijk schade heeft geleden. Inzake de omwikkeling waren door den adviseur geen juiste inlichtingen verschaft. Door den Direc teur had nu om inlichtingen moeten gevraagd worden bij den adviseur, die hem beslist daaraan geholpen zou hebben. De adviseur had echter volgens inzien der Comm. moeten bedenken, dat hij hier te doen had met een betrekkelijk nog onervaren jongmensch en had zich moeten vergewissen of de Directeur iu deze zaak geheel op de hoogte was. 2. Het getal aanvragen bedroeg aanvankelijk 200, doch steeg tijdens de werkzaamheden tot 300, zoodat het onmogelijk was om alle belanghebbenden spoedig te helpen, niettegenstaande de Firma Wilson met 3 tot 5 ploegen fitters werkte. En waar het voor de meeste menschen onmogelijk is, om in zulk een geval elkeen tevreden te stellen, is het niet te verwonderen dat het publiek onrustig werd en er klachten werden genit, waarvan er eenigen mogelijk redenen van bestaan hebben. Naar de meening der Comm. was het dan ook niet steeds te voorkomen, dat enkele personen een oogenblik in moeilijkheden geraakten. En als men denkt aan de verwarring die er schijnt geheerscht te hebben, moet men niet ver geten, dat de geheele regeling van het werk be rustte bij één persoon, wiens hoofd wel eens omliep. De schade voor het bedrijf kan niet van over wegenden aard worden geacht en vond in hoofdzaak plaats in de mindere gaslevering tijdens de eerste weken van het bedrijf. Overigens werd door de Comm. niet den indruk verkregen, dat de vertraging in het plaatsen van gasmeters beslist het gevolg was van nalatigheid van den Directeur. 3. Aan den Directeur werd opgedragen om de boekhouding der gasfabriek in te richten volgens modellen hem door den adviseur verstrekt. De Directeur gaf hier geen gevolg aan, maar richtte ze in naar een andere methode, die blijkbaar geen bevredigende uitkomsten had, waarom bij het Gemeentebestuur het vermoeden post vatte, dat de Directeur niet voor het administratief gedeelte zijner taak berekend was. De door het Gemeentebestuur aangeboden hulp werd niet aanvaard, zoodat het Bestuur zich ge noodzaakt zag in te grijpen en door derden de administratie te doen inrichten. 4. Door den drang der omstandigheden werd de fabriek in bedrijf gesteld voor deze geheel was afgewerkt. Volgens meening der Comm. ging de Directeur hierin te haastig te werk. Voorts had een ongelukkige loop van omstandig heden betreffende de inrichting der gasfabriek ge maakt dat de gang van zaken te wenschen overliet. De Directeur miste bij de inbedrijfstelling de noodige voorlichting en zijne kennis en ervarenheid schoten in den beginne te kort. Overspannen door al het getob, werd de Directeur geschokt in zijn gezondheid en dit werkte natuurlijk niet mede om de zaken in het rechte spoor te leiden. Toch is de gemeente geen oogenblik van gas verstoken geweest. Een groote nalatigheid van den Directeur mag worden geacht het stukvriezen van het verwar mingstoestel bij den gashouder en kan niet worden ontkend dat daardoor werkelijk gevaar voor per sonen en goederen heeft bestaan. Voorts hadden er nog enkele onregelmatigheden plaats die door de Comm. worden opgesomd. Toch was de Directeur volgens mededeeling van de Directeur steeds gereed om storingen zoo spoedig mogelijk te herstellen. De omstandigheden waren echter zoo overwel digend dat het uithoudingsvermogen van den Di recteur daartegen niet was opgewassen. De Comm. meende hierbij de vraag te moeten stellen of er voor den Adviseur geen aanleiding heeft bestaan ona hulp en inlichtingen te ver strekken. 5. Uit het bovenstaande blijkt 'dat de gang van zaken te wenschen overliet. De Comm. meende dat het zich niet doen gelden tegenover het personeel, het niet schoonhouden van

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1912 | | pagina 2