Cacao DE VOLKSDRANK den prijs VAN HOOTEN'S Biimenlandsch Nieuws. Korte Berichten. Uit Stad eu Provincie. Reclame Berichten. bij uitnemendheid Kerk en School. Landbouwbericliteii. niet alleen werk te verschaffen, maar tevens verder op te voeden ten slotte was zijn ideaal overzeesche landkolonies, die slechts door diegenen zouden worden bevolkt, die in de stads- en landkolonies voldoende waren op gevoed. De generaal kende geen verstrooiingen Alleen moet hij genoegen hebben gevonden in reizen, ofschoon hij op reis even hard werkte als thuis. Vijfmaal heeft hij Amerika en Canada bezocht, driemaal Australië en Zuid-Afrika, tweemaal Indië, eemaa] Japan en verscheiden malen bijna alle landen van Europa. Zijn laatste bezoek aan Nederland in het begin van dit jaar zal den lezers nog levendig voor den geest staan. In 1890 overleed mevrouw generaal Booth, wat voor het Leger een zware slag was. Maar met nog grooter energie ging de generaal voort, telkens en telkens de wereld rondreizend, en onderwijl het Leger steeds hechter en sterker makend. Ook zijn kinderen gaven zich aan den arbeid van het Leger des Ileils, zijn oud ste zooiBramwell werd chef van den staf. Bij het in 1904 gehouden Heilsarmee-congres werd de generaal persoonlijk door den Koning van Engeland ontvangen, en in 1905 werd hem door het bestuur der City te Londen het eereburgerschap verleend. Met Booth is een persoonlijkheid heengegaan, die aan algemeene bekendheid en populariteit in de latere geschiedenis zijn wedergade niet heeft. Over zijn persoon en werk is verschillend geoordeeld. Zeer velen waren hem genegen om zijn maatschappelijk werk. Voor ons heeft Booth beteekenis als de man, die het Evangelie van verlossing en redding van zondaars, „errkel om des Middelaars bloed", verkondigd heeft overal waar hij maar kim, als de man, die in Gods hand het middel is geweest om zeer velen ten brengen aan de voet van het Kruis. Men moge het niet in alles eens zijn met het Leger des Heils, erkend moet worden, dat het voor duizenden tot zegen is geweest voor tijd en eeuwigheid. Booth zocht het heil van anderen en heeft in dit opzicht aan de Christenheid een heer lijk voorbeeld gegeven. De tijd zal moeten leeren, of het Leger zijn beteekenis zal behouden. Wij vreezen wel eens, vooral sedert in de laatste jaren vooral wrnrd gewerkt naar maatschappelijke zijde, dikwerf ten koste van den geestelijken arbeid, naar wij gelooven tegen de bedoeling van den generaal in. Maar misschien was het Leger den grijsaard over hoofd gegroeid. Het opgaan in maatschappelijk werk bezorgde het Leger, ondanks de gunst der wereld, veel schade ook in ons land. Succes is geen zegen. Men weet, dat de generaal zelf zijn opvolger benoemt. Wie dit zijn zal Vermoedelijk des generaals zoon Bramwell Booth die als zoo danig meer dan eens genoemd is. Van harte hopen wij, dat de opvolger het Leger in die banen zal leiden, waardoor het Gods gunst genieten zal en velen ten eeuwigen zegen zal zijn. (De Nederlander.) In de Standaard van Woensdag 1.1. komt de volgende advertentie v.oorleder ijvert thans vctbr den Engelschen ZaterdagWie jjvert er voor en houdt zich aan den Engel schen Zondag Een rustige kalme viering van den dag des Heeren De nieuwe Legercommandant. Bij commandant Ridsel te Amsterdam, hoofd van het Leger des Heils in Nederland, is be richt ontvangen, dat de oudste zoon van generaal Booth officieel tot zijn opvolger is benoemd. Volgens het „Hbld." zal binnenkort te Amsterdam een scheepvaarthuis verrijzen-"waar de directies van de voornaamste Nederlandsche reederijen aldaar, hun kantoor zullen vestigen. Een N. V. met een kapitaal van f 1.000.000 is reeds gesticht. Het huis zal komem op den hoek van Prins Hendrikkade en Binnenkant, 13 huizen zullen er voor gesloopt worden. De krankzinnige losse werkman Gustav Harnau, dien men voor den aanrander van drie vrouwen in den trein tusschen Nauen en Berlijn hield, heeft zich bij de politie te Berlijn aangemeld. Men gelooft achteraf niet, dat hij den aanslag gepleegd heeft. De Lord Mayor te Londen heeft een inza meling ten bate van de slachtoffers van de aardbeving in Turkije geopend. Hij verklaart, dat de nood daar veel grooter is dan na de aardbeving te Messina onder de Italianen. Te Powonski bij Warschau heeft een soldaat, uit wraak over een straf hem opge legd, drie schoten uit een Mauser-karabijn op prins Toemanof, den kolonel van het bataljon, gelost. Een schot drong den kolonel in de long, het tweede verbrijzelde hem een been, het derde trof een oppasser in het onderlijf. Officieren, op het geknal toegesneld, maakten den so'daat met revolverschoten af. TER NEUZEN 23 Augustus 1912. Woensdagavond werd op de bovenzaal van den heer P. J. Visser alhier een vergaderinggehouden GOED en GOEDKOOP. VOEDEND en GEMAKKELIJK VERTEERBAAR. 1 Kg. 1.50 fc - 0.80 y4Kg. fOA2\ VlO - 0.18 ter bespreking van een plan om te komen tot de bijeenzameling van giften voor het bouwen eener muziektent. De voorzitter lichtte met een enkel woord het plan nader toe en meende, waar in de Raad ten voriger jare de gedachte was uit gesproken, dat bij aldien van particuliere zijde gelden bijeengebracht werden vooreene muziek tent, er geen bezwaar zou wezen van gemeente wege het ontbrekende kkpitaal bij te passen, dat de tijd nu gekomen was om dit plan tot uitvoering te brengen. De vergadering stemde hiermede in en be sloot eene commissie van uitvoering te benoe men bestagnde uit 5 leden. Tot leden dezer commissie werden benoemd de heeren M. Eijke, N. J. Harte, J. C. de Cooker, F. H. J. Speentjes, en J. Jurrij. De heer J, Iluizinga burgemeester werd als eere-voorzitter gekozen. Staande de vergadering werd reeds toezeg ging gedaan van gelden tot een gezamelijk be- van f 135. Men verzoekt ons het volgende op te nemen Vanwege de landbouwmij. van Limburg zal er te Hasselt eene tentoonstelling gehouden worden, waaraan een internationale wedstrijd van landbouwwerktuigen en landbouwinstru- inenten verbonden is, op den 31e Augustus, den le, 2e en 3e September a. s. Voor inlichtingen kan men zich vervoegen bij het Belgisch consulaat te Ter Neuzen. Het comité der wielrijdersfeesten alhier heeft aan het te vormen comité tot stichting eener muziekttent alhier bericht dat ter be vordering van het doel een bedrag van ƒ125 ter beschikking zal worden gesteld, als het plan tot uitvoering komt. In de Grenulaan alhier hoorde Woensdag nacht een bewoonster gerucht op de achter plaats. Bij onderzoek door haar schoonvader, die bij haar inwoont, bleek dat een persoon door overklimming binnen was gekomen. De heer v. E. stuitte in den gang reeds op den indringer, die hem vastgreep. Een worsteling ontstond, waarbij hij het tegen den jongeren indringer moest afleggen. Eer op het hulp geroep buren toegeschoten waren, wist de indringer te vluchten, een schoen en zijn hoofd deksel achterlatende. 1*1 was evenwel her kend, als te zijn D. v. W., sloeproeier. Hij is door de gemeentepolitie gearresteerd, docfi weer in vrijheid gesteld. In de laatste weken moest de gearresteerde enkele malen uit genoemde woning verwijderd worden, die hij tegen den wil der bewoonster betrad. Woensdag werd alhier eene openbare vergadering gehouden van de Groenten- en Fruitveilingsvereeniging „Ter Neuzen". Enkele nieuwe leden gaven zich op. Vastgesteld werden de statuten en een huishoudelijk regle ment. Daarin werd o. m. bepaald dat de vereeniging is gevestigd te Ter Neuzen. Het doel der vereeniging is het verhandelen van ooft-, tuin en landbouw voortbrengselen uit Ter Neuzen en omstreken. Het bestuur bestaat uit de heeren M. de Jonge, voorzitter, P. J. Scheele, vice-voorzitter, L. de Feijter, secr.-penningmeester, Aarn. de Bruijne, H. de Regt, B. van 'Opdorp en K. Dees Az. In deze vergadering werd tot veilingmeester benoemd de heer H. D. Bol met 16 stemmen. Up de heeren W. BedeL en Jac. F. Verlinde wfll-en 4 en 1 stem uitgebracht. Het plan is 2 maal per week eene veiling te houden. In den omtrek van het station wordt naar een geschikt gebouw uitgezien. Driewegen. In eene op Zaterdag 1.1. gehou den vergadering der Vereeniging „Weest Wel kom" tot bevordering der Geitenfokkerij is besloten tot het houden eener tentoonstelling op 14 Sept. a. s. op de hofstede van den Se cretaris, den heer A. de Bruijne. Verschil lende premie's, die voor een deel genomen worden uit de kas, en anderdeels bestaan uit giften tan belangstellenden, zullen daarbij I worden uitgereikt. Sluiskil. Zondag 1.1. viel een Belgische vis- scher in t kanaal alhier. Ziju vriend, die bij hem stond, wilde hem uit 't water halen, gleed uit en lag er ook in te spartelen. Daarop kwamen nog twee andere kameraden toege- loopen om te helpen, doch hadden ook 't on geluk er in te tuimelen, zoodat er vier lagen te worstelen in 't diepe kanaal. Door vereende krachten van andere visschers geraakten de lieden op 't droge en kwamen met den schrik, een nat pak en tegenzin om hun sport te vervolgen er van af. (Zelandia). Lezing overHet geloof der Vaderen. Zaamslag. Voor de Gereformeerde Jonge- lings-Vereeniging „Samuel" alhier, trad Zondag avond op, Ds. R. Hamming van Groningen. Nadat de vergadering met gebed geopend was, begon de geachte spreker Allereerst zijn blijdschap te betuigen, dat hij als oud-Eere voorzitter dezer Vereeniging, het voorrecht smaken mocht thans voor haar op te treden. Hij verheugde er zich in, Eere-voorzitter dezer Vereeniging geweest te zijn. Vooral de jaar vergaderingen en de genoegelijke uren daar doorgebracht, zou hij nimmer vergeten. Spr. betuigde nogmaals openlijk zijn dank, dat de Vereeniging hem indertijd-het Eere voorzitterschap had opgedragen. Nu was hij tot haar gekomen, om een kort woord te spreken over „Het geloof der Vade ren. Hij wilde allen opwekken in dat geloof te strijden en te overwinnen. Want dat geloof geeft ons 1. levenskracht; 2. strijdensmoed 3. ware vreugde. Er was een tijd, waarin ons Vaderland uit muntte boven alle Staten van Europa. Het kleine Nederland speelde een voorname rol, was groot van beteekenis, machtig van aanzien. VV ij behoeven ons onze afkomst niet te schamen. Een roemrijk verleden ligt achtér ons. Vooral als wij denken aan de 80-jarige worsteling met Spanje, verblijden wij er ons in, de na- komelipgen van zulk een' volk te zijn. Die strijd was niet alleen een strijd voor het vaderland maar ook voor den God van Neder land, een worsteling om vrijheid van gods dienst en geloof. God was met Nederland en Nederland wilde zijn God dienen zooals Hij dat eischt in Zijn Woord. Op dien God onzer vaderen wil Spr. het opkomend geslacht wijzen. Het geloof in Hem zal ons in de eerste plaats levenskracht geven. Spr. toont uit de H. S. (Hebr. 11) aan, hoe het geloof voor ons een bewijsmiddel is, een zeker vertrouwen op God in Zijn Woord hoe de namen van allen, die door dit geloof ge tuigenis bekomen hebben met onuitwisbare letteren geschreven staan. En wat de Apostel van hen zegt, geldt ook van onze vaderen, die in dat zelfde geloof streden, ja, geldt van alle strijders in het ge loof. De God van Israël, was ook de God onzer vaderen en is ook onze God. Ook wij zullen in ons geloof niet beschaamd worden. Want onze God, is een levende God. Bij Hem is een bron, een volheid des levens. Hij geeft het heilige, reine, zalige leven, zooals wij dat op aarde niet kennen. Wij hebben dat leven verdorven door onze zonde en hebben nu een sleepend en kwijnend bestaan. En wie nu dat volle, rijke leven onzes Gods niet kent, vervalt al spoedig tot het pessimisme. Dan is het leven, lijden, ellende. „Het is de moeite van het leven niet waard," zegt de pessimist. Dat was de taal onzer vaderen niet. Zij zochten hun levenskracht in het geloof. Een Willem van Oranje sloot dan met den Potentaat der potentaten een vast verbond." Nu zullen onze jongelingen zeker allerminst de taal van het pessimisme spreken. Zij staan nog vpor een leven, zoo rijk in menig opzicht. Maar straks komen de teleurstellingen, en dan dienen ook zij staande te blijven in het geloof onzer Vaderen. Dan onze knieën ge bogen voor den God van Nederland. Dat zal ons levenskracht geven. Het beginsel dier kracht vinden we in ons geloof. Daarom moet dat geloof ontwikkeld worden. De Jongel.-Ver. biedt daarvoor de geschikste gelegenheid. Zij heeft een breede taak. De jongeling heeft een andere roeping dan de jongedochter. De jongeling, straks opgewassen tot man, heeft niet alleen eene roeping in het huiselijk, maar ook in het maatschappelijk, kerkelijk- en burgerlijk leven. En dan ligt zijn kracht in zijn geloof. Maar dan moet hij ook wan delen in dat geloof en reeds in zijn jeugd de besliste keuze doen. In de 2de plaats geeft dat geloof strijdens moed. In de moeilijke en donkere tijden, die onze vaderen doorleefden, hield alleen het geloof hen staande, en gaf hun moed den strijd voort te zetten. Een toen geslagen penning, symbool van hun strijdensmoed, geeft een voorstelling van den geest, die onze vaderen bezielde, liet randschrift, „Onze hulpe zij in den naam des Heeren' toont ons het onverzettelijk ver trouwen op God. Zij waren even weerloos, als die maagd op de penning afgebeeld, maar ook zij hielden de oogen gericht naar de Zonne der gerechtig heid. Dat gaf hun moed, zoodat een Willem van Oranje, zelfs na de uitmoording van Haarlem, den kleinmoedigen durfde verzeke ren, door Gods geweldige hand ten leste nog verlost te zullen worden. Die strijdensmoed, dient ook gevonden te worden bij onze jongelingen. Zij trekken wel niet ten oorlog, maar hebben den zwanen strijd tegen de zonde, wereld, duivel en eigen vleesch. Vooral in den jonge lingsleeftijd valt die strijd zoo zwaar. De jongeling is op zijn pad door zoovele gevaren omringd. De verleidingen zijn zooveel en zoo groot. Zij stormen met kracht op onze zonen en dochteren aan. En zoo dikwijls zien zij de listen van Satan niet. De dwaasheid is in hun (hart gebonden. De duivel loert op hen, tracht hen ten val te brengen. Onder hen vindt Satan zoo gemakkelijk zijn prooi. Hij weet het weldat de jeugd zoo dikwijls be slist voor het geheele leven. Daarom in onze jeugd de besliste keuze gedaan, ons geoefend in de wapenrusting des getoofs, en aan moed, strijdensmoed, zal het ons niet ontbreken. Dat geloof geeft ons tevens levensvreugde. Nu de me nscli door zijn zonde de ware vreugde niet meer smaken kan en *nag, verschaft hij zichzelf vreugde. Vooral het jeugdig hart, nog door geen zorgen gekweld, dorst naar vreugde en blijdschap. Nu geeft echter, o jammer de wereld alleen falschen nagebootste vreugde. Satan zorgt nu voor een soort van vreugde, een schijn vreugde. En zoo menig jongeling vergaapt zich aan dien schijn. Spr. toont met een paar voorbeelden, uit zijn ambtelijk leven, |aan hoe velen, die hun vreugde en blijdschap zoeken in de kroegen, bij de jeneverflesch of het wijnglas, bij bios coopvoorstellingen, enz. voor immer hun levens pad bezoedelen. Ware vreugde vinden alleen zij, die staande blijven in het geloof onzer vaderen. Zullen wij dan niet haastig kiezen, wat tot onzen vrede dient? Na het zingen van een vers uit Ps. 138 eindigde Ds. Hamming met dankgebed en ging de vergadering uiteen. Gedenkdagen voor Zeeuwsch-Vlaanderen. 21 Augustus 1825. De nieuwe kerk der Hervormden te Sluis ingewijd. 24 Augustus 1584. De eerste predikant bij de Fransch hervormde gemeente te Sluis be vestigd. 24 Augustus 1794. De onderhandelingen om Sluis aan de Franschen over te geven nemen een aanvang. 26 Augustus 1794. Sluis bezet door de Franschen. 27 Augustus 1656. Heeren Hoogmogenden bevestigen twee jaarmarkten te Sint Anna ter Muiden reeds in de 14e eeuw door Graaf Bodewijk geschonken. Gereformeerde Kerken. Tweetal te KruiningenW. S. Pontier, cand. te Rotterdam en J. Tazelaar, cand. te Wpesp. Peroepen te LekkerkerkA. Rolloos te Tres Arroyen (Z. *A.)te Wijchel en BalkA. Schweitzer te Buiksloot. Aangenomennaar Bodegraven door G. Wisse Jr. te Kampen. Bedankt: voor Oldebroek door G. Wisse Jr. te Kampen. Ned. Hervormde Kerk. Beroepente BorculoF. C. A. Fetter te Schoorl (N. H.); te Oud-BeijerlandJ. II. F. Remme te Rijssen. Waarschuwing voor veehouders. Bijna 4 jaar geleden werd, verneemt de Prov. G-ron. Ct. uit Peize, een koè van Jac. Hendriks dood gevonden m een stuk weiland in 't Broek, dat hij in huur heeft van mej. de wed. Hansen te Roderwolde. Op een hoek van het weiland werd het cadaver begraven. Wat later stierf een schaap van denzelfden eigenaar, dat daar ook had geweid en nog iets later een koe. Van dit laatste geval werd aangifte gedaan en nu bleelj, dat miltvuur de doods oorzaak was. Zorgvuldig werd nu het lijk totaal verbrand en alles met creöline ontsmet. Nog iets later had H. Talens een paard in dezelfde weide laten loopen, meenende dat een paard niet door miltvuur zou worden aangetast. Op eens viel dit dier echter voor den wagen dood neer en weer was miltvuur de oorzaak van den dood en werd het doode

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1912 | | pagina 2